VERENIGING W.F.
DAMES- EN MANNENKOOR
NIEUWS
Dames- en Mannenkoor W.F. concerteren
met Kralingse Orkestvereniging.
Op 12 april hebben ons dames- en mannen
koor (directeur J. Lucas) in samenwerking
met de Kralingse Orkestvereniging (direc
teur J. van Gooi) in de Grote Kerk te Schie
dam een concert gegeven, waarbij de navol
gende solisten optraden:
Traus van Ameijde Sopraan
Anneke Visser Alt
Constandt v. d. Elshoudt Tenor
Henk Kromhout Bas
Bram Boelee Piano
Het programma luidde:
1. Orkest
Ouverture „Die Geschöpfe des Prome
theus" (Beethoven).
2. Dameskoor, Mannenkoor, Orkest, Solisten
Lauda Sion (Mendelssohn-Bartholdy).
3. Dameskoor met orkest
Ave Maria (Brahms).
4. Mannenkoor met orkest
Gott meine Zuversicht (Schubert).
5. Bram Boelee (piano)
a. Impromptu opus 90 no. 3 (Schubert)
b. Impromptu opus 90 no. 4 (Schubert)
6. Orkest
Rosainunde tussenakte-muziek no. 1
(Schubert)
7. Dameskoor, Mannenkoor, Orkest, aan de
vleugel Bram Boelee
Chor Phantasie (Beethoven).
Voor de liefhebbers een programma waar
van door een over het algemeen goede uit
voering, volop is genoten. De muziekliefheb
bers mogen de besturen, dirigenten en leden
zeker dankbaar zijn, omdat zij het aandurf
den een dergelijk programma in te studeren.
Al was het dan geen tot de nok gevulde kerk,
zij, die wél de moeiten en zorgen van de ver
enigingen door hun aanwezigheid hebben
goedgemaakt, hebben wederom ervaren, dat
werkelijke muziek - dus ook uit klassieke
werken - niet te vervangen of te verdringen
is door probeersels, die komen en gaan.
Men zou het kunnen betreuren, dat niet en
kele honderden meer zo'n programma wil
len beluisteren, maar oude wijsgeren ontdek
ten reeds, dat het goede nimmer hetzelfde is
als het vele. En dat is wellicht ook van toe
passing op het aantal luisteraars naar een
klassiek programma.
Wij wensen onze koren in de toekomst vee!
succes en in 't bijzonder het mannenkoor (zie
no. 4 van het programma) een grotere toe
loop van goede, trouwe leden.
Wij menen goed te doen uit het programma
het navolgende over te nemen ter oriënte
ring van belangstellenden onder onze lezers.
Jan Lucas
die in 1913 te Rotterdam geboren werd, kon
zijn eerste muzikaliteit slechts uitleven in een
knapenkoor, waar hij niet bijzonder opviel,
omdat de jongelui uitstekend getraind wer
den en de kunst van het notenleren reeds
vroeg machtig waren.
De grote toevallige kans kwam toen de diri
gent van het jongenskoor, de zeer muzikale
onderwijzer M. J. van Huiten, juist even voor
een uitvoering ziek werd en de leiding van
die uitvoering aan Lucas - nauwelijks 14 jaar
oud - overdroeg. De jongen volbracht zijn
taak uitstekend.
Hierna mocht hij piano gaan studeren bij
Phons Dusch en ging zijn dirigent hem de
eerste theoretische kennis bijbrengen. Op ad
vies van Jos. Holthaus lag het in het voorne
men hem verder te bekwamen voor solozang,
maar door aanleg voor bronchitis bleef het
bij dit voornemen.
Inmiddels studeerde hij theorie bij Bernard
Diamant en orkestdirectie en orkestratie bij
Max de Groot, met gevolg dat hij op even
twintigjarige leeftijd reeds twee koren en twee
orkesten dirigeerde.
Bij j os Vranken kreeg hij de gelegenheid om
van diens enorme literatuurkennis - in het
bijzonder die van het mannenkoor - veel te
leren.
Momenteel leidt de heer Lucas vier mannen
koren en een dameskoor te Rotterdam en
Schiedam, geeft muzieklessen aan twee scho
len te Rotterdam en Gouda, verzorgt de the
rapeutische muziek bij twee psychiatrische
inrichtingen in de omgeving van 's-Graven-
hage en is als muzikaal-adviseur verbonden
aan een uitgeverij. Hij dirigeerde in vele ste
den in binnen- en buitenland.
Johan van Gooi
begon - in 1909 te Rotterdam geboren - eerst
op achttienjarige leeftijd aan zijn muziek
studie. Zijn volledige vakopleiding kreeg hij
aan het Rotterdams Toonkunst-conservato
rium, waarbij op advies van Willem Pijper -
de toenmalige directeur - al vrij spoedig reke
ning werd gehouden met een latere dirigen
tenstudie.
Van Gool's leraren waren o.a. Carel Drukker,
Anton Kaltwasser en Phons Dusch voor piano,
Adolphe Poth en Jan Warnars voor viool en
altviool, Willem Pijper en Henri Zagwijn voor
contrapunt compositie.
21
