eerder opgeleverde „Bernard"
voor dezelfde rederij.
Na wat „klein goed" verkreeg
„Wilton" opdracht voor Belgi
sche rekening het teertankschip
„Phenol", werfnummer 163 te
leveren.
Volker Bos bestelde twee bag
germolens, de „Bremen", bouw-
nummer 164 en de „Hamburg",
bouwnummer 170 en tevens een
sleepboot, de „Eva", bouwnum
mer 161.
De technische ontwikkelingen
in de haven van Rotterdam leid
den ertoe dat de werf Wilton
zich ging toeleggen op de bouw
van graanelevatoren, waarvan er
in totaal eenendertig werden ge
construeerd, met dien verstande,
dat de speciale apparatuur voor
het opzuigen van het graan uit
het buitenland werd toegeleverd.
De eerste twee, „Elevator 1" en
„Elevator 2" werden in 1904 op
geleverd aan de „Maatschappij
tot Exploitatie van Graaneleva
tors", terwijl vier jaar later de
nummers 3 t/m 8 voor dezelfde
maatschappij werden gebouwd;
in 1910, „9 t/m 12" en tot slot in
1911 „13 t/m 16".
In het jaar 1910 werden tevens
twee elevators geleverd aan de
Bouwnummers 168 en 169 (Wilton). De
„Elevator II"
Gemeente Antwerpen, deze Ele-
vateur I" en „Elevateur II' wer
den in 1913 gevolgd door de
„III" en „IV" en de twee volgende
jaren daarop door de „V" t/m
„XII".
Bouwnummer 264, een graan
elevator voor de stad Rouaan
werd ten gevolge van het uit
breken van de 1ste wereldoorlog
geannuleerd.
aanelevators Elevator I" en
In 1915 werden nog twee graan
elevatoren voor de Nederland-
sche Elevator Maatschappij ge
bouwd, de „Elevator 9" en „Ele
vator 10" en tot slot in 1925 de
„Elevateur XIII" voor Antwerpen.
Vele jaren zouden aan de werf
te Rotterdam reparaties aan
deze bouwsels worden uitge
voerd.
A.v.D.
Bouwnummer 165 (Wilton). De motorboot „Listo" in 1905 gebouwd voor Bureau Nautica
12