klink l o s stil ligt öe stAlen Reus: het qAAt qeBeuReni hi] WAcht en w/Acht: stRAks komt het qpoots moment, öAt hi] zich vAn öe aaröc los qAAt scheuRen en zich zaI spoeöen tot zijn element. hij wAcht en WAcht en Als öe lAAtste Boeien veRBRoken zijn, óAn tRilt hij VAn geluk en onóeR öAveRenö gejuich en loeien, wRijft hij zijn Beööing gloeienö öoor zijn öRuk. Al snelLep glijöt hij iiaar het Lokkenö wAteR, geen mens, öie Remmen kAn öie onBesuisöe öRift. ÓAn Beukt öe steven 't willig nAt en stAAt cr het witte spoor m öe rivicr gegpift. g. NIEUWS Dan is het woord aan Zijne Excellentie Minis ter van Landbouw, Visserij en Voedselvoor ziening, de Heer S. L. Mansholt, die in een korte toespraak zijn gelukwensen uitbracht aan bet adres van reders en bouwers van de „Willem Barendsz II" en dankte voor de eer, die Mevrouw Mansholt was te beurt gevallen door als doopster van dit schip te mogen fungeren. De minister noemde dit schip een symbool van activiteit en ondernemingsgeest. een der kenmerken van ons volk is nog wel het voeren van een expansieve politiek, d.w.z. een politiek, die is gericht op uit breiding". Zijne Excellentie meende dat vele vragen kunnen rijzen bij zulk een politiek. Men zou zich kunnen afvragen of het risico niet te groot wordt? Maar zoals reeds de directeur van de rederij Vinke en Co. het zeide wil ook minister Mansholt het zien: „het gaat hier om meer en wel: doorzetten!" De minister eindigde met gelukwensen niet alleen voor reders en bouwers, doch tevens voor het gehele Nederlandse volk. De heer Mr. K. Vonk, vertegenwoordiger van de Minister van Verkeer en Waterstaat, bracht als laatste spreker eveneens gelukwen sen over en maakte een vergelijking tussen de twee uitingen van Nederlandse ondernemings geest: de zeevaart en de landbouw. Ook deze spreker sprak in hartelijke bewoordingen tot reders en bouwers. IN DE „HUT" Ook hier konden de talrijke genodigden de redevoeringen beluisteren en toen het offi ciële gedeelte voorbij was heerste er spoedig een gezellige sfeer tussen de gasten. Uit een Zijne Excellentie Minister S. L. Mansholt achter de microfoon praatje hier en daar gevoerd, bleek overdui delijk, dat deze tewaterlating tot ver buiten de onderneming grote belangstelling had ge wekt. In het W.F.-Nieuws van October 1953 werd het navolgende vers afgedrukt, hetgeen als een goed slot kan dienen voor deze gebeurte nis, die werf, stad en land - getuige de be langstelling - in beroering bracht:

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1954 | | pagina 11