N°. 63.
Dingsdag13 Maart.
a; 1 T E M Sj A A I>.
LUND EN SGRAVENHAGE
Hit iJajblad verschijnt dagelijksuit gen omen Zon- en
l< eestdagen. Prijs per drie maanden f 5.
Franco per post f 6.
Brievenstukken en advertentien
franco
Dagblad.
aan t Bureau van (lit
BUBO EME ESTER en WKTHOtTDEKg van
's Gbaveshage, zullen, op Woensdag, den 14 Maart
1860, des namiddags ten ddn are, op het Raadhuis
in bet openbaar, VERPACHTEN:
Ken sluk WEIL AXIS, groot ruiin ddn bunder,
gelegen aan de Laan van Schuddegeest.
De voorwaarden van verpachting liggen ter lezing
op de plaatselijke Secretarie 2de afdeeling.
Prijs der advertentien van 1 C regels f 1.80, die
regelmeer 25 cents, behalve het zegel. Creole
letters naarmate de ruimte, icelke zij bcslaan.
ODIT8CUL A K I).
BerJija 1 i Maart. De Pr. Zeitungeen onder-
handsch orgaan der regering, verdedigt nog dagelijks
een driejarigen diensttijd voor militairenterwijl de
oppositie een of twee jaren voldoende acbt. Met
heeft tiitgerekend datindien het regerings-voorstel
doorgaatieder inwoner van Pruissengrijsaards,
vrouwen en kinderen medegerekend jaarlijks twee en
een halve thaler belasting voor het budget van oorlo"
moet opbrengen.
De Grootvorst-troonopvolger van Rusland wordt
Dingsdag aanstaande hier gewacht.
Weenen 10 Maart. De Groothertog van Toseane
heelt aan Keizer Frans Joseph een afschrift gezonden
van een door hern ontvangen brief van Keizer Alexander
van Rusland. De Keizer moet daarin veel sympathie
voor zijne restauratie aan den dag leggen.
De dagbladen begroetcn de uitbreiding van den
Rijksraad als laatsto steen aan het gebouw der zoo
noodige hervorming onzer staatsinstellingen met een
eerbiedig zwijgen. Alleen de Oesterr. Zeitung ziet
daarin even als in elken regerings maatregel gedurende
de tien laatste jaren, een grooten vooruilgang.
Wat de buitenlandsche stnatkunde aangaat, verge-
noegen zieh de bladen met hot veroordeelen van Sar
dinia Frankrijk on de overige Mogendheden. By gebrek
aan een nationaal prograrama, kunnen zij grene bopaalde
staatkunde verdedigen of voorstaan.
De depeches van grant de Cavour over de maatregelen
van dwingelandij in het Venetiaansche, waarin do graaf
eene schending van het Zuricher verdragziet, ncht men
hier als den voorlooper van nieuwe oorlogsplannen.
Nu valt er niet aan te twijfelen dat Sardinia's be-
geerte zich naar Venetie uitstrekttnaar men gruwt
hier evenzeer van de regerings-maatregelen in dat
ongelukkige land en de symphatie voor do bevrij-
ding van Venetie is hier inderdaad niet gering. 0|>
eenvoudig vermoeden worden honderde personen
bniten'slands in vreemde korkers gesleept en hoe
zijn dan nog die kerkers ingerigt? Hoe menigeen
moet dat eenvoudig verdacht zijn met den dood
betalen En verdacht is eigenlijk iedereen in het
Venetiaansche. In de proclamatie van generaal Urban
werd dit openlijk gezegd Men zegt hier te regtdatj
wij Venetie moeten opgeven indien wij bet niet andcrs
dan door zulke maatregelen kunnen behouden. Op
finantiele en militaire grondenwordt die afstand
dagelijks meer gewenscht.
Gelijk per telegram gemeld is heeft de luitenant-
veldmaarsehalk baron v.Eynatten zich, in den nacht van
Woensdag op Donderdag, in zijnen kerker van het leven
beroofd. De ongelukkige heeft een snoer zijner uniform
aan de ijzeren spijlen der ramen bevestigd en door
ophanging zich aan de hem waehtende straf onttrokken.
Dedoor hem verduisterdegelden moeten eenoongehoorde
som bedragen. Deze schijnt echter bniten'slands gebragt
te zijn want in zijne woning vond men met meer dan
70,000 florijnen. Of hij zich ook aan verraad heeft
schuldig geraaaktis niet bewezen. Hij laat eene
weduwena en drie zoons, welke laatsten alien als officier
in het leger dienen.
F R A N H 1( IJ ft,
Particuliere Corrcspondentie.)
Pakijs 11 Maart.
Men verhaalt, dat Hendrik IV bij zijne doorreize
eener kleine stad door den maire met eene aanspraak
werd ontvangenwelke vrij lang duurde. Plotseling
echter ondarvond de stroom zijner welsprekendheid een
hinderpaaldoordien by geene woorden meer kon vin-
den waarop de Koning uitriep Finissez en trois mots
vvaarop de maire, onder het gelach der hovelingen,
dood eenvoudig de woorden vive le Roiuitsprak.
Ziedaar onze toestand. Wij hebben onze aanspraak
gedaan. Bijna aan het eindegekomen kunnen wjj niet
verder. Geheel Europa wenseht het slot en roept ons
toeFinissez en trois motsen wjj kunnen de drie
woorden niet vinden. Welke zullen die zyn
Intusschen wnnhoopt men nog niet aan eene vrede-
lievende schikking. Het is waar, dat de depeche aan
maarschalk Vaillant, om aich gereed te bouden, zyDe
troepen uit Loinbardye terug te trekken reeds gereed
lag maar het schijnt niet minder waar dat die depeche
tot heden nog niet is verzondenen zoolang onze
troepen in genoeinde provincie zijn, bestaat er nog
geen grond om alle hoop op te geven. Ook gelooft
men bijna algemeen dat Keizer Napoldon geenszins
de verantwoordelijkheid op zich zou willen laden
millioenen schats en duizenden zijner onderdanen bij
Solferino en Magenta ten offer gebragt te hebbenten
einde daarna wederom een groot deel van Italia onder
den ouden scepter te zien terugkeeren. Nietig verklaren
kunnen wij dus onze aanspraak niet; maar hoe zullen
wij eindigen
De depechesgewisseld tusschen den minister de
Favour en de gouverneurs Farini en Ricasolihebben
op nieuw het bewijs geleverdhoe weinig Koning
Victor Emanuel gezind is van de door hem aangenomen
gedragslijn af te wijken. De nota van den heor de Cavour,
omtrent Savoye, wordt thans door den Moniteur mede-
gedeeld met weglating der laatste woorden waarbij
de heer de Cavour verklaartdat de inlijving van
Savoye niet zou geschieden dan na dc bekrachtijing
der Sardinische Kamer van Vcrtegenwoordigers. Niet
minder belangrijk is de nota van de Gazette de Savoye
waarbij de oproeping der contingenten van Savoye
onbepaald is uitgesteld.
Ik verneem dat de heer Thouvenel eene nieuwe
nota aan den minister (.favour heeft gerigtwaarin
hij zieh beklaagt, dat cTe nota van den laatste geen
antwoord bevatte op de eigenlijk aan zijn oordeel
onderworpen punten. Hij Voegt er bij, dat Frankrijk
de politiek zal handhaven in de jongste Troonrede
en in de Franscho nota van den 24 Fobr. jl. geschetst.
Waarschijnlijk wordt mot deze nota hedoeld die
waarvan in onze telegraphische berigten melding wordt
gemaakt.)
Ook in Italic schijnt het geloof aan cone transaclie
van des Keizers zijde algemeen te zijn. "Niet alleen
do dagbladen, maar ook de bijzondere brieven vot-
zekeren dit. Eon dezer deelt mode, dat het lang
uitblijven der definitive schikking het misnoegen van
velen zou hebben opgowekt. Men voegt er bij, dat
dit zoover gingdat onze officiercn niet meer door
de Sardinische soldaten worden gegroet, en men in
sommige wiukels ongostral't hasten van Orsini had
tentoongesteldmet het opschriftII ve.ro liberators
dell' Italia. De toon in de tusschen de Sardinische en
onze regering omtrent hot Ilaliaanscho vraagstuk go-
wisselde stukken heerschendc, spreken dit laatste echter
tegen. Ik heb intusschen met eigen oogen de volgende
niot van goest onlbloote, spotprent gezien, welke in
eene der Ilaliaanscho steden schijnt te zijn uitgegeven.
Men ziet namelijk den Keizer aan wiens voeten eene
vrouw geknield ligt die sprekend op Koning Victor
Emanuel gelijkten die geacht wordt de twee regels
van den diehter Marino uit to spreken, welke aan
den voet der plant zijn geplaatst en aldus luideri
Se tu prendi il mio cuore e'l tut mi dai
Pcrche de corpi un corpo anco non fai
De goruchten ontbreken echter ook heden niet. Zoo
durft men verzekeren dat de heer de Cavour biunen
zeer korten tijd den ministerzetel zou verlaten, en
er te Turin een ministcrraad zou zijn gehouden
waarin besloten is, ton gevolge eener nieuwe depeche
van onzen Keizer, het leger op voet van oorlog
te brengen, en ioderen mogelijken aanval het hoofd le
bieden indien de Fransche troepen Italie mogten ver
laten. Beide geruchten verdienen echter aliezins be-
vestiging.
De Constitutionnelhet Journal des Debats en le
Pays, bavattende artikelen over d« inlijving van Savoye,
zullen reeds in uwe handen zijn. Ons publiek heeht
vooral veel gewigt aan de meening van het eerste blad
doch, naar ik meen ten onregte. Het is waar, dat
de heer Grandguillot dikwijls de penhouder van het
Keizerryk werd geuoemddoch na het desaveu, hem
onlangs door den Moniteur gegevenheeft hij dien nanm
meer en meer verloren. Ik spreek nog in het geheel niet
van de tegenspraak tusschen zijn artikel en de nota
onzer regering omtrent de waarde van het algemeen
stemregt, een beginsel zelfs door den Keizer bij zijne
optreding gehuldigd.
Dezer dagen verhaalde men dat de Chinesche expe
dite zou zyn opgegeven. Men voegde er bij dat de
Indien gij mijn hart neemt en mij het uwe geeft, waaroia
zouden wij dan niet een ligchaam van onze beide ligchamen maken.
Keizer van het Hemelsche Rijk concessien zou hebben
gedaan en dat daaraan het vertrek van lord Elgin tn
baron Groi naar China toe te schrijven is. i)it is
echter or.juist. Wei zal de laatste den 20 dezer nfreizen
maar het plan der expedite is volstrekt no? r.iet
opgegeven.
De uitslag dtr beraadslagingeri in het Engelselie
Parlement hebben hier een gunstigen indruk gemaakt.
Ik ben in staatop grond der volgende bijzonderheden
bijna te kunnen verzekeren, dat de inotie Kinglake nut
weder zal worden ingediend. Zie hier wat ik daar-
omtrent verneem. Zoodra de Keizer de indiening dier
inotie vernaru, zond hij aan onzen gczant te London
een' eigenhundigen brief, bestemd voor Koningin
Victoria, waarin medegedeeld werd, dat indien de
motie werd aangenomen, Engeland zich niet meer als
des Keizers bondgenoot moost beschouwen. De tweede
brief behelsdo eene ontvouwing der beweegredenen
welke den heer Kinglake tot dat voorslel konden hebben
bewogen. De Koningin ontbood lord John Russel, die
zieh met beide brieven naar den heer Kinglake besraf,
die daarop beloofd moet hebben van zijne motie af te
zien. Gij ziet dus, dat de Fransche-Engelsche expe
dite naar China wel in gevaar was.
Omtrent de zaak van Mgr. Dupanloup zegt men
thans weder, dat die wegens do ongesteldheid van den
heer Berryer tot den 15 dezer zou zijn uitgesteld.
Men voegt er bij dat hij tot vernietiging van zijn
brief (1) en de kosten van het proces zou worden ver-
oordeeld. Do profeten ontbreken nergens.
Ook wacht men spoedig de verschijning eener nieuwe
encyclique.
G j herinnei t u, dat het work van den beer Proudhon
Fa justice clans I c'glise, alhier in lieslag genomcn en te
Brussel herdrukt word. Van dit werkwaarvan in
laatstgenoemde stad eene dcrde oplage verscheneri is,
zijn dezer dagen aan ecu onzer grenskantoren een aantal
exemplaren in beslag genomcn welke men traehtte in
to voeren nadnt de oraslagen door die van de Imitation
de Jesus waren vervangen. Zij werden echter ontdekt
niettegenstaande zij onder dubbele hodoms waren vcr-
borgon.
In een mijner vorige brieven bcloofde ik n, misschien
meer uitvoerig op bet werkje van den heer Fernund
Lagarrigue (niet Lagarrique) to zullen terugkomen. Hot
verdien-t dit zoo zeer door de menigte bijzonderheden
daarin medegedeeld ,en welke u wen landgcnootcn geheel
onbekend zijn, datik waarlijk nietanders kan doen, dan
mijne beiofte na te koinen. Het doet mij genoegen uw land
tc kennenom die bijzonderheden te kunnen opmerken,
boo we! mij nog een aantal zullen moeten ontsnappen.
Intusschen wensch ik u geluk, dat hij slechts 37 bladz.
aan uw land wijdt, Belgio is in 170 pag. vervat,
waarvan de eene al sclireeuwender licgt dan de andere.
flij lieeit Esquiros hier en daar geplunderd en, waar
hij dit niet deed, stoot men op de onbegrijpeiijkste
domheden. Zie hier eenige staaltjes. In het binnenge-
eelte van Nederland vindt men niets dan zandaehtige
landerijon verlaten en met bremstruiken en heigewas
bedekt. Indien men er geen molens zag, zou men het
ei vooi houden dat het laud door eene riardbeving was
geteisterd. Wat de politieke inrigting hetreft, verhaalt
liij dat de burgemeesters en schepenen door de steden
benoemd en door de Provinciate Staten kunnen af-
gezet woi den zoo zij riiet de politiek volgen door
het land aangenomen; het budget wordt telkens
voor 10 jaren vaatgosteld. Breda zegt hij is belaamd
urn de verkoudheden welke men er opdoeten welke aan
alle berookingen weerstand bieden. Te Dordrech t ziet
hij. behalve den toren van Merwed, don iminer drei-
genden en meedoogenloozen Rijn zoo als Dumas de
Noordzee te ADtwerpen zag. Van eene lcerk te Rot
terdam sprekende, zegt hij, dat zij met eigeel verguld
is, hetgeenvoegt hij er bij, in Holland in overvloed
wordt gebruikt. Het is jammerdat hij niet mededeeit,
wat men met het wit van al die eijeren doet. De
huizen van Utrecht zijn alien zoo lioog als de Dom
dien hijde boerenrneisjes uitgezonderd het meest
bewonderenswaardige voorwerp van Oost-Friosland
vindt.^ Van Amsterdam verhaalt hij, dat de rivierde
stad in tweeen deelt. Broek is met kalk gebleekt en
wordt den geheelen dag met brandspuiten gewasschen.
In het Bosch van Seheveningen ziet hij een paleis,
dat door Prinses Amalia ter nagedachtenis van Frederik
Hendrik gebouwd het heerlijkste uitzigt over de zee
heeft. Waarvoor gij Hagenaars echter zeer bevreesd
schijnt te zijn, dat is het Binnenhof. Lagarrigue verhaalt,
dat het door diepe grachten omgeven en door eenige man-
schappen der Hollandschc militie bewaakt wordt. Overi-