NIEUWS
2
grip „orderportefeuille", kan in liet verslag
worden verklaard, dat een vrijwel volledige
bezetting van onze afdelingen scheepsbouw
en machinebouw voor lange tijd gewaar
borgd is.
Van de drukte in de afdeling reparatie, waar
het jaarverslag van gewaagt, kunnen wij ons
dagelijks bij bet zien van het groot aantal
schepen in onze dokken en langs de kaden
overtuigen.
Het ligt binnen het bereik van al onze werk
nemers er toe bij te dragen, dat de financiële
resultaten van de hierboven opgesomde en
van de nog te verwachten opdrachten een be
vredigende ontwikkeling van onze onderne
ming mogelijk maken.
In dit verband vermeldt het verslag, na te
hebben gewezen op de problemen waarvoor
het tekort aan arbeidskrachten ons in 1956
heeft geplaatst, het volgende:
„Dat met deze toestand voor ogen de bereid
heid tot onderlinge samenwerking en tot op
voering der produktie als bijzonder gewichtig
moet worden beschouwd is duidelijk en het
verheugt ons op deze plaats een woord van
waardering te kunnen richten tot zovelen
onzer medewerkers voor de door hen betoon
de toewijding onder vaak moeilijke omstan
digheden."
Het verslag bevat voorts uitvoerige inlichtin
gen over de sociale voorzieningen ten behoeve
van onze werknemers. Dit zijn voorzieningen
deels bij wettelijke voorschriften geregeld,
deels van vrijwillige aard, onze lezers welbe
kend. De afsluiting van een boekjaar is een
welkome gelegenheid de balans van de daar
aan verbonden kosten op te maken. Deze
blijken in 1956 in totaal te hebben bedragen
ruim 8.600.000,betgeen neerkomt op
1.250,per werknemer tegenover 1.090,
in 1955 en 550,— in 1946.
De outillage van onze werven hebben wij se
dert de bevrijding in snel tempo zien ver
nieuwen en groeien, het ene jaar wat sneller
dan het andere naar gelang de resultaten dit
toelieten. Het verslag becijfert de sedert 1946
tot einde 1956 aan de uitbreidingen en vernieu
wingen, met inbegrip van het herstel van dok
4, bestede bedragen op bijna 100.000.000,
welk bedrag de onderneming zich slechts
voor een klein gedeelte uit een obligatiele
ning en overigens uit eigen middelen, name
lijk door ingehouden winsten, beeft weten te
verschaffen. Het zal zonder meer duidelijk
zijn, dat die uitgaven geboden waren om onze
onderneming op peil te brengen en te houden,
wilde zij met binnen- en buitenlandse werven
en machinefabrieken met succes kunnen blij
ven concurreren.
Er is met bovengenoemd bedrag van honderd
miljoen reeds zeer veel tot stand gebracht
dat tot de verbeelding spreekt, zoals de
nieuwe timmerwinkel, de lasloods, de gegra
ven dokken 6 en 7, de zes hallen van machine
fabriek II, bet dokkantoor oost, nieuwe ka
den voor afbouw en reparatie, de Bedrijfs-
sehool enz., en, wat bij een rondgang op de
werf te Schiedam uiteraard niet direct op
valt, allerlei moderne fabriekswerktuigen en
loopkranen welke een doelmatige produktie
mogelijk maken.
Daarmee zijn wij er echter nog niet; de
scheepsbouw- en de machinebouwtechniek
staan niet stil. Steeds grotere schepen, vooral
tankers, worden gevraagd. Deze zullen moe
ten worden gebouwd en gerepareerd en de
outillage van ons bedrijf: hellingen, droog
dokken, kaden, kranen, machines enz. zullen
aan die grotere scheepsafmetingen moeten
worden aangepast. Het verslag laat er dan
ook geen twijfel over bestaan, dat in de toe
komst veel geld voor die geleidelijk uit te
voeren investeringen beschikbaar zal moe
ten zijn.
Van de winst, zoals deze door de fiscus wordt
becijferd, moest in 1956 circa 43 r/o aan be
lastingen worden betaald (over 1957 waar
schijnlijk 47 Uit hetgeen overblijft wor
den, indien dit overschot toereikend is, de
uitgaven voor vernieuwing afgeschreven,
waarna (1e te verdelen winst overblijft, die
uit den aard der zaak ten goede komt aan de
winstgerechtigden, t.w. de kapitaalverschaf
fers (aandeelhouders), het bestuur en bet per
soneel.
De winst over 1956 beeft een uitkering aan
aandeelhouders mogelijk gemaakt van 16
De winstdeling aan het personeel bedraagt
75 van het op de gewone aandelen uitge
keerde dividend en beloopt 1.638.216,
Zoals bekend, wordt dit bedrag omgeslagen
over bet door beambten, toezichthoudend
personeel en arbeiders in 1956 verdiend sala
ris of arbeidsloon, volgens de voorschriften
van het reglement van winstdeling, zoals dit
laatstelijk in 1955 door bet College van Rijks
bemiddelaars is goedgekeurd.
Wij willen deze samenvatting van het. verslag
der directie besluiten met hetgeen in de slot
alinea gezegd wordt over de vooruitzichten
ten aanzien van het jaar 1957. Daarbij wordt
in de eerste plaats gewezen op het vele werk
dat bij het begin van dit jaar onderbanden of
in opdracht is in de afdelingen voor nieuw
bouw en reparatie, waardoor de bezetting van
onze werkplaatsen voor lange tijd verzekerd
is. Niet verzwegen wordt, dat het tekort aan
bekwame vaklieden en technici en de voort-