Ft
y.
J
■tel
Jf
ate
Y
1r
tiL
poort om acht uur dicht en de bewoners
moesten op tijd zijn voor de gemeen
schappelijke maaltijd, en eten wat de
pot schafte. Vloeken en dronkenschap
waren verboden, bidden voor en
danken na het eten, en de zondagse
kerkgang waren verplicht. Er waren
ook leuke dingen voor de proveniers.
Op feestdagen kregen ze een kruik bier
van vijf pinten en daarna een botteltje
of flesje witte of rode wijn, naar keuze.
Zulke feestdagen waren Kopper
maandag, de eerste maandag na
Driekoningen, Vastenavond, Pasen,
Pinksteren, Kerstmis, de Paardenmarkt
en een dag in de slachttijd. Het eten
was goed, althans dat meldden de
regenten zelf. Ze kochten elk najaar vijf
koeien en op de Schiedamse varkens-
markt in november vijf varkens, wat
vaak varkensvlees op het menu van de
circa veertig bewoners doet vermoeden.
Soms waren die lastig, zoals in 1745
Pieter de Vooys. Hij nam aan tafel
teveel kaas en kreeg daarom een
rantsoen van een half pond per maand.
Soms moest een provenier zelfs het
huis verlaten, zoals Catharina Verbeek
die vaak dronken aan tafel kwam, maar
er bloeiden ook liefdes op. In 1773 zou
de 57-jarige Johanna de Visser trouwen
met Andries Maarland, maar vlak
ervoor zag ze van haar trouwplannen
af. Tien jaar later trouwde ze alsnog,
met Hendrik Baars. Ditmaal trok ze in
bij haar man van 73, die in het mooie
huisje op nummer 11 woonde en
anderhalf jaar weduwnaar was. Hij
stierf een jaar later.
In de 19de eeuw daalde het aantal
proveniers en in 1834 overleed de
Linksboven: Schiedam
mers namen in het
voorjaar van 1950 Duitse
kinderen op om hen aan
te laten sterken. (Foto
Chr.Breur/GA Schiedam)
Linksmidden: Voorzichtig
laten de verpleegsters
deze jongen te water in
het 'viinderbad' in het
Noletziekenhuis. (Foto
A. Maltha/GA Schiedam)
Linksonder: 'Bezoek aan
Bureau Huisvesting
binnen 3 maanden na het
laatste bezoek niet
toegestaan'. (FotoA.
Maltha/GA Schiedam)
Hierboven: De 'asfalt-
jeugd' stormt om zeven
uur de Sint Joris Doele
binnen. Linksachter staat
Karei Scholten, hoofd
leider van dit 'clubhuis'.
Ze konden sjoelen,
timmeren, tafeltennissen
enzovoort. Scholten liet
ze uitdollen en probeerde
de 'energie om te buigen
en in goede banen te
leiden'. Soms vlogen de
damstenen door de
ruimte of sneuvelde een
ruit. Toch geloofde
Scholten in zijn jongens
en meisjes. (Foto Studio
Dolfijn/GA Schiedam)
198