(jH) NIEUWS
6
van State echter in plaats van een Kroon
raad een regeringsraad geworden.
Bij liet advies van de Raad van State wordt
het rapport van de betrokken minister ge
voegd, waarna het ontwerp - na eventueel
nog opnieuw in de ministerraad te zijn be
handeld - wordt ingediend bij onze volksver
tegenwoordiging.
De Staten-Generaal
Deze bestaat, zoals bekend, uit de Eerste en
de Tweede Kamer. De Eerste wordt gekozen
door de leden der Provinciale Staten, de
Tweede door alle Nederlandse stemgerech
tigde kiezers. In ons staatkundig bestel treedt
vooral de Tweede Kamer op de voorgrond.
Zij beschikt ook over een aantal bevoegdhe
den welke de Eerste Kamer niet kent. Zo kan
zij in een wetsontwerp wijzigingen aanbren
gen, terwijl de Eerste Kamer (waarin een
wetsontwerp, na in de Tweede Kamer behan
deld te zijn, aan de orde komt) uitsluitend
het ontwerp kan aanvaarden of verwerpen.
Toch is de positie van de Eerste Kamer zeer
belangrijk. Werd vroeger nog wel eens ge
fluisterd dat „de afschaffing van de Eerste
Kamer alleen door de boden zou worden be
treurd", thans is men in het algemeen het er
wel over eens - ook met het oog op de toe
genomen ingewikkeldheid van het maatschap
pelijk leven - dat de Eerste Kamer, welke
de ontwerpen opnieuw onderzoekt en aan
welke een belangrijke corrigerende taak toe
valt, een alleszins nuttig bestanddeel van onze
staatsregeling is.
Na deze inleiding nodigen wij U nu uit ons
te willen volgen voor
een bezoek aan de Tweede Kamer.
In de zaal, waar de vergaderingen van de
Tweede Kamer worden gehouden, zijn twee
balcons, een openbare tribune en een gere
serveerde tribune voor gasten.
Die openbare tribune is toegankelijk voor het
gehele Nederlandse volk, maar hoevelen van
ons hebben daar werkelijk de zitting wel eens
gevolgd? Het wordt ons overigens ook mo
gelijk gemaakt het behandelde thuis te vol
gen uit het ochtend- of avondblad (indien U
tenminste niet bent geabonneerd op het ste
nografisch verslag, de „Handelingen"!): op
beide balcons is aan weerszijden de eerste rij
bestemd voor de parlementaire journalisten.
Kamer gewoonten
In die Kamer houdt men er, zo op het eerste
oog bezien, merkwaardige gewoonten op na.
Een spreker voert het woord. Als U nu echter
denkt, dat de vergadering luistert, dan schijnt
U zich te vergissen. Een paar leden zijn on
derling in druk gesprek gewikkeld, een ander
maakt de indruk zijn post te zitten afdoen.
Weer een ander maakt eens een wandelinge
tje naar waar de voorzitter en de griffier
tronen, om een praatje te gaan staan maken.
Kijk, daar hebt U de heer Schouten. Hij kijkt
eens onderzoekend omhoog naar wie zo wel
op de gereserveerde tribune zit en vervolgt
dan, klaarblijkelijk tevreden gesteld, zijn weg,
de handen op de rug.
Toch kunt U er van op aan, dat die gerouti
neerde parlementariërs die Uw en mijn be
langen daar behartigen, allebei hun oren, al
zijn zij ook schijnbaar met iets anders bezig,
bijzonder goed open hebben. Dat blijkt wel,
wanneer later de betrokken spreker op een
van zijn argumenten wordt aangevallen. Men
heeft in de afdelings- of commissievergade
ring reeds over het onderwerp gehoord en
voorts zo, in de loop van zijn Kamerpraktijk,
geleerd twee of drie dingen tegelijk te doen.
Als de vergadering in de loop van de namid
dag een ogenblik wordt geschorst, verlaten
wij onze plaats op de tribune voor een ge
sprek met de griffier van de Tweede Kamer,
mr. A. F. Schepel.
o
Het werk van een Kamerlid is geenszins een
sinecure. De parlementaire arbeid is zeer in
omvang toegenomen en ook internationale
verplichtingen (Straatsburg!) vragen dikwijls
de aandacht.
Dit alles vindt ook zijn weerslag, zo deelt mr.
A. F. Schepel, de griffier, ons mede, in de
werkzaamheden der griffie. Tijdens de be
grotingsbehandeling is het meermalen nood
zakelijk dat 's avonds wordt doorgewerkt ten
einde de nodige verslagen en andere stukken
tijdig te produceren.
Uitbreiding
Straks - na een desbetreffende grondwetswij
ziging - zullen de heer Schepel en zijn mede
werkers er nu een paar zorgen bij krijgen:
het ledental van de Tweede Kamer komt
dan - in verhand met de sterk gegroeide par
lementaire beslommeringen en het toegeno
men aantal te behandelen onderwerpen - van
100 op 150, terwijl de Eerste Kamer van 50
tot 75 leden zal worden uitgebreid. „Wij heb
ben het nagegaan", zegt mr. Schepel, „wij
zullen ze door het aanbrengen van enige wij
zigingen in de zaal juist kunnen bergen, die
50 leden meer".
Intussen scheppen de talrijke commissie-ver
gaderingen èn onder meer de genoemde ar
beid op internationaal gebied wel eens een
absentie-probleem bij de Kamervergaderin
gen. Dit kan nijpend worden, indien voor een
stemming niet op dat moment het wettelijk
vereiste minimum-aantal leden (51) ter zit-