Vochtig dat water. Proost
Zo, die slag is voor mij.
50 jaar (rechts) en 30 jaar (links) in de (Spido) huwe- Zeg maar: Jantje van Alles
lijksboot.
wel eens een kijkje willen ne
men. De bediening is natuurlijk
helemaal anders dan in mijn
tijd".
In de tuin lopen vijf „zusjes" en
een man. Het blijkt een familie
te zijn. Hoe de familie-relaties
precies liggen, wordt niet hele
maal duidelijk. Want vrolijk hoor
ik namen door elkaar klinken,
als: Mastik, Kraayveld en Van
Bekkum. De laatste vrouw zegt
guitig: „Straks als we aan boord
zijn, gaan we lol maken. Je danst
toch een keertje met me?" Als
voorproefje zingt ze vast een
deuntje. Later zou ze zich heer
lijk op de piano en met de sam
baballen uitleven. Ze doet het
nog goed ook!
In het restaurant smikkelen de
uitgaanders verheerlijkt de var
kenshaasjes op. 't Is allemaal
lekker en de kok heeft extra zijn
best gedaan, want het is ten
slotte de tiende keer, dat de
WF-gepensioneerden hier ko
men. Daar is de directeur van
Ouwehands, de heer J. Baars,
trots op. „Als ze tien keer ach
ter elkaar bij je komen, is dat
een teken, dat het hier goed is.
Dat is nog een verkoopargument
voor andere groepen ook. Ik ga
me er zelf zo langzamerhand
helemaal bijvoelen. Velen ken
nen me ook, zonder te weten,
wie ik precies ben. Zo straks
nog: steekt er één z'n duim op
en zegt: Goed, hé. Ga je volgend
jaar weer mee?"
Van Rhenen naar Tiel rijden we
mee in één der bussen. De heer
Windt is er chauffeur van, van
die mooie blauwe.
„De reis is fijn gevarieerd". De
heer J. Seters (71) leunt naast
zijn vrouw behagelijk achter
over in zijn stoel. „Ik ga al voor
de vijfde keer mee". Zijn vrouw:
„Alles is goed, ja het eten ook.
Er valt niets op te zeggen". En
hij: „Het is zo wel prettig: eerst
met de bus dan met de boot.
Damheb je 's middags meer ver
strooiing. Maar hossen en sprin
gen doen we niet meer op onze
leeftijd".
Dat is opvallend van deze groep.
De mensen genieten enorm.
Dat merk je aan alles. Ze zijn
gul met het toezwaaien van lof,
maar ze zijn niet uitbundig. Het
zijn meer van die stille tevreden
genieters.
Op een andere bank tref ik er
twee aan. Twee vriendinnen, de
dames A. Verveer en J. de Haan.
Schuchter ontvalt me: „Naar uw
leeftijd vragen, mag ik niet. Daar
ben ik trouwens ook te verlegen
voor". Ze lachen wat, maar tui
nen niet in het opgezette valle
tje. De leeftijden blijven geheim.
Enfin. Wat niet geheim blijft, is,
dat ze het naar hun zin hebben.
„We gaan voor het eerst mee,
maar morgen willen we wel
weer. De Dierentuin was zó
mooi, we hebben er heerlijk ge
wandeld, gelukkig was de regen
6