IMAGERIE PELLERIN DE DUIVEL IN DE FLESGH PRENTJESDRUK van EPINAt, N« 43 Neen, mijnheer de Duivel, ik wil niet meer met u spelen, gij bedriegt mij, ik verlies voort durend, a Kom Hansworst, nog een partijtje. De koning, troef, troef, t roef, ik heb gewonnen. O bedrieger, o deugniet, gij besteelt mij. Wel, wel, hij besteelt mij en slaat mij boven dien, dit is te erg. Ik zal u dit betaald zetten, Lucifer. o Zeg eens, mijnheer de Duivel, is het waar, dat gij u kunt veranderen in een vogel, een monster dier of in een visch? Zeker Hansworst, zie maar hiert Hansworst, ik ga u opeten t t Iiclpt Helpl 01 ol holii Wel sapperloot, wat heb je mij bang gemaakt, ik heb er de knik van in de knieen! Wel Poli chinel, zie nu eens iets anders. ISBN 90-400-1393-4 Hoe! wat een leelijk beest! Al genoeg, mijnheer den Duivel, ik ben te bangl Ahl je denkt dat ik niet in die flesch zou kun nen? c Ja zeker, ik wed dat al ben je nog zoo een duivel, dat ge het toch niet kunt volbrengen. Ja, waarlijk, hij heeft de waarheid gezegd! hier is de schat, wat een geluk. Nu ga ik eerst mijn zakken vullen. Jongens, jongens, wat gaan wij smullen! Nu heb ik alles verloren; ik ben geruïneerd, die verduivelde Polichinel heeft een geluk van den Duivel, p Dat geloof ik wel, het is de Duivel die mij zijne streken leert. Ha, ha, daar is die oude «leugeniel van een Hansworst in slaap gevallen, maar wat heeft hij ioch m die flesch? lie! wat is dat? Ha, nu ben ik eindelijk vrij, dank je wel Harlekijn! Waar is die deugeniet van een Hans worst'.'o O wee! nu is de duivel weer vrij: wacht ik loop gaauw naar het wijwater.... Aï, aï, dit wijwater brand mij... zeg Hansworst, ie zult mij dat «en anderen dag betalen. Nu kan ik niet, ik heb geen tijd, zij wachten mij in de Hel. Tot straks! Hi, hi, hi! ik lach je uit, als je nogeens hier komt, smijt ik je nog meer wijwater naar het hoofd. c Hansworst, als je inij i vermoord ik je. Ha, hadaar stoor Ik me Mijn lieve Pousjenel, ze Hel! p Neen, neen. Luist aanwijzen, die hier dichtbij b« Luister mijnheer den Duivel Colombijntje beeft een hekel aari mij. Als ge mij niet onmidde- lijk een middel geeft, om haar op mij te doen ver- lie.ven, dan stop ik je nog eens in bet wijwater. a Ziel nu eens hoe gek zo mei mij is; de duivel, weet toch goed wat hij doet, zijn middel werkj' uitstekend, dat spijt Harlekijn dat hem nu den pac afgesneden is. t Wil je zeggen w«aar die schat is?.... neen? wel dan stop ik je in het wijwaterAïl aï! o wee, help, ik brand; och Hansworst, ik zal 't maar zeggen. De schat is aan het begin van den kruis weg. 789040 013935 Ha, ha! bravoI nu zit de duivel in de flesch ik zet er nu een sterke kurk op, bind hem dicht, en doe er lak op. De? Duivel is gevangen, de Duivel is gevangen! als je mij niet d'ruit laat, me niet aan I o wachten op me in de ik zal je een schat is.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Ach Lieve Tijd (tijdschrift) | 2001 | | pagina 28