<8! NIEUWS
2
afscheid neem? Stellig niet. Ik neem aan dat
het merendeel van hen die bij ilton-Fije-
noord hun bestaan vinden, niet een zekere
voldoening zullen opzien naar hetgeen door
gezamenlijke krachtsinspanning in de na-oor-
logse jaren tot stand is gekomen.
Zij zullen geneigd zijn een vergelijking te
maken tussen de troosteloze toestand waarin
het bedrijf toen verkeerde en de imposante
aanblik, welke het thans biedt met zijn sa
menstel van fabrieksgebouwen, uitgestrekte
kaden, drijvende en gegraven dokken, hellin
gen met torenhoge kranen, moderne werk
tuigmachines, enz. Zij zullen tegelijkertijd
vóór zich zien het beeld van de mens zoals
hij physiek geschaad en geestelijk geschokt
uit de oorlog kwam en hoe er jaren nodig
waren om de hem toegebrachte wonden te
helen.
Dit alles zal voor ieder onzer een reden tot
getemperde voldoening moeten zijn en ik be
twijfel niet of zo zal het door de meesten
onzer worden gevoeld. En toch indien men in
onze fabriek - en niet bij ons alleen - wat
dieper peilt, zal men tot de erkenning moe
ten komen dat in weerwil van de heersende
materiële welstand en de arbeidsvrede, de
menselijke verhoudingen niet zijn zoals men
deze gaarne zou zien. Ik wil hieraan direct
toevoegen, dat ik daarbij niet in de eerste
plaats het oog heb op de verhouding werk
gever - werknemer. Zonder aan de klassestrijd
zoals wij die uit de vóór-oorlogse tijd ken
nen te denken, moet mij van het hart, dat het
wederzijds begrip tussen leiding en onderge
schikten, maar evenzeer tussen de werkne
mers onderling, in vele opzichten te wensen
overlaat. En dit is teleurstellend. Verschil
len in rang, beroep, aanleg, plichtsopvatting,
enz. zullen er altijd blijven bestaan en aan
leiding blijven geven tot tegenstelling in be
langen en verschil van mening. Maar vraag
ik mij af is het nodig, dat zij gepaard gaan
met wantrouwen en ongeloof in eikaars goe
de bedoelingen? Ik behoor niet tot degenen
die menen op deze vraag bevestigend te moe
ten antwoorden. Het nog zo kort geleden een
drachtig gevierde eeuwfeest onzer Maatschap
pij is er een overtuigend bewijs van, dat er
ook in ons bedrijf momenten voorkomen
waarin de onderlinge verschillen en geschil
len wegvallen en plaatsmaken voor eens
gezindheid.
In het feit dat het voortbestaan van V. E.
gedurende een bepaald tijdsbestek tot een
dergelijke uiting van vreugde en dankbaar-
beid heeft kunnen voeren zoals wij bij de
\iering van bet 100-jarig jubileum bebben
meegemaakt, kunnen wij wellicht een weg
wijzer zien, welke in de richting wijst van
een o\ erbrugging van de interne menings
verschillen en onderlinge wrijvingen: name
lijk het besef dat wij allen bet beste met
Wilton-Fijenoord voor hebben en daarop ons
handelen en denken afstemmen, vanzelfspre-
kend onder erkenning van en eerbied voor
eikaars overtuiging.
Ik wil het hierbij laten. Dit afscheidswoord
is toch al uitvoeriger geworden dan ik mij
had voorgenomen. Waar echter het hart vol
van is, vloeit de pen van over!
Mijn beste wensen gaan uit naar Wilton-
Fijenoord en allen die daarin hun arbeid
vinden en mijn dank richt zich in het bijzon
der tot hen die direct of indirect mijn taak
hebben verlicht, of die door hun persoon
lijke sympathie begrip getoond hebben voor
de bedoelingen van mij en mijn collega's.
S. VAN WEST.
De heer S. van West heeft de wens te kennen
gegeven per 31 December a.s. zijn functie als
directeur onzer onderneming neer te leggen
en het College van Commissarissen heeft hem
dit ontslag op de meest eervolle wijze en
onder dankbetuiging voor de door hem be
wezen belangrijke diensten verleend. In een
vergadering van aandeelhouders op 20 dezer
is de heer van West tot Commissaris onzer
Vennootschap benoemd.
Na de bevrijding werd de heer van West
aangezocht als beheerder te willen optreden
en met ingang van 15 Januari 1946, tegelijk
met de heer Ir. M. J. Rümer, tot directeur
benoemd. Hij heeft deze functie dus bijna 10
jaar vervuld. Zijn benoeming geschiedde in
een tijd, waarin het bedrijfsleven in verband
met de wederopbouw met grote moeilijkheden
te kampen had en het zal hem bij zijn af
scheid tot voldoening schenken, dat onze
Onderneming, mede door zijn toewijding en
stuwende kracht, thans een tijdperk van bloei
doormaakt.
Alvorens de heer v an West, tlie op 17 Mei
1886 werd geboren, bij Wilton-Fijenoord in
dienst trad, heeft hij vele omzwervingen over
de gehele wereld gemaakt. Hij studeerde in
Delft en Breinen, waar hij de graad van
Scheepsbouwkundig ingenieur behaalde. Na
als constructeur bij de Rotterdamsche Droog
dok Maatschappij te hebben gewerkt, trad