3
NIEUWS
stig voor een krachtige uitbreiding van de Ne
derlandse koopvaardij in het geheel van de
wereldtonnage. Aan de hand van enige cijfers
berekende spr. dat de zeegaande wereldhan
del zich van 1938 tot 1955 uitbreidde met
62 pet. en de Nederlandse koopvaardijvloot
met 34 pet. Men kan dus vaststellen, dat de
groei van de zeegaande wereldhandel bij
lange na zijn complement niet vindt in de
groei van de Nederlandse koopvaardijton-
nage.
Wanneer men in acht neemt, dat de expansie
van de wereldhandel bijna uitsluitend op het
conto van het vervoer van olieprodukten is te
schrijven, dan hebben wij het belangrijkste
verklarende element reeds te pakken.
Het aandeel van het vervoer van droge lading
onder Nederlandse vlag is sedert 1939 met
15 pet. toegenomen terwijl in dezelfde pe
riode de wereldtonnage voor dit vervoer met
slechts 5 pet. toenam. Men moet daarom wel
respect hebben voor de bekwaamheid van de
Nederlandse reders en zeelui, die met een
toenemend aandeel in de droge vrachtvaart
zulke fraaie resultaten in de lijnvaart hebben
weten te bereiken. Dit wijst op de uitzonder
lijke bekwaamheid van de Nederlander voor
de zeevaart en het bewijst tevens dat een ver
dere krachtige versteviging in de economische
structuur van ons vaderland in harmonie is
met ons volkskarakter en daarom ook ons
zelve zeer ten goede zal komen. Het lijkt ech
ter wel voor de hand te liggen, aldus spr., dat
bij een dergelijke uitbreiding van onze koop
vaardij meer dan tot dusver aandacht zal moe
ten worden geschonken aan het vervoer van
aardolieprodukten.
Spr. wees vervolgens op de indrukwekken
de toeneming van de wereldproduktie en op
de geweldige betekenis van het vraagstuk der
onontwikkelde gebieden, om daaruit te be
sluiten, dat de stimulering van de produk-
tieve krachten o.m. moet worden gedragen
door een toenemende toevoer van energie.
Voor de Ver. Staten wordt de toeneming van
het olieverbruik geschat op ruim 4 pet. per
jaar en recente rapporten komen voor Europa
op een cijfer van ruim 7 pet. per jaar. Het is
daarom spr.'s overtuiging, dat de aardolie
industrie een der meest stabiele en welvaren
de sectoren van de wereldeconomie zal blij
ven. Van oudsher is bewezen, dat de ligging
van ons land en de eigenschappen van onze
bevolking het mogelijk maken een belangrijk
aandeel te hebben in een gevarieerd aantal fa
cetten van deze aardolie-industrie. Het zee
transport speelt hierbij een grote rol.
7
Hulde aan des Eerste Spijker.
Wijzk: it mooijt mtinjei ra* it Stad*
Kom Vrienden sing en weet verblijd f
Thnnt it de Klei van *t Schip geleid
Dat weer uw hoop doet leven. bit.
Van 't Schipwaaraan g' uw heil betrouwd
En 't eerst op owe werf gebouwd:
God tal het tegen geren. bi». Ut.
De eerete Spijker slt er In
Schiedam juicht om dit goed hegln
De Spijker it geslagen. bi».
Zoo word van klein de ceder groot
Dit Schip word ont een reddingt-boot
De Spijker ia geslagen. bi», bi».
Kora Gtrtkom doe nu eens je best
*t Begin it goed laat ook de rei(,
Aan on*' verwachting blijken bi».
Dat
8
Dnt zelf het grijze Dordereeht
Zoo rijk in scheepsbouwzelve zegt
Dat Schip mag men bekijken. bir. bit,
Nepfutm neenLieve God I
Schenk aan dit Schip eejA goedig lot
Waarom w' uw goedheid vragen. bi».
Zijn lot is op de woeste zee,
Zoo welals op de stille rhee
Godf naar uw behagen. bit. bit.