Willem Levinus Penning, tweede beambte ter gemeente secretarie en vader van de gelijknamige - inmiddels vergeten - Schiedamse dichter, schreef op woensdag 15 oktober 1851 in zijn zwierige klerkenhandschrift op de eerste bladzijde van een blanco register het volgende: 'Dit register, inhoudende de Notulen van het Verhandelde en Beslotene in de Openbare Vergaderingen van den Gemeenteraad te Schiedam, en bevattende Honderd- negenentachtig bladen, is gekantteekend en gewaarmerkt, van het eerste tot het laatste blad, door ons Burgemeester en Secretaris der stad Schiedam, den Vijftienden October 1800-eenënvijftig'. Burgemeester Cornelis Adrianus van Bol'Es en secretaris Antoine Vernède zetten vervolgens hun handtekening en paraaf. Deze ambtelijke handelingen markeerden een ingrijpende staatkundige ontwikkeling. De Gemeentewet van 29 juni 1851 hief in Nederland de sinds de Middeleeuwen bestaande juridische verschillen tussen stad en platteland op. Voortaan waren er alleen gemeenten met aan het hoofd daarvan de gemeenteraad, bestaande uit rechtstreeks door de stemgerechtigde mannelijke inwoners gekozen leden. Schiedam was na 576 jaar geen stad meer. Redactie: Jef Jansen, Siebrand Krul, Harriët Kruse, Ser Louis, Laurens Priester, Henk Slechte en Frederieke Verheijen. Tekst: Laurens Priester. Bestuurders Op de omslag: 'Nadat de erewijn is rondgediend, wordteen dronk uitgebracht op Hare Majesteit Koningin Juliana, gevolgd dooreen driewerf'hoera', dat buiten op de Groote Markt wordt overgenomen door de menigte.' Kunstenaar Toon Noyons ontwierp voorde viering van de inhuldiging van Juliana in 1948 deze uitbundige versiering met bloemen en vlaggen voor het stadhuis. (Gouache T. Noyons/GA Schiedam) Links: Bij de Provinciale Statenverkiezingen van 26 maart 1958 vormden de resultaten bij de stem bureaus in Nieuwland een spiegel van Schiedam als geheel. 'Onderling vertonen de 5 stemlokalen geen grote verschillen, behalve lokaal 50, waar de nieuwe flat aan de Van Haarenlaan onder valt, hetgeen blijkt uit vele V.V.D.stemmen.', schrijft het maandblad De Schiedamse Gemeen schap. (FotoChr. Breur GA Schiedam) Rechts: Op 20 september 1948 las burgemeester Jan Willem Peek de grondwetswijzigingen in het openbaar voor vanaf het bordes van het stadhuis. Links op de foto staat gemeentesecretaris Nico Post, rechts gemeentebode Gerrit Jurgens. (Foto A. Maltha/GA Schiedam) Aleida van Holland gaf op 18 maart 1275, namens de graaf van Holland, Floris V, de jonge nederzetting aan de Schie een 'keur' die van het dorp Nuwer Scie met zijn paar honderd inwoners de stad Schiedam maakte. Een baljuw, zeven schepenen en een onbepaald aantal raden of raadslieden bestuurden en spraken recht. De baljuw was de vertegenwoordiger van de landsheer, de graaf van Holland. Toen Schiedam nog maar weinig inwoners telde, kwamen bij belangrijke zaken de poorters (burgers) bijeen om samen met baljuw en schepenen beslissingen te nemen. Zo bepaalden op 7 januari 1286/87 'meneport' (gemeente) en schepenen van Schiedam dat het gasthuis recht had op het beste kledingstuk uit de nalatenschap van iedere poorter en iedere ingezetene van de stad. De schepenen waren Clais heer Arnout sone, Conraet Ghiben sone, Jan van der Herberghen, Jacob Frisekins neve, Reinier die Viskere, Heine Hugen sone en Willem die Lakenman. Schiedam bezat in 1286/87 nog geen stadszegel, en liet daarom zijn rechts handelingen bekrachtigen door Floris 225

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Ach Lieve Tijd (tijdschrift) | 2001 | | pagina 3