12
eigen recept, waarvan men de
samenstelling niet aan de bui
tenwacht kwijt wil. Het mag
dan ook een unicum heten, dat
Wuisman ons een blik in zijn
voeremmer gunt. Er komt een
speciale geur vanaf. "Anijs",
zegt hij. "De brasem is er gek
op". Hij lijkt gelijk te hebben,
want even later is het weer
raak. De hengel kromt zich
veelbelovend. Een kanjer dus,
die niet van plan is zich zomaar
te laten verschalken. Bij het
landen van zo'n grote vis is het
zaak zo rustig mogelijk te werk
te gaan. Vaak vist men met een
hele dunne lijn - tienhon
derdste in dit geval - die ge
makkelijk afbreekt. De vis
knokt uit alle macht. Wuisman
krijgt hem niet naar de opper
vlakte. "Als ie maar niet die
bladeren daar bij de waterkant
inschiet, want dan kun je het
verder wel vergeten".
De vis lijkt het gehoord te heb
ben. Met nijdige snokken zet
hij zich vast tussen de blade
ren. Wuisman heeft het nakij
ken en kan weer opnieuw be
ginnen.
want er zijn meerdere vissers
die hun leefnet nog droog op
de kant hebben liggen. Die leef
netten hebben vaak giganti
sche afmetingen. Hierin wordl
de vis bewaard tot het wegen
Daarna krijgen de ruisvoorns
brasems en wat dies meer zij
weer de vrijheid. Wie er van
daag echter drie of vier heeft
mag zich een hele Piet noe
men. Er worden grapjes ge
maakt over de leefnetten. "Kijh
Jan hier, heeft een heel grool
leefnet. Dat is allemaal show
want hij heeft het nog nooit tol
de eerste ring vol gehad". Ei
wordt door de leden van de
club flink gedold. De voorzitter
de heer Broos, wordt door twee
mannen van de Kwaliteits
dienst stevig beetgepakt. Hij
voldoet kennelijk niet aan de
door hen gehanteerde kwali
teitsnorm en dreigt het watei
ingegooid te worden. Zijn wel
bespraaktheid redt hem op hel
laatste moment.
Wonderbrood
Na de pauze pakt men de
Dollen
Inmiddels is het kwart over
acht. Tijd voor de eerste pauze.
Een van de leden blaast op een
grote toeter, ten teken dat alle
hengels dienen te worden op
gehaald. De boterhammen en
de niet weg te denken thermos
fles met koffie komen voor de
dag. Hier en daar smaakt een
pilsje ook al best. De mannen
wisselen ervaringen uit. "En
Roel, een stuk of twintig?"
"Laat die twee ervoor maar
weg", zegt de man in kwestie.
Hij hoeft zich niet te schamen,
En maar wachten op een stootje
draad weer op. De heer Ritter
constateert tot zijn spijt, dat dit
keer ook het wonderbrood niet
tot resultaat leidt. "Het is een
soort meelprodukt, dat lijkt op
het witte spul dat in vlierbomen
zit. In het water wordt het slij
merig". Maar ja, als de vis het
laat afweten Maden, kunst
deeg, verschillende soorten
brood, het mag allemaal niet
baten.
De vissers van WF zijn trou
wens bijzonder goed geoutil
leerd. Koffers vol tuigjes, ha
ken, dobbers en andere onmis
bare attributen behoren tot de
Een joekel van een brasem, de buit van de dag
werk te doen. De heer Wuis
man is een visser in hart en nie
ren, die ook theoretisch zeer
goed is onderlegd. Hij vist nu,
zoals de meeste leden van de
club, op de bodem, gokkend op
grote vis. "Bij onze concoursen
gaat het om het totale gewicht
van de gevangen vis. Dat eist
weer een andere benadering
dan het vissen naar lengte.
Dan heeft het zogenaamde "to-
renpikken" vaak succes. Je
maakt een heel licht voertje
Petje af voor de fotograaf
met paneermeel en aardappe
len, die je na het koken door de
gehaktmolen haalt. Steeds bij
voeren is dan het devies. Het
dwarrelen van het voer trekt de
vis aan en als je net boven de
grond vist, heb je een goede
kans om flink wat klein spul te
pakken".
Anijs
Dat voer is een hoofdstuk
apart. Iedere visser heeft zijn