m.v. 'Cardissa'
De Redactie
wenst haar lezers
prettige
feestdagen en
een voorspoedig
1993
Federal Danube
WF-Nieuws
pagina 3
Op 18 september jl. werd het contract
getekend voor de ombouw van de Shell-
tanker 'Cardissa' door de directies van
Shell en Wilton-Fijenoord. Eind februari
zal deze tanker in dok 6 arriveren.
Het schip zal omgebouwd worden tot
een shuttle tanker die tussen het F3
olieveld in de Noordzee en Rotterdam of
Engeland zal 'shuttelen', dit in plaats van
de aanleg van een pijpleiding.
Voor deze ombouw moeten er
manoeuvreerschroeven, twee voor en
een achter, ingebouwd worden om
sleepboten te vervangen bij het
aanmeren aan het F3 platform. Deze
schroeven moeten van electrische
stroom voorzien worden door drie nieuw
te installeren generatoren in een apart
daarvoor te maken dek naast de
accommodatie.
Verder zullen deze schroeven door een
computer bestuurd worden die geplaatst
zal worden in een speciaal daarvoor te
fabriceren dekhuis. Om de olieleiding-
verbinding van het olieplatform met het
schip snel en makkelijk te laten lopen,
wordt een apart 'bowloading' systeem
op de boeg bevestigd.
Alsof bovenstaande nog niet genoeg is,
zal er een compleet te fabriceren en te
installeren inert gas- en tankwas-
systeem geplaatst worden. Dit houdt in
de constructie van een paar kilometer
leiding.
Alles bij elkaar is het een zeer
omvangrijke ombouw die Wilton-
Fijenoord in een relatief korte tijd moet
zien te klaren. De voorbereidingen hier
voor zijn reeds in volle gang en in het
volgende Wilton-Fijenoord Nieuws zullen
wij hier uitgebreid op terugkomen.
M. Kurzer
Op een avond werd er gebeld met de
vraag of iemand van WF even een kijkje
kon komen nemen bij het roer van het
schip de 'Federal Danube'. Direct werd
iemand naar de haven gezonden en
repareren bleek noodzakelijk. Gelukkig
was dok acht vrij.
Het roer van dit schip is van een
bijzonder type. Het is een koker die om
de schroef zit. Een zogenaamde 'kort
nozzle'. Door deze koker te draaien,
kan men dus sturen en bij lage voor
waartse snelheden nog heel goed
manoeuvreren. Bij dit type schip is dit
belangrijk, het vaart namelijk veel op de
Canadese meren, waar enkele zeer
nauwe doorgangen zijn.
In eerste instantie leek het erop, dat
alleen het onderste tonnenlager van de
roerkoning versleten was. Maar na
demontage hiervan bleek de uitlijning
van nozzle en roerkoning niet te
kloppen. Na diverse oppervlakken
machinaal te hebben bewerkt, werd
alles weer opgebouwd. Ook werd het
schip voorzien van een nieuwe verflaag.
De reder bleek na oplevering opgelucht.
Hij had namelijk een gelijksoortige
reparatie eerder bij een Belgische werf
laten doen. Destijds waren er diverse
problemen ontstaan gedurende de
reparatie, bovendien had men daar
meer tijd nodig.
Al met al geen slechte prestatie van
Wilton.
M. Heijboer