Geldmannen.
N°. 106. Eerste Jaargang.
ZatercLag; 20 December 1S0O.
BINNENLAND.
Abonnementsprijs:
Per drie maanden
franco per post.
voor liet Buiten-
land
Afzonderlijke nummers.
-.90
1.-
Verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Uitgever
C. J. BLOMMEHDAL,
Boterstraat, E, 342,
SCHIEDAM:.
Prijs der Advertentien
Van 1—5 regels SO. Iedere regal meer. .10
Groote letters naar plaatsruimte.
Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
Familiebebichtenper annonce .40
Dienst
Men schrijft uit 's Hage
Zondag 11. diueerde H. M. de Koningin-Regentes
met de jeugdige Koningin ten Hove der Groot-
Hertogin van Saksen-Weimar.
Het diner droeg geheel een familie-karakter.
Alleen de vier vorstelijke personen de jouge Ko
ningin, Hare Moeder, de Groot-Hertogin en Haar
Gemaal waren de tafelgasten.
Het aanhoudend over en weer bezoeken onzer
Regentes en van de Groot-Hertogin is een ver-
blijdend teeken.
Een ieder toch kent de denkbeelden van Prinses
Sophie en zal zich bewust zijn dat indien H. M.
de Koningin-Regentes, 's Konings Zuster tot raads-
vrouw genomen heeft (iets wat uit de genegenheid
welke zij elkaar bewijzen, wel is op te maken) die
verhouding kan strekken tot heil van Nederland
en van de residentie, voor de laatste vooral orn-
dat het algemeen bekend is, dat de Prinses Haar
Hofhouding op de meest onbekroinpen wijze heeft
ingericht.
In verband hiermede deelt men raede, dat eene
wijziging van de bezoldiging van het dienstperso-
neel aan het Hof van wijlen Z, M. den Koning
verbonden en waarvan de regeling nog altijd dag-
teekent nit den tijd van Koning Willein I toen
en de levensbehoeften goedkooper en de leefwijze
eenvoudiger waren, niet lang meer kan uitblijven.
Naar het„D. v.Z.-H." verneemt heeft H. M. Ko-
ningin Wilhelmina langzamerhand al Hare gewone
lessen hervat en komen de onderwijzers weder op
de gewone uren aan het paleis.
De Haagsche kroniekschrijver van deN. Gron.
Ct. deelt omtrent den gezondheidstoestand der
jeugdige Koningin mede, dat wel de dood des
Konings op Koningin Wilhelmina meer indruk
gemaakt heeft dan tot hiertoe bleek, omdat het
intellectueel sterk ontwikkelde kind gebukt ging
onder de smarl, die zij echter traehtte voor anderen
te verbergen, waardoor haar zenuwgestel wel eeni-
germate werd geschokt, maar lichamelijk H. M.
niet heeft geleden. Al is zij physiek niet zoo sterk
als geestelijk, bij de verstandige zorgen, die de
Koningin-Regentes voor haar heeft, behoeft men zich
over onze kleine Vorstin niet beangst te maken.
De Nederlandsche kolonie te Parijs heeft
besloten aan de Munt aldaar eene gouden medaille
te doen slaan ter herinnering aan Koning Willem
III. De medaille zal der jeugdige Koningen wor-
den aangeboden. Aan de eene zijde zal zij het
beeld van den overleden Koning in profiel teaan-
schouwen gevenaan de andere zijde een weenen-
den engel.
Men meldt, dat er een plan is gevormd om
te Amsterdam een standbeeld op te richten voor
onzen overleden Koning Willem III en dat men
het beeld van den vorst wenscht te vereeuwigen
in admiraals-uniform.
Uit St.-Petersburg wordt aan de Kolnische
Zei/uvg gemeld, dat de Russische Czaar uit per-
soonlijke consideratie voor onzen thans overleden
Koning, zijn neefwel het scheidsrechterschap
tusschen Erankrijk en Nederland in de Surinaamsche
quaestie zou hebben willen ainvaarden, maar dat
hij thanshet nog niet aangenomen hebbende,
weinig daartoe geziud zou zijn.
Men meldt uit 's Gravenhage, dat de apos-
tolische internuntius aan de Koningin-Regentes een
eigenhandig schrijven van rouwbeklag van den
Pausjheeft doen toekomen.
H. M. de Koningin-Regentes, vergezeld van
beide hofdames en van den kamerheer G. L. M.
baron Taets van Amerongen van Natewisch, heeft
Zondag de godsdienstoefening in de Willemskerk
bijgewoond, onder gehoor van den hofprediker dr.
C. E. Van Koetsveld, die tot lekst had gekozen
Mattheus 1 vtrs 17.
De Haagsche Kouter van de Prov. Gron. Crt.
meldt aan zijn blad het volgende
Bij het vertrek van den koninklijken lijkstoet
moet in het voorportaal van het paleis te 's-IIage
eene schromelijke verwarring geheerscht hebben
die aan het indrukwekkende der plechtigheid veel
afbreuk heeft gedaan. De ceremoniemeester, die
reeds in den aanvang van den stoet zijne plaats
had, moet, naar men beweert, zich kalni in zijne
koets geplaatst en het afroepen der hooge genoo-
digden aan een kamerdienaar overgelaten hebben.
Deze, die uit de lijst niet goed wijs kon worden,
moet toen alles zd<5 in de war gestuurd hebben,
dat de hoogheden en doorluchtige vorsten plaats
genomen hebben in de volgkoesten zooals het ging.
Intusscheu had er op de eerste trede van het
bordes van minister Heemskerk, het huis naast
het paleis, een tooneeltje plaats, dat even kluchtig
als zeldzaam was. De generaal, die den rijksappel
op een kussen zou dragen, bespeurde, dat het
koord ontbrak, hetwelk, ora zijn hals geslagen en
aan 't kussen vastgehecht, den bejaardeu krijgs-
man tot steun strekken zou bij het vasthouden.
Goede raad was duur. De stoet was nog niet in
gang, en de generaal liep even naar 't paleis,
terwijl hij het kussen met den rijksappel familiaar
op 's ministers stoep deponeerde. Yerbeeld u een
van deze koninklijke insignes op eene stoep
Op zeer toepasselijke wijze is de Koningskamer
in het //Panopticum", te Amsterdam, nu veranderd
in een treurkamer, versierd met planten en vitte
rozen. H. M. de Regentes zit in een leunstoel,
met onze jeugdige Koningin aan haar zijde, beiden
in diepen, ernstigen rouw, terwijl zij een welgelij-
kend levensgroot portret aanschouwen van wijlen
den Koning. Het geheel inaakt een zeer gunsti-
gen indruk.
Op het Yatikaan heerscht groote bezorgdheid
ten opzichte van den Pauswiens gezondheid
onder de tegenwoordige strenge koude zeer geleden
heeft.
FJaUILIjETOKr.
Schets uit het leven der Parijsche
43) Kapitalisteu.
//Dit is alzoo mjn besluit. Ik houd op in geld-
zaken te bestaan, en gij ver.ult mijn plaats. Van
af heden wordt mijn notaris, mijnheer Osmond, de
uwe. Ik heb veertig jaar z ken met mijnheer ge
daan, hij is dus in alles ingewijd, gij hebt u voor-
taan slechts met hem te verstaan, en aan hem te
zeggen, hoedanig gij wilt beschikken over hetgeen
u toekomt."
uWat mij betreft," zeide hij met verzwakte stem,
r/ik heb slechts een begeerte en deze is, u alien
zoo rijk mogelijk te maken, en bij wijze van gunst
zelf arm te sterven. Dan heb ik nog een anderen
wensch," hier teekende zijn stem groote ontroering,
//en ik wil het u niet ontveinzen, dat ik het geluk
van mijn dochter voor mijn dood gaarne zou ver-
wezenlijkt willen zien, door haar zoo spoedig mo
gelijk met den man van haar keuze in het huwelijk
te laten treden."
i/Welk beletsel zou daarvoor kunnen bestaan,
zijt gij daarin niet vrij?" vroeg Taboureau.
Coquillard deed net of hij zijn schoonzoon niet
hoorde en vervolgde: „Gij weet, wat ik wil en
begeer, als nu het het huwelijk van mijn dochter
spoedig gesloten wordt, behoeft gij u daarover niet
te verwonderen. Deelt rustig onder elkander het
geld van den millionnair en laat den ouden man in
vrede sterven."
Hij spiak die laatste woorden op zulk een ver-
bitterden toon uit, dat alle aanwezigen het konden
opmerken, en vie! daarna uitgeput in een leuning-
stoel neer.
z/Kom Betsy," zeide hij toen, //kom, kind, ga met
mij mede," en deed dat op een toon als of hij
zeggen wilde,/Ik zou als het langer moest duren,
de kracht missen, om mij in te houden. Ik werp
wel is waar die ellendelingen al mijn bezitting in
hun armen, doch met dat al zal ik blijde zijn als
ik ze niet meer zie."
Maar zijn drie schoonzoons Helen hem nu zoo
gemakkelijk niet vertrekken en overlaadden hem
met zoetvloeiende woordjes en loftuitingen over zijn
edel besluit. Men drukte hem de hand, men om-
helsde hem, men vond zijn daad, die van een
groot man.
Betsy en Blanche weenden, maar wat Olympia,
markiezin de Saint Coppens betrof, vuit diens oogen
straalde de blijdschap. Het besluit van haar vader
redde haar uit den nood. Zij zat tot over de ooren
in de schuld. Taboureau had haar voortdurend
geld geleend, en wilde nu niet alleen niets meer
leenen, maar begon haar duchtig te manen en was
dan bij zulke gelegenheden zeer onbeschoft tegen haar.
Als vrouw van de wereld, snakte zij naar wat
geld, en zoo kwarn de edelmoedigheid van haar
papa haar nu zeer te pas.
Wat de schoonzoons bet reft, d^ze gaven onver-
holen aan hunne vreugde lucht.
z/Wat een heldhaftig besluit", riep Rivarez, en
dacht daarbij aan de goudstapels, die weldra zijn
Z.H. Paus Leo XIII is ruim 80 jaren oud.
Hij werd op 7 Februari 1878 tot de opperste
waardigheid in de Roomsche Kerk gekozen.
De laatste berichten schetsen 's Pausen toestand
als minder zorgwekkend.
De leden van de Eerste Karaer zijn bijeen-
geroepen tegen Maandag 22 December a. s., des
avonds ten 8.) ure.
De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft
door tusschenkomst van de Commissarissen des
Konings de Gemeentebesturen verzocht, in de af
te geven certificaten van oorsprong noodig voor
den uitvoer van spek naar Duitschland geen
cijfers te vermelden. Er zijn namelijk vervalschin-
gen in die stukken gepleegd.
Door den minister van justitie is eene circulaire
uitgevaardigdwaarbij zonder eenig voorbehoud
wordt gelast aan alle onder zijn departement
ressorteerende ambtenaren, in wier handen eeden
plegen te worden afgelegd, om voortaan, in plaats
van trouw aan den Koning, te doen zweren trouw
aan de Koningin.
De Minister van Justitie heeft, op het adres
van het hoofdbestuur van Tuinbouw betreffende
het nadeel, dat door hazen en konijnen aan da
tuinders wordt veroorzaakt, geantwoord, dat klachten
steeds onverwijld en nauwkeurig worden onderzocht
en dat zoo ze gegrond blijken, de vereischte voor-
zieniugen onmiddellijk worden genomen.
Door de machtigingen bij art. 26 van de jacht-
wet bedoeld, kan aan belanghebbenden dezelfde
bevoegdheid worden verleend als door intrekking
van alle beperkende bepalingen zou worden ver-
kregen. Er bestaat dus, volgens den Minister, geen
grond om een wijziging der jachtwet voor te stellen.
Door trein 17 van de Hollandsche IJzeren-
Spoorwegmaatschappij is Dinsdagochtend onder de
geraeente Veur, een jager overreden, behoorende
tot het detachement grenadiers en jagers, dat onder
commando van een luitenant in de omstreken van
's Gravenhage, op schaatsen, velddienst-oefeningen
maakte.
Naar het station Den Haag overgebracht, werd
de ongelukkige, die terstond dood was, per bran
card naar het militair hospitaal vervoerd.
Vijf leden van den Amsterdamschen Wielrij-
dersbond Hollanrtia zijn Zondag, op den tocht van
Amsterdam over Monnikendam naar Marken, de
Gouwzee per rijwiel overgetrokken.
De wedstrijden om het meesterschap der
wereld, te houden te Amsterdam, welke uitgeschre-
ven waren tegen Maandag a.s zijn uitgesteld tot
Januari.
Door den burgemeester van Woerden is dezer
dagen een reddingstok uitgedacht, die zeer een-
voudig en tevens bij ongelukken op het ijs zeer
doelmatig is. Het is een esschen stok, waaronder
een ijshaak bevestigd is. Aan het boveneinde van
de stok bevindt zich een losse houten knop, waar-
aan eene dregge is gemaakt, gebonden aan een
koord van 10 a 12 meter lengte, hetwelk om den
stok gewonden en aan den stok vast gebonden moet
zijn.
lngeval van nood werpt men den drenkeling
dezen knop toe, die dan door hem gegrepen moet
worden hij kan dan de dregge aan zijne kleediug-
slukken vasthaken. Is de drenkeling reeds zin-
kende, dan werpt men hem alleen de dregge toe.
Het ijshaakje moet dienen om, daarmede gewapend,
op het ijs vast te staan, of, als de drenkeling
reeds onder het ijs is geraakt, kan men hem daar
mede naar zich toehalen.
Ook kan de geheele stok toegeworpen worden
alsdan moet echter de houten knop, waaraan het
koord is verbonden, in de hand van rlen redder
gehouden worden.
Het reddingstoestel is voor den p: ijs van f 1
verkrijgbaar.
Volgens waarnemingen, gedaan in Teylers
stiehting te Haarlem, heeft het sedert het jaar
1880 nog niet zoo hevig gevroren als in den nacht
van Maandag op Diusdag, toen de thermometer
13 graden Fahrenheit wees (dus 19 graden vorst.)
Den 15en Januari 1880 vroor het niet minder
dan 24 graden, den 21en dierzelfde maand 23
graad, den 22en 22 graden, totdat de koude haar
toppunt bereikte op den 25en en 26en. Toen wees
de thermometer op niet minder dan 25 graden
vorst.
Het kan dus n6g kouder worden, dan het reeds
is geweest. De laagste thermometerstand tusschen
1880 en 1890 is geweest den 17eu Januari 1886,
toen het 18 graden vroor.
Raad aan schaatsenrijderessen.
Vele dames hebben bij het schaatsenrijden last
van de riemen of banden, die steeds op dezelfde
plaats van den voet drukkend, zeer hinderlijk kun
nen zijn. Een eenvoudig middel bestaat daartegen
in het brengen van een speelkaurt tusschen kous
en schoen op de gevoelige plekken. Het zij ber-
innerd, dat het stijf aanbinden van schaatsen vol-
strekt niet noodzakelijk is, het zoogenaamde dood-
binden van den voet veroorzaakt krampaan te
bevelen echter is, eenige spijkers in de schaats te
slaan en daarvau de koppen te laten afvijlen tot
scherpeen zestal dezer scherpe punten zal het
verschuiven der schaats onder het rijden geheel
beletlen.
Dr. Hers, te Oud-B ierlaud, doet in het Nederl.
Tijdschrift voor Geneeskunde een beroep op zijn
collega's, om door hun adviezen te helpen voor-
komen, dat de Staten van Zuid-Holland besluiten tot
vergrooting der bestaande oud-steedsche krankzin-
nigengestichten, maar daarentegen mede te helpen
tot oprichting van een nieuw gesticht buiten Leiden,
zoowel in het belang der verpleging als van het
onderwijs.
kas zouden vullen, en waarmede hij weer langen
tijd de held der dobbelhuizen kon wezen.
,/Nooit heeft men iemand gezien, die zoo gemak
kelijk van zijn geld afstand kon doen," zeide de mar-
kies de Saint Coppens, en zweeg toen. vast overtuigd,
dat nu hij eenige millioenen rijk werd, hij spoedig
in zijn politieke carriere promotie zou maken.
z/De brave man kleedt zich, uit voordat hij na^r
bed gaat," riep Taboureau en huichelde een aan-
doening, die men voor gemeend zou gehouden hebben.
Op het oogenblik dat Coquillard, vervuld m€t
walging over de vleierijen en handdrukjes van zijn
schoonzoons, eindelijk met Betsy weg zou gaan,
klopte een bediende aan de deur en zeide daarna
z/Baron Taboureau, er is iemand, die u dadelijk
wil spreken.''
z/Wat moet men van mij?'' antwoordde hij met
een gelaat glimmend van vergenoegen, want hij
had reden in zijn schik te zijn, daar hij nu tot
zijn doel geraakt was.
vEr is een brief voor u."
z/Brieven zal ik morgen wel lezen."
Een heer trad binnen en zeide //de tijding is
van het grootste gewicht, het is een mededeeling
van uw huisdokter."
Het was nu of hem een donderslag trof, want
in eens kwam de gedachte bij hem op, dat die
brief wel een jobstijding kon bevatten, hij brak
hem met een onrustigen blik open, en las: //Kom
spoedig te huis, uw vrouw ligt op sterven."
Het was of de wereld met hem ronddraaide, als
Rene stierf kreeg hij niets van de erfenis van
Coquillard. Weg waren dan de zoo lang verwachte
millioenen.
Het testament moest nog opgemaakt worden, als
zijn vrouw niet meer leefde op den datum, waarop
Coquillard het teekenen moest, kreeg hij niets.
Hij zag zijn erfdeel verloren gaan, en uitte een
rauwen kreet van toorn en teleurstelling.
Een enkele hoop bleef hem over, misschien kon
de dokter wel den doodstrijd van zijn vrouw ver-
lengen.
Hij liep haastig weg, onder den uitroepytot
morgen, heeren, tot morgen, een dringende aange-
legenheid roept mij te huis."
Hij ging de trap af, de gang door, maar be/.week
bijna van schrik, toen hij zijn livereibediende met
vaart op hem zag toevhegen.
z/Hoe is het met mevrouw?" vroeg hij met be-
vende stem.
vHelaas! mijnheer de baron, u komt te laat,
mevrouw de barones heeft het zooeven afgelegd."
Taboureau viel als door den bliksem getroffen neder.
XXV. De vinger Gods.
Den volgenden morgen was Coquillard reeds vroeg
in de weer, om alles voor de reis van Raymond
en Betsy in gereedheid te brengeD.
Yoor den ongelukkigen millionnair scheen er
geen andere uitkomst meer mogelijk dan de vlucht.
Hij had den moed verloren, was uitgeput van
het waken en van het als kok fungeeren, en wilde
zich aan alles onderwerpen, mits hij maar zoo ver
mogelijk uit de buurt van zijn schoonzoons was.
In elken onbekende meende hij een vijand te
zien, welke hem door dolk of vergif poog te om
het leven te brengen.
Betsy had hem onder het oog gebracht, dat de
1.65
—.06
AANBIEDIN1EN
AANYRAG1.A
-.85