Proeftochten A-Jager „Gelderland"
WILTON-F IJ EN OORD - SCHIEDAM
Januari - Februari - Maart 1955
ORGAAN VAN EN VOOR HET PERSONEEL VAN
NIEUWS
Van onze speciale verslaggevers
Een proeftocht met een Marinevaartuig is
daarom al zo verschillend van een proefvaart
met een tanker of een ander sclieepstvpe
van de handelsvloot, omdat er zo onnoeme
lijk veel meer en hogere eisen aan gesteld
moeten worden. Reden te over om de zo
juist gehouden proeftochten met de „Gel
derland" niet stilzwijgend te laten voorbij
gaan.
Een direct gevolg van de hoge eisen is de
aanzienlijk langere duur van een proeftocht
voor de Koninklijke Marine; een maand is
eer regel dan uitzondering. En die lange
duur van zo'n proeftocht noopt weer tot
soms nogal ingewikkelde voorbereidingen in
zeer nauw overleg met de opdrachtgever.
Dat overleg vooraf is niet geheel overbodig;
het is n.l. niet een „handjevol" mensen van
de werf, die de tocht meemaakt, maar een
complete werfbezetting in het klein.
Wie voor het eerst met zo'n tocht meegaat
denkt onwillekeurig aan een ietwat nauwe
schoen. Van een schoen wil men soms zo
gaarne, dat die van binnen ruim en van bui
ten klein is. Nu, bij een onderzeeboot jager
is elke kubieke meter benut en bepaald veel
ruimte van binnen is er niet. Maar dat went
spoedig. Zoals ik al zei, er moeten heel wat
voorbereidingen worden getroffen. Het aantal
arbeiders in de verschillende afdelingen moet
vastgesteld worden. De ruimte is echter be
perkt, zodat een minimum aan mensen een
maximum moet presteren en zo'n minimum
bezetting van werf en onderaannemers komt
toch nog neer op een totaal van 50 man
burgerpersoneel naast een kleine 200 officie
ren, onderofficieren, korporaals en man
schappen van de Koninklijke Marine.
De tochten zelf vallen uiteen in de „werf"-
tocht en de officiële tocht; op deze laatste
vinden de contractuele beproevingen eigen
lijk plaats.
De werf tocht duurde van 19 t/m 21 Januari;
door omstandigheden kon de eerder bepaal
de datum niet worden aangehouden, doch de
1