De kinderboot
TA
Akira Yoshiwaza
vouwt een vogel
,kl
r
2.
3.
16.
17.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
19.
20
In Japan is papiervouwen een eeuwenoude kunst waaraan groot en klein méédoet. Je kunt je niet
voorstellen wat voor een prachtige dingen je uit gewoon wit of gekleurd papier kan maken.
Akira Yoshiwaza, de grote papier tovenaar, wil jullie ook leren hoe je een Japanse wonder
vogel vouwt. Luister maar:
BESCHRIJVING: Neem een vierkant stuk dun
sterk papier, ongeveer zo groot als een vouw
blaadje. Vouw de lijnen heel precies, maak de
vouw eerst met je vinger en dan met je nagel. In
de tekeningen betekent een gewone stippellijn
„vouw een dal" en een punt-streep-punt-lijn „vouw
een berg".
1. Vouw het vierkant volgens de diagonaal AB
zodat er een driehoek komt.
Vouw deze driehoek in tweeën door A op B
te leggen.
Leg het werk zo neer, dat één scherpe punt
naar jou wijst en de twee andere van je af.
Breng het bovenste van punt A omhoog. Stop
je vinger in het gat, helemaal tot aan het einde
en druk het dan plat neer zodat driehoek a een
ruit wordt. Nu héb je figuur 4 gekregen.
Draai het werk om.
Hef punt B op, de grote punt, en vouw het
heen en weer totdat het los blijft staan zoals
in figuur 6.
Doe je vinger in het gat helemaal tot het einde
en druk punt B neer.
De open kant is nu naar jou toegedraaid, de
dichte kant wijst van je af.
Vouw een dubbele zijkant tegen de middellijn
zodat het aan de open kant een scherpe punt
vormt, aan jou kant. Doe hetzelfde met de
andere kant. Nu heb je figuur 8.
Vouw de kleine punt aan het uiteinde over
de rest van het werk.
Open de laatste drie vouwen, die je gemaakt
hebt, dan krijg je figuur 10.
Nu komt het belangrijkste. Breng de grote
punt B omhoog (een enkele laag maar) ja,
goed omhoog. Vouw over lijn CD. Het papier
gaat dan vanzelf binnenste buiten en de zij
kanten maken met de punten C en D een ruit,
zoals je in figuur 11 kunt zien.
Draai het werk om en je hebt figuur 12.
Vouw de twee zijden naar de middenlijn (vol
gens de lijnen (1) en (2). Vouw dan de kleine
punt bovenaan naar beneden over lijn (3).
Nu komt hetzelfde als no. 10 en het is erg
belangrijk. Hef de grote punt A omhoog, goed
omhoog. Vouw dan volgens lijn E-F. Het pa
pier gaat weer binnenste buiten en de zijkanten
langs de punten E en F vormen een ruit. Je
hebt nu een dubbele ruit, zie figuur 15.
15. Steek het werk met de ene hand omhoog en
houd het vast in het midden (bij X); met de
andere hand maak je de kleine punten C en D
open. Pak dan punt H en trek het goed om
hoog tussen C en D door. Dat is de staart zo
als je in figuur 16 ziet. Let er goed op, dat de
lijn die je gevouwen hebt helemaal doorloopt
tot de buik (X).
Doe met punt G hetzelfde als in no. 15 maar
dan aan de andere kant.
Om de kop te maken duw je een klein puntje
van F naar binnen, en klaar is de kop.
De vogel is nu af, maar hij moet nog vliegen
Daarvoor moet je van het punt waar de nek
de vleugel (Z) raakt tot het onderste gedeelte
van de staart O de vleugel omvouwen zoals
in figuur 19.
Doe hetzelfde met de andere vleugel, zodat
de vleugelpunten elkaar onder de vogel raken,
zie figuur 20.
Hef de vleugels omhoog. Dit is heel erg be
langrijk, want als je dit niet doet zullen de
vleugels later scheuren. Pak de borst vast en
trek aan de punt van de staart. Als je de staart
heen en terug trekt en duwt gaat de vogel
met z'n vleugels klappen.
Als de vogel moe is breng je de punten van de
borst een beetje van elkaar en dan kan hij staan.
Dit is het leukste vouwwerkje dat men in Japan
kent en je kunt als je dit onder de knie hebt hon
derden andere zelf bedenken. Het is dus wel de
moeite waard dit te leren en net zo lang te oefenen
tot het je vlug en goed afgaat.
ïi.
12.
14.
t.
18