15
NIEUWS
van het feit, dat er van de 10 arbeiders in
Nederland 7 ongeschoolden en slechts 3 ge
schoolden zijn. „Ons aller belang is gelegen
in het feit, dat wij goede producten kunnen
exporteren en dus vakmensen hard nodig
hebben". Spreker vertelt de jongelui, dat de
tegenvallers niet zullen uitblijven, maar met
volharding en vlijt is er voor velen iets te be
reiken in de tegenwoordige maatschappij, al
kan men niet allen directeur worden.
Met enige woorden van dank aan directie en
leraren van de school eindigt de kernvoor
zitter.
De leerling G. Fukkink spreekt namens alle
geslaagden enkele woorden van dank tot de
directie, tot de heer v. d. Jagt en alle leraren.
Dan betreedt de heer Fabius van de Bemetel
het podium. Diens taak is de door de heer
v. d. Jagt aangekondigde uitreiking van de
Franse diploma's. „Het is altijd goed, dat men
ook tegenover eigen werk critisch staat en
dat kan men het best doen door vergelijking
met andermans kennen en kunnen". De spre
ker noemt dit de reden waarom men Franse
jongelui het examen voor het Nederlandse
diploma heeft laten afleggen en Nederlandse
voor het Franse. Er waren hier nu 11 Neder
landse jongens, die dit bewijs van bekwaam
heid konden ontvangen. Aanvankelijk was
het de bedoeling, dat een lid van de Franse
ambassade het diploma zou uitreiken. Helaas
was deze verhinderd, maar spreker leest
de brief voor, die hem was toegezonden en
waaruit duidelijk blijkt, dat een wederzijds
behalen van Franse en Nederlandse diploma's
van groot nut is voor beide landen.
Dan komt de heer J. Brands voor het voet
licht en kondigt aan, dat het officiële gedeel
te is afgelopen en „het feest begint".
Een revue: „Lach er maar eens om". Al di
rect mogen wij constateren, dat er gelachen
is, veel en gul, maarhetgeen waar niet
om gelachen kón worden, was zeker niet van
minder gehalte. Eerder het tegendeel!
De ernstige noten werden zeer goed gebracht,
rekening houdende met de jonge en vaak on
ervaren acteurs. Ook alle lof voor de climax,
die in de revue viel waar te nemen. „Tam"
in het begin kwamen alle medewerkers er
niet alleen steeds beter in, maar werd de kwa
liteit en inhoud van de „stukken" steeds be
ter. Het is in strijd met onze gewoonte bij dit
teamwork de „groten" te gaan onderscheiden
van „de mindere goden", want„Helpt
elkander" blijft de leus.
Zowel het artistieke als ook de culturele
waarde van verschillende nummers nam toe
naarmate de avond vorderde.
Toch bleek bij sommige schetsjes, dat men