Burgerlijke Stand.
R E C H T Z A KEN.
ren kenbaar raaakt tegen alinea 1 van art. 7 del
arbeidswet, waarin verboden wordt een persoon be-
neden 16 jaar of een vrouw, op Zondag arbeid te
doen verrichten.
Het werkseizoen op de steenfabrieken duurt voor
jongelieden benedeu 16 jaar en vrouwen, van on-
geveer 15 April tot 15 September. Hunne meer-
dere of raindere werktijd is in die periode geheel
afhankelijk van de weersgesteldheid; doch geinid-
deld kan, volgens adressanten, de wekelijksche werk
tijd gesteld worden op 30 ureu, en gedureude
dien tijd wordt van hunne krachten geen buiten-
gewoue inspanriing gevorderd.
Onder meer zijn adressanten van meening, dat
de wetgever uiet genoegzaam bevroed heeft, welke
ernstige gevolgen het verbod van Zondagsarbeid
zou na zich sleepeu. Gedurende een geheel seizoen
hebben zij de uitwerking dier wet gade geslagen
doeh thaus, nu de campagne voor dit jaar is ge-
eindigd, en zij proefondervindelijk hebben gezien,
dat hun nijverheid herhaaldelijk des Zondags dui-
zenden guldens schade inoest lijden, zonder bij
machte te zijn daaraan iets te verhelpen, verzoeken
zij den Minister zoodanige wijzigingen in de wet
te willen brengen, als strekken kunnen ota reeds
voor het volgende jaar aan hun bezwaren te ge-
rnoet te komen.
De oudste ingezetene van Breda, Anna Cor
nelia de Colonia, vierde Maandag haren 103en
verjaardag. Van vele zijden ontving zij blijken
van belangstelling.
In de laatste dagen is het oudje tamelijk ernstig
aan 't sukkelen.
De Hooge Raad heeft verworpen het cassatie-
beroep van drie sociaal-democraten, die, wegens
verspreiding vaD opruiende geschriften onder lote-
lingen, door de rechtbauk te Heerenveen veroor-
deeld zijn.
Op het eiland Tessel worden dit jaar groote
hoeveelheden jong rundvee aangevoerd, voorname-
lijk met het doel mest te verkrijgen voor de uit-
gestrekte landerijen. Sedert Augustus zijn ruim
duizend jonge runderen op het eiland aangevoerd.
J.l. Maandag werd te Tilburg door tien
werklieden gezamenlijk een tiende lot in de staats-
loterij gekocht en hadden zij het geluk, dat reeds
den volgenden dag bij de eerste trekking de prijs
van f 20.000 gulden op hun nummer viel; zoo-
doende kreeg elke inlegger f 170 voor zijn 15
cents uitbetaald.
Schiedam, 21 Nov.
De Katholieke Vereeniging „De Grondwet"
heeft in hare gisteravond gehouden vergadering
tot candidaten voor het lidmaatschap van de Kamer
van Koophandel en Fabrieken gesteld, de aftre-
dende leden, de heeren H. R. A. M. Van Gent,
mr. W. H. Jansen, en J. T. Witkampf, en in de
plaats van den heer mr. A. K. J. Van der Drift,
die niet meer in aanmerking wenschte te komen,
den heer D. F. W. Prins.
Tot brugwachter zijn hier benoemd aan de
brng bij de Gerrit-Verboonstraat A. Kooijraan en
L. C. Webers, en aan de Oranjebrug H.J. Breve.
Dinsdagmorgen zonk in de Nieuwe haven bij
de Varkensluis, echter buiten het vaarwater, het
met puin geladen praamschip van Z. v. d. Bont.
Het schip wordt weder gelicht.
Woensdagmorgen circa llf uur outstond er
brand op den zolder boven de woning van den
heer Bubberman aan de Broersvest, vermoedelijk
doordat een vierkant luikje, dat zich in den schoor-
steen achter een houteu kleerkaet bevond, in brand
was geraakt, waardoor ook het achterschot van een
kast en de zich daarin bevindende kleederen vlam
vatten. De brand werd door de dienstbode,
die met de kinderen thuis was, ontdekt en daarop
spoedig gebluscht door eenige burgers en politie-
agenten. De schade is niet groot.
Dinsdagavond circa 6£ uur reed de omni
bus van Van Roon te Vlaardingen, op weg naar
het spoor, in de Boterslraat tegen den aldaar staan-
den melkwagen van Kerklaan, zoodat dit rijtuig
eenige schade bekwam en uit een der kannen onge-
veer 30 liter melk over de straat vloeide.
Dienzelfden avond overleed plotseling ten
liuize van zijn patroon, den heer Krabbendam in de
Kinderbuurl, Arie Van der Laan, gehuwd en vader
van 2 kinderen, wonende in het Broersveld. Het
lijk is dienzelfden avond nog naar de woning van
den ongelukkige overgebracht, waar voor de echt-
genoote, die het geval zeer had anngegrepen, nog
geneeskundige hulp moest worden ingeroepen.
Eergisteravond tusschen 8 en 10 uren be-
vonden zich voor pand no. 9 op de Lange Haven
voor het lokaal van het ,/Leger des Heils", een
groote menigte menschen, doordien „kapitein" me-
juffrouw De Jong en „luitenant" mejuffrouw Maas
haar afscheidsrede hielden. Van hier gaan zij naar
Amsterdam, het hoofdkwartier, om verder door den
chef op een andere plaats te worden ingedeeld.
Ook hield de ,/kapitein" Van Tongeren, uit Vlis-
singen, een afscheidsrede. Ten slotte werd op ver-
zoek der ,/Soldaten" gezongen vDat's Heeren zegen
op u daal". De zaal was eivol, doch alles liep in
de beste orde af.
Donderdagmorgen te 9 uur moest destoom-
boot #de Oude Maas I" hier aan den wal blijven
liggen, doordat zij een defect aan de machine had
gekregen, en daardoor niet door kon stoomen.
Dinsdagmofgen zakte de kademuur aan
den Buitenhavenweg, even voorbij de Buitensluis,
delijk bezig, om Betsy te helpen. Angst en kom-
mer maakten hem nog zieker dan hij was. Hij
dorst geen oogenblik weg te gaan, want hij wist
niet, wat er gedurende zijn afwezigheid kon gebeuren.
Zij nam wel is waar in beterschap toe, doch kon
zij niet elk oogenblik weer in3torten, wanneer een
misdadige hand op nieuw een aanslag deed
vEet en drink niets, dan uit mijn hand," had
hij haar aanbevolen. Wordt vervolgd.)
over een lengte van 15 h 20 meter in het water.
Voor het beroep van de Ned. Ger. Kerk
alhier h -eft bedankt (Is. G. Van Goor te Bunschoten.
Ouwerschie, 20 Nov. Ds. C. J. Leenmans
alhier heeft een beroep ontvangen van de Ned.
Herv. Gem. te Oudega en Kolderwolde.
In de algemeene vergadering der Hollandscke
Maatschappij van landbouw, afdeeliug Rotterdam
en orastreken, ziju als bestuursleden gekozen de
heeren M. Van der Laan alhier en J. Schiltman
te Rotterdam (Oud-Delfshaven).
Er werd besloteu een adres te richten aan het
hoofdbestuur met het verzoek bij de regeering aan
te dringen op eene zoodanige aanvulling van de
wet op besmet.telijke veeziekte, dat bij gevallen
van mond- en klauwzeer de aangetaste koppels
ten spoedigste op kosten van het rijk zullen worden
afgemaakt, evenals zulks met zoo gunstig gevolg
ten opzichte van de longziekte is geschied.
Tevens werd nog besloten pogiugen aan te wen-
den tot opbeuring van de paardenmarkt te Rotterdam.
Ds. Lovis te Delftshaven zal Zondagmiddag
te 5£ uur alhier eeu godsdienstoefening houden.
Men schrijft ons uit 's-Gravcnhage, d.d.
20 Nov.
Met klokslag van een uur viel het eerste schot,
ten teeken dat H. M. zich van het paleis naar
het Binnenhof begaf.
Op menig oudgediende maakte dat kanongebulder
een droevigen indruk. Het had er veel van weg,
of men door een noodlottigen samenloop van om-
standigheden verplicht was geweest de vlag te strij
ken, zonder eenigen tegenstand te kunnen bieden.
Er is onder dat Oranjevaandel te veel lief en
leed gesmaakt, om niet treurig gestemd te worden
bij de gedachte, dat hij, onder wiens kleuren wij
zooveel ondervonden en waaronder wij vaak met
zooveel eer uit gevaarlijke ondernemingen terug-
keerden, niet meer aan het hoofd der regeering
staat.
Hetzij dat vaandel het gekruiste anker of de
gekroonde W droeg, zij, die de eer genoten het
eenmaal boven hunne hoofden te zien wapperen,
zij, die het volgaarne volgden, beseften ten voile,
wat dit eerste schot verkondigde.
Voortaan een Oranjevaandel zonder Oranjevorst.
Was het verbeelding of werkelijkheid, dat men
op het gelaat van alle mililairen een ho.igst ern
stige uitdrukking zag, die volkomen in overeen-
stemming was met het ernstige karakter van den
geheelen stoet, die zich naar het Binnenhof begaf.
Eerbiedig, of gold het eeD begrafenis, schaarde
het volk zich op een rij en ontblootte het hoofd,
als de Koningiu voorbijkwam, maar geen kreet
deed zich hooren.
En H. M. zat als weggedoken in het gesloten
rijtuig. Men kon zien, dat H. M. de groeten be-
antwoordde, doch wat men ervan zag, was bijna
niets meer dan dat een gestalte in het donkergrijs
achter in het rijtuig verscholen, zich nu volstrekt
niet als de machtige Regentes aan den volke wilde
vertoonen, maar toch dankbaar was, dat de natie
met haar scheen te gevoelen, dat dit oogenblik
ook voor haar hoogst pijnlijk was.
Voor Vorstin en volk was het oogenblik hoogst
treurig, indrukwekkend en pijnlijk.
God geve Zijn zegen op H. M. Regentschap,
opdat Vorstin en volk nog eens blijdere oogen-
blikken dan deze samen mogen zijn.
't Is waarlijk zeer wel te begrijpen, dat er
onder de millioenen en nog eens millioeneu aan
tering lijdenden, een enorme opgewondenheid is
ontstaan door Koch's groote ontdekking, zij alien
verwachten door dit middel de verlossing van hun
vreeselijke ziekte, alien bijna met evenveel ver-
trouwen, 't zij zij in het laatste dan wel in het
eerste stadium der verraderlijke ziekte verkeeren
als immer het spreekwoord, dat hoop leven schenkt
bewaarheid is, is het wel door deze uitvinding.
Dagelijks bijna worden door Koch's assistenten
of andere ingewijden, voorlezingen gehouden over
Koch's geneesmethode, welke lezingeu voor de
vakmannen natuurlijk van overgroot gewicht zijn en
dan ook door de doktoren, die van alle windstreken
naar Duitschlands hoofdstad stroomen, met be-
laugstelling worden gevolgd.
Uit Nederland zijn reeds aanwezig dr. Coronel,
oud-ofikier van gezotidheid, te Leeuwarden, dr.
Charles Vermeulen, dr. L. D. Schaap, en arts J.
Nord, te Amsterdam, dr. Coert en dr. Roosenburg,
te 's-Hage, dr. Klinkert en dr. Nolen, te Rotter
dam, dr. J. J. C. Van Woerden en dr. K. F. C.
Van Woerden, te Utrecht.
Drie assistenten van prof. Koch zijn begonnen
de brieven te lezen, die in den laatsten tijd bij
hoopen kwamen. Van alle landen, van arm en rijk
zijn 't smeekschriften aan den geleerde om beminde
zieken te reddeu. Moeders bidden hem om het
behoud van hun kind, mannen smeken hun ge-
liefde te redden. Prof. Koch wil geen dezer brie
ven lezen, uit vrees dat de aandoeniug hem zal
afleiden van zijn werk.
De geneesheeren, die met Koch samenwerkten
en dus in het bezit zijn van het geneesmiddel,
hebben alle moeite om zich tegen den buitenge-
woon grooten aandrang van geneesheeren en zieken
te vrijwaren, want het middel is nog niet in zoo
groote hoeveelheid gereed, dat alien, die zich aan-
meiden, terstond kunnen geholpen worden. Alle
inrichtingen, waar zieken verpleegd worden, zijn
reeds vol lijders en ook de hotels zijn reeds overvol.
Dr. Cornet, een van Koch's assistenten, is schier
zonder ophouden aan het werk. Het geneesmiddel
kan nog enkel in beperkte hoeveelheden worden
verstrekt, daar het met buitengewone zorgvuldig-
heid bereid moet worden. Eerst als de op groote
schaal aangelegde nieuwe inrichtingen gereed komen,
kan de entstof bij grootere hoeveelheden verstrekt
worden. Het is nu zoo goed als zeker, dat de
bereiding van het geneesmiddel niet aan een winst-
zoekende particuliere onderneming zal worden over-
gelaten. Tot dusver moeten de patienten verpleegd
worden in nood-hospitalen en bij particulieren. De
behandehng moet, naar men zi gt, zes weken duren
en de prijs, die nu voor verp'eging wordt gevraagd,
is reeds gestegen tot 25 Mark per dag.
Te Weenen is nu het eerste fleschje met het
nieuwe geneesmiddel aaugekomen. Professor Koch
zond het persoonlijk aan den bekenden Weener
hoogleeraar prof. Schrotter, die met de behandeling
zal beginnen, zoodra zijn assistenten, die nu te
Berlijn vertoeven, zijn teruggekeerd.
Professor Koch is reeds tot eerelid benoemd van
de /Vereeniging voor inwendige geneeskunde" en
zijn benieming tot eereburger van Berlijn zal zich
niet doen wachten, terwijl de Pruisische Landdag
met materieele bewijzen van belangstelling wel niet
zal achterblijven, nu de regeering zelve het initiatief
daartoe niet zal nemen.
De belangrijke ontdekking heeft ook reeds ter
beurze inv'oed uitgeoefend. Te Berlijn ondergingen
daarop de aandeelen der voornaaraste Levensverze-
keringmaatschappijen een belangrijke prijsverbetering.
Welk een onuitsprekelijk groote zegen zal deze
uitvinding voor het menschdom worden. Nu er
genezing van tering in de eerste periode mogelijK,
ja bijna zeker is, behoeft de arts den patient niet
meer te outzien; ronduit kan hij tegen hem zeggen:
,/ik vermoed, dat ge een begin van tering hebt
laat ik dit eens onderzoeken, dan kunnen we er u
in eenige dagen van af helpen I" Geneesheer noch
patient zullen de kwaal trachten te verheimelijken,
en als natuurlijk gevolg daarvan zullen ernstige
gevallen en het treurige ,/te laat" zeldeu meer
voorkomen.
Ingeschreven van 17 Nov. tot 20 Nov. 1890.
SCIIIEDAM.
ONDERTROUWD. 20, L. P. Levie en H. v.
Emden.
GEHUWD. 19, H. Boele en A. M. Lemmers.
F. Harteveld en A. M. Van Diggele. J. Zuidgeest
en C. Meesters. B. P. Gerrets en C. A. Morks.
W. H. Kemmer en C. Kerkhof. G. Zelen en P.
Riedijk. F. Hekket en H, Herman.
GEBQREN. 17, Clazina, N.H., d. v. A, Zeeuw
en J. Borst, Kethelstr. 18, Anna Petronella, N.H.,
d. v. B. v. der Kruyt en E. v. Eyk, Stationsstr.
Cornell's, N.H., z. v. H. de Bruin en B. S. Smits,
Doelenhofje. 19, Cath., N.H., d. v. A. J. Ver
meulen en T. Van der Beek, Singel. Gers. Hen-
drikus, R.C., z. v, J. J. Prein en M. M. Scheffers,
2e Molenstr. 20, Willi., N.H., d. v. D. Van der
Vlies en H. v. Wolferen. Petronella Maria, R.C.,
d. v. F. Bokhorst en J. H. de Kaper, L. Achter-
weg. Maria R.C., d. v. P. Vermeule en G. H.
Seheffers, Oudekerkhof. Marg., R.C., d. v. G.
Voorwald en M. Kollen, 2e Molenstr.
OVERLEDEN. 18, Arie Van der Laan, 44 j.
6 m., N.H., echtg. J. E. Stegmau, Kinderbuurt.
20, Johs. Van der Heiden, 1 m., R.C., Schie.
OUWERSCHIE.
GEHUWD: 20, Cornelis Waardenburg, jm.,
oud 30 jaar en Jannetje Voorwinden, jd., oud
23 jaar.
GEBOREN: 18, Willem, z. van Willem Christiaan
Ouwendijk en Petronella Klijn.
OVERLEDEN16, Johanna Noordijk, oud 63
jaar, weduwe van Izaak Troost.
Arrondissements-Rechthank te Rotterdam.
Zitting van 18 Nov. 1890.
H. K,, brandersknecht alhier, staat terecht wegens meineed.
I. Nagtegaal, brandersknecht, leende aan bekl. op 24 Nov.
1882 de somma van f 160. Bekl. betaalde daarvan tot in
1887 de interesten, hield daarmede toen op en deed ook
niets van de hoofdsom af. Nagtegaal vervolgde hem daarop,
waarop hij veroordeeld werd de f 150 met de verschenen
interesten te betalen. Nu deed H. K. den eed, dat diesom
hem niet geleend was, waarop den eischer zijn vordering
ontzegd werd.
Bekl. hondt voor de rechtbank, van meineed beschuldigd,
vol, niets ontvangen te hebben.
De president voegt hem toe, dat hij, bekl., omstreeks dien
tjjd huisjes in de Konynenbuurt gekocht had.
Bekl. zegt, dal hp op een andere wjjze aan het geld,
daarvoor benoodigd, gekomen is.
De president vraagt bekl. nu, of hjj uimmer rente aan
Nagtegaal heeft betaald.
Bekl. zegt hierop »neen".
I. Nagtegaal, als get. optredende, wordt scherp ondervraagd
naar dag, datnm en nur, waarop de f 160 aan H. K. geleend
zijn.
Steeds komen de antwoorden op de verschillend gestelde
vragen op hetzelfde neer.
oWaarom vroegt gjj geen bewjjs van het geleende?" is de
vraag van den president.
»Ik dacht," zegt N., vwaartoe is dat noodig. Wjj waren
familie, gingen met elkander op goeden voet om, en ver-
trouwden elkander volkomen."
Op de verdere vragen van den president verklaart N., dat
het geld aan H. K. ten huize van N. is nitbetaald. Dat
het afkomstig was van gelden van zjjn vrouw, die het i 4
pCt. op de spaarbank had uitgezet. De vrouw was vroeger
dienstbode geweest, en had in die functie een spaarpot weten
te maken. Hp zelf had het geld van de spaarbank gehaald.
Vier jaar achter elkander heeft hij bp bekl. in de maand
November f7.60 interest gehaald, ook zijn vrouw heeft eens
de interest opgehaald.
Toen H. K. ophield met interest te betalen is get. naar
hem toegegaan, hp gaf toen voor, het geld niet te hebben,
doch hesft nimmer gezegd, het niet schuldig te zjjn.
De bekl. zegt hierop zooveel als, dat Nagtegaal staat te
liegen of het gedrnkt staat. Hp heeft geen cent van hem
gehad, wanneer hp geld wilde hebben, ging hp naar mpnheer
v. d. Schalk, en dan kreeg hp bp f600 tegelpk.
De president kan niet aannemen, dat Nagtegaal alles maar
zoo verzint. Hp maakt op ZEd. Achtb. niet den indruk
van een lengenaar te zpn.
Het spaarbankboekje ligt als bewpsstuk op de tafel. De
fl60, die op 24 Nov. 1882 zpn gehaald, zpn erin afgeschre-
ven. Nagtegaal heeft voor voldaan geteekend met een krnisje,
daar hp niet kan schrpven.
Knappert, de boekhonder van de spaarbank, staaft de echt-
heid van het boekje. De rente was sedert dien tjjd van
4 pCt. op 3 pCt. teruggegaaD. Wat Nagtegaal met het op-
gevraagde geld moest doen, kan hij niet zeggen.
E. Koning, huisvrouw van Nagtegaal, legt een getuigenis
af, die tot in de kleinste bjjzonderheden overeenkomt met
die van haar echtgenoot, waarvan zij niets kon weten, omdat
zjj toen buiten de zaal heeft moeten staan. Toen ook zjj
zeide, dat zij bekl. vertrouwde, omdat hij in de familie was,
maakte de president de opmerking, »dat men het s mtjjds
maar van de familie moet hebben
Bekl. verklaart nogmaals van niets te weten
De president is van meening, dat bekl. te veel ontkent.
A. Schilperoord verklaarde bp bekl. aan huis te zijn geweest,
toen vrouw Nagtegaal kwam om de interest. Get. kwam
meer bp bekl., want hij woonde vlak naast hem. Toen vrouw
N. kwam, zeide hij, „dat dronkeu wjjf komt altjjd, geef de
interest, dan kan ze opdonderen." Bekl. maakte de chiffonnUre
open en reikte aan vrouw N. drie rijksdaalders over. I.ater
sprak bekl. nog over „den mottige, die om de interest n
kwam, en dien hp wel aandorst, en die ook opdonderen kon."
Een onderzoek wie met den „mottige" bedoeld kon wordcu,
bracht aan het licht, dat dit niemand anders dan Nagtegaal
kon zpn. Volgens bekl. is deze getuigenis weer een samen-
raapsel van lengens.
De president zegt: »Ja, er bestaat stellig een complotje
om jou ongelukkig te maken."
Er wordt een onderzoek ingesteld, hoe de verhouding tus
schen bekl. en get. was. Hieruit bleek, dat zjj altijd goed
met elkander hadden omgegaan. De vronwen hadden eens
kwestie gehad, doch dit had aan de goede verstandhouding
tusschen bekl. en get. geen afbreuk gedaan.
J. M. Vermeulen verklaart, dat bekl. hem verteld had, dat
hp ook geld van »den mottige" had gehad tegen rente. 'sJa,
de mottige," zeide hij verder, „steunt erop, dat hij g Id van
mjj krijgt, maar als ik mijn rente betaal, heeft hp niets te
zeggen," enz.
Bekl. zegt: «Dat is een smerige lengen van dien kerel."
"Is er tusschen u baiden wel een goede verstandhouding
geweest?" vraagt de president.
Get. verklaart, dat zjjn omgang met bekl. steeds goed was.
Nooit heeft K, ontkend, dat N. geld van hem moest hebben
en toen hij van de ontkenning bij den kantonrechter hoorde'
stond get. verbaasd en zeide in zich zelven«Hoe kan Hendrik
dit zeggen
J. C. Kram verklaart, zich te herinneren, dat bekl. in 1884
toen hp naast hem woonde, dikwerf met hem praatte en als
hij bp hem kwam, klaagde, dat hij aan belasting veel moest
opbrengen, alsmede, dat de interesten bezwarend waren, temeer
daar hij aan „den mottige" ook interesten moest betalen en
geld aflossen.
Bekl. zegt, nooit van »den mottige" te hebben gesproken
De president voegt bekl. toe: »Zijt gij dan de eenige ge-
loofwaardige persoon alhier Uw ontkennen helpt niets, want
de wetgever heeft erin voorzien, dat men iemand buiten zijn
bekentenis ook kan veroordeelen."
De bekl. zegt„Het zpn alien mpn vpanden. Zu strooien
slechts praatjes uit, om mij te bezwaren."
De president zegt: „Het zpn slechts eenvondige verkla-
ringen, maar die de zaak voor u ernstiger maken, dan wanneer
gij voor diefstal terecht stondt."
De Offlcier van Justitie is nu aan het woord.
Wp staan hier voor een hoogst ernstig feit, zegt ZEd.
Achtb. Meineed, een der verachtelpkste misdrijven, die er
gepleegd kunnen worden. Diefstal moet gestraft worden, maar
daarbij kan men zich nog een verontschuldiging denken,
maar hp, die geld leent, en later onder eede verklaart geen
schnld te hebben, is dieper gezonken dan een dief.
Meineed is hoogst moeielijk voor den rechter te bewijzen
Het was lang geleden, dat het geld geleend was. Als de
hoofdsom en datnm en uur, waarop het geld aan bekl. verstrekt
was, met in alle deelen overeenkwam met de gelden en de
bpzondere omstandigheden, waaronder het geld, waarover de
vordering liep, geleend was, zou het kunnen gebeuren, dat
bekl. toch geld schuldig was, en geen meineed gedaan had.
Maar bekl. maakt geen bezwaar tegen de som, wel ontkent
hp het leenen, en dat is een tastbare leugen. Het is bewezen
dat dit geld geleend is, door de verklaringen van Nachtegaal
en zijn vrouw in verband met de aanwijzingen uit het spaar-
hflnVhnpVip r
ZEd. Acht. wijst nu op het verband van de getnigenver-
klaringen. Hier staan man en vrouw niet alleen, maar wor
den hnn verklaringen door getuigen versterkt.
Als bekl. zegt, dat de menschen tegen hem samenspannen
dan is dit onaannemelpk. Nog meer, hij versterkt de meening
dat hij een bpzondere houding heeft aangenomen, om zich te
redden, want hp schpnt in,het ontkennen van alles zijn red
ding te zien, en ontkent alzoo alles, al staat het niet in
direct verband met de zaak.
ZEd. Acht. acht het feit door de verklaringen der getuigen
voldoende bewezen, verklaart bekl. schuldig aan meineed en
eischt 2} jaar gevangenisstraf.
De president maakt bekl. bekend, dat Nagtegaal nu nimmer
zijn geld kan terugeischen en vraagt aan bekl. of hij bekennen
wil, dat hp dit geld geleend heeft.
Bekl. blpft bp zpn ontkentenis.
Mr. J. H. Uiterwijk, als verdediger optredende, wijst erop,
dat de gevallen van meineed in de laatste jaren toenemen,
dat het bewijzen van meineed voor den rechter hoogst moeielijk
is, dat men velen, bp gebrek aan bewjjs moet vrplaten, zoodat
diegene, wiens misdrpf bewezen kan worden, nog zwaarder
gestraft wordt dan een dief.
Hier is de geeischte straf te zwaar, 2jjjaareenzame opslui-
ting, wat een ontzettende straf, welk een foltering. Hoe
strafbaar dit feit is, men mag bekl. toch niet met een gewo-
nen misdadiger gelpkstellen. De meineed is zoo verleidelijk,
zp stelt den mensch vaak in staat zijn eigen rechter te zpn,
om nadeel te ontkomen, zoodat men rekening moet houden
met de verleiding tot zoo'n misdrpf.
Het levensgedrag van bekl. was niet ongnns'ig. Hp heeft
6 jaar als militair gediend en kreeg een paspoort met certi-
flcaat van goed gedrag. Hp heeft 9 jaar bij een patroon
gediend. Hij is een oppassend man en vader, in het belang
van zijn kinderen is het zaak hnn dien kostwinner niet zoo.
lang te laten missen.
Alles is zeer bezwarend voor bekl., doch de twpfel aan
zpn schuld is niet uitgesloten.
Verdediger beroept zich op art. 1973 van het Burg. Wet-
boek, volgens welk art. man en vrouw Nagtegaal niet bevoegd
zpn, om de valschheid van den eed te staven.
In de instructie heeft Nagtegaal geweifeld met het opgeven
van den jnisten datum, waarop het geld geleend moet zijn
de vrouw ontleent den datum slechts aan het spaarbankboekje.
Verdediger acht de beide hoofdgetnigen incompetent. Wat
de getuigenis der andere getuigen betreft, deze herhalen
slechts een bekentenis van bekl. buiten rechten afgelegd.
Er bestaat hier alzoo twpfel, en de oude rechtsregel zegt.
In dnbio, pro Deo.
ZEd. Achtb. concludeert tot vrijspraak wegens gebrek aan
wettig bewps.
De offlcier van Justitie repliceert in betrekking tot de
zware straf, dat 6 jaar als maximum is gesteld, zoodat hij
nog minder dan de helft van het maximum eischt. De meineed
is gedaan niet voor een geringe som, het spaarbankboekje
wpst, dat het het grootste deel van den eigendom van Nag
tegaal was. Wat de onbevoegd leid der getnigen betreft, het
strafwetboek gee ft op, wie niet onder eede gehoord mag
worden en volgens de strafwet zpn de getnigen volkomen
competent.
In de dnbliek wpst de advocaat-verdediger erop, dat in
een strafprocedure civiele aktie kan gesteld worden en dat
men dan wel degelpk rekening dient te houden met;art. 1973
Burg. Wetboek en dus bijgevolg ook als de civiele procedure
overgaat in een strafprocedure.
A. v. S., metselaar, staat terecht wegens op 20 October
H. F. C. Beukers een slag op het hoofd te hebben gegeven.
De bekl. zegt Beukers eventjes geduwd te hebben. „.Ja,
maar wat harihandig," zegc de Pres. Bankers verklaarde,
dat bekl. op de trap zeide, »jou moet ik hebben," waarop
de slaagnitdeeling begon.
rBen jp ook niet lastig, Beukers?" vraagt de president.
„Neen," zegt Benkers, „maar met zpn vrouw is geen huis te
houden."
M. H. Kerdel vertelt hoe er geslagen is.
De offlcier van Justitie eischt 3 dagen gevangenisstraf.
De bekl. zegt, dat hp nooit zulke dingen aan de hand
heeft gehad, en dat hp maar even'jes geduwd heeft.
De president betuigt bekl., dat de rechtbank wel degelpk
in aanmerking zal nemen, dat hp nooit in rechtershauden.
is geweest.
G. B. te HILLEGERSBERG, werd vrpgesproken en ont-
slagen van alle rechtsvervolging, op grond, dat bekl. zich
niet aan smaad heeft schuldig gemaakt.
Art. 26, Wetb. v. Strafr. bepaalt, dat smaad is, het aan-