Kerstpuzzel 23 NIEUWS voorhoofd verdwenen. „Het spijt me dat ik maar een klein, gebroken kerstkaarsje ben fluister de het kaarsje toen, „je had een veel mooier kerst geschenk verdiend, kabouter.'' Het gezicht van Grimmeltje begon opeens te glanzen. „Je bent het mooiste kerstkaarsje dat ik ooit gezien heb!" verzekerde hij. En dat meende hij ook. Hij snoof de warme harsgeur op, die in en om de kerst boom hing. Hij kon zich niet herinneren dat hij zich ooit zó blij en tevreden had gevoeld. Het kleine kerstkaarsje was al bijna opgebrand, maar dat merkte Grimmeltje niet. Hij keek maar naar het vlammetje, dat alleen voor hem brandde. „Kabouter," zei het kerstkaarsje toen, „ze heb ben daarstraks het kerstverhaal verteld, maar ik heb het niet goed verstaan. Kan jij me uitleggen wat dit nu allemaal betekent?" Grimmeltje knikte dromerig. „Heel lang geleden werd het kerst kindje geboren," begon hij. „Dat kindje heeft ons geleerd wat Liefde is. Het gaf alles wat het had, alleen om ons gelukkig te maken. Het ging door het leven als een stralend Licht en wanneer wij maar een klein vlammetje van dat grote Licht in ons hart bewaren Verrast keek Grimmeltje op. Het was opeens don ker geworden. Er gloeide nog slechts een klein vonkje. Het kaarsje was opgebrand, maar nog juist voor het helemaal uitdoofde, fluisterde het met een heel klein stemmetje: „Dank je wel, ka bouter! Zo is het genoeg. Nu heb ik het be grepen." P. W. GOEMANS: VAN LINKS NAAR RECHTS: De ramen krijg je mooi schoon met een zemen Nukkige buien noemt men ook wel eens Als je een schilt gaan je ogen tranen. Onze kip heeft een gelegd. Denk niet alleen aan jezelf, maar ook aan Een flinke jongen heet een jongen van Een soort pap. In een kun je dingen opbergen. Hetzelfde als 7. Een koe met grote horens heet een Iemand die bij je op bezoek is, is je Kijken doe je met je 25. Schrijven doe je met een 26. Vrijgevig. 27. „Ik ben een als ik het weet,'' zei Karei. 29. Een kleine stad heet een 30. Als je getallen optelt maak je een 32. Een kind dat met kerstmis jarig is noemt men wel eens een VAN BOVEN NAAR BENEDEN: Op je hoofd groeit Iemand die heel hard spreekt, spreekt Vrucht. Als je iets erg gemakkelijk vindt, zeg je wel „Dat is geen Nog minder dan één. Wat de vorm heeft van een ei is Koeien staan 's winters op Kledingstuk. Iemand die niet mag eten moet 14. Erg oud. 17. Moeder. 19- Lidwoord. 20. Taartje. 21. Iemand die in de sneeuw loopt laat eenachter. 23. Het schijnsel van een haardvuur noemt men wel de 24. Een bolletje dat op stof vastzit heet een 28. Korte kous. 30. wees toch stilzei Miesje. 31. Muzieknoot.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1957 | | pagina 25