Postduif Theo Offerman
Rechts: Op 16 juni 1895
hield de Schiedamsche
Wielrijders Vereeniging
'De Postduif' een weg
wedstrijd over de Engelse
mijl, de vijf en tien kilo
meter. De fietsen waren
zwaar en de kleding kon
niet bijzonder sportief
genoemd worden. Foto G.
Schiebaan/GA Schiedam)
Hieronder: Het Stedelijk
Museum Schiedam
bewaart deze fiets uit
1870 met trappers aan
het voorwiel en houten
wielen. De leren band die
tussen het stuur en het
achterwiel gespannen is,
diende als zadel. Het ding
is loodzwaar en het moet
beschikbaar. De in juni 1886 opgerichte
Schiedamsche Wielrijders Vereeniging
'Swift' legde zich toe op toertochten,
terwijl de in 1894 in het leven geroepen
Schiedamsche Wielrijders Vereeniging
'De Postduif' wegwedstrijden
organiseerde. In één van de zalen van
Musis Sacrum gingen de elf leden van
'De Postduif' oefenen. De vereniging
hield het maar vier jaar vol, maar bracht
wel een wielrenner voort die regionale
bekendheid verwierf: Theodorus
Adrianus Hendrikus Offerman
(Schiedam 22 juli 1876-Den Haag
21 november 1932), zoon van kurken-
fabrikant Everhardus Offerman. Op
16 juni 1895 organiseerde 'De Postduif'
een clubontmoeting voor leden. Op het
programma stonden wedstrijden over
niet eenvoudig geweest
zijn hiermee te rijden.
Maar de eigenaar zal veel
bekijks hebben gehad.
(SMS)
Rechtsonder: Hier staat
waarschijnlijk de trotse
winnaar van één van de
wedstrijden van
Wielrijdersvereniging
'De Postduif'. Zo'n 'stalen
ros' besteeg de wielrijder
vaak via een lange pen die
aan de achterwielas zat.
(Foto G. Schiebaan/
GA Schiedam)
Piet van Gent. De ietwat elitaire ijsclub
bestond niet lang. De kwakkelwinter
van 1889/90 betekende lage inkomsten
voor de clubkas en in de daarop
volgende winter bedierf neerdwarrelend
roet uit een nabije industrieschoorsteen
de baan.
De in 1908 opgerichte 'Schiedamse
IJsvereniging' wilde het ijsvermaak
binnen het financiële bereik van alle
Schiedammers brengen. De gemeente
raad was bereid een terrein aan de
Spieringshoek te verhuren onder de
voorwaarde dat een deel van de ijsbaan
gratis voor iedereen toegankelijk zou
zijn. Een baan van 160 bij 120 meter
kreeg deze bestemming. De vereniging
hield wedstrijden in schoonrijden. Op
topdagen schaatsten 1.500 Schiedammers
op de ijsbaan. Begin jaren 1950 zegde
de gemeente de huur op en kwam de
ijsvereniging zonder baan te zitten. Een
jarenlange zoektocht naar een nieuwe
baan leverde niets op. Enkele jaren na
de viering van het vijftigjarig jubileum
in 1958 ging zij ter ziele.
Van sommige sporten laat het begin
zich goed dateren. In februari 1869
was voor het eerst in Schiedam een
velocipède te bewonderen, een
primitieve fiets. Na verloop van tijd
was de fiets geschikt gemaakt om
toertochten en wedstrijden mee te
rijden. De heren- en damesfietsen met
luchtbanden kwamen in 1885
89