Hofje van Belois Schiedam heeft in zijn geschiedenis slechts één liefdadigheidshofje gehad, het Hofje van Belois. In 1589 vroeg Hubrecht Corssen aan de vroedschap een terrein, waarop hij 'camerkens'of huisjes voorarme mensen wilde bouwen. Hij bouwde aan de huidige Noordmolen straattussen de Raam en het Pesthuis, ongeveer twintig huisjes voor 'Oude Wyffkens', waarmee dit hofje een aanvulling was op het Oude Manhuis van Fabri. De huisjes stonden rond een binnenplaats met een hardstenen pomp. Corssen was verwant aan het geslacht Visch, waarvan enkele leden in de 16de eeuw in Schiedam functies in de stadsregering bekleedden. Hij had in 1578 een schuur en een haringplaats aan de haven verkocht en was eigenaar van de ambachtsheerlijkheid Belois of Blois op Schouwen, bij Brouwershaven. De helft verkocht hij aan zijn neef Gerrit Visch en met de opbrengst financierde hij het hofje. Omdat de Schiedammers Hubrecht waar schijnlijk als 'Heer van Belois' aanspraken, heeft het hofje altijd het 'Hofje van Belois' geheten. Bij een grondige renovatie in 1740 en 1741 kregen de huisjes een verdieping met een kamer en een zolder. De vrouwen die er gratis mochten wonen, kregen jaarlijks een geldelijke ondersteuning en 14 tonnen turf, 3 achtste delen tarwe, 15 pond rijst en 15 pond gepelde gerst. In 1926 verhuisden de bewoonsters naar een nieuw hofje met 36 woningen aan de Aleidastraat, naar een ontwerp van architect A. Stahlie. Daar heeft ook de Historische Vereniging haar zetel. Het oorspronkelijke hofje is in 1960 wegens bouwvalligheid gesloopt, het restant van het buitenhofje aan de Kreupel straat heeft in 1992 plaats gemaakt voor de bouw van het ABC Complex en het 'nieuwe'hofje is in 2001 op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Hierboven: Octave DeConinck tekende de hoofdingang van het Hofje van Belois kort voorde sloop in 1960. (GA Schiedam) Links: Na de verhuizing in 1926 naar de Aleidastraat vonden de regenten dat het archief van het Hofje van Belois niet compleet zou zijn als men niet beschikte overeen afbeelding van het oude hofje aan de Noordmolen straat. Daarom kreeg de etser Jan Sirks in 1933 de opdracht tot het maken van een drieluik hiervan, waarvan hier het midden gedeelte is afgebeeld. Voor vijfhonderd gulden leverde hij twintig exemplaren van de ets. (Ets Jan Sirks/ GA Schiedam) 186

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Ach Lieve Tijd (tijdschrift) | 2001 | | pagina 12