to
te^egs&sfe*»
h& f
W&til~<<k*. >-iP ^STTaJ^
C'
■0.
CtaeSk. tv* ti&Ht-Jfai v* FAO- £tj~
Ai pL^af t^^^^zSlzso.
*uJ.tpr\ CK^tU St* hfh *7 f*£ 7
■Zf^p^ri yirf fSUllü. jW- M,^J3t* htertn# ft*-V* 'y»n—filter*
Kleine stad aan de Schie
w /oc
föar^- cn'-V/^ v»rt/n%vJkzi\^ 4^
&it *~c*% |Sncz
vpst*'* \y\\
fa«±zS* iirf- a/(«7 c>TpnAl I
^2 ACzfit\U22|»^*
OCt*fi 1
)f-^ ^d^U4v 'W*» ^7*^
1 r*r
Hi/^IOI fiXy**tt*o>L*SLG*\ CiitSbztf <ft*n rti'^iO'l^ «4 P*tfftY
£?;- Cm fcz<t*<s.yui +t&zzfth. piOu-Jkn zzs^ycz. C<*
y>Jyy ^fp wWil*Vw-& CWfi «w»| P*»
/2»?A" «a» Wfi
<Wü
het plaatsje van Vrouwe Aleida stads
rechten ontving, zijn nog aanwijsbaar.
Ze lopen parallel aan het water, zoals
de Pietersteeg en het landweggetje in
de richting van Overschie. Dit laatste
weggetje staat momenteel op de kaart
als Hoogstraat met in het verlengde
daarvan de Boterstraat en Overschiese-
straat.
Rondom de oudste Schiedamse stads
kern, het buurtje rondom de Oude Sluis,
ligt een schilletje van straatjes waarin
de eerste jaren van (economische) groei
zich weerspiegelen, zoals de Markt, de
Nieuwstraat, die natuurlijk niet voor
niets de naam 'Nieuwstraat' ontving,
en de Overmaasschsesteeg. Daar legden
de schepen aan die vanaf de andere
zijde van de Maas zoetwatervis op de
Schiedamse markt brachten. Hoe klein
ook, economisch was het plaatsje aan
de Schie niet zonder betekenis.
u
Geschreven bronnen bevestigen dit. Al
in 1262, dertien jaar voordat Schiedam
zich officieel stad mocht noemen,
begon de bouw van een kerk. Tien jaar
later meldden de stukken de uitgifte
in erfpacht van stukjes grond voor
woningbouw, in 1286 was in Schiedamse
documenten al sprake van Willem die
Lakenman, toen de belangrijkste
Schiedamse koopman in lakense
(wollen) stoffen, en in de jaren 1293/94
kocht een Schiedamse schipper in
Newcastle in Engeland grote partijen
wol voor de Nederlandse markt.
In het stadje Schiedam woonden
boeren tussen handelaars en hand
werkslieden rondom de tegenwoordige
Oude Sluis die het eigenlijke centrum
vormde. De bescheiden kerk en het al
even eenvoudige gasthuis bevonden
zich aan de rand. Het zal daar een
drukte van enige betekenis zijn
geweest. Een sluis bestond nog niet.
Dus werden de ladingen uit zee
schepen overgesjouwd in de kleine
schepen die de goederen in de richting
van Delft en Den Haag vervoerden.
Kleinere schepen werden met vereende
krachten in hun geheel over de dijk
getrokken. Boekhouders van de graaf
berekenden hun belastingen ter plaatse
of regelden de inkoop van goederen
voor de graaf zelf. Zeilen en touwwerk
moesten regelmatig worden hersteld,
het ijzerwerk vernieuwd en reparaties
verricht worden door de timmerlui
die daarin op het knooppunt van
waterwegen altijd een bestaan konden
vinden. Lang niet elk schip zal
onbeschadigd over de dijk getrokken
zijn. Eromheen, tussen die kern van
huisjes en het Huis te Riviere aan de
ene kant, en aan de voet van de dijk
(de huidige Dam en Vlaardingerstraat)
aan de andere lagen nog weilanden en
boomgaarden.
Op de bekende kaart van Van Deventer,
die Philips II in 1560 liet maken en die
zich in Madrid bevindt, is zichtbaar
hoe landelijk Schiedam in de Middel-
Linksboven: Aleida
verleende Schiedam
in 1275 stadsrechten.
Zij heeft bewust de
ontwikkeling van
Schiedam nagestreefd.
Het graafschap Holland
streed toen met
Vlaanderen over de
zeggenschap in Zeeland.
Schiedam lag in deze
strijd zeer strategisch.
(GA Schiedam)
Hierboven: Bij de bouw
van een stad waren
timmerlieden en steen
houwers belangrijk.
Geheel links de architect,
op de voorgrond de
steenhouwer die zijn
meesterteken in de
voltooide stenen heeft
geplaatst, rechts de
bouwopzichter. (Naar
Architectura, Jörg Breu
d.A., The Cloisters New
York. Foto H. Janse)
Links: De opvatting dat
bedelaars te lui waren
te werken, verbeeldde
Lucas van Leyden in deze
ets. In 1598 stelde een
Schiedamse ordonnantie
dat ze de echte armen
het brood uit de mond
stootten. (Ets van Lucas
van Leyden, Rijksprenten
kabinet Amsterdam)
154