b
l
I
Tjemtjem
Kerstgroet van
een tevreden
klant voor
reparatiewerf
Wilton-Fijenoord
IJzerdraat. Hij woonde sinds kort in
Schiedam. Eerst enkele en later
tientallen mannen hebben aan zijn
Geuzenbericht gehoor gegeven en zich
aangesloten bij de eerste verzetsgroep
van Nederland, de Geuzen, waarvan
leden van wandelclub Flardinga in
Vlaardingen de kern vormden. Zich
niet van de risico's bewust, liep het
echter al snel fout. Tientallen Geuzen
kwamen voor het Duitse Feldgericht.
Zeven van hen, arbeiders van Wilton-
Fijenoord, behoorden tot de achttien
die in 1941 op de Waalsdorpervlakte
werden gefusilleerd: de 47-jarige slijper
Jan Wernard van den Bergh, de 36-
jarige vertegenwoordiger Nicolaas Arie
van den Burg, de 37-jarige metaalgieter
Albertus Johannes de Haas, de
19-jarige kantoorbediende Willem
Keesmaat, de 31-jarige machine
bankwerker Leendert Langstraat, de
36-jarige slijper Frans Rietveld en de
30-jarige monteur Johannes Smit.
Direct na de oorlog begon de
wederopbouw. De scheepswerven in
het Nieuwe Waterweggebied waren
leeggeplunderd en bovendien waren
grote installaties als dokken, kranen en
kademuren vernield. Men werkte met
man en macht om alles te herstellen en
dat lukte heel snel. De reparatie- en
nieuwbouwopdrachten stroomden
binnen, want veel schepen waren
zwaar beschadigd of getorpedeerd en
gezonken. Wilton leverde in 1947 het
eerste grote vrachtschip af, de
Annenkerk voor de Verenigde
Nederlandse Scheepvaart
Maatschappij. Meer schepen volgden.
In 1953 was ook de nieuwe kruiser De
Ruyter klaar en later volgden bekende
passagiersschepen als de Westerdam,
Rijndam, Maasdam en Statendam voor
de Holland Amerika Lijn. Een grote
opdracht was in 1955 de walvisvaarder
Willem Barendsz. voor de Nederlandse
Maatschappij voor de Walvisvaart. De
traditie van voor de Tweede
Wereldoorlog werd voortgezet en
Wilton boekte orders van de
Koninklijke Marine voor de bouw en
levering van tientallen mijnenvegers,
onderzeebootjagers, en onderzeeboten
als de Potvis en de Tonijn. Tussen 1947
en 1988 bouwde Wilton ruim honderd
veertig nieuwe schepen, zowel voor de
Marine als voor de handelsvaart.
Daarnaast heeft de werf honderden
Ontelbare Schiedammers
hebben tewaterlatingen
van schepen gezien, het
aanvankelijk langzaam en
dan steeds sneller over
het vet glijdende gevaarte
dat tenslotte het water
van de Nieuwe Maas in
dook. Elke keer weer een
fascinerend gezicht. Maar
er werden niet alleen
nieuwe schepen
gebouwd, duizenden
werden er ook gerepa
reerd. De tevredenheid
daarover werd in 1952
gedemonstreerd door een
reder die dat op een
nieuwjaarskaart tekende.
Het was in feite een
beloning vooralle
mannen die, opgeleid tot
ijzerwerker, hakker,
brander, bankwerker,
draaier, frezer, schaver,
boorderen electrisch
lasser gezamenlijk het
eindresultaat van
scheepsreparatie en -
nieuwbouw bepaalden. Zij
zorgden ervoor dat eens
passagiersschepen als de
Statendam, Westerdam,
Zuiderdam, Diemerdijk,
Rijndam, Maasdam,
tankers als de Bussum,
de Oldekerk, de Caltex
Rotterdam, de Sologne,
de Evi Livanosen nog
veel meer, de walvis
vaarder Willem Barendsz,
en de onderzeeboten
0 19,0 20 en 0 25, de
Potvis en Tonijn, de Sea
Dragon en de Sea Tiger in
Schiedam van de helling
gleden. (GA Schiedam)
IIV
Kerstgroet 1952
van een tevreden klant