JUBILEA JUBILEA JUBILEA JUBILEA JUBILEA
Het is voor ir B. Wilton geen eenvoudige taak om
de jubilarissen van de maand toe te spreken want
het zijn er 22, voorwaar een behoorlijk aantal. Het
hartelijk welkom geldt dan ook voor vele aanwe
zigen.
Spreker wijst op de lange „arbeidsweg", die door
deze werknemers is afgelegd, waarbij ieder zijn
eigen taak in het bedrijf heeft vervuld en waar
door tenslotte iets groots tot stand is gekomen.
dames aan te treffen en wel Mej. P. M. de Kaper
van de afdeling Personeelsadministratie en Mevr.
J. M. Lammers, die tien jaar geleden als de eerste
„vrouwelijke" telefonist haar intrede deed in het
bedrijf.
Dan spreekt de heer Wilton de heer S. Ritstier
toe - controleur M.F. - voor wie het vandaag 40
jaar is geleden dat hij bij W.F. in dienst kwam.
Hierna volgen de "25-jarigen", onder wie ook de
Vroeger waren de mensen „alleenwerkers" en spre
ker denkt hierbij b.v. aan de uitvinder Edison.
Tegenwoordig is dat anders. Edison is de uitvin
der van de gloeilamp, de grammofoon, enz. en
heeft als zodanig een groots werk verricht. Tegen
woordig bestaan er geen uitvinders meer, die zich
op zo'n gespreid gebied bewegen. We werken nu
samen als groepen van specialisten, die ook elkaar
als groep weer verder helpen. Zo heeft bijv. de
electronica (boekhoudmachines) het mogelijk ge
maakt onze ingewikkelde loonopbouw thans vlot
tot stand te brengen. Daarom is het zo belangrijk,
dat we gezamenlijk verder werken aan hetgeen
deze mensen vroeger zijn begonnen.
Met het voorgaande wil spreker zeggen, dat al
hetgeen ieder individueel heeft gedaan, heeft bij
gedragen tot het grote geheel, waardoor het be
drijf kon uitgroeien tot wat het nu is. Het is vooral
daarom dat de heer Wilton de jubilarissen van
daag eens heel speciaal wil bedanken.
Het is plezierig onder de jubilarissen ook weer eens
heer H. G. Brandt van de Gieterij, die door de
Schiedammers wordt gezien als iemand van de
„overzeese gebiedsdelen"!
Tenslotte spreekt de heer Wilton ten tweede male
de .heer Ritstier toe en wel om hem namens de
Burgemeester van Rotterdam mededeling te doen
van het feit, dat het H.M. de Koningin heeft be
haagd hem de eremedaille in zilver verbonden aan
de Orde van Oranje-Nassau toe te kennen. Het
stemt tot voldoening deze onderscheiding aan een
lid van de Familie Ritstier te mogen uitreiken,
daar ook de vader en de grootvader bij het bedrijf
hebben gewerkt.
De heer Wilton hoopt, dat de jubilaris deze zo
welverdiende onderscheiding nog vele jaren zal
mogen dragen en overhandigt namens de directie
de hierbij behorende draagmedaille.
Na het gezellige kopje koffie bleef men nog enige
tijd bijeen om „oude" en „nieuwe" koeien uit de
sloot te halen.
Y. D.
6