3$ -TJrH Grote bedrijvigheid langs de kades Gusto en Wilton-Fijenoord hoofdstraat, Schiedam. Boven: De Hoofdstraat en het Hoofd waren vroeger veel belangrijker dan nu omdat daar tientallen beurtschippers meerden om goederen te laden of te lossen. Op deze foto uit omstreeks 1915 is dat goed te zien. Vooral de Stearine Kaarsenfabriek 'Apollo'-met de hoge schoorsteenpijpen - aan de Voorhaven zorgde voor bedrijvigheid. (GA Schiedam/ A. Krebbers) Rechts: Personeel van de smederij van glasfabriek Van Deventer aan de Buitenhavenweg. Zodra het technisch mogelijk werd, stapten de Schiedamse distillateurs over van de breekbare kruiken naar flessen die in eigen glasfabrieken werden gemaakt. (GA Schiedam) 'Zwart Nazareth'. (Johannes 1:47: Kan uit Nazareth iets goeds zijn?) De noordkant van de stad was de echte 'brandende stad', overal zwart aange slagen door de rook van de branderijen: een stinkende zee van lage huisjes, weggedrongen in de vale stegen en tussen de donkere holen die de branderijen in feite waren. De eesten, hoge gebouwen aan de Noordvest, waarin achter de betraliede, glasloze vensters dag en nacht de vuren spook achtig glommen tussen het hoogop- getaste graan, onttrokken zich enigszins aan die troosteloosheid. Voor de rest was het een wijk waarop de afstompende arbeid die men in de branderijen verrichten moest, de armoede en de uitzichtloosheid van het hele bestaan, zwaar hun stempel hadden gedrukt. Er was geen ontkomen aan voor de ongeschoolde brandersknechten en hun gezinnen, niet het minst door de drank die zij in flinke hoeveelheden tijdens en na hun werk in hun keel goten. Met illegale jeneververkoop aan kroegbazen probeerde menigeen nog een grijp- stuiver bij te verdienen. Het verhaal gaat dat op wasdagen, wanneer de hele buurt het warme water van de stook- ketels haalde, men ervoor zorgde dat er zich tussen de vrouwen die met hun juk met emmers kwamen, iemand bevond waarvan de knechten de emmers in plaats van met water met jenever vulden en er een dampende dweil over gooiden om de geur van alcohol te verdoezelen. Schiedam was economisch tot stilstand gekomen. De brandersnijverheid was, op een paar belangrijke bedrijven na verdwenen. Branderijen, eesten, mouterijen en pakhuizen stonden leeg, de molens stil. Enkele toeleverings bedrijven voor de jeneverindustrie overleefden. De Verenigde Glasfabrie ken, de Schiedamse Cartonnagefabriek en de Capsulefabriek Holland groeiden uit tot grote, internationale ondernemingen. Augustinus F. Smulders zocht in 1901 een grotere locatie voor zijn scheeps werf in Slikkerveer. Hij liet zijn oog vallen op het voormalige Galgoord, een terrein aan de Nieuwe Waterweg, dat hij voor een luttele 1,50 per vierkante "V'1- 25

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Ach Lieve Tijd (tijdschrift) | 2001 | | pagina 27