NIEUWS
34
dekzwabberen
staaldraad splitsen
in de toekomst lange reizen gaan maken dus mogen ze maar
eens in de drie weken naar huis. Ze moeten leren om elkaar te
verdragen en iets voor elkaar over te hebben. Een zeeman moet
zelf alles op kunnen knappen, zelf zijn moeilijkheden oplossen
enzijn eigen was doen! Op maandagmorgen is het „plunje-
wassen" en 's middags vlagt het schip dan met drogende was.
Op vrijdagavond is het programma: „lappen en naaien". Want denk
maar niet dat een matroos alle kapotte kleren voor zijn moeder
bewaart zelf repareren is de boodschap! Trouwens, er wordt
wel meer met de naald gewerkt op een schip zeilnaaien is één
van de vakken op de „Pollux". Wil je er nog meer horen? Sturen -
scheepskennis - een tros uitbrengen - enteren - kompasstreken -
seinen met vlaggen - zwemmen - gymnastiek - rekenen - zeevaart
kundige aardrijkskunde - en nog veel meer. Dan is er het roeien
en zeilen met de sloepen. Wanneer bij een zinkend schip de sloepen
worden uitgezet, kan een jongen van de „Pollux", die zijn sloep-
gastendiploma heeft, het commando over een reddingsboot voeren.
Ook het wachtlopen is heel belangrijk. Op de „Pollux" wordt
voortdurend, ook 's nachts, door drie jongens wacht gelopen
twee aan dek en één tussendeks. Elk uur worden ze afgelost en ze
moeten scherp toezien dat er niemand stilletjes het schip opkomt
of iets wegpakt. Denk maar niet dat je zo bij de commandeur bin
nen kunt lopen de wacht komt dan op je af, vraagt beleefd
wie je zoekt en brengt je dan netjes waar je zijn wilt. De wacht de mast
zorgt ook voor het „glazen slaan" dat betekent dat er elk half
uur een bel klingelt. Je merkt wel dat het leven aan boord van de
„Pollux veel van je vraagt - maar dat is goed, want in het zeemansleven moet je flink kunnen aanpakken.
Als de jongens van de „Pollux echt gaan varen en na een goed proefjaar bij een van onze scheepvaart
maatschappijen, hun diploma krijgen uitgereikt, zijn ze echte kerels geworden kerels waar Holland trots
op kan zijn!
Hieronder zie je nog enkele van de vele vlaggen, die bij het seinen worden gebruikt.
A - wit en blauw
ik ben bezig
met een snelheids
proef
B - rood
ik laad of los
ontplofbare
stoffen
P - blauw en wit
zz iedereen aan
boord komen -
het schip vertrekt
Q geel
de quarantaine-
vlag
zz mijn schip is
gezond
rood en wit
contrasein
slotsein
decimaalteken
Ine van Gulik