ZlLVERE
ELJM
Wk
<L
HAV
Cricketstad Schiedam
>-
Xr
Druk m H. A. RmIsbU, Srkl«4au.
Boven: Onder de naam
'Excelsior'werd in het
voorjaar van 1904 een
voetbalclub opgericht die
later 'Voorwaarts' zou
heten en nog later onder
de naam SVV bekendheid
zou krijgen. Ter gelegen
heid van het zilveren
jubileum verscheen dit
gedenkboekje. (Collectie
J.M.A. Rost)
Rechtsboven: SW in
actie op haar terrein aan
de Westfrankelandsedijk,
waarvan de tribune later
in handen zou komen van
Excelsior'20. (GA
Schiedam)
Rechts: In 1949 werd SW
landskampioen. De
tekenaar Bob Uschi
bracht het kampioens
elftal op deze wijze in
beeld. (Collectie J.M.A.
Rost)
Brandsma voor Heerenveen zorgden
voor een 3-1 eindstand. Heel Schiedam
vierde feest. In open rijtuigen reed men
de spelers door de stad. In de Gorzen
kregen zij bakken met serpentine te
verwerken. Rijwielhandelaar J. Soomers
uit de Groenelaan schonk de
kampioenen een nieuwe fiets. Drie
weken later, op 25 juni, sloot SVV het
prachtseizoen af met een 2-0
overwinning op de winnaar van de
KNVB-beker, het Nijmeegse Quick.
Jaren later heette dat het behalen van
de 'dubbel'. Die zomer van 1949 bleef
de Gorzenaren lang bij.
'Nergens in Nederland is cricket zo
populair als in Schiedam', aldus
L.F.C. van Erp Taalman Kip, de
voorzitter van de Koninklijke
Nederlandse Cricket Bond in 1959 bij
de viering van het 75-jarig bestaan van
Hermes-DVS. Ere-voorzitter van de
club Johan Frederik van Buijsen
schreef in 1959 over het begin van het
Schiedamse cricket. In 1889, hij was
toen twaalf jaar oud, mocht hij lid
worden. 'Het schuttersveld, waarop ik
ook als schutter mijn plicht moest
vervullen, werd ons toegewezen. De
grasmat was niet bepaald zo glad als
nu 's zomers het geval is. Er werd een
pitch uitgezet, die echter ondanks alle
zorgen, zo ongelijk was, dat de bal de
raarste sprongen maakte. Er werd dan
ook maar op los gerammeld en daar
door werd het tip- en runspel veelal
beoefend. Dit bestond daaruit, dat de
batsman na de slag steeds naar een
paaltje, dat op 10 meter van het wicket
aan de offkant werd geplaatst, heen en
weer moest lopen en zorgen in zijn
crease [slaggebied] te zijn om niet
"gestumpt" te worden. Er moest wel
hard geslagen worden, want bij
tegenhouden van de bal kwam deze
dan niet ver genoeg weg om de run
naar het paaltje en terug te kunnen
maken. Dan moest men het bat aan een
andere speler overgeven en dat deed
men liever niet. Men kreeg wel goed
oog op de bal, maar van zorgvuldig
batten, zoals wij dat nu bij cricket
kennen, was geen sprake. De kleding
bestond uit een soort Sing-Sing tenue.
Rood en wit gestreept tricot met dito
pet en witte broek. Een clubgebouw om
zich te verkleden bestond niet. Ook
in het portiershuisje, ons vorstelijk door
een brouwerij geschonken, was het
maar behelpen. De afmetingen waren
maar 2,50 bij 3 m. Zo nu en dan
moest het wel eens uitgemest worden,
want we waren niet gewend aan het
zelf opruimen van de boel en er was
STEEMSErfSen. V.' V_
-* Vv--.-"
S&RUMPF
KOMEM^nn
DE S«?UY^
M6Ef?VJ* SCHyMVEL
OKCHOCXl
99