D
I. /e heer C. J. A. van Daalen, geboren 11 april 1895, stamt uit een
gezin met negen kinderen (6 meisjes en 3 jongens), die allen nog in leven zijn.
Hij was het tweede kind en de oudste zoon. Zijn vader, die werkzaam was
bij de Ned. Spoorwegen, moest zijn werk reeds lang voor de pensioengerech
tigde leeftijd beëindigen, omdat hij werd afgekeurd. Hij was een energieke
figuur, die niet bij de pakken ging neerzitten, doch zich spoedig op andere
wijze verdienstelijk wist te maken. Als gelovig mens had hij een groot aandeel
in het Hervormd Kerkelijk leven op Feijenoord en reeds op jonge leeftijd
diende hij de Hervormde Gemeente Feijenoord als Kerkvoogd. Later werd hij
tot administrateur benoemd en toen hij op 80-jarige leeftijd kwam te over
lijden, had hij de functie van Kerkvoogd 40 jaar vervuld. Hij was een krach
tige persoonlijkheid met grote gaven van hoofd en hart, een toegewijd wer
ker met grote kennis van zaken. Een man met een scherpe geest en trouw.
Op 14-jarige leeftijd trad de heer C. J. A. van Daalen, die aardig kon tekenen
en dus, zoals toen gebruikelijk, door zijn vader naar de tekenschool was ge
stuurd, in dienst van Wilton's Machinefabriek en Scheepswerf, waar hij als
leerling-tekenaar op de tekenkamer, afdeling Werktuigbouw, werd tewerk
gesteld. De beginperiode was erg moeilijk en het zag er voor de jonge
Van Daalen somber uit toen hij na twee jaar ziek werd en gedurende een jaar
zijn werkzaamheden niet kon verrichten. Hij had echter geleerd wat aanpak
ken was en toen hij zijn werkzaamheden weder begon, behoorde hij al vrij
spoedig tot de mensen op wie de aandacht viel en kon hem steeds belangrijker
werk worden opgedragen. Er was in die tijd veel werk, dat dikwijls door
weinig mensen moest worden verricht en het was dan ook geen uitzondering
als er nachten werd doorgewerkt. We denken hierbij aan de bouw in 1913
van de baggermolens „Willis 1 t/m 7, die zö gebouwd moesten worden,
dat ze in delen verzonden konden worden naar het toenmalige Nederlands-
Oost-Indië, bestemming Tandjong-Priok. In datzelfde jaar moest hij onder
leiding van de heer P. W. van Gent zijn eerste buitenlandse reis maken. Ge
wapend met een in die jaren gebruikelijke grote witte meetlat toog hij naar
Emden om opmetingen te doen voor het plaatsen van nieuw te bouwen ketels.
Toen vaak schepen aan de werf kwamen om tot „oliestook omgebouwd te
worden, heeft de heer Van Daalen dit onderwerp grondig bestudeerd en hij
werd spoedig de specialist op dit gebied.
Dit was het begin van zijn contact met de reparatie-afdeling, want men vroeg
naar hem om aan boord toezicht te houden op de inbouw.
Hij heeft zeer ijverig gestudeerd, nam lessen bij ingenieurs van de werf, stu
deerde moderne talen en het bleef niet uit of zijn werk werd gewaardeerd,
niet alleen door zijn directe chef, doch ook door de directie.
NIEUWS
2