Sport begon
als elitevertier
De ontwikkeling van moderne sporten liep gelijk op met de
groei van de massamedia. Sommige kranten moesten erg
wennen aan de groeiende populariteit van sport, zo ook de
Schiedamsche Courant. Onder de kop 'Sportverdwazing'
schreef de krant op 16 mei 1909 en 18 september 1910 het
volgende over voetbal. 'Het is een uitstekend spel, dat
zoowel uit een hygiënisch als uit een opvoedkundig
oogpunt warm wordt aanbevolen', maar er is in dit spel de
laatste jaren een 'overdrijving gekomen die langzamerhand
alle perken te buiten gaat'. Waar gaat het om? Het wedden
bij wedstrijden, tegen het onophoudelijke gewedstrijd,
tegen de grote reizen, tegen de grote drukte die van elke
wedstrijd wordt gemaakt, tegen het exploiteren als publieke
vermakelijkheid. 'Steeds grooter worden in vele bladen de
verslagen, steeds meer gewicht wordt er gehecht aan hoe er
gevoetbald wordt en wie de zus-of-zoo voetballer par
excellence is. Voetballen is een modespel, een ding dat over
25 jaar voor een ander modespel vergeten is.'
Vrije tijd
Redactie: Jef Jansen, Siebrand Krul, Harriët Kruse, Ser Louis, Laurens Priester, Henk Slechte en Frederieke Verheijen.
Tekst: Laurens Priester.
Spel en sport
Op de omslag: Eén van de
rijwielverenigingen die
Schiedam kende, was de
'Velicopèdeclub Swift',
die hier omstreeks 1900
poseert in de Officieren-
tuin aan de Laan Ons
Genoegen. (Foto G.
Schiebaan/GA Schiedam)
Links: Beoefening van
gymnastiek mocht zich in
de tweede helft van de
19de eeuw in een
toenemende populariteit
verheugen. Daarbij moet
bedacht worden dat
schoolgymnastiek nog
niet bestond. Eén van de
Schiedamse gymnastiek
verenigingen was dein
1869 opgerichte
Vereniging Olympia. De
grote concurrent van
Olympia was de
Vereniging Palaestra,
opgericht in 1879.
Daarnaast was er de
Gymnastiekschool.
Behalve aan gymnastiek
deden Olympia en
Palaestra aan schermen.
(GA Schiedam)
Rechts: De Schiedamse
Zwemclub SZC
organiseerde in 1917
zwemwedstrijden in het
openluchtbad aan de
Westfrankelandsedijk.
Thans ligt op deze plek
Zwembad Zuid. (GA
Schiedam)
De Schiedammer genoot tot aan de
Reformatie van honderd vrije dagen in
een jaar. Naast de zondagen waren er
zo'n vijftig katholieke heiligendagen
waarop men niet hoefde te werken. Er
was volop gelegenheid tot sport en
spel, tot schaatsen, dobbelen, boog
schieten, kaatsen, klootschieten, kolven
etcetara. Dat bleef zo, ook toen onder
invloed van de protestanten het aantal
vrije dagen met ongeveer de helft
verminderde.
Sport komt dan ook van disportare
(Middeleeuws Latijn) of disporter
(Middeleeuws Engels) wat 'vermaak'
of 'verstrooiing' betekent. Liduïna en
haar vriendinnen bonden in 1395 hun
houten schaatsen met glij-ijzer onder om
zich te vermaken op het ijs. Hiermee
zijn zij de eerste bekende Schiedamse
sporters. In 1357 kende Schiedam een
81