I X AptS X tj A X D. dat die publicatie onder de onmiddellijke inspiratie onzer Regering staat. Het verwondere n dus nietin- dien ik u uit goede bronnen mededeel, dat den admiraal Le Barbier in een bijzonderen brief van den heer Ghasseloup Laubat is aangezegd, dat hij zichdier.de gereed te houdenom op het eerste bevel, Gaeta te verlaten en naar de Adriatische Zee te stevenen, waar onze schepen eene geheel passive liouding zullen aannemen. De minister heeft er bijgevoegddat dit zeer spoedig kan geschieden. Ik herhaaldit van zeer goede zijde te vernemen. De heer de Keralet is gis- teren met dit stuk van Marseille vertrokken. Hij moet den kapitein Guesnet vervangenden gczag- \oe] der van het fregat Redoutabledie onlangs te Graeta overleed en aldaar werd begraven. De Koning zal hem een monument doen oprigten op het kerkhof, waar hij den overledene met groote militaire eer- bewrjzen heeft doen ter aarde bestellen. De nabestaan- den hebben bovendien een eigenhandigen brief van rouwbeklag van Koning Frans II ontvangen. Ook blijkt het, dat de bevelhebber van het onlangs voor Graeta geankerde vaartuig der Russische rege- i ingden bevelhebber van ons eskader heeft aan^e- zegd, dat weldra een tweede Russisch fregat aldaar moet aankomen. De depeche van Marseille ontvangen en volgens welke een diplomaat te Gaeta zou zijn aangekomenten einde de zaken z<5<5 te schikken, dat Koning Victor Emanuel Napels en Koning Frans II Sicilie zou behoudenvindt hier weinijf geloofte meerdaar de jongste tijdingen nog steeds van het voortduren der vijandelijkheden gewagen. Een gerucht wildat de Keizer nieuwe voorstellen aan den Paus zou hebben gedaan omtrent de defini tive schikking der Romeinsche kwestie waardoor de II. Vader in het bezit van het zoogenaamde erfdeel an den H. Petrus zou blijven, waar hij, zoo als thans doch met eenige hervormingende wereldlijke magt zou uitoefenen. Men zegt voortsdat onze rege- ring daarover vooraf de meening van verscheiden pi elaten onzes lands heett ingeroepen. Daarenboven zal de heer Gayla weldra eene nieuwe brochure onder den titel van: La France sans Pape doen verschijnen. Dezer dagen werd hier verzekerddat de heer Louis Veuillot vergunning had gevraagdtot het uitgeven van een nieuw dagblad, lietgeen hem zou zijn geweigerd. Ik kan u echter op stellige wijze mededeelen, dat dit onjuist is. De heer Veuillot vorlangdeallee,n een werk- zaam deel aan de redactie van het blad Le Monde den opvolger van L'Univers, te nemen. Dochdataan- zoek werd eerst schriftelijk en tengevolge vannadere stappen van den yerzoeker in een onderhoud met den heer de Persigny, mondeling afgewezen. Vroegerkon men in dergelijke gevallen alleen den heer Lague'ron- niere genakendoch naar het schijnt, bestaat het plan het departement der drukpers met het Kabinet van den minister te vereenigen. De veelbesproken Strassburger Correspondent, die, even als de Propagateur van Rijssel en de Esperance van Genevede leer der natuurlijke grenzen voorstond, heeft, even als de beide laatstgenoemde, hettijdelijke met het eeuwige verwisseld. Eene uitteerende ziekte, waartegen alle middelen der kunst vruchteloos waren, maakte den 31 December jl. een einde aan hetleven van dat blad. R. I. P. Daarentegen kan ik ude aanst. verschijning aankondigen van het staatkundige dag blad le Tempsonder redactie van den heer Paul Nefftzer, redacteur van de Presse. Aan het einde der mij toegestane ruimte genaderd, bied ik uwe lezers eenige kort geformuleerde berigten als nageregt aan: De vertooningen van het drama: Les massacres de Syrie duren voortdoch met ver- minderenden bijval. Het is onwaar, dat Velik-Effendi, namens zijne regering, vertoogen tegen dat stuk zou hebben ingeleverd. Gisteren avond liep hier het gerucht dat de heer deCavour zou zijn overleden, waarschijnlijk tengevolge van de ongunstige berigten omtrent zijne gezondlieid, door den Courrier du Dimanche gegeven. Doch het blijkt niet alleen dat dit niet zoo ismaar bovendien dat zijne gezondheid niet zoo geschokt is als dat blad beweert. Ook spreekt men weder van de reis van den heer Fould naar Nizza en Romewaaraan echter geen staatkundig doel moet worden toegekend. De bevelhebber van ons eskader in de Levantde kapitein de la Roncihre le Nourryis eergisteren alhier aangekomen en vertrekt waarschijnlijk morgen reeds weder naar zijne standplaats. Hij keert echter tegen den 1 Maart weder naar Frankrijk terugna tot vice-admiraal te zijn benoemdten einde de betrekking van eersten directeur aan het ministerie van marine te bekleeden. Men zegt, dat onze schepen misschien op hetzelfde tijdstip van Syrie zouden terug- keeren. ITALI E. Uit Turin wordt gemelddat de receptie op Nieuwe- jaarsdag zeer scliitterend is geweest. De woorden door den Koning tot de groote staatsligchamen gerigt, hadden voornamelijk ten doel eensgezindheid en beleid aan te bevelen. Z. M. heeft te kennen gegeven, dat men, ten einde de nog bestaande hinderpalen te overwinnen in de meest stellige overeenstemming met zijne wezenlijke bondgenooten moest handelen. Des avonds heeft zich de Koning op officiele wijze naar den schouwburg begevenalwaar hij met de grootste geestdrift werd ontvangen. De zaal was stampvol. De kreeten van: leve de Koning van Italie nauien geen einde, zoodat Z. M.na drie malen gegroet te hebben, door teekenen het publiek moest vragentot bedaren te komen. Het dagblad Amico della libertate Reggia uitko- menaedeelt een brief medeuit Capua door Gari baldi aan het Napolitaansche volk gerigt. Wij moeten alleen doen opmerkendat die brief reeds van den 11 November is gedagteekend. De inlioud is als volgt: Italianen van Napels God weetmet hoe veel leedwezen ik mij van u yerwijderd heb. Mijne zending hij u was echter geeindigd en ik heb afseheid moeten nemen. Ik heb dit met gebroken hart gedaan. Met uwe klagten vcrmeerdert gij thans mijne smarten gij vraagt mij in uw midden terug te keeren. Ik kan dit niet doen, mijne vrienden omdat ik het mij zelven beloofd hebdoor mijne tegenwoordigheid geen hinder te zijn voor uwgeluk, uwen voorspoed welke onder den schepter van den regtschapen Konino- zullen toenemen. Gelooft mij dus, zoo mijne zending is, de Italiaan- scho volken van deslavernij en de dwingelandij te ver- lossenik dit, o Napolitanenmet uwe liulp- middelen en met uwen moed gedaan heb. i> gij zu"t vrij en mijne tegenwoordigheid in uw midden zou u volstrekt van geen nut zijn het zou eene vertraging in uwe verbetering wezen. Gij zijt nog gelukkiger dat de anderen geweest, want er zijn nog Italianen in slavernij. Waarom verontrust gij u Waarom roept gij mij zondei noodzakelijkheid terug? Gunt mij gedui'ende eenige maanden naar ligehaam en geest rustdaar mij andere vermoeijenissenandere werken en andere smarten wachtenMaar dit alles is niets. Het geldt Italie, en aan Italie is mijn leven gewijd! Rome en VenetiA w^cliten mijne hulp. Zij maken ook een deel van Italie uit; limine bewoners zijn onze broeders en zij zuchten nog onder het harde juk van Oostenrijk en van den. Laat mij de noodige krachten garen, om den grooten storm welke dreigt, het hoofd te bieden. Hoort gij den leeuw brullen Dit is van woede omdat hij weet, dat zijn trots op het punt is gefnuikt te worden. Hij vreest dien arm door God magtig gemaaktom zijn brutalen hoogmoed te fnuiken. Ziet gij de naneven der oude Romeinen Het bloed hunner voorvaders stroomt nog in hunne aderen, maar zij zijn ter aarde geworpen met het aangezigt in het slijk en gebukt onder een last, welke hen verplettert. Zij hebben eene hand noodig, die hen helpt zich op te beuren en hunne fierheid te hernemen, en die hand behoett rust, om de kracht te herwinnen, welke zij noodig heeft. Dat de gezonde rede en debroederlijke liefde toe- geven aan de toegenegenlieid welke gij voor mij hebt. Ik zal binnen vier maanden tot u terugkeeren. Gij zult mij dan nogmaals zien, maar alsdan zal ik een bewijs uwer liefde noodig hebben. Indien het waar is dat gij mij lief hebtwaaraan ik niet twijfelvolgt mij danmijne waarden, volgt mij wanneer wij ons zullen vereenigenom onze broeders van Rome en van het schoone Venetie te bevrijden. En alien tevreden onderling vereenigd zullen wij Italie den en onafhankelijk maken, onder den schepter van den regtschapen Konin°" Victor- Emanuel II. Vaartwelop het einde van Maart zullen wij elkander omhelzen. belangrijke vraag beslist, of het woord waardein art. 288 van het Wetboek van Koopliandel, beteekent de bij den polis uitgedrukte waardedan wel die welke na den plaats gehad hebbende branddoor deskundigen is gecontateerd. De Regtbank heeft de i raag in eerstgemelden zin bean twoord en mitsdien aan den eischer zijne vordering toegewezen met ver- oordeeling van de maatschappij Archimedes, te Delft, in de kosten. Gedurende de maand December zijn langs den Holl. spoorweg vervoerd 82,496 reizigers. De opbrengsten waren van reizigers 64,558.90van goederen 18,305.70. Totaal f 82,864.60. Sedert 1°. Januarij zijn vervoerd 1,24.,122 reizigers; opbrengst van reizigers en goederen in 1860 1,226,578.38^. Idem in 1859 /1,167,951.02. Meerder in 1860/58,627.37$. In den afgeloopen nacht heeft er op twee plaatsen in deze Residentie een begin van brand plaats gehad welke dadelijk is gestuit ten gevolge van den uit- muntenden maatregeldoor het Gemeentebestuur ge nomen om steeds des nach'ts op het Raadhuis eene brandwacht in gereedheid te hebben welke dadelijk "ij om aad te hulp kan komen.De eerste was in den voornacht, een schoorsteenbrand in het huis op den hoek van het Hooge Zand en den Zuidwal. De brand is door behulp der manschappen van de brandwacht gebluschtzonder dat erzelfs eene spuit tegenwoordig was. De tweede brand was ten 3 ure op den Kneuter- dijk, alwaar in een der aanzienlijke huizen een stuk v loer uitbrandde. Ook daar is de verdere voortgang door de brandwacht gestuit. De brandspuitofschoon aangeruktheeft geen water behoeven te geven. Het zal ter naauwernood behoeven gezegd te wor den dat de opperbrandmeester H. H. van Gogh en le adjunct A. Schrootdadelijk op beide plaatsen tegenwoordig waren. 1 'itlRAVESHACIE, 7 Januarij. Berigten- nopexs den Waterstand der rivieren, op heden den 7 Januarij. Behalve bij Brakelis tussehen Nieuwaal en Zui- lichem de dijk doorgebroken. Dit heeft het bezwijken van de Meidijk ten gevolge gehadzoodat de Bom- melerwaard mede overstroomd is. De Tielerwaardsche dijkbij Herwijnenstaat op het punt van te bezwijken doch is door deinbraak van den Bommelerwaard voor het oogenblik ontzet. Boven is het water vallende. Keulen teekende 16 voet 5 duim. Te Hardinxveld is de waterstand nagenoeg 2 el onder noodpijl. Naar wij vernemen, heeft de heer Mr. P. Blussd van Oud-Alblasthans lid svan de Tweede Kamer der Staten-Generaal zijn ontslag genomen als lid van de Provinciale Staten van Zuidholland, zoodat er eerlang te Dordrecht eene verkiezing zal worden gelioudenom in die opengevallen plaats te voorzien. De voorschriften, welke voor de laatstelijk plaats gehad hebbende volkstelling zijn gegeven maken thans ook eenige wijzigingen noodzakelijk in de voorschriften, betreffende de bewerking der staten van den jaarlijk- schen loop dei1 bevolking. Waarin die wijzigingen zullen bestaan, is door den Minister van Binnenl.Zaken, bij missive van 15 Dec. jl.aan de prov. besturen medegedeeld. Naar wij vernemen, is de heer Lewe, die tot dusver als commies werkzaam was bij de afdeelino- van den waterstaat, bestemd voor de afdeeling spoor- wegen, met de instelling van welke afdeeling men zich bij het Departement van Binnenl. Zaken onledig houdt. De heer Bogaard tot dusver insgelijks com mies bij de afdeeling van den waterstaat, blijft daarentegen bij die afdeeling werkzaam. (Stoompost.) Het Prov. Blad van Zuidhollandn°. 136hehelst een besluit van 24 Dec. 1860, n°. 2, houdende af- kondiging van het door de Staten der provincien Zuidholland en Utrecht gemeenschappelijk vastgesteld, en door den Koning goedgekeurd besluit tot opheffing van het collegie van Dijkgraaf en Iloogheemraden van de Zuid-lJsseldijk en IJsselkade. Het Prov. Blad, n°. 137, bevat een besluit van Ged. Staten van Zuidholland, van 24 Dec. 1860, n°. 7, tot alkondiging van de door de Staten dezer provincie vastgesteldeen door den Koning goedgekeurde wijzi- ging van art. 25 van het reglement op de wegen en voetpaden in de provincie Zuidholland. Eergisteren lieeft de Arrond.-Regtbank alhier de Daar de Rijn en IJssel stoomboot-maatschappij geen genoegzaam voordeel opleverde, is er vooreerst bepaaldde directie naar Amsterdam te verplaatsen, en de vaait van Amsterdam op Zutphen vice-versa en \an Deventer op Arnhemof van Kampen op Nijmegen te beperken. In weerwil van de algemeen ongunstige tijden voor den scheepshouw in ons land bedraagt de aan- bouw van zeeschepen op dit oogenblik in de provincie Groningen als volgt: op 102 werven, in 22 hoowoorden, zijn in aanbouw 87 schooners brikken galjoten koflen en kleinere zeeschepen (de schooners en biikken bedragen 38 stuks)met een inhoud van ongeveer 6500 roggelasten). Er zijn thans in de prov. Groningen 76 reederijen en de koopvaardijvloot telt 965 zeeschepen met een inhoud van 76,301 rosue- lasten of 106,999 tonnen. In den afgeloopen zomer werd de secretaris van Uithuizenwegens valschheid in geschriftentot 1 jaar gevangenschap veroordeeld. Zijn opvolger is reeds nu tot 1 jaar cellulair veroordeeld wegens dief- stal. Thans zoekt de gemeente een secretarisdie voor 300 eerlijk ambtenaar zal blijven Een opperwachtmeester der dragonders te Zutphen is met eene kas van f 300 voortvlugtig. Men meldt uit Asschendorf (Oost-Friesland)Twee viouwendie met een bootje de Eems overgezet- werdenkonden den wal niet naderen. De beide vrouwen stapten op 't sneeuwijsen waren er nog maar even opot zakten er door. Aan redding was niet te denken zij zijn in het slijk gestikten men heeft Vrijdag jl.drie dagen daarnabeide lijken wedergevonden. Herhaaldelijk is er gewezen op het voordeel, dat het voederen van paarden met gebroken haver en gesneden hooi opleverten het moge waar zijn, dat zulks vooral ook gunstig werkt op het vetter worden van de dieren zeker is hetdat de krachten er niet door verminderenhoewel men met veel sreringer hoeveelheden volstaan kan. Een merkwaardig bewijs heeft de Londensche omnibus-maatschappij daarvoor geleverd in het voederen van de zesduizend paarden, welke zij in gebruik heeft. Drieduizend daarvan heeft men eenen geruimen tijd het gewone voeder blijven geven, namelijk: 8.6 Ned. pond niet gebroken haver en 5.9 niet gesneden hooi voor elk paard daags. Het andere drieduizendtal verkreeg slechts 7.25 pond gebroken haveren in plaats van hooi alleen 3.4 pond gesneden hooi en 1.1 pond stroohaksel. Het verkregen voordeel schatte de maatschappij op vijftien centen daags per paard dus op/900 daags voor de zesduizend paarden ot op 328,500 jaarlijks. Geen te versmaden winstje voorzeker De beide stellen paarden hielden zich vol- maakt even goed en zoo er eenig verschil op te merken was, dan was dit ten voordeele van het kortgemaakte voeder. Eene andere proefdoor een' voornaam' huurkoetsier teLonden genomen leidde tot dezelfde uitkomst. Van een span steeds te zamen loopende paarden gaf men aan het eene, eene maand lang8,06 Ned. pond niet gebroken haveraan het andere 6,46 pond gebroken zonder dat er eenig verschil in den toestand der beide dieren op te merken viel. Toen de maand verstreken wasveranderde men van voederhet eerste paard kreeg de gebroken het tweede de groote hoeveelheid ongebroken haver en weder bleven beide paarden in denzelfden toestand. "VVanneer ook hier eenig verschil gezocht werd, dan was dat niet anders dan ten voor deele van het paard met gebroken haver gevoederd te vinden. Be Volksvlijt, diehetbovenstaande mededeelt, vraagt, of ons budget van oorlog niet met een paar ton ont- last zou kunnen wordendoor aan onze cavallerie-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Dagblad van Zuid-Holland | 1861 | | pagina 2