n
ALCEMEËHe SCttiË DAMSeüÉ Cö'üRAtt?»
d. s. a
BEILANGRYKE BERIGTEN.
LÈTTERN^ÜIVS,
GELBERDE„ZAKE,ij'
t.cp dood veroordeeld, en in de verblijfplaat» de
ceived gebrsgt, w.cr vonnis uiigefprokcn is Toen
Zij hoo dë,edal zij bare ftr*i dtn volgenden dag moes*
ondergaan, verzucht zij, hare moeiier te Zien. De
lieer Elimleij en George leidden haar rot beien».
Welke ee'e hart verfcheurende bneenkomsteene
tc&dcrc en ffcliuldige echter f.ncckta om ve-giffenis
*»h eeüc moeder, welke zij in fehande en rouw dotn-
példe. Eene wanhopige mo.-der eefchufdigde zich
zélve, en verzocht aars hare dochter vergiffenis voor
>ic onvoorzigrigheidweUc het bederf van haar kind
had veroorzaakt
Zal ik mijnen vader niet zien zeide Kelen* zoo
»^ra.de wueklagten van hare moeder het haar toelieten
TDezc anttvoo dde niet. Zij had beloofd, den dood
van haren vader voor haar te verbergen, cn bij gevolg
had zij haare rouwkletdcren afgelegd. De heer Eims-
leij nam'het woord. - Ik heb hem al te zwak gevoii-
_Ö,en," zeide hij, ik heb hem met willen toeftasn te
"ïtopién. Hij zendt u zijne teederfte zegeningen
Deze v orbehoedfclen bedrogen de kinderlijke 1 efde
,'iifet'. Zij gevoelde de waarheid. Ik ken mijnen
Vader, zdde zij Niets zou hem hebben kunnen
'heiettennaar mij toe te kostten ons zijn kind te ze
genen Mijne mi<da;.d heeft hetn het leven gekoot!"
Na eenige oo„cnolikken van tcrwa-rirg, vond de
heer Eimslcij het beter, naar de waar Ir id te zeggen.
Het ia genoeg," antwoordde Helena. Hij is ge
'Jukkig, do d te zijn Ik wenichte met, hem in het
leven terug te rr-epsn." Zij deed vervolgens onder-
'zóek naar Philippus, en zij gevoelde zekere vertroos-
ting, toen zij bcorde, dat hij op eenen kruistogt was,
"en san deze treurige voorvallen nieta zou hooreis,
Van bij zijne terugkomst van de'zee. Helena gaf ver
volgen» h*ar verlangen te kennen, eenige uren alleen
te zijn. Na dat men haar aan zich zelve overgelaten
had, verzocht zij, te fchrïj.en, cn zette zich neder,
om van den oorfprong harer rampen affcheid te nemen.
Zij fels reef hem het navolgende:
Vit de verbid/plaats der gevanaisdtn ia de ge
vangenis te G "des daags veer myne
lertgtfiehing,
te O gij, dien ik al te veel bemind hebwat zult
gij zeggen deze regelen lezende, die ik fchrijf, ge
reed ftaande op het fehavot te llerven Ver-
gelijk mijnen toeftand op dit aogenblik met hetgeen
ik was toen iku tpor deecffte maal heb gezien
Het zijn geene verwijten dïte'ik u wil doen. Uw
oogmerk ia niet geweestmij in fehande ta doen
omkomen Gij l.cbt alleen gezocht, mij te varlei
den; doch de misdaden kectenen zich vaneen, er
wanneer men er eene begaan heeftdan is het
0 moeijclijk, op te houden.
In het eerde o"genblik toen ik befpeurde, dat
mijne fehande openbaar zou worden, wilde ik mijn
leven aantasten. Doch ik daebt aan u, aan het
y verdrietdat gij zoudt ondervinden-, cn ik beiloot,
te leven. Helaasik geloofde dat gij mij
V 'waarlijk beminde!om dat mijne moeder mij g-ezerd
had, dat gij, terwijl ik ^lek was, teekenen van
wanhoep baat gegeven. Ilc (telde snij voor, dat ik
nog ecnlg geioegeti zou vindenïn voor uw kind te
leven. Ik geloofde, dat er veelligt een dag zou
u komen, waarin ik u hetzelve zou kunneuaanbieden,
en ik zeide tot jnij zelvedat gij mij ter eorzake
m van hetzelve nog meer zoudt beminnen." Zie daar,
hetgeen mij te midden van al mijne angften
heeft ftaasde gehoudenDoch uw vriend
i* van uwen kant gekomenen heeft snij eenen
brief van uwe h»nd getoond en van dit oogen
ij, blik aan is alles voor mij gedaan geweest, Gij
y waart getrouwd getrouwd **n eene
vrouwvan welke gij de ware liefde hadt leeren
gelijk, haren neef George te belette*zith op haren en de helft des allerlaaiften .lids wis; zoo vraagt Bied
weg te laten vinden, om haren laaiiten wenieh te h-e groot ieder hoek was, en jhoe vele guldens id
vernemen, en haar te beloove», dien te vervullen.
m Vergtef mij," zeide zij tot hem, mijn goede
Georgeen wees gelukkig i"
n Nimmer, nimmer!" riep hij uit, bet gezigt 3n
tranen gewasfen. Helena wierp zich in zijne armen.
Geef snij een pand van aandenkenzeide hij tot
baar. Laat snij een kleeddat gij gedragen hebt."
De cipier viel hem woelt in de reden, hetn zeggende,
dat alles, wat zij aanhad, hem toebehoorde. George,
verontwaardigd over deze ibhalige gevoelloosheid
begon hem feheldwoorden-toe te .werpen. Helena be
zat de tegenwoordigheid van «geest, van dit oegenblsk
gebruik te maken om te otitfrappen. Zij trad voor
waarts, cn de beul maakte zich van haar meester.
Hier eindigen wij dit belangrijke verhaal.
Fontangesn* veel tcgenfpoed» en verraden door
eene laaghartige v*rouw, eindelijk weder in Engeland
eeae fchuilplaats zoekende, vond aldaar den dood door
de haisden van den verbitterden Philippus, Helena's
oroedcr.
ZONDERLINGE LYKREDE.
Dokfór Rowlandhill in Engeland ftierf een zijner
bediende. Bij zijne begrafenis hield hij hens voor
eene aanzienlijke vergaderingeens lijkredewaarin
de volgende merkwaardige plaats voorkwam:
Vele san mijne waard.tc toehoorders heboen
den ontflapenen naauwkeurig gekend en genoeg
zaam gelegenheid gehad, zijn karakter en zijnen
levenswandel waar te nemen. Allen zullen mij
geis toeftemmeo dat ik niets, dan de zuivere
waarheid, zeg, wanneer ik hem hier, na zijn
afftervenhet getuigenis geef, dat hij een ver
ilandig, befcheideo en godvruchtig nsensch ge
weest isdte het zich "tot ecueo heiligen pligt
had gemaakt, zijnen dienst met ijvet en trouw te
verrigten, en zijnen febepper immer voor oogen
te houden; en nogtans was deze brave, regt-
fehapen en vroom mats een firaatrcovtr.
Voor omtrent dertig jaren vidfhij mij op de
landftraat aanen verlangde "mijne geldbeurs
Ik bleef gevat genoeg om mij met hem in een
gefprek in té laten, ik vroeg hem, door welke
omstandigheden 'hij daartoe 'gekomen waseene
zoo gevaarvolle en ftrafbare handtering op te
vatt'cn? Món heerzeide bi;ik wis koetiier
en verloor mijnen heer.* Ik h'ad geen getuigfchrift
om mij aan te bevelenen ik "vond nergens ee'
dak. De nood dwingt mij alzoovan dezen roof
te leven,
ik verzocht hem, bij mij a'an hui* te'komen. Hij
x beloofde het en hield zijn woord. Ik onder
hield mij nu l'anger met hem en eindelijk bood
ik hem' eenen dienst "bü mij aan. Hij was daar
mede te vreden. V*n dit o genblik. aan reeft hij
God met vroomheid, cn mij met trouw gediend,
co nu is hjj in vrede daarheen gifcheiden met de
vertroostende hoop op 'een heter leven, daar hy
anders, 'wanueer hij btj zijne leverswyi gebleven
warenaar alle Waarfcliijnlijkheid met eene
verharde zielahn den galg ge tor ven zou zijn.
Tot dit uur heb ik deze nmftai.dtgheidals een
geheim verzwegenen zelfs geen mijner ver
irouwdfte vrienden heeft ooit een woord daarvan
veruomen.
mathematicus eetalen moest.
te Amftetdam*
REIS NAAR JERUSALEM DOOR DEN HESft
-DE CHATEAUBR1ANT.
.„kennenGij dacht echter met verdriet aais
it armHelena l
fk was.niets meer-voor u, dan een voorwerp van
,m medelijden; en om «ij over het verlies van uwe gé'
n*genheid te vertroosten, gelasttctgij uwen vriend,
mij geld te geven". O! welk eene ver-
H' fchrikkeiijke knelling de» hartenwelk eenen onuit-
w drukbaren angst .werd ik gewaar toen BW vriend
'mij dit vernederende oiTcf deed Het was he,t v.er
fqhfikkelijkfte oogenblik, van mijn leven
Van dit ooger,hlik aan was. alle* verwarring in
ij, mijn hoofd en in mijn hart. Ik had geene hoop
racer. De geboorte van mijn,kind zou miincn oude
narenden dood aandoen. Van .siie zijden zag ik niets,
ik dan fehande en fmart. O God vergeef mij
~y Ik kaK m#o„regters nieti-overtuigea-, dal tpijn gecst
„/verbijster^ syd» 1doch.God :wset,',dat ik'onzinnig
'wss toen .ikjmijne razendejhand »an het kind heb
Seflagcn'I.'dat mij.het leven vcrfchuldigd was
Ik ben tot-de doodftraf.veroordeeld Binnen eenige
uren zal. het vonnis wotden-uitgevoerd
i» Wjjp deze eerbiedwaardige grijsaard die \i
beminde, js van fmart geftorvea, toen bij mijne
«j, misdaad vernam.'?
1 Zie 'daar de dageraad welké aankomt?
v Welaan I ik moet aiïch'eid'van u nemen voor
allcos"! voor 'altoos!
V Gij zult veelligt eenige tranen aan mijne gedachteuir
fchenken
Wie verdient hier meer verwondering, de heer of de
dienaar?Eene moeijclijke vraag. De eerfte was een
Alexander, die den drank van zijnen arts nam, dien
men hem, als eenen giftmenger verdacht gemaakt had
het was een Augustus, dse eenen Cinna tót vriend
koosvan wiers hij overtuigd wasdat hij naar zijn
leven kon trachten. Hij was méér dan beide .hij ver-
cenigdc in zich beider vértrouwen en grootmoedigheid,
en zelfs ia het lange tijdperk van dertig jaren. De
dienaar bewijst Hechts dat een verdoolde, die den weg
der deugd verlaten heeft,.door goedheid en geloof aan
zijne verbetering even zoo werkzaamzoo niet werk
zamer, tot regtfehaptnheid terug gevoerd kan worden,
dan door ftrenghcid en-kastijdingen.
BEANTWOORDING DER REKENKUNDIGE O?.
GAAF, VOORKOMENDE IN No. 26 VAN'
DEN 1 MAART 180S, -
Het antwoord Van dan Opgever is:
H De'getallen zijn 33, tSp en 64.
Antwoorden zijd hierop ingekomen van H. Herman*
fchooIhouder D. Meldöla jr. en M. II. Pos*te dra
ft er dam dis, hoe zeer vérfchillende van dat des op-,
gevers, volkomen goed bewerkt zijn, doch wegen1*
de onbepaaldheid van het voorftcl waarover alle
klageo, natuurlijk moesten vcrfchiUen. Een der vol
gende Noa. van den Byenkoif zal d.t nader doen
zien.
REKENKUNDIGS opgaaf.
Een goed mathematicus.zich Votjfocmende 'goede
geomct'rifcbe figurco uit de bankte kimneo trekken*
ging dienvolgens cess weddingfchVp aandat hij Bimé-
IK »EN Jias jSCÓ»
(fervalg.)
Op deo tweedert dag van onze afvalt viel mij tic
koorts met groote hevigheid aan. Ik moest beftendijj
op mijne mat blijven liggen. Wij vlogen fel.door ds
zee van Marmora en de Dardanelles (der ouden Propoar
tisen Heliespontus)wij zweefden lai.gs het haifulapi
van Cijzicum en langs de monden van den Oegos-°o-
tatno» voorbijrukten san de voorgebergten van Ses-
tos en Abijdosdan noch Alexander met zijn leger*
en Xerae* mvt zijne, vlootnoch de Athcnienfe-s, en
Spartanen, noeh Hero en Leandcr, kouder» mijne
hoofdpijn verdrijven. Duch toen men mij ten zes
uren des morgen», op den ïi September, zeide, dat
het fchip ju'Jt het flor der Dardaneliéu omzeildekort
het de koorts «iet tegen de herinneringen van Troja
uithouden*
Ik ilecpic mij op het verdek. Mijn eerfte blik viel
op een door negen molens bektansd voorgebergtehet
wat de Sigetfcbe kaap Ikj ondcrfcheidde aan den voet
van dezelve twee" grafheuvels"de graven vin Aehille
en Patroclus. De mond van den Simois was links
vaa bet nieuwe 2oï van Aziayerder heenachter
ons, verfcheen in den Hellespont de Rhetijr e kaap
met het graf van Ajax. in den achtergrond veroicF
zich de bergkeetcn van den Ida, w»ensafhelüngeu aan
die ztjde, waar ik Rond,.zacht en bevallig fenvtien.
Ten.edr>« lag voor ons fchip est in emfptitu Tent dos.
Waarachtig de roem moet toêh iet» wezenlijks Zijn,
dewijl hij zoo diep, rrpg het hart vin eenen mecjca
bewegeu kan s die flechts waarnemer is
Den 22 drongen wij in den Archipel. Wü zagen
LtSbos, Chio en Samos, beroemd door zijne vruchtbaar*
beid, zijne tirannen* en nog meer door Pmbagoras
geboorte. Doch alles wat did'atcr» ons van dit eiland
leerden is door de fchoone epifode van Telemae-us
overtroffen. Wij zeilden langs de kusten van Azia
waar zich het Dorifctie gebied en het weeke JV.nie dat
den Grieken zoo veie vermaken en gtoote mannen
gaf, uitbreidden. Daar kronkelde zich de Mea-der
nog. Daar verhieven zich Ephefus, «iletus* Hali-
earnasfu» en Guido». ik groette het vadcrlahd van
Homerus, Herodotu* Thales, AnaxagoraseaAspaQa,
Doch ik zag niet den tempe.l van Ep icftfsniet het
grafteeken van Maufolusmet" de Gnidifcbe Venus,
Alles was eenzaam eo woest, en zander de pogingen
van Pockok, "Woofd, Spon en Choifeul zou ik nim
mer, onder den nieuwen roemioozen naam het voor-
geoergre vSn Myüeh herkerd hebben. Eiudclpk
na dat ook Rhudus en Cijptus vooraij gs^.aan waren
ontdekten wij de,'kusten van Pal estiva,
{Het Vctvfjlg hi erna.
ik'vergeef tl, ik vergeef unijk een goed qiiadraatsch figuur zoude terneder
1 at opregtelljk het kwaa'd, dat gij mij aangedaan hebt.iiteiien op deze vOórwaarde, dat hij de hoeken, welke
'y «n ik ga God vdar a bidden Niemand zal de lom der zijne met de Tom van die een* quadraats
u meer beminnen, üan'lk u beminde
y Vaar welVaar v/Ö !w
Van dit ooger.bïik kan verwijderde Helena elke
■arrdfehe gedachte, ilij ifleefin gebéden tnct den ka
'pellaan tot op het oogénhlik', wasrin men baar kwam
«toekenom haar ttr itr'ihe te-leiden. Zi] weigerde
Ztltef haiemosder wcucr te zien, Doch het was onmo
kijne
verfchiilen zullen, refpectivelijk met 1 "zoude oe-
taleiift quad raat eehter goed zijnde. Hechts t dukaat
zoude beïtjoffitn. Daar hij nü bevond aai de hoeken
des getoekenden vierhoeks in èene gcemet. proportie
.ftondenwaarvan de 3 rerfn 10 icmdef'dan de
was terwijl* de helft der fem dér Vëerftc léden ger
l.jk het verfenii tasfehen de fta der s ls*lte leden
PR.YSVRAAG VAN DE MAATSCHAPP? T-R BE-
VOROERING DER KUNSTEN EN NtJ PTIGE
HANDTE%iNGEN TE HAMBURG.'
Welke 2ijn behalve de tot dus ver beken.tfe, e4
ic fomraige iteden van Europa gebruikelijke uiiVindingea
van deze foort dè deelniatigfte en Éesté middelen
om roeufchen uit brandendcgeboiiwen re redden -
Hoe zijn z;j ia eene ftad.vjm peneztkere.,..vlakkc
grootte, of van een zeker getal buizen,", en, cdn te*
deelc naauwc cn gevolgelijk ,tcnr, tijde van nood Jigt
berende Jl.raten zoadaaig ,in tc.rigten en. te vctfme-
nigvuldigen, dat de, hulp niet te laat komt t,en das
dezehe zeker gaat Hoe worden de daartoe noodrge
werktuigen-bij defzelvet bewaring, Zönder-^prigting
van Bijzondere gebouwen het beste tegen-,lucht ea
weder, gelijk ook tegen eiken .ainderén nadeclige*
invloed en tegen miibruik beveiligd
De-maatfchappy wcnscht, da* bij de in vonrflag re
brengene middelen bijzonder atht gegeven- wordecat'
h„et gebruik, der werktuigen van redding gecne te groote
ruimte verdere^ -ais,waardoor zij voor mauw be
bouwde Reden or.toepasfclijk zouden .worden verdrr,
dgtdaarbij "gecne vooraf gaande bljvnndare "teéftelling
van elk huisgelijk zulks bij verfehillende deg be-
kendc uitvindingen van deze faqtt het ge,val" is,- noo--
dig zij. Ook moet de inrigring van zulke mgch.tncn
zoo eenvoudig zijn, ajs. mqrelijk i«, cn, in,,de wijs
van dtrzelver toepssfirig zich aan het gezonde men~
febenverftand van zelve bevelen op dat zij door e;k
zonder mocijeiijk nadenken aangewend kunsen worden
cn daartoe geene bijzondere bepaalde lieden aan uj
Rellen zijn, waardoor in de meeste gcygUcniiet .s.Jp.
betbon zeker te laat zou komen.
Op de van naauwkeufige teekeniagen voofzietie,
doclmatigftp en 'in Hamburg toepsarehjkfte voaUl-gcn
van deze fbort, ftelt de, inaaiicksppij eeijen priN
vijftig fpecits Dukaten'i en.op de naast volgencic beatd
beantwoording der" boven gemelde «vraag een acce»»»;
van vijf en twintig fpecics Dukaten De van' zit»
1 fprëulcen en" t/erzegelde, jaaam-billet'en te voo'zi' nu
'prijsverhandelingen moeten voor «die'uciis dezes jstfi
aan de miïtfchappij toegc'zondin wordsn.