Afscheiding
Yan den 31 December 1854 tot den 6 Januarij 1855.
IN DB GROOTS KERK
Zondag voormiddag te half 10 are
1Os. J. F. Asma.
Namiddag ten 2 ure
Over den Catechismus 11de Zondag
Ds. J. Overman.
's Avonds ten 5 are
PLEGTIGE DANKSTOND,
bij het einde des Jaars
Ds. IISteenberg.
Godsdienstoefening voor de Armen
'j Middags ten 12 ure
Maandag Nieuwe - Jaarsdag
Voormiddag ten TIEN ure
Bidstond
bij den aanvang des Jaars
Ds. J. Overman.
Donderdag avond geen predikdienst.
a DE GASTHUIS KERK
Zondag avond geen predikdienst.
BIJ DE LUT1IERSCHE GEMEENTE
Zondag voormiddag ten 10 ure
Ds. F. J. Domela Nieuwe/thuis
Hoogleeraar te Amsterdam.
Ter Boekdrukkerij ren de tred. M. GOUDE.
kerkelijk naar de zin. Voor de lutherse
arbeiders lag dat wat moeilijker dan
voor de katholieke. Lutheranen waren
er in Schiedam nauwelijks. De stad
kocht daarom het overbodige kerk
gebouw van de doopsgezinden aan
de Diefhoek. Op 8 mei 1757 wijdde
dominee C.C.H. van der Aa uit
Haarlem de kerk in. Toen die kerk op
instorten stond, verhuisde de lutherse
gemeente in 1810 naar de kerkzaal van
het Jacobsgasthuis, waar toen ook de
Waalse gemeente nog met een klein
aantal mensen bij elkaar kwam.
De kleine kerk begon in 1757 met
dominee Itelius Justus Meijer die van
de lutherse gemeente van Amsterdam
een 'Nieuwe Predik-stoel' kreeg. Veel
dominees kwamen die eerste tijd uit
Duitsland en bleven gewoon Duits
spreken. De meeste gemeenteleden
deden dat immers ook. Omdat de
predikanten soms ook moesten voor
gaan in diensten in de buurgemeenten
Delft en Rotterdam, eisten de lutherse
gemeenten toch al gauw dat ze ook
het Nederlands beheersten. De meeste
luthersen trouwden buiten de eigen
kring en zo kon het Nederlands
langzamerhand het Duits vervangen.
Een eeuw nadat de gastarbeiders zich
in Schiedam gevestigd hadden, kwam
in 1866 ook nog een flinke groep
politieke vluchtelingen uit Minden in
Westfalen, toen een deel van Pruisen.
Toen Pruisen de dienstplicht instelde,
vluchtte een groep jonge mannen met
gewetensbezwaren naar Schiedam.
Zij gaven een nieuwe impuls aan de
lutherse gemeente.
Armenzorg was tot de Armenwet van
1912 in de eerste plaats een taak voor
de kerken. Men beschouwde een kerk
als een soort familie, waarvan de leden
zich voor elkaar verantwoordelijk
voelden. In een dorpssamenleving was
dat geen probleem, want daar zorgde
de 'echte' familie altijd voor de eerste
opvang bij ziekte, handicap of
overlijden van één van de ouders en
daarna kon ook de kerk bijspringen.
In Schiedam zorgden echter niet de
luthersen zelf, maar de Magistraats
Armenkamer voor de lutherse armen.
Dat veranderde in 1835. Toen richtten
de luthersen een eigen armen- en
ziekenzorg op die model zou staan
voor latere ontwikkelingen. Weduwen
en wezen kregen financiële steun en
zieken konden vanaf 1886 hulp krijgen
van een zuster of diacones. Deze
vrouwen kwamen aan huis en hielpen
patiënten en hun familie. Voor veel
mensen waren zij de eerste vrouwen
die in de kerk een verantwoordelijke
functie bekleedden.
Sinds 1892 heeft de lutherse gemeente
een eigen kerk aan de Lange Nieuw-
straat, hoek Oranjestraat. Het is een
kleine gemeente met een eigen
karakter. Naast de grote hervormde en
gereformeerde partners onderscheidt
ze zich vooral door aandacht voor
liturgie en kerkmuziek, maar ook door
de openheid naar andere kerken en de
aandacht voor de leden die binnen en
buiten Schiedam wonen.
Eeuwenlang bepaalden geboorte en
afkomst tot welke kerk men behoorde.
Binnen de kerken bestonden dezelfde
sociale verhoudingen als in de grote
maatschappij: eenvoudige arbeiders en
kleine middenstanders kwamen niet
aan het woord. Het gaf dan ook een
hele opschudding, toen de hervormde
kerkenraad een brief kreeg, waarin een
Linksboven: De vader
van de bekende socialist
Ferdinand Domela
Nieuwenhuis, hoogleraar
aan het Luthers Semi
narium te Amsterdam,
preekte op Oudejaarsdag
1854 in de Lutherse kerk,
toen nog bijeenkomend
inde kapel van het Sint-
Jacobsgasthuis aan de
Hoogstraat, het huidige
Stedelijk Museum.
(GA Schiedam)
Hierboven: In 1892 kregen
de luthersen een eigen
bedehuis aan de Lange
Nieuwstraat, toen drie
afzonderlijke gebouwen
werden samengevoegd
naar het ontwerp van de
stadsarchitect A. Nolen.
De foto is van kort na de
bouw. (GA Schiedam)
Linksonder: Uit 1969
dateert deze foto van de
jaarmarkt ten bate van de
Evangelisch-Lutherse
gemeente. (GA Schiedam)
264