14
Prijsschieten bij sport en sp<
zelf vaak nog jong, steekt de ge-
dropten best een helpende ster
ke arm toe door hun per auto
naar het kamp te rijden. Op de
bodem van zo'n politie-auto ont
dekten eens controlerende lera
ren een paar weggedoken knul
len. Onverbiddelijk klonk het:
"Er uit, zelf lopen en zoeken".
Tja, de zelfwerkzaamheid kent
geen grenzen
Uitslapen
De volgende ochtend mag er
uitgeslapen worden tot 's mid
dags 12 uur. De vermoeide kna
pen maken daarvan een dank
baar gebruik. De leiding zelf zal
misschien ook wel een uiltje
knappen?
Bij slecht weer gaat een drop
ping niet door. De heer Van
Maanen: "In negentien jaar is
dat slechts een paar keer voor
gekomen. Men heeft er dan wel
de pee in: een teleurstellende
ervaring op zo'n moment.
Vorig jaar zijn wij eens een
kamp een dag eerder gestopt.
De jongens wilden doorgaan.
Wij vonden echter dat er gren
zen zijn en waar het de gezond
heid betreft, mag je die niet
overschrijden. Als men begint te
hoesten en niesen en de kelen
gaan wat branderig worden, nu
stop dan maar. hoe jammer dan
ook".
De leiding van de school met
aan het hoofd de chef Vorming
en Opleiding, de heer Valk, en
de chef Bedrijfsschool, de heer
Van de Geer, plus de leraren
zetten zich bijzonder in voor het
kamp, omdat het zo waardevol
is.
Vrijdag's voordat de jongens
het kamp verlaten, vindt een
Basketball in de open lucht
evaluatie-bijeenkomst plaats, 's
Avonds wordt met de leraren de
hele week nog eens door
gesproken: heel vrijuit. Men
heeft elkaar dan nader leren
kennen in een "neutrale" situa
tie. De leerlingen hebben de le
raren uit een andere hoek kun
nen bekijken, andere eigen
schappen in hen ontdekt of kun
nen ontdekken en uiteraard an
dersom ook. Dat onderbouwt
het wederzijds respect en be
grip nog steviger.
Ook onderlinge wrijfpunten in
de diverse
"competitiegroepen", die week
ontstaan, worden onderling
doorgesproken. Zo in de trant
van "als jij je spullen tevoren
goed had verzorgd, had je on
derweg met je fiets geen drie
lekke banden gehad en dat had
ons heel wat moeite bespaard".
Het is elkaar dan aanspreken
op zaken, die de individuele ver
antwoordelijkheid ten opzichte
van de groep betreffen. Niet in
een ruziesfeer, maar inhoudelijk
zakelijk. En dan daarna weer in
staat zijn als vrienden uit een
team samen een pilsje te drin
ken.
Het gaat om teamgeest, om
groepsvorming, verantwoorde
lijkheidsgevoel. Daaraan draagt
ook het gezamenlijk sporten bij.
Tijdens het vormingskamp ha
len de jongens dan ook hun
sportdiploma. Er zijn acht on
derdelen. Zeven worden in het
kamp afgewerkt en het onder
deel zwemmen in het Sport-
fondsenbad in Schiedam. De
onderdelen zijn: 80 meter hard
lopen in 13 seconden; versprin
gen minimaal 4,25 meter;
hoogspringen 1,25 meter; ko
gelstoten (5 kg's kogel) 8,25 me
ter; balwerpen 28 meter; hinder
nisloop 400 meter in 1,40 minu
ten; 5 kilometer duurloop in 26
minuten; 350 meter zwemmen
niet in een bepaalde tijd. Recht
op een diploma geven 120 pun
ten. Er zijn per onderdeel maxi
maal 20 punten te verdienen. Is
iemand al uitgeschakeld om het
vereiste aantal nog te kunnen
halen, dan moet hij nog zijn
best blijven doen, omdat de in
dividuele prestaties weer "door
tikken" naar de hele ploeg om
mee te tellen voor de hele
"kampcompetitie". De heer Van
Maanen laat het wakend oog
over de conditie gaan. Ook bui
ten het kamp. "Het eerste leer
jaar krijgen ze wekelijks drie uur
sport, waarvan één uur zwem
men; het tweede jaar twee uur
sport en één uur zwemmen.
Teamgeest wordt aangekweekt
door het beoefenen van
teamsporten en vaardigheid
voor het latere werk op de sche
pen door veel "klim- en klauter-
werk" in het programma in te
bouwen. En omdat men aan het
water werkt, is zwemmen van
onontbeerlijk belang. Niemand
verlaat er eigenlijk de school,
zonder zwemmen te hebben ge
leerd en minimaal één zwemdi
ploma te hebben behaald. Ve
len, wel 80 procent, behalen het
hoogste diploma: zwemvaardig-
heid vier, dat betekent zes diplo
ma's".
Contacten
Contacten met anderen, ook
buiten de werf hebben veel
waarde. "Je kunnen bewegen,
vrijelijk met anderen. Daaraan
hebben de jongens wat. Ze kun
nen dan als collega's in het
werk beter met elkaar en ooK
anderen omgaan. Daarom doen
wij aan alle sporttoernooien in
Schiedam mee. Wij hoeven niet
persé nummer één te worden, a'
is een bekertje of een derde
plaats wel leuk. En omtrent dat
niveau begeven wij ons tegen
woordig. Vroeger werden we
vaak nummer één in het School-
paasvoetbaltoernooi. Dat lijkt
nu voorbij. Niet het toernooi,
maar die eerste plaats".
Meer waarde dan aan een
eerste plaats hecht hij aan het
feit, dat de Coopertest op de
Bedrijfsschool zeer goed ligt-
"Dat is een test, waarmee je de
conditie van de jongens kun'
peilen. Soms is die niet best als
ze hier komen, maar dat werken
wij wel bij. Het grootste gedeel
te van de leerlingen heeft te
dien aanzien de classificatie
goed tot uitmuntend. Daarop
zijn wij als school wel een beet
je trots