Koninklijke Onderscheidingen
AVa) NIEUWS
De lieer J. C. van Breda, brander van beroep en sinds
jaren werkzaam op onze werf te Rotterdam, vierde op
23 maart j.l. zijn 40-jarig dienstverband bij onze maat
schappij.
Naar gewoonte werd hij met zijn echtgenote door de
directie in de directie-kamer ontvangen, en toegesproken
waarbij hem de gebruikelijke enveloppe plus Wilton-
Fijenoord-oorkonde overhandigd werd.
Maar hiermede was deze korte, intieme plechtigheid nog
niet geëindigd. Hem was namelijk door Hare Majesteit de
Koningin de ere-medaille in brons van de Orde vanOranje-
Nassau toegekend en deze onderscheiding werd hem -
namens de Burgemeester van Rotterdam, in welke ge
meente de jubilaris woonachtig is - opgespeld door
lr. J. E. Woltjer. Diens collega, Ir. B. Wilton en enkele
chefs gaven door hun tegen
woordigheid blijk van be
langstelling.
J. C. van Breda
D e heer G. van der Linden,
van beroep ketelmaker en
de laatste jaren werkzaam
op onze werf te Rotterdam,
vierde op 13 april j.l. zijn
40-jarig dienstverband.
Hij werd met zijn echtgenote
in de directiekamer van ons
hoofdkantoor ontvangen en
door de heer Ir. J. E.
Woltjer - mede namens diens
collega's - toegesproken
waarbij de bekende enve
loppe en oorkonde niet wer
den vergeten.
Maar ook hier was de taak
van de heer Woltjer nog niet
ten einde. Bij Koninklijk
Besluit was namelijk aan de
jubilaris de ere-medaille in
brons, behorende bij de Orde
van Oranje-Nassau toege
kend. De model-onderschei
ding werd uitgereikt namens
de Burgemeester van Rotter
dam en de draagmedaille
ontving de heer van der I,in
den van onze directie.
G. v. d. Linden
Op 17 april, juist op de dag
dat hij 65 jaar was gewor
den en dus de pensioenge
rechtigde leeftijd had be
reikt, werd de heer C. J. van Meurs, chef van de ma
gazijn-administratie, verzocht in de directiekamer te wil
len komen. Hier bevonden zicli de heer Woltjer met en
kele leden van de staf en zij - die zulks nog niet gedaan
hadden - feliciteerden de jarige met het bereiken van de
bekende mijlpaal.
In eerste instantie was dit toch niet de opzet en lag aan
het verzoek „even in de directiekamer te komen" dus
een andere reden ten grondslag.
Ook de heer van Meurs - die 38 jaren in ons bedrijf werk
zaam is geweest - was namelijk met een onderscheiding
begiftigd en hem werd de tot de Oranje-Nassau-Orde
behorende ere-medaille in goud - namens de- Burgemees
ter van Rotterdam - opgespeld door de heer Woltjer,
die - ook uit naam van zijn collega's - enkele hartelijke
woorden sprak. Het was spijtig dat mevrouw Van Meurs
niet aanwezig kon zijn.
De redactie van dit blad biedt vanaf deze plaats de
gedecoreerden haar gelukwensen aan.
C. J. van Meurs