Woensdag, 28 Maart.
1860
VAN
FrTsTh kijr.
DA61LAD
ZUIDHOLLAND EN S6RAVENHA6E
l)it Dagblad verschijnt dagelijksuit,genomen Zon- en
Feestdagen. Prijs per drie maanden f 5.
Franco per post f 6.
Brieveustukken en uuverterttien
Irunco aan 'i Bureau van dit
Dagblad.
Prigs der advertentien van 1 6 regels f 1.80'tie
regelmeer 25 centsbehcdve htt zegel. Groota
jj letters naarmate de ruimtewelke zij bcslaan.
Marktprijzen dergranen te Rotterdam, den 26 Maart
1860, zoo als die bij Burgemeester en Wethouder?
zijn ingekotuen
75-76 Jar. Zeeuwsche Tar we 10.80 a/" 11.—
78-79 Kleefsehe dito 345.kn 355.—
77-78 O nle Poolselie dito 360.-— k 370.
72-73 a Zeeuwsche Rogge 7.40 k750.
Parijs 26 Maart.
(Particulierc Correspondentie.)
Toen ik tt gisteren orer het overzigt sprak, door
den Times in zijne particuliere correspondentie uit
Parijs gegeven, nopens de antwoordcn van Engeland
Rusiand, Pruissen en Oostenrijk op de nota van den
beer Thouvenel, zeide ik dat die mededeelingen vrij
juist waren Ik vergat echter er het waarom aan toe
te voegenwelk verzuim ik heden herstel, door u te
melden dat ik in staat ben u te berigten dat Enge-
lands antwoord nog niet is aangekomen. Welheeftde
heer Thouvenel onderscheidene conferentien met lord
Cowley gehaddoch deze moet zich het definitive
antwoord zijner Regering nog hebben voorbehouden.
De nota van Pruissen is evenmin aangekomen.
Ik ontvang zoo even eene tijding, strekkende ter
bevestiging van hetgeen ik omtrent het mislukken der
pogingen van den heer Kern en generaal Dufour heb
gemeld. Deze heeren moeten daarvan namelijk onmid-
dellijk per telegraaf berigt naar Zwitserland hebben
overgezondenten gtvolge waarvan reeds de op-
roepingen der landwehr en der andere in reserve zijnde
troepen moeten zijn gereed gemaakt. Die voor in het
buitenland gevestigde Zwitsers moeten zelfs reeds
zijn verzonden. Deze tioepen moeten dienen, om
Faucigny en Chablais te bezettendaar de -Keizer
niet had willen beloven geene Fransche troepen der-
waarts te zenden. Men verzekert mij echter, dat toen
do heer Kern den Keizer van dezen stap van Zwitser
land onderrigte Z. M. moet hebben beloot'd die beide
plaatsen zondcr'Fransche bezettirig to zullen laton.
De Kolnische Zeitungde Daily News en do Times
zijn gisteren aan den post in beslag genomen. Do
eerste bevatte namelijk een hevig artike! tegcn onzo
regering, onder den titel van den aanvang der ver
overingende tweede bevatte eene scherpe beoordeeling
der laatste nota van den Heer Thouvenel, endederde
een artikel over Frankrijk en Snvoye.
Ik heb brieven uit Rome, Napels en Venctie gezien
welke een allertreurigst tafereel nopens den toestand al-
daar ophangen. Die berigten hebben een des te ernstiger
karakter naardien het prestige van onze natie onver-
mijdelijk daai onder moet lijden, daar men vooral voor
zoo verre betreft den Kerkelijken Staatonzen Keizer
beschouwt als dien toestand beschermcnde. Het is
waardat de Italiaansche poliliek des Keizers, vooral
wat de Romagna aangaatdaaraan een voikomeu
desaveu geeftmaar wanneer men zoo als dezer dagen
geschieddeop een openbaar gebouvv te Rome do
woorden: Si dice che i Francesi sono tutti ladroni.
(men zegtdat al de Fransche schelmen zijn) schrijft,
en men den anderen dag de repliek Non tutti, una
Buona parte (niet alien, maar een goed deel) er onder
viridtdan zal men moeten bekennenhoezeer de
acbting en voor ons volk en voor onzen Keizer ecu
gcvoeligen slag ontvangtindien men niet minstens
dfen Kerkelijken Staat door onze troepen doet ont-
ruimen. Overigens moet de toestand in de drie opge-
noemde steden van dien aard zijn, dat er slechts eene
vonk noodig is om alles in lichte laaije vlammen te
doen uitslaan. De correspondent van den Times te Rome
verzekertmet eigen oogen plakkaten te hebben ge
zienwaarin de inlijving bij Sardinie werd verdedigd.
Maar wenden vvij liever onze blikken op iets anders.
Savoye en Nizza behooren aan Frankrijk, en het is dus
meer dan tijddat wij onze balans van inkomsten en
nitgaven opmaken. Aan de creditzijde plaatsen wij
Lombardye maar wij moeten dat deel van Italie ook
op de debetzijde brengen zoodat die post vernietigd
wordt. Er blijft dus niets dan Nizza en Savoye in ons
credit. Maar thans de debetzijde. In de eerste plants
onze leening van 500 miilioen, waarvan de Keizer be-
loofd heeft, 150 miilioen voor de verwezenlijking van
het programma van 7 Januarij 1860 te zullen besteden.
Intitsschen schijnt die hoop vernietigd te zijn daar ik
verneem dat de rekening der oorlogskostenbij het De-
partement van Oorlog opgemaakt en hoewel slechts de
due eerste maanden van den Italiaanschen oorlog om-
vattende eene som van 478 miilioen franken aanwijst.
Laat het u dus niet verwonderenindien ik u meld,
dat men op de beurs reeds weder van eene nieuwe
leening spreektom de kosten van het programma
van Januarij te dekken en welke op 500 mill, worden
geraamd.
Heden verzekerde men, dat er reeds 45,000 exem-
plaren van het 17dedeel van Thiers waren verkocht.
Ik sprak u gisteren over het opmerkelijk slot van dat
deel. Ik geloof u genoegen te doen, door het volgende
daaruit aan te halen
Magtig voor de wereld bijzonder zwak voor zich
zelven werpt hij zich in het gebied der droombeelden
droomteen uitgebreid Keizerrijk van het Westen.'t welk
het beschaafde Europa van Polen tot Spanje moet
omvatten om zich in de verwezenlijking van zijn
droom te helpenvleit hij den Russischen drooin
hoewel hij te Essling en te Wagram eene eerste waar-
schuwing van het wnnhopige Europa ontvangthij is er
op bedacht, daarvan gebrnik te maken en hij zou met
gematigdheid, met geduld, misschien zijn hersenschimmig
Keizerrijk kunnen bevestigen maar evenmin vatbaar
voor gematigdheid als voor geduld wil hij don uitslag
verhaasten hij ijlt naar Rusiand en verhaast slechts
zijn eigen uiteinde; hij zou na Lutzen en Bautzen meer
van zijne grootheid kunnen redden dan wel wenschelijk
was en omdat hij te Praag die schikking met het
fortuin niet heel't aangenomen, valt hij om zich nimmer
weder op te rigten Dat is in eenige woorden dege-
schiedenis der regering van Napoleon I.
I Na een blik op de omwowtclnurgeworpen en bewezen
te hebben, dat het karakt^' di'.i.vk.mvv/nteliiig l^elzelfdo
was als dat des Keizers, namelijkgebrek aan gcma-
tigheid gaat hij voort
Indien men nu bij de ontliutsheid de bewondering,
den schrik, welke men bij dakscbouwspel gevoelteene
groote les daaruit wil trekken, eene nooit te vergetcn lea,
dan moet men tot zich zelven zeggon dat ware men
de sehoonste, de cdelinoedigste omwenteling, ware
men de grootsto der menschen torughouding de eerste
pligt is. Eene allodaagsche les zal men zeggen ja
alledaagsch wat het los dauiheen werpen betreftmaar
immer nieuw indien men slechts opmerkt,hoe de
zich opvolgende geslachten er gebruik van maken,
eene les die men zonder ophouden moet herhalen eu
die alleen de slotsom der bijzondere of openbare
wijsheid is. En inderdaad, de eerste bewegiog ont-
breekt nimmer, noeh aan de individuon noch aan de
volkereu, vooral niet aan de groote volkeren en aan
de groote individtien. Wat hlln ontbreektis de terug-
boudingde rede, de zelfbeheersching. Voor de
mensebeu bijzondere of openbare gewoue ofbuiten-
gewone, voor de volkeren, voor de omwentelingen
vooral, die meeslal niets zijn dari eene onovcrlegde
beweging naar het goede, is terughouding het geheim om
eerlijk, behendig, gelukkig te zijn, in de'n woord om te
slagen. Indien men zich niet weet terug te houden dat
wil zeggen zich te beheerschen, doet men de zaak vallen,
die men in de buitensporigheden zijner liefde door het
geweld of in overhaasting heeft willen doen zegeviereu.
Stellen wij ons drie gedenkwaardige voorbcelden
voor oogen de Conventie heeft de vrijheid gedood
Napoleon do Fransche grootheid het huis van Bourbon
de legitimiteitjuist datgert?, wat zij uitsluitend
belast waren te doen zegeviereu. Maar wij zeggen te
reel indien wij zeggen gedood want de edele Zftken
zijn in deze wereld nimmer doodzij zijn slechts
hezoedeld.
Na de regering van Napoidon becordeeld te hebben,
zou ons overblijven den mensch zelven, als krygaman,
staatsman bestierder wetgever denker, sehrijverte
beoordeelen en hem zyne plaats aan t6 vvijzen in het
roemvollegezin waarbij men Alexander, Hannibal, Cesar,
Karel den Groote, Frederik den Groote telt. Maar moest
dat oordeel volkomen wezen, dan zou ook de loepbaan van
den mensch geeindigd moeten zijn. Maar zij is het niet met
het eiland Elba. De Voorzienigheid had voor Napoldon
nog twee beproevingen bespaard. Zij moest hem weder
in tegen woordigheid der Europesche magten brengen op
bet oogenblik, dat zjj bezig waren hetgeen ons nog over-
bleef onder elkander te verdeelentoen zij in die veruee-
ling gestoord werden door zijn terugkeer van het eiland
Elba. Zij moest hem bovenal een oogenblik in tegen-
woordigheid der herlevende vrijheid plaatsen. Dat
scbouvvspel werd ons in 1815 gegeven, gedurende het
tijdperk bygenaamd de Honderd dagen, droevenden
tragisch schonwspelhetgeen ons nog te schetsen over-
blijft. Daarna kunnen wij den mensch in zijn geheel
beoordeelen en na den mensch onpartijdig te hebben
beschouwd is onze taak geeindigd on wij zullen het
der nakomelingschap overlaten ons oordeel zelf te be
oordeelen indien zij zich verwnardigt er zich mode
bezig te houdenoni het te herzien of te bevestigen.
Naar ik verneem, zal eerstdaags bij de Wetgevende
Vergadering een crediet van 130,000 fr. voor do be-
vordering der kunstmatige vischteelt worden aan-
gevraagd.
Op bet oogenblik, dat ik dezen wil slulten verne m
ikdat er bij den heer Thouvenel eene scherpe nota
van de Engelsche Regering is ontvargen over de
wijzo, waarop de depu^jtie van Savoye door den
Keizer is ontvangon en over de toespraak bij die
gelcgenheid door Napoldon III gehouden. Lord John
Russel moethoewel in bedekte termenhebben te
kennen gegeven dat hij volstrekt geen waarde aan
eene demonstratie kan heehten door eene depntatie
georganiseerd die gecnerlei nvandaat Van hare me-
deburgers bad ontvangen. Mag men de booze tongen
geloovtn dan is de depntatie wel r.iet zamengesteld
zoo als de Times dat beweerde a uit Savoijaarden
die, alvorens de Tuilerien binnen te gaan hunne
draaiorgels en marmotten op de Place du Caroussel
hebben nedergezetmaar dan zou de meerderheid
dier af'gevaardigden uit rookverdrijvers, suhoorsteen-
vegers en kleedermakers bestaandie mode sinds
jaren to Parijs zijn gevestigd, en dus volstrekt niet
geacht kunnen worden bet gevoeloa hunner vroegero
landgenooten uit te drukken.
Parijs. 26 Maart. De generaal Dufour heeft afsche'd
van den llfeizer genomen tu zal naar Zwil iland terug-
keeren.
De heer Cobden is eergistercn van Cannes alliier
teruggekeerd hij zal zich binnen eenige dagen wederom
naar London begeven.
Sedert de verkoeling tnsseben Frankrijk en Enge
land ter zake van de uitbreiding van het Keizerlyk
grondgebied wendt men wederom meer het oog naar
Rusiand, waarin men, te regt of ten onregte, een'
bondgenoot wil zien, die bij ons de plaats van Engeland
zou veivangen. Ofschoon al hetgeen Jdoswege ver-
spreid wordt, als voorbarig moot worden beschouwd
kan men zich niet ontveinzen dat tegenover den on-
rustigen toestand, waarin zich Europa bevindtvan
zelve. zoodra do betrekkingen tusschen Frankrijk en
Engeland eenigzins gespannen zijn, zoo wel te St. Peters
burg als te Parijs raeerdere toenaderiug ontstaat tot
eene alliantie tusschen de beide groote Mogeudheden van
bet vaste land, welke, in de regeling der hnngende
Internationale vraagstukkende plaats zou innemen
van bet vcrbond der twee groote Zeeraogendheden.
Al hetgeen in de dagbladen gezegd wordt nopen3
de nationale opgewondenhcid in Zwitserland, is geens-
zins overdreven, Dat kleine volk kent zijn goed regt,
en sterk door de ondofsteuningwelke het achter zich
heeft, bereidt het zich voor tot een krachtigen tegen-
stand tegen de uitbreiding van grondgebied welke de
Keizorlijke regering, naar de meening in dat land,
op het oog heeft.
De Pauselyke nuntius heeft 11. Vrijdag eene
conferentie met den heer Thouvenel gebitd. De verte-
woordiger van den H. Stoel heeft op nieuw aange-
drongen op de noodzakelijkheid om een gcdcelte der
Pauselijke Staten door Napolitaansche troepen te
doen bezetten. Hij heeft getrachtvan den minister
te vernemen of het gouvernement des Keizers bereid
zou zijn bij den Pans en Koning Victor Emanuel
tusschen beiden te komen, ten einde van dezen
laatsten te verkrijgendat de Sardinischo troepen da
tegen woordigheid der Napolitaansche in de Marken
en in Umbrie r.iet te baat zouden nemenom dat
grondgebied te betredenen den Koning van Sar
dinia dringond uit te noodigen, geene geraeene zaak
met de volkmenners te maken die slechts eene ga-
legenheid wachten om even als de mannen der-
ze'ifde partij te Bologna hebben gedaan zich aan het
Pauselijk gezag te onttrekken. Het schynt, dat
de heer Thouvenel ts dien opzigte de meest stelliga
ve.rzekering aan den nuntius heeft gegeven.
Van een anderen, gemeenlijk wel onderrigten kar.t,
wil men weten, dat het gouvernement des Keizers,
wars van den onoverwinuelijken tegenstand van bet
Hof van Romevoornemens zou zjjnden H. Stoel
i geheel aan zijn lot en aan de gevolgen zijner politick
over te laten. Op die wijze zou het Fransche leger, te
Rome in garnizoen, de verantwoordelijkheid niet deelen
van alle wauordelijkhedenwelke in de pauselijke
provincien mogten ontstaan. Op nieuw wordt dan ook