Gemengd Nieuws.
«- Naar liet Ihghlad vcfneemt, lieeft de lietif
Keuchenius, Minister van Kolonien, zijn ontslag
aan Z. M. den Koning gevraagd.
Gisteren-voormiddag werd weder een Ministerraad
gehouden.
De „St.-Ct." No. 28 bevat de wet tot voort-
zetting der arbeidsenquete.
Er is sprake van een gala-diner op ,/het
Loo" op 's Koniugs verjaardag.
De Nederlandsche Regeering lieeft aan de
Eransche voorgesteld om de quaestie der grensre-
geling in Guyana aan liet scheidsgerecht van Z. M.
den Koning van Belgie op te dragen. De Eransche
Regeering antwoordde nog niet.
De Haagsche afdeeling van den „Ned. R.-Kath.
Volksbond", onlangs opgericht, telt thans ruim
500 leden. Gisteren hield zij een vergadering,
die o. a. door eenige Kamerleden en hoogegeeste-
lijken werd bijgewoond. Op de versierde estrade
stonden de borstbeelden van Paus Leo XIII, van
den Koning en van de Koningin.
Als sprekers traden op de heeren Pastoors, van
Amsterdam, die het doel dezer vereeniging, het
vormen van een kracht tegen het welig voortwoe-
kerend onkruid (het socialisme) uiteenzette, mr.
Heijdenrijck, lid van dsn Raad van State, die de
werklieden aanspoorde om, in plaats van haat,
twist en tweedracht, liefde en vrede te verkondi-
gen, en Van Kouwenhoven uit Haarlem, die
een overzicht gaf van de geschiedenis van het Ka-
tholicisme in de laatste jaren, en op wiens voor-
stel aan Z. H. den Paus een telegram werd ge-
richt, om zijnen zegen af te smeeken over de ver
eeniging, en een aan Z. M. den Koning, met be-
tuiging van hulde en gehechtheid.
De ontvangsten der Haagsche Tram weg-Mij."
beliepen in Januari dezes jaars f 23.663.08, zijn-
de f 1040.89 minder dan in de zelfde maand van
1889.
Uit Utrecht vernemen wij met leedwezen,
dan onze beroemde landgenoot, de oud-hoogleeraar
Buijs Ballot in den ouderdom van 72 jaren is
overleden.
De hygienische betoogen over den slechten
invloed van volksfeesten des avonds in de open
lucht, in dezen tijd van het jaar, hebben geen ver-
andering gebracht in het voornemen van het gemeen-
tebestuur der residentie om 's Konings verjaardag
des avonds met een vuurwerk in de Maliebaan te
besluiten.
Men is reeds begonnen nut het inrichten van
de Maliebaan tot feestterrein en het opslaan' der
tribunes. Niemand is verplicht zich des winters
aan de avondlucht bloot te stellen om naar een
vuurwerk te gaan kijken aldus was de leidende
gedachte van B. en W.
Schiedam, 4 Eebruari.
In de afgeloopeu maand stierven alhier 98
personen, terwijl het gemiddelde sterftecijfer per
maand 50 bedraagt. In de maand Januari van
1889 bedroeg het getal overleden 54.
Bij de verhuring van het vruchtgebruik der
Schiebroeksche dijken, gedurende 5 jaar, was de
kwijning in den landbouw ook merkbaarbracht
die verhuring de vijf voorgaande jaren f 1740.
per jaar op, thans kon niet meer dan f 1277.
bedongen worden.
Bij de plaats gehad hebbende aanbesteding
van polderwerken in Schiebroek, waren 3 biljetten
ingekomen. Laagste inschrijver Joh. Van Kempen
te Ouwerschie, voor f 720 per jaar, aan wien het
werk gegund werd.
Zondagavond gaf de tooneelvereeniging /Mo
zart" hare aangekondigde 2e opvoering, van het
tooneelspel //De Rijzweep". Reeds bij de eerste
opvoering gaven wij een kort overzicht van het stuk.
De uitvoering was weer zoodanig, dat het publiek
met belangstelling luisterde; hier en daar werd
beter gespeeld dan de eerste maal. De verschei-
denheid van decoratie in de verschillende bedrijven,
droeg niet weinig bij, tot het welslagen van dit
stuk. Een blijk van v aardeering, van de pogingen
die de tooneelvereeniging //Mozart" zich getroost tot
het bereiilen vim Oen gezeliigen avond, gaf de
bakkersvereeniging De Morgenster", door het over-
rijken van een krans. Wij hopen, dat de leden
van //Mozart" daarin een aansporing zullen zien,
om eendrachtig en ij v erig voort te gaan met de
beoefening der tooneelspeelkuDst.
Een geanimeerd bal besloot dezen avond, die bij
velen een aangename herinnering zal achterlaten.
kethel, 3 Eebruari. Ds. P. S. Meerburg, pre-
dikant bij de Herv. gem. alhier, komt voor op het
drietal, opgemaakt bij die gemeente te Dordrecht.
Brieveii uit DEN IIAACi.
II.
Zal ik u over den verderen loop van de influenza
spreken, die gelukkig aan 't afnemen is, schoon
nog steeds nieuwe gevallen voorkomen, of over den
dood van ouzen stadgenoot, baron Van der Goes van
Dirxland, lid van de Eerste Kamer, medebestuur-
der van de Vrijzinnige Kiesv ereeniging, Directeur
vandeSamarang-Joana Stoomtramweg-Maatschappij
Het is overbodig daar de zaken weer zoowat in haar
gewonen doen zijn en de angst er weer een beetje
uit, zullen we over de vreemde epidemie, waarom-
trent de geleerden het nog zoo volkomen oneens zijn,
dat de leeken maar beter doen, door er gansch over te
zwijgen, niet verder praten. En wat de beer Van
der Goes aangaat, zijn overlijden op jeugdigen leeftijd
is zeker een droevig geval en in den kring zijner
familie zal hij zeer worden gemistmaar als pu
bliek persoon vervulde hij niet zulk een rol, om
te meenen, dat zijn plaats niet gemakkelijk zal wor
den vervuld.
Zal ik dan the topic of the dayde verwerping
der begrooting van Kolonien door de Eerste Kamer,
met 20 tegen 19 stevnmen (dus met een stem meer-
derheid) de verwerping, die reeds in uw telegram,
in 't vorige nommer, was te voorzien, en die na een
zeer langdurig debat, tegen half zes Vrijdag namid-
dag volgde, uitvoerig bespreken, de motieven na-
gaan, het votum kritiseeren, de gevolgen gissen?
Het een noch het ander ligt op mijnen weg of in
mijn plan. Slechts een enkele bescheiden opmer-
king wenschte ik te maken. Wanneer men let op 't
feit, dat de heer Van Gennt p, die het krachtigst
tegen den heer Keuchenius van leer trok, voor-
opstelde, dat, omtrent de beginselen van koloniaal
regeeringsbeleid eigenlijk geen versclnl bestond,
als men nagaat, dat niet alleen al de anti-liberalen
zoowel in de Eerste als in de Tweede Kamer, maar
ook voorgangers der liberale partij in de beide tak-
ken der vertegenwoordiging, hier b. v. de Oud-
Minister Kappeyne en de heer Vlielander Hein
het vertrouwen niet aan den Minister van kolonien
ontzegden, dan springt het in't oog, dat de politiek
van het kabinet eenvoudig buiten spel is. Iedereen
moet erkennen, dat de godsdienstige opvattingen
van den heer Keuchenius, die, in al zijn doen en
laten zich openbaarden, door de meerderheid hoofd-
zakelijk zijn beschouwd als een gevaar voor Indie,
als een middel tot opwekking van het Moham-
medaansche fanatisme en dat men daarom heeft
gemeend, hem van de regeeringstafel te moeten
verwijderen. Hij valt derhalve om zijn consequen-
tie, om zijn gehechtheid aan de leer, dat de over-
heid bovenal voor de zedelijke en eeuwige belangen
der burgers heeft te waken. Over die opvatling
kan men verschillen, maar het kan nooit een schan-
de of nederlaag zijn, om zulke overwegingen in
den strijd onder te gaan. Het is volkomen on-
zeker wat ons nu wachtde Ministerraad was
Zaterdag vergaderd, en men zegt, dat de ambt-
genooten van den heer Keuchenuis hebben besl Jen,
collectief hun portefeuilles ,/ter beschikking van Z.
M. den Koning te stellen.'* Dat is nog iets an-
ders dan samen af te treden. De Ministers zullen
beginnen met gelijk zij het oolr van het debat
deden, zi'h homogeen te verklaren, met den
heer Keuchenius, aan den koning overlatende of
daarvan het gevolg zal moeten zijn, dat zij te samen
ook heengaan. Daaraan gelooft evenwel niemand.
Men verwacht dat Z. M. het ontslag van den
Minister van Kolonien aannemen zal, maar dat de
overige bewindslieden zullen aanblijven. Het zal
vroeg hij, droevig in die oprechte, kinderlijke oogen j
starende.
,/Wel!'* antwoordde Dolly, „ik houd van u, om-
dat gij een militair zijt."
,/Ik ben geen militair meer. Ja, eens, heel lang
geleden, was ik een militair", zeide de majoor met
een zucht, bij de gedachte aan de veranderingen,
welke zijn omgeving en hij zelf ondergaan hadden.
„Ja, maar die eens militair is, blijft militair,
zeide papa altijd.*'
„Arm kind, dat gij hem verloren hebt."
,/Ja, zeide Dolly", terwijl het goed geloof, dat
hooger is dan alle aardsche wijsheid, van haarge-
zichtje straalde, vpapa is met mama in den hemel."
u/Zoo."
,/Ja, ik weet het, dat hij daar is, hij stierf strij-
dende voor Koningin en vaderland en al de
militairen, die zoo sterven, gaan rechtuit naar den
hemel."
De Majoor zeide niets. Hij zat in gedachten
verzonken, en vroeg zichzelf af, of het maar niet
beter ware geweest, dat hij, evenals de vader van
dat kind, op het veld van eer ware gebleven. En
Dolly, weinig denkende, hoe zij hem in zijn ziel
trof, ging voort:
,/Papa zeide altoos, vertrouw steeds een militair,
hij zal nooit een leugen vertellen."
z/Ja, dat is goed en wel Dolly, maar er is on-
derscheid, er zijn goede en slechte militairen."
z/Ochik ben overtuigd, dat gij braaf en edel
zijt," zeide Dolly vol vertrouwen, ,/ziet u, omdat gij
zoo lief en vriendelijk zijten omdat ik zoo veel
van u houd, Majoor zal ik u mijn medaillon laten
zien. Kijk, hier aan dien kant is het haar van
mama, en aau dezen kant is het portret van papa."
En als Dolly haar schat opende en aan den
Majoor liet zien, bekeek deze het mansportret aan-
dachtig, en riep uit
z/Wel, dit is Erank Danvers, Erank de onver-
saagde, zooals wij hem noemden. Dolly, ik heb
nooit geweten, dat die brave Erank, waarmede ik
zoo lang bij hetzelfde regiment diende, uw vader was."
Dolly kroop nog dichter bij den door smart ver-
teerden en nu geheel ter neergeslagen avonturier.
//O, wat ben ik blij, dat gij mijn lieve papa gekend
hebt", fluisterde zij. //Bij gelegenheid moet
gij van papa spreken, en alles van hem vertellen,
wat gij weet. O, ik was nog zoo klein, toen hij
naar Egypte ging, maar ik herinner mij nog, hoe
hij weende, toen hij mij goeden dag kuste, en, al
is hij nu in den hemel, ik houd van hem, en
daarom Majoor, zeg ik alle avonden, als ik bid
z/God, zegen papa en God, zegen mama."
De Majoor antwoordde niet, zijn gelaat was met
zijn handen bedekt; de woorden van het kind
gingen hem door merg en been. Hij herdacht de
eervolle betrekking, die hij vroeger bekleedde, en
welk ander mensch hij was, toen hij met Danvers
diende.
//Ik moet weg," zeide Dolly, van zijn knie glij-
dende. ;/Eidel moet eten hebben. Mag ik u een
kus geven Majoor, omdat gij mijn lieve papa ge
kend hebt
Hij nam het lieve gezichtje, dat hem toegestoken
werd, tusschen zijn handen, en kuste het. Terwijl hij
dat deed, zeide Dolly
z/Wel Majoor! ik geloof, dat gij weent, ik voel
een traan op mijn wang."
el' dan op aankomell, eeh gescliikt opvolger voofr
den heer Keuchenuis te vinden; men noemt als
zoodanig den heer Van Nunen reeds, lid der Tweede
Kamer, een inderdaad bekwaam man, doorkneed in
de Indische toestanden, handig debater en in alle
opzichten liberaal in de Koloniale politiek, gelijk
de heer Keuchenuis ontegenzeggelijk ook is. De
vraag zal alleen zijn of de antirevolutionnaire partij
zich er bij zal nederleggen, wanneer de zetel van
hun specialen vertegenwoordiger in 't Ministerie
thans door een katholiek zou worden ingenomen.
Alleen in de keuze van een opvolger schuilt de
moeilijkheid voor het kabinet, niet in de politieke
gevolgen. Ik heb er prijs op gesteld dit te doen
uitkomen en te constateeren, dat de gevallen be-
slissing, noch een overwinning voor de liberalen,
noch een echec voor de Regeering is, en de ver
werping der begrooting van Kolonien, hoekrasook
op zichzelf (sedert 1863 werd geen begrooting
door de Eerste Kamer verworpen) op de verdere
levenstaak van 't Ministerie niet noodzakelijk van
invloed behoeft te zijn.
Zal ik, van dit onderwerp afstappende en 't oog
vestigende op de meer specifiek Haagsche feiten
en belangen, een weeklacht aanheffen over de ver
werping van het subsidie van f 6000, door den
Directeur de opera aangevraagd voor dit speelseizoen
Ik vind de beslissing, deswege door den Raad
genoraen, zeer juist. De fransche opera kost aan
de stad, die orkest, vuur, licht, personeel voor de
bediening, decoratien, muziek betaalt, (te samen
circa f 40000 per jaar) reeds genoegterwijl voor
het Nederl. tooneel ongeveer niets wordt bijgedragen.
Waarom richten zijdie behoefte hebben aan
Eransche zangspelen, geen vereeniging op den voet
van 't Ned. tooneel op, om een opera in stand te
houden? Gaat het aan dat de belastingschuldigen
schatten opbrengen voor het genot der meer gegoede
klasse Het is te hopen, dat men met opzicht tot
de opera een gansch anderen weg zal gaan inslaan,
zoodra de bestaande contracten het veroorloveu.
Ik wil slechts constateeren, dat onze electrische
tramweg naar Scbeveningen dezen zomer in exploi-
tatie komt, dat we weldra een paar maanden het
genot zullen hebben van het Kon. circus van Carre
dat we, door den dood van den architect-directeur
Reindersthans een ingenieur en een adjunct-
ingenieur aan het hoofd van onze gemeentewerken
zullen krijgen maar overigens moet ik nog
een oogenblik stilstaan bij een indrukkende plech
tigheid die Zaterdag j.l. te 2 uur, in de zaal
Diligentia alhier plaats had.
Men herinnert zich waarschijnlijk nog wel de
stranding van het Eng. schip Itoxford, op 28 Nov.
1889 op de banken der Maasvlakte. Kapitein
Thompson en de 22 man van ziju equipage werden
toen, na de vergeefsche pogingen door de redding-
boot aangewend, uit 't nijpendst gevaar gered door
schipper L. Nieman, van de blazer MA. 104, en
zijn drie wakkere medgezellen, L. Spuy, J. Van
Drimmelen en J. Brandenburg. Zij waren, spijt
de zware stormvlagen en hooge golven, door de
Zuid-Holland van kap. T. Klop naar buiten
gesleept.
Aan dat heldenfeit want dat was 't, schonk
de heer Jhr. E. Van Heemskerk Van Beest, onze
met roem bekende zeeschilder, zelf vroeger zeeman,
zijn aandacht, en hij riep de Nederlanders op om,
waar de Regeering achterbleef iets voor de kloeke
daden van Nieman en zijn kornuiten te doen, hen
een blijk te geven van waaideering van hun zelf-
opofferende stoutmoedigheid in het gevaar. \an
heinde en ver stroomden giften toe, en Zaterdag
werden aan elk der vijf dapperen, in tegenwoor-
digheid van honderden dames en heeren, in een
keurig met groen en vlaggen en schilden gedeco-
reerde zaaluit de opbrengst dezer „natiouale
inschrijving" blijvende souvenirsaangeboden. Nieman
en zijn drie manschappen, kregen elk een zilveren
tabaksdoos met inscription het feit hunner man-
moedige redding, niet alleen in woorden, maar o®k
op de achterzijde in teekening, naar een schets van
den talentvollen schilder Van Heemskerk Van Beest,
in herinnering brengende. De smaakvolle doozen,
in fraaie etuis, vervaardigd in de Kon. Ned. zil
verfabriek van den heer Begeer te Utrecht, waren
/Goeden dag, Dolly", zeide hij met gesmoorde
stem, hij kon bijna niet spreken van aandoening.
,/Dag, Majoor", zeide zij, toen zij naar de deur
ging. En, toen zij die uit zou gaan, draaide zij
zich even om, en zeide heel zacht. ,/En van avond,
wanneer ik gebeden htb: //God, zegen papa en
mama", zal ik er bijvoegen: en de Majoor ook."
Zij was weg de Majoor was alleen en dacht na,
hoeveel beter het voor hem geweest ware, als hij
maar gevallen was, evenals haar vader, als een
dapper strijder voor het vaderland.
Hij beschouwde toen de diepte waarin hij ge-
zonken was, hij was nu een schelm, nog minder,
het werktuig van een schelm, die, als de maskers
afgerukt werden, door elk braaf mensch evenzeer
veracht zou worden, als hij zich zelf nu ver-
achtte.
De kamer scheen donkerder geworden te zijn,
nadat het kind weggegaan was. Dudley Carstairs
trad binuentoen scheen het nog donkerder te
worden, en het was den Majoor of de lichtende
glans van een engel had plaats gemaakt, voor
de schaduw van een duivel.
z/Wel, hebt gij haar gezien vroeg de Majoor
dof.
Waarlijkeen recht aandoenlijk wederzien",
riep Dudley, met een gedwongen grijns. ,/Het
onderhoud zou nog niet geeindigd zijn, als zoo'n
duivelsche knecht, die weg geschopt moest worden,
omdat hij niet eens beleefd kan zijn, niet in de
kamer was komen stormen, met de verontrustende
boodschap, dat er een bezoeker was gekomen met
tijding van haar vader."
Punter had jaren lang met dien man gewerkt^
vefgezeid van f 100 voor elk, terwijl Klop bij zijn
tabaksdoos negen goudstukken ontving, zijnde een
voor elk der mannen van de sleepboot. Een klein
saldo dat nog overbleef, werd bestemd voor de
Prins Hendrik-stichting te Egmont.
Er heerschte in de vergadering groote opgewekt-
heid. De levendige, bijna aanschouwelijke voor-
stelling, die de heer Van Heemskerk van't helden
feit van 28 Nov. gaf, de schets van hetgeeu
reeds sedert jaren op't gebied van het reddingswezen
door de brave redders van de Yoxford was verricht,
lokte herhaalde toejuichingen uit en met geest-
drift hief men bravo's, voor 't koene vijftal aan.
Nieman zelf sprak een woord van dank, maar
vooral ook de burgemeester van Maassluis, maakte
zich in welgekozen bewoordingen tot tolk van de
zoo terecht gevierde zeelieden, om den heer Van
Heemskerk, die't initiatief nam voor de welgeslaagde
nationale hulde, dank te zeggen, voor dit blijk van
hartelijke waardeering eener schoone daad.
Aan die daad meende ik ook mijnerzijds eenige
aandacht op deze plaats te moeten schenken.
Jan Van Dkn IIaag.
De zich te Helder in het huis van bewaring
bevindende schepelingen van het barkschip Neerlands
flag zijn, na een gerechtelijk onderzoek, weder
op vrije voeten gesteld, doordien er geen termen
schijnen gevonden te wezen hen wegens muiterij te
veroordeelen.
Genoemd schip ligt alsnog in de haven van
Nieuwediep.
In het vorige jaar zijn leeningen aan den man
gebTacht voor een gezamelijk bedrag van ruim
12,678 millioen franks, waarvan voor 3586£ millioen
door Staten, gemeenten enz. en voor bijna 8063 milli
oen door spoorwegmaatschappijen en andere indus-
trieele ondernemingen.
Economisten berekenen echter, datwestelijk Europa
alleen jaarlijks 8000 millioen overspaart. Wanneer
men nu in aanmerking neemt, dat er bij de nieuwe
leeningen voor 4000 millioen conversie was, dan ziet
men, dat de rekening tamelijk gelijk uitkomt.
Twee geneesheeren te Weenen, dr. Jolles en
professor Weichselbaum, zijn er in geslaagd, na een
menigte proeven in het scheikundig en physiologisch
laboratorium van de Universiteit, de influenza bacil
te outdekken.
De kiem heeft veel overeenkomst met de pneu-
nomanie-bacil, doch is niettemin duidelijk van de
andere te onderscheiden.
Een aanbevelenswaardige aardappel uit Noor-
wegen. Rotart zegt in de Annane des engrais
o. a.,/Roode en lange aardappels zijn in Noor-
wegen weinig bekend. Alleen eene gele, ronde
varieteit wordt er verbouwd. Deze komt altijd op
tafel, bij alle maaltijden, en elk vreemdeling wordt
getroffen door hare merkwaardige eigenschappen
als aardappel.
In water gekookt en van hare schil ontdaan,
zet zij zich uit, opent zich en schijnt bij aanraking
van lucht en licht te ontluikenzij valt uiteen
evenals mergel onder den invloed van vorst.
In dien toestand heeft zij eene prachtige, goudgele
kleur en vertoont aan hare oppervlakte en in de
holten een oneindig aantal meelkorrels, die op poeder
van kristal gelijken.
In geheel Europa is geen smakelijker aardappel
het is de aardappel onzer voorouders, die van den
goeden Permontier. Gekweekt in een noordelijk
klimaat is het werkelijk een natuur-aardappel."
Lacroix te Westmalle, die deze varieteit beproefd
heeft, roemt haar eveneens zeer en beveelt hare
teelt als eetaardappel ten zeerste in Belgie aan.
z/De tijd zal komen" beweerde een schei-
kundige //dat wij den' benoodigden mest voor
een bunder grond in ons vestzakje zullen kunnen
bergen,"
,/Jawel," antwoordde een landbouwer, ,/maar dan
gaat de geheele oogst gemakkelijk in het andere."
Een eerzaam landb ouwer had twee dochters
die hij met de inkomsten van een klein eigendom
zonder hem te mogen lijden, maar hij had hem
nog nooit zoo gehaat als thans, nu hij hem daar
zoo, met een wreeden, kouden blik in zijn oogen
en een duivelschen glimlach op zijn bleek gelaat,
zag staan.
jyAls die vervloekte lorn pert twee minuten later
was gekomen", vervolgde Dudley, had ik de
bankbriefjes in mijn handen gehaden dan, als
mijn vrouw gewild had, kon zij weer naar haar
vaders huis gaan, wat zij zonder twijfel wel wil,
en zou ik haar vroolijk en blijde, goede re is ge-
wenscht hebben."
z/Een vertrek waarmede zij gefeliciteerd zou
kunnen worden," merkte de Majoor op. Toen
vroeg hij op vastberaden toon Dudley, wat ben
je nu voornemens te doen
ffDat zal ik je eens zeggen," zeide Dudley, het
plannetje is al klaar. //Wanneer die vent weg is,
pak ik de papierljes in, jij krijgt je deel Punter,
en dan heb ik een nieuw dingetje op het oog,
de kaarten liggen al klaar, wij moeten een ruiten-
koningin zien te troeven, wie het niet aan goud
en diamanten ontbreekt."
,/En mevrouw Carstairs?"
,/Mevrouw Carstairs, is, zonder het zelf te weten
of te willen, eene kostelijke compagnon in mijn
zaken geweest, die, als alles tot een goede oplossing
komt, op behoorlijke manier ontslagen wordt; om
echter een nieuw spel te beginnen, staat mevrouw
Carstairs vierkant in den weg."
,/Wilt gij haar niet meer terugzien, wanneer gij
eenmaal het geld in uw bezit hebt vroeg Punter
gejaagd.
Wordt vervolgd.)