3 NIEUWS de Ondernemingsraden moeten houden en verschillende zaken moeten regelen, zoals 0.a. de goedkeuring van het reglement en de wijze van verkiezing. De bedrijfscommissie voor de Metaalindustrie en de Electrotechnisehe Industrie is op 14 januari 1954 ingesteld en met ingang van die datum nam in deze bedrijfstak de verplich ting een Ondernemingsraad in te stellen een aanvang. Het reglement voor onze Ondernemingsraad, hetwelk in samenwerking met de besturen van de fabrieks- en beambtenkern is samen gesteld, is inmiddels door de bovengenoemde bedrijfscommissie goedgekeurd. o Wat de bevoegdheden van de Ondernemings raad aangaat, meen ik er goed aan te doen, te verwijzen naar art. 6 van de Wet op de Ondernemingsraden. In het reglement voor onze Ondernemingsraad vindt U de taak in art. 3 omschreven en wel als volgt: 1. De Ondernemingsraad heeft tot taak, zulks onder erkenning van de zelfstandige functie van de ondernemer, naar vermo gen bij te dragen tot een zo goed mogelijk functionneren van de onderneming. Zijn streven is er daarbij op gericht, dat alle werknemers zich opgenomen gevoe len in de bedrijfsgemeenschap en dat zij, mede als gevolg daarvan, de goede gang van zaken door daadwerkelijke persoon lijke inspanning zullen helpen bevor deren. Tevens tracht hij de goede verhouding en onderlinge samenwerking te verster ken van allen, die aan de onderneming verbonden zijn, zowel tot verhoging van de arbeidsvreugde van alle betrokkenen als van de bloei van de onderneming. 2. De ondernemingsraad tracht deze hem opgedragen taak te volbrengen door: a. het behandelen van uit het personeel te zijner kennis gebrachte opmerkingen, wen sen en bezwaren, voor zover deze van al gemeen belang zijn voor de positie van de werknemers in de onderneming; b. het plegen van overleg inzake het vast stellen van vakantietijden, werkroosters, ploegendiensten en schafttijden, voor zo ver deze het belang van de gehele onder neming of een belangrijk aantal werkne mers raken en voor zover dit overleg en deze vaststelling niet bedrijfstaksgewijze plaatsvinden; c. het bevorderen van de juiste toepassing, naleving en uitvoering van de voor de onderneming geldende arbeidsvoorwaar den; d. het bevorderen van de naleving van de wettelijke voorschriften ter bescherming van de werknemers in de onderneming, alsmede het toezicht op de inrichtingen in het belang van de veiligheid, gezond heid en hygiëne en op de schaft- en kleedgelegenheden e. het deelnemen aan het beheer van instel lingen ten behoeve van de werknemers, aan de onderneming verbonden, indien en voor zover daarin niet bij of krachtens de Wet op andere wijze is voorzien en op de wijze als in overleg met de Onder nemingsraad wordt vastgesteld; f. het bevorderen van de scholing en oplei ding van werknemers in de onderneming; g. het adviseren en het doen van voorstellen omtrent maatregelen, die tot verbetering van de technische en economische gang van zaken in de onderneming kunnen bij dragen. U ziet dus een uitgebreide taak, welke zowel een adviserend als een uitvoerend karakter heeft. Evenals dit voorheen met de kern het geval was, onthoudt de Ondernemingsraad zich in gevolge art. 4 van het reglement van de be handeling van aangelegenheden, die in het overleg tussen de werkgeversvereniging, waar bij de onderneming is aangesloten, en de vakverenigingen zijn of plegen te worden ge regeld, terwijl de Ondernemingsraad verder slechts die zaken in behandeling neemt, wel ke door de werknemers niet met de daar voor in de onderneming aangewezen instan ties kunnen worden afgehandeld. Hoewel er dus met betrekking tot de taak van de Ondernemingsraad en die van de voormalige kernen op vele punten wel over eenkomst bestaat, mogen we niet uit het oog verliezen, dat er tussen deze twee lichamen een principieel verschil bestaat. De kernen waren uitsluitend samengesteld uit vertegen woordigers van het personeel, terwijl de On dernemingsraad een verticale structuur toont en daarin ook één der directieleden als voor zitter van de Raad zitting heeft. Wil de Ondernemingsraad goed werken, dan zal hij moeten zijn een college van overleg, een college van advies, dat als geheel een bij drage levert tot het zo goed mogelijk func tionneren van de onderneming. Dat daarbij de zelfstandige functie van de ondernemer te allen tijde zal moeten worden erkend, is een voorwaarde, welke in de Wet duidelijk is gesteld. Om het nieuwe instituut volledig tot zijn recht te laten komen, mag ik van U, leden van de Ondernemingsraad, een gezindheid verwachten, welke tot een positieve mede werking in de oplossing van toekomstige pro-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1956 | | pagina 5