BIWKILAID. zullen hier in geene discussie treden over de betrek- kelijke raeerdere of mindere waarde der middeneeuwen en van onze tegenwoovdige maatschappij wij wijzen er alleen op, dat de toestand der Romeinsche Staten, in den tegenwoordigen stand van Europa en van de wereld eene uitzondering is. Romeals wereld- lijke magt, is blijven stilstaan terwijl het overige der wereld voorwaarts gingzij gaan niet meer te zaroen. Hetgeen bepaald beweegbaar is, was verbonden aan hetgeen beplaald onbeweegbaar wasde wet ver- eenigd met het dogma: van daar scheuring, oneenig- lieid en scheiding. Het volk der Romeinsche Staten vraagt intusschen slechts ddne zaak het vraagt op- genomen te worden in het kader der hedendaagsche maatschappij, in de gemeensohap (der natien die hem thans zijn lot willen voorschrijven en wat onsbetreft, wij vragen voor hem, namens het regt, namens de regtvaardigheidnamens den algemeenen vredede vrijheid om over zich zelven te beschikken. De grififier der regtbank heeft den heer Ollivier geweigerd appel aan te teekenen op grond datwaar het niet geldt correctionelemaar disciplinaire zaken, het beroep voor het geheele Hof, en niet voordebij- zondere Kamer der apellen moest worden aangevraagd. De heer Ollivier echter van eene andere raeening zijnde, heeft achtervolgens twee deurwaarders verzocht een protest te doen dezen hebben echter hun ministerie geweigerd. Ilij heeft toen een request aan den voor- zitter der regtbank gerigtom een' deurwaarder te gelasten de beteekenis te doen de voorzitter heeft ver- meend, daarover eerst den Keizerlijken procnreur te raoeten hooren. Daar de tijd voor het appel eerst Maandag verstrijkt, heeft de heer Ollivier zich daaraan onder- worpen. De uitslag der liquidatie ter beurze schijnt zeer ongunstig te zullen zijn. De wissel-agenten moelen groote verliezen geleden hebben: men zegt, dat het verlies voor een hunner tusschen de 7 k 800,000 franken beloopt. Lord Hollandpair van Engeland is te Napels overleden. Hij was de tweede zoon van een' neef van den beroemden minister Fox. Uit Bucharest wordt van den 27 December geschreven, dat de Vorst, dadelijk na de ont- binding der kamer een nieuw ministerie heeft benoemd zamengesteld uit mannen, tot de gematigd vrijzinnige partij behoorendewelke de meerderheid des lands vertegenwoordigt. Het hoofd van het Kabinet is de heer John Ghika. Brieven uit Alexandria van den 21 houden in dat de Onderkoning het voornemen zou te kennen ge- geven hebben om het leger aanzienlijk te verminderen, zoowel om reden van bezuiniging, als omdat geene politieke omstandigheden het noodwendig maken dat Egypte thans een aanzienlijk leger op de been hebbe. ESGELAJiD. liOaden 4 Jan. De Times deelt een uitvoerigen brief mede van kapitein Sherard Osborn, over den ophanden derden oorlog met China. Daarin zegt deze krijgsman onder anderen Ik moet mij tenstelligste tegen alle gelocaliseerde vijandelijkhedentegen een kleinen oorlog verklaren. Indien het met de zaak ernst is, moeten wij die ook als zoodanig behandelen anders zullen de Chinezen dit spoedig doorzien en de derde oorlog zalals de eerstevele jaren slepende worden gehouden, of wij zullen een verdrag sluiten, dat nergens toe dient, dan de tusschen beide magten bestaande oneenigheid gedurende eenige jaren te ver- lengen. Wij moeten de Chinezen van het eene einde van het Rijk tot het andere leerendat de vrede met de barbaren beter voor hen is dan oorlog. De aldaar in Mei aankomende oorlogsmagt voldoet geheel aan de be- hoefte. Die iets van China weetzal toestemmendat het onzin isals men zegtwij hebben slechts tegen het Hof, het Kabinet of den Keizer te strijden. Erls geen Chineesch koopman die niet vrijwillig heeft bijgedia- genten einde ons van het binnenland verwijderd te houden en hij zal zoo laug bijdragentot hij ziet dat het met de zaak ernst is. De Chinezen zijn echter een veel te practisch volk om in hunnen tegenstand zoo lang te volhardentot hun land op den rand des verderfs is gebragt. 'S KK IVEIVHAOE 6 Januarij. [Bij dit nommer wordt verzonden de Kaart van de Haven van Scheveningen naar het plan van de Heeren van Hooff en Ermerins. (Zie Bijbladvan de handelingen van den Gemeenteraadjaargang 1859pag 284.)] Z. M. heeftbij besluit van den 4 dezer n°. 59, goedgevondenden bij besluit van den 22 der vorige maandn°. 58, eervol ontslagen hoofdcommies met rang van referendaris bij het Departement van Oorlog J. H. van Graauwenhaante benoemen tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw. Men verneemtdat Z. M den mede eervol ont slagen Referendaris bij het Departement van Oorlog, den heer P. W. Romenij, bereids sedert vele jaren Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, benoemd heeft tot Officier der Orde van de Eikenkroon. Bij besl. van den 4, n°. 54, is aan Mr. A. Schadee, op zijn daartoe gedaan verzoek, met den 15 dezer, een eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van Notaris te Rotterdam en is metingangvan dat- zelfde tijdstiptot notaris te Rotterdam benoemd H. A. Schadeecandidaat-notaris aldaar. Er hebben zoo als wij reeds geraeld hebbenin de laatste dagen onderscheiden geruchten wegens wijzigin- gen in het Ministerie geloopen. Naar men verzekert zijn de moeijelijkheden voor het oogenblik uit den weg geruimd. Terwijl het Kabinet zal aanblijven zullen de! wetsvoordrogten, betreflende de spoorwegen en de door- graving van Holland op zijn smalst, weldra verder in be- handeling komen en eene beslissing erlangen. Het valt natuurlijk niet vooraf te bepalenwelke de uitkomst der stemmingen over beide voordragten zijn zal, noch te voorzien of die ten gevolge kunnen hebben, hetzij eene wijziging 'n het plan der spoorwegen hetzij eene wijziging in het ministerie. Naar aanleiding eener missive van den Minister van Finantien, van den 22 Dec. 11., n°. 147 (Aid. directe belastingen)moetmet betrekking tot het patentregt, het toezigt op schippers die handel, bijzonder in turf drijven veel te wenschen overlaten zoo zelfs dat er onder die turfschippers moeten zijndie jaren achtereen dien handel hebben uitgeoefend, zonder van patent te zijn voorzien geweest. Ten einde de wet in dat opzigt eene behoorlijke uitvoering erlarige heeft voornoemde Minister het wenschelijk geacht., dat de ambtenaren op dit punt bepaaldelijk opmerkzaam gemaakt worden, en om tevens daarop de aandacht der gemeentebesturen te doen vestigenzullende het ter bereikir.g van dat doel kunnen strekken, de bedoclde schippers, bij gele- genheid van het doen van aangilte voor hun vaartuig, of wanneer zij het regt deswege voldoen hunne ver- pligting voor te houden om zoo zij goederen voor eigen rekening verkoopen te dezer za'ke de vereischte aangifte te doen. k)e Minister van Finantien heeft op de vraai, in hoeverre boekwerken die niet in den handel maar alleen voor ambtenaren bij inteekening verkrijgbaai' zijn, alsmode het materieel hetwelk de ontvangers verpligt zijn zich ten hunnen koste aan te schaffen al dan niet vatbaar zijn om onder genot van vrijdom van port met den post worden verzonden aan een' der heeren provincial directeuren der directe belas tingen, in- en uitgaande regten en accijnsen bij reso- utie van 16 Dec. j 1., te kennen gegeven dat de door hem gestelde vraag, bij verschillende gelegenheden in andere gelijkstaande gevallen in eenen ontkennenden zin is beslist gewordenomdat de vrijstelling van port alleen is toegestaan voor de olficiele dienst-cor- respondentiewaartoe de verzendingen van den be- doelden aard niet kunnen worden geacht te behooren. Dezellde Minister heeft bij resolutie van 21 Decem- bei jl.aan de onderscheidene heeren provinciale directeurs der directe belastingenin en uitgaande regten en accijnsen doen afgaan de volgende missive: "Onder de reclamatien wegens aanslagenuit eigen aangifte voor het personeel voortgesprotendie, vol- gens de bestaande verordeningen mogen worden inoe- dienden door des Konings commissarissen in°de provincie worden beslist, behooren ook die, wanneer een belastingschuldigedie voor den 4den grondslag van dat middelde toepassing van dat tarief heeft gevraagd beweert zich te hebben vergist en verzocht dat er^ als nog schatting plaats hebbe. Bij de beoordeeling van deze soort van reclama tien valt bepaaldelijk te onderzoekenof en in hoe verre met eenigen grond mag worden aangenomen dat de reclamant zich bij die aangifte werkelijk vergist en eene aangifte gedaan heeft, die met redelijkheid niet kan voorondersteld worden door hem te zijn be- doeld, zoo als bijv. het gevalis, wanneer dereclamant, vcSor het betrokken dienstjaar, ddn of meer jaren ach tereen in hetzelfde perceel schatting van zijn mobilair gevraagd heeft, en die schatting eene mindere belastin^ inedebrengt dan de toepassing van het tarief. In zoo danig geval, en zoo dikwijls het bestaan van een abuis ten deze als waarschijnlijk kan worden gedachtbren<n de billijkheid mede dat op reclames van dien aard door de ambtenaren gunstig worde geadviseerd. Ik heb gemeend dit onder de aandacht van de ambtenaren te moeten brengen. Door den Minister van Justitieis bepaald, dat ge durende het geheele jaar 1860 geene premien zullen worden toegekend voor het dooden van marters fluwijnen housings hermelijnen, wezels, wouwen en buizerdsterwijl de toekenning van premien voor vertoond wordende gedoode moervossen, rekelvossen, niet volwassen raoer- of rekelvossen, arenden, valken, havikken en sperwers. slechts zoolang zal plaats hebben als de daarvoor op de begrooting van Staats-uitgaven beschikbaar gestelde som geacht zal worden te° ver- oorloven. Naar wij vernemen, worden de antwoorden der Rege- ring op het voorloopig verslag der Tweede Kamer betrekkelijk het wets-ontwerp nopens de doorgraving van Holland op zijn smalst, in gereedheid gebragt" en schijnt het voornemen te bestaan, dat ontwerpzoo spoedig doenlijk bij de Tweede Kamer te doen behan delen. Aanstaanden Dingsdag zal de Rijks-commissie voor de statistiek, in liaar gewoon locaal op het Binnenhof weder eene vergadering houden. De Hooge Raad der Nederlanden heeft heden uit- spraak gedaan in de bekende zaak der prolongaiie- contracten. Het aange<-oerde middel van cassatie was: dat indien een commissionair op eigen naam maar voor rekening en op last van zijn committent, de prolongate gesloten heeft, de commissionair alleen bevoegd is casu quo den verkoop toe te laten, niet echter om daartoe last te gevenof om daarin uit- drukkelijk toe te staan. De Raad heeft dit middel rerworpenen de verweerders mitsdien in het o-eliik gesteld. 5 J De Burgemeester van Rotterdam heeft in zijne aan- spraak, gehouden iD de eerste zitting van den gemeente raad van dit jaar, gezegd, de gegronde hoop te koeste- ren, dat Z. M. de Koning, onverwijld na de aanneming van de spoorwegwet door de Eerste Kamer, daaraan Hoogstdeszelfs goedkeuring zal schenken. De kolonel Bohlen, oud-Nederl. Minister-Resident in de Vereenigde Staten van Noord-Amerikaen de baion de Keverberg de Kesselvan Maastricht, zijn alhier aangekomen en aan het Hotel Paulez afgestapt. In Delft zijn, volgens de registers van den burger- lijken stand, in het jaar 1859 geboren 778 kinderen, als: 369 zoons en 409 dochters, gehuwd 189 paren overleden 820 personen als: 405 van het mannelijk en 415 van het vrouwelijk geslacht. Onder de gebo- renen zijn 7 maal tweelingen begrepen onder het getal der overledenen en geborenen zijn begrepen 49 levenloos aangegeven kinderen, te welen 25 zoons en 24 dochters onder het getal der overledenen zijn begrepen: 1°. 9 militairen in de garnizoens-infirmerie overleden, welke tot andere gemeente behooren 2°. 59 personen, welke elders woonachtig waren. Door de geheele Nederlandsche haringvloot zijn in 1859 na den jaagtijd aangebragt 22,985 ton en wel in de volgende verdeeling, als van: Vlaardingen met 62 schepen 14,425 ton, hiervan hebben 43 schepen twee reizen gedaan Delfshaven met 1 schip 231 ton in twee reizen; Zwartewaal met6schepon 1329 ton, hiervan deden 4 schepen twee en 1 schip drie reizen; Middelharnis met 4 schepen 734 ton, deden ieder slechts eene reis; Pernis met 2 schepen 531 ton, deden beiden 2 reizenMaassluis mot 7 schepen 1728 ton hiervan deden 5 twee reizen E-nkhuizen met 7 schepen 1785 ton, deden alle twee reizen; De Rijp met 4 schepen 1107 ton, hiervan deed 1 schip dene reis; Amsterdam met 4 schepen 1112 ton waarvan 3 twee reizen deden. Hoewel de prijzen van de verkochte vrij voldoende te noemen waren is het resultant der visscherij toch verre van gunstig te noemen, en worden door onderscheidene reeders aanmerkelijke verliezen geleden; de voorraad in de eerste hand is nog met geheel opgeruimd. In het lste nommer van den nieuwen Nederlandschen Spectator wordt de achtsteaflevering van de Monumens typographiques des Pays-has uitgegeven door den heer J. W. Holtrop te's Gravenhage besproken, uit welk verslag wij om de belangrijkheid het volgende over- nemen Naar aanleiding van een drukkersteeken van den Antwerpschen drukker Mathijs van der Goes, wordt door den heer Holtrop eene verrassende ontdekking gedaanwelke hij nog niet als stellig bewezen doet voorkomen, doch waaromtrent hij zoo vele en zoo duidelijke aanwjjzingen bijbrengt, dat hare waarschijn- lijkheid zeer groot is. Dat drukkersmerk, in den vorm van een schip ge geven in navolging van oude zegels en in een tijd waarin de symboliek zich nog meer dan thans in het gewone leven deed geldenis versierd met dertien vlaggen en schildenwaarop evenveel wapens of monogrammen voorkomen, welke, met uitzondering van twee, dadelijk zijn terug te brengen op den drukker en op de stad waar hij zijn bedrijf uitoefende. Deze twee wapenschilden zijn die van Haarlem en Holland, en daar deze noch op den drukker noch op zijne woon- of geboorteplaats kunnen teruggebragt worden doet de schrijver de vraag, of met het aanbrengen van die schilden niet bedoeld is geweestdes drukkers mee- ning te doen kennen dat zijne kunst te Haarlem in Holland haren oorsprong heeft genomen Ofschoon de ondervinding heeft geleerdhoe ge- vaarlijk het isomin het vraagstuk van den oor sprong der boekdrukkunst, te ligtvaardig als bewijzen aan te nemen zulke aanduidingendie niet altijd den toets des onderzoeks kunnen doorstaan.en hoe de tegen- partij steeds daarvan wist gebruik te maken om door het aantoonen van de onhoudbaarheid van bijzaken, tevens de hoofdzaak aan te tastenzoo komt het ons hier toch voor dat de vraag des heeren Holtrop be- vestigend moet beantwoord worden. Toen Mathijs van der Goes zijn drukkersmerk deed snijden kon Haarlem nog niet anders in de boekdrukgeschiedenis beroemd zijn dan door hetgeen hare inwoners wisten te ver- halen van de uitvinding, die voor eene halve eeuw daar gedaan was en dat deze drukker niettegenstaande hij in Zeeland geboren en te Antwerpen werkzaam was, met die overlevering moest bekend zijn en van hare waarheid kon overtuigd wezenvloeit voort uit de omstandigheiddat hij met uitzondering ran de meeste drukkers van dien tijdzijn eigen lettergieter niet was, maar zich met door anderen vervaardigde en reeds gebruikte lettersoorten behielp. Terwijl hij toch in 1482 zijn drukkersberoep te Antwerpen voor het eerst uitoefendedeed hij zulks met de letters waarmede van 1477 tot 1479 te Delft reeds gedrukt was (onder anderen de BZjbel van 1477). Tusschen 1479 en 1482 is duskan men aannemenMathijs van der Goes in Holland geweest om zijne letters te koopen en hetgeen hij daar op de oudste boekdruk- kerijen kan gehoord hebben, zal genoegzaam zijn ge weest om hembij eene gepaste gelegenheideene getuigenis te doen afleggenwelke de oudste is van die, waarmede Haarlems aanspraken worden gestaafd, eene getuigenis waarin op Haarlem gewezen wordt als op de stad der uitvinding, even als Zell, in 1499, Holland aanduidde als de bakermat der boekdrukkerij, Bij den uitgever II. Nijghte Rotterdam, is, in een tijdsverloop van drie dagen, reeds de tweede druk in t licht verschenen van de belangrijke brochure Di Paus en het Congres, terwijl spoedig de derde druk ter perse gaat van het werkje Napoleon IIIzijn leven en lotwisselingen tot op den tegenwoordigen tijd (zie Advertentie). Men leest in de Gr. Courant het volgende Deelden wij in ons vorig nommer mede, dat er weinig vooruitzigt bestond op het behoud van het raassaal fonds, zooals dit met den 1 dezer in deze provincie is vastgesteld dit vooruitzigt zal nog meer verdwijnen, als men verneemt, dat reeds de gemeen tebesturen van StedemLoppersum en Zandthun voornemen hebben te kennen gegeven, om terug te

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Dagblad van Zuid-Holland | 1860 | | pagina 2