N°. 78. Zatui'dag31 Maart. I860. VAN IS U IT E A Ii A A IE BAGBLAB ZDIDHOLL/.ND EN SGRAVENHAGE Dit Dagblad verschijnt dagelijksuitgenomen Zon- en Feestdagen. Prijs per drie maanden f 5. Franco per post f 6. Brievenstukken t r a n c o aan Dagblad. en advertentien t Bureau van dit Prijs der advertentienvan 1 6 regels f 1.80jflke regelmeer 25 centsbehalve het zegel. Groote letters naarmate de ruimte, welke zij beslaan. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van 's Gravenhage brengen bij deze ter kennisse van de ingezetenen dat de Jaarlijksche Collecteten behoeve van bet Fonds tot aanraoediging en onder steuning van de Gewapende dienst in de Nederlanden zal worden gchouden op Ringsdag, den 3 April 1860, en aanvangen des voorniiddags ten tien ure terwijl Heeren Wijkmeesteren ook wederom thans ver- zocht zijn, die taak op zich te willen nemen. Tot aanbeveling achten Burgemeester en Wethou ders het noodig, te wijzen op het betreurenswaardig verschijnseldat ook de opbrengst der collecte van het afgeloopen jaar, in het geheele Rijkwederom minder heeft bedragen dan die van 1858niettegen- staatide de aanvragenon uit dit zoo nuttig maar te weinig gewaardeerd fonds ondersteuning te erlangen steeds aanzienlijk blijven: terwijl zij tevens de aan- dacht der ingezetenen vestigen op het verslag over 1858, waaruit blijktdat gedurende dat jaar aan 706 ver- minkten en nageblevenen van gesneuvelden en aan 1084 infirrae krijgslieden onderstand werd verleend waarbij mede niet rnoet worden uit het oog verloren, dat ten gevolge van het besluit, om al de veteranen, van 40jarige dienst bij het hoofdbestuur bekendals deelgeregtigden op te nemen de nitgaven vermeerderen en de inkomsten dalende zijn zoodat zonder eene vermeerdering van die inkomsten het fonds niet ianger in de meest dringende behoeften zal kunnen voorzien, en het dus meer dan wenschelijk is, dat de uitslag der collecte over dit jaar aan de verwachtingen moge beantwoorden Burgemeester en Wethouders mogen alsmede niet verzwijgen dat de jaarlijksche vermindering van de opbrengst der Collecte, door de Hoofdcommissie van het Fonds voornamentlijk jwordt toegeschreven aan het Dietgenoegzaam algemeen bekend zijn van het doel dezer Yaderlandslievende Instelling en aan het dwaalbegrip van velen, die vermeenendat met hetafsterven derVete- ranen uit den strijd van Waterloo, ook de behoeften ver- minderenals of niet de verminkten in iederen stryd zoowel in de Oost- en Westindische bezittingenot hunne nagelaten betrekkingen en nu ook zij, die laatstelijk aan de veldtogten tegen Boni deel namenwanneer zij zich daartoe aanmeldengelijke aanspraak liadden op ondersteuning uit het Fondsweshalve Burgemeester en Wethouders er grooten prijs op stellen dat de te houden collecte het bewijs zal leverendat de inge zetenen van 's Gravenhage dankbaar voor de zege- ningen des vredes, die zij genieten gedachtig zijn aan hen die tot handhaving van het Nederlandsch gezag in onze overzeesche bezittingen hebben medegewerkt en daarbij zijn verminkt geworden, alsmede aan de achter- geblevene betrekkingen van gesneuvelden. 's Gravenhage 80 Maart I860. F. G. A. GFIVERS DEYNOOT Burgemeester. P. VViuigess. Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van 's Gravenhage zijn voornemensop Woensdagden 4 April 1860, des namiddags ten een ure, op het Raadhuisin het openbaar AAN TE BESTEDEN het onderhouden, bescliclpeu en sclioon- houden van eenige ivegenpleinen en slooten binnen tie Genieente. Het bestek en voorwaarden van aanbesteding ligt ter lezing aan de Gemeentewerf, alwaar ook de noodige inlichtingen te bekomen zijn, en is verkrijgbaar ter Plaatselijke Secretarie, 2de Afdeeling, tegen betaling van 0.20 per exemplaar. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van 's Gravenhage zijn voornemens op Woensdag den 11 April 1860, des namiddags ten ddn ure, op het Raadhuis AAN TE BESTEDEN: het niaken van een rlool in het Slop genaanid bet Lissabon, met de daarbij beliooiende kolken. Het bestek van aanbesteding ligt ter lezing op de Plaatselijke Secretarie 2de Afdeeling. Dc Spoorweg-vcrbinding der Residentie, beschouwd in vcrband met de Memorie van de Hollandsche IJzeren Spoorweg- maatsehappij. III. De H. S. M. heeft gedurende haar bijna 20jarig bestaan geene enkele poging gedaanom hare onder- neming nit te breiden en te exploiteren. De gelegenheid daartoe heeft zij laten voorbijgaan. Zij heeft veel van eene jaagschuit in spoorweg-formaat. Er ligt iets slaperigs over de geheele zaak. Als haar de moeite te veel was, om in het buitenland te leerenhoe een spoorweg geexploiteerd moet worden, had ze dan slechts gelet op 't geen de Rynspoorweg, waar zij zoo laagopnefir zietdeed. Wanneer internationale plaisier- treinen werden georganiseerd tot een verlaagd tarief, dan was de deftige H. S. M. er altijd buiten. Blijk- baar ontbrak het haar aan kracht en energie. Door hare bijzondere vrienden kon zij bij de regering ge daan krijgen wat geene andere Maatschappij zou heb ben kunnen verkrijgen. De Rijnspoorweg Maat schappij ontving een millioen subsidie tot versmalling van het spoor, maar daaraan was eene verbinding met het buitenland als voorwaarde gesteld. Aan de H. S. M. werd veel meer door de Regering toe- gestaan en de eenige reden waarora de Kamer ztilks weigerde was gelegen in het doelloze van die subsidie, welke alleen strekte om oud materieel door nieuw te doen vervangen. De Kamer had zeker nog veel grooter sorn toegstaanindien daaraan eene aanvraag ware verbonden geweestbijv. van het Nieuwe Diep naar Haarlem en verder in verband met Amsterdam en den Rijnspoorweg. Dat had gevvis sympathie gevonden en elke andere maatschappij had zeker van de gunstige positie, waarin zij verkeerde, beter gebruik gemaakt. Toen in 1856 de aanvraag voor eene lijn Scheve- ningen-Gouda werd gedaan besloot zij niet de handen aan het werk te slaan maar alleen die aanvraag te on- derdrukken. Had zij inderdaad de bedoeling gehad om de nu tot in de wolken verliever.TQn Eeideu-Woerderi tot stand te brengendan is het aan geen redelijken twijfel onderhevig, of zij had de lijn kunnen leggen zonder vrees voor concurrcntie. Wij behoeven hier- omtront in geene nadere bijzondei heden te treden de Directie van de II. S. M. woet even goed als wij dat dit waar is. De eenige reden waarora zij in hare behagelijke rust bieel' voortdommelen wasdat zij rekende dat de nanvrngers hun plan niet zouden kunnen volvoeren. Men mag veilig aannemen dat alleen de invloed van de Directie der H. S. M. oorzaak is geweest, dat de heeren Maxwils c. s. nooit antwoord ontvingen op hunne aanvraag. Geen Minister zou eene dusdadige aanvraag ten eenemale onbeantwoord laten, indien er geen bijzondere omstandigheden plants hadden. Alleen de H. S. M. had belang die aanvraag te onderdrukken en als nu de ambtenaren die geroepen zijn den Minister in dergelijke zaken voor te lichten de zaak hebben laten rusten, dan zal zulks zeker alleen geschied zijn ten geuoege van de Directie der H. S. M. Bestonden er toch bedenkingen tegen die concessie, dan ware er afwyzend op beschikt. Dat ze onbeantwoord bleef, is een bewijs dat de zaak niet haren natuurlijken loop had. Sapienti sat. De geschiedenis van het twintigjarig verleden der H. S. M. bewijst dus genocgeaam dat zij de aanvraag voor eene lijn Leiden-Woerden alleen doet, om te be- letten dat 's Gravenhage in direct verband met den Rijn-spoorweg komt, en het geheele in de memorie voorkoraende betoog van het nut dier lijn, is een brand- merk voor de Directie, die zulk eene nnttige en ge- wenschte onderneraing twintig jaren onuitgevoerd liet. Op biz. 15 lezen wy -Van hoe gewigtig nut de daarstelling der verbindingslijn van Leiden op Woerden voor de H ollandsche IJzeren Spoorweg-Maat schappij is toont alzoo de zaak zelve aan. Daardoor toch vait alle redelijke grond weg om door de Concessie van den Spoorweg van 's Gravenhage op Gouda de Maatschappij te berooven van hare inkomsten aan welke haar bestaan verbonden was en is. - Hier is de memorie, althans ten deele, openhartig Alle redelijke gronden voor de concessie s Gravenhage- Gouda vallen weg, omdat de lijn Leiden-Woerden nuttig is voor de H. S. M. Merkwaardige logicadie alweder bewijstdat de Directie zekere suzereiniteit over de Residentie wil uitoefenen. Als de Regering de zienswijze der Directie deelt, zouden wij den Ge- meenteraad in ernstige overweging gevenom ons af te koopen. Wat het berooven harer inkomsten betreftwaar- van gedurig sprake is in de memoriewy zouden wel wenschen dat de Directie hier met cijfers voor den dag ware gekomen dan zouden wy misschien van onze meening terugkomendat dit eene behendige manoeuvre isom zich in beklag te brengen. De Directie heeft blijkbaar nooit iets anders gewild dan personen en goederen van bier naar Amsterdam, Rotterdam en tusschen gelegen plaatsen vervoeren dit wijst hare dienstregeling duidelijk genoeg aan. Zal dat vervoer nu merkbaar door eene lijn Scheve ningen-Gouda,verminderen Meent de Directie inder daad dat de Maatschappij door die lijn to niet ?al gaan dat zij daardoor van inkomsten beroofd wordt waaraan haar bestaan verbonden is? Wij zouden hem beklagen die onnoozel genoeg is om het te gelooven en als de Directie meent daardoor de Regering te be- wegen om genade voor regt te laten gelden, dan zal zij hare rekening buiten den waard hebben gemaakt, Wij geloovendat de woordenvoorkomende op biz. 17, hier van toepassing zijn. - Wij meenen dat een Nederlandsch Ministerie zich niet daar door tot zwichterf voor onbillijke eischen zal laten dwingenmaar in weerwil van alle die vertooningenzelfstandig oordeelen en beslissen zal naar hetgeen en bitlijkheid en openbaar belang mede brengen. Als de Directie slechts getrouw aan hare verplig- tingen voldoetdan zal do lijn Scheveningen-Gouda geen invloed op hare ontvangsten uitoefenenintegen- deel zal die haar wakker en tot meerdere inspanning aansporenwaardoor hat ontvangsten zullen toe- nemen. B U I T S C 11 L A S 68. Weencu 27 Maart. Van de zijde der verdreven Italiaansche Vorsten, den Groothertog van Toscane don Hertog van Modena en de Hertogin-RegenteS van Parma, namens haren minderjarigen zoon zijn be- reids krachtige protesten tegen de inlijving hunner Staten bij Piemontnaar Turin gezonden en afsclwiften daarvan aan de overige Europesche Mogendhedon over- handigd door de gezanten der drie gemelde Souve- reinen. Gelijke stap tegen de uitbreiding van Sardinia, ten koste der regten van anderen zal door Oostenrijk worden gedaan en een protest'twelk de dagteekening van eergisteren draagtzal door den Pruissischen gezant te Turin, aan graaf de Cavour worden over- handigd. Dat protest, 'twelk heden of morgen zal verzon- den worden, moet op zeer korten maar krachtigen toon te kennen gevendat Oostenrijk zich zyne door Europa gewaarborgde regten voorbehoudt en die te gelegener tijd zal weten te doen gelden. Dat protest zal aan de andere waarborgende Mogendhedon, onder- teekenaren van het Weener-verdrag, langs diplomatieken weg kenbaar worden gemaakt. Voor de heden geopende inschrijving der leening toont zich groote deelneming bij het publiekzoodat men er niet aan twijfcltdat de gevraagde 200 millioen volteekend zullen worden. F R A W K R IJ K. Parijs 29 Maart. Particuliere Correspondentie.) Hoe dikwijls mijne vrienden mij ook van optimisms mogen beschuhligen en velen nwer lezers verkeeren misschien in hetzell'de geval moet ik gulweg be- kennen dat de toestand meer dan ooit gespannen is, en tot de meest overdreven geruchten aanleiding geeft, te overdreven om door mij te worden herhaald, want, niettegenstaande het hagchelijke van dien toestand geloof ik nog volstrekt niet aan een oorlog. Ja, die toestand is gespannen en ik laat u zelf oor deelen of ik overdrijf. Aan den eenen kant de'vijandelijke taal der Engelsch# bladen, aan de andere zijde die der half officieleFransche pers. De eerste herhalen in duizenderlei vorraen hetgeen wy dezer dagen in het Huis der Gemeenten hebben zien verklaren. Onze dagbladen beantwoorden die discussien door de verklaring dat de Keizer niet toegeven zal en de quaestie van Savoye een punt van eer voor Frankryk is geworden. Daarbij verneem ik dat het berigt eener Conferentie door de Europeesohe Mogendheden omtrent het vraag- stuk van Savoyedoor een der Engelsche bladen gegevennog verre van zijne verwezenlijking is. Integendeel weigert Frankrijk hardnekkig. Ik heb u voor het overige slechts naar den C'onstitutionnel ts verwijzen, welk blad thans des Keizers meening vol- komen moet uitdrukken en vvaarvan het jongste artikel daarop nederkomt, dat indien Engeland Sardinie niet had aangemoedigd, Toscane en de overige Staten van Midden-Italie bij Piemont in te lijven, Frankryk niet genoodzaakt zou zijn geweest, Savoye als waar- borg voor zijne veiligheid te eischen. Zou onze Keizer wel iets anders verlangd hebben Ik weet het nietmaar bet herinnert mij de volgende anecdote. De kardinaal de Richelieu vertoonde eens den Dauphin aan het verzamelde volk. Gij zyt de meester van al

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Dagblad van Zuid-Holland | 1860 | | pagina 1