N-.7.
Woensdag, 9 Januarij,
189
VAN
Conuiiissai'iaat van Poliiie.
15 U IT K A Ii A A 15.
DAGBLAD
ZDIDHOLLAND EN SGRAVENHAGE
Bit Bajblad verschijnt dagelijksuitgenomen Zon-
Feestdagen. Frijs per drie maanden f 5.
Franco Per fioit f 6.
en
Brievenstukken en advertentien
franco aqn 't Bureau van dit
Bagblad. u-~
Prijs der Advertentienvan 16 regels f 1.80 elke
regel meer 25 centsbehalve het zegel.Groote
letters naarmate de ruimtewelke zij beslaan.
RURGEMEESTER en WETIIOITUER** va
's Gravevhage zijn voornemensop Vrijdagde
11 Januarij 1861, des namiddaga, ten dOn ure
op het Raadhuisin het openbaar A AN TE BE
STEDEN
het O ii d c r h o u d der Schoolgebouwer.
over 1861.
Ilet bestek en de voorwaarden van aanbesteding
liggen ter lezing aan de Gemeentewerfalwaar ook
dagelijks de noodige inlichtingen omtrent deze werken
zijn te hekomen, terwijl de bestekken tegen betaling
van/0.30, verkrijgbaar zijn ter Plaatselijke Secretarie.
2de afdeeling.
Aldaar zijn terug te bekomen twee op straat ge-
vonden Zakken gevuld met Gist en voorzien van
drie letters.
F R A W K R IJf K.
Petri js7 Jan. Z. M. de Keizer heeft gisteren
den rouw voor 21 dagen aangenomen, wegens het
overlijden van Z. M. den Koning van Pruissen.
Bij besluit van den 3 dezeris de kapt.-luit.
Hamelin tot adjudant des Keizers benoemd.
De Moniteur deelt de benoeming van eenige
prefecten en onder-prefecteu mede. Dit kan echter
geenszins de groote promotie zijn, waarvan vroeger
sprake was, daar er in het geheel slechts drie prefecten
en twaalf onder-prefecten zijn benoemd.
Het Regeringsblad berigt ookdat, bij ministeriele
resolutiede interest der schatkist-bons van heden
af bepaald is als volgt3°/? per jaar, voor de bons
van drie tot vijf, 3.|°/0 voor die van zes tot elf maanden,
en 4°/0 voor die van een jaar.
Men zal zich herinneren dat na de geboorte
van den Keizerlijken Prins, HH. MM. de Keizer en
Keizerin zich peter en meter hebben verklaard van
alle kinderendenzelfden dag16 Maart 1856 in
Frankrijk geboren. Men verneemt, dat HH. MM. dit
thans ook uitgestrekt hebben tot de kinderendien
dag in de nieuwe departementen geboren. De prefect
van Opper-Savoye heeft eene circulaire in diengeest
uitgevaardigd.
Er wordt thans een internationale arbeid in
gereedheid gebragt nopens de kwestie der telegraphen
met het doel, de tariven aanmerkelijk te verlagen,
en daardoor de aanwending van dit middel van gemeen-
schap aanzienlijk te vermeerderen.
Men verzekertdat ons gouvernement en dat
van China besloten hebbenhunne offieiele bladen
den Moniteur Universel en het clagblad van Peking met
elkander te ruilen.
Er zal een bisscliop voor Schanghai worden be
noemd.
Ons gouvernement zendt sedert eenigen tijd kruid
en krijgsvoorraad aan generaal Goijon. De voorraad
wordt naar Civita-Vecchia gebragt.
Er zullen drie gepantserde schepen worden ge-
bouwdwelke de volgende beteekenisvolle namen zullen
voerenSavoieAn ville de Nice en Ba Revanche.
De Akhbar van den 31 December deelt mede,
dat de generaal de Martimprey onder-gouverneur-
o-eneraalna een zeer moeijelijken overtogtden
vorigen dag te Algiers was aangekomen en het bevel-
hebberschapad interim door den divisie-generaal
Yussuf waargenomenhad aanvaard. Z. Exc. de
maarschalk hertog vanMalakoff, gouverneur-generaal,
werd den 2 dezer te Algiers verwacht.
1 T A L I E.
De Italiaansclie aangelegenheden houden steeds de
algemeene aandacht bezig en dit zal het geval wezen
tot dat eene oplossing, welke dan ook, aan den tegen-
woordigen onzekeren en gevaarlijken toestand worde
gegeven. Voor het oogenblik, en terwijl de gebeur-
tenissen voortgaan en de feiten zich vermenigvuldigen,
scliijnt de toestand dezelfde te blijven. Het is in-
tusschen zekerdat die gebeurtenissen en die
feiten eene strekking hebben tot wijziging, terwijlde
diplomatieke activiteit verdubbeltten einde zich
niet te laten overvleugelen. Van dien voortdu-
renden arbeid merkt men evenwel weinig, on is het
dus voorzigtigdaarover niet bij voorbaat te oor-
deelen en zich er nog eenigen tijd bij tebepalen, de
gebeurtenissen met de meeste aandacht te volgen
te meer daar men met grond mag gelooven dat de
sluijer, welke de Europesche staatkunde bedekt,
spoedig niet meer ondoordringbaar zal zijn.
Opmerkelijk is met het oog op een en ander, een
artikel van le Nord, getiteldde toestand en
Gaeta." Omtrent den toestand wijst het blad op het
treffendedat zoo het woord oorlog bijna overal
doorschemert, het woord vrede zich overal schijnbaar
vertoont en zich als eene uitdrukking van hoop, als
een wensch of als eene algemeene behoefte doet kennen.
De Nord brengt al de motiven voor den vrede bij
en toch, ondanks de behoefte en de algemeene wenschen
daartoe maakt zich niemand ernstig illusie nopens
de mogelijkheid eener vreedzame oplossing. Een ieder
ziet met schrik de lente en daarmede den oorlog
naderen. De reden dier algemeene bezorgdheid is
Gaeta. De verlenging van den weerstand dier vesting
is een voortdurend gevaar. Die toestand welke een
gevolg is van de tegenwoordigheid der Fransche
vlootkan, volgens den Nord, niet langer duren
zoowel in het belang van Frankrijk als in dat van
Italie in het belang vooral van de internationale be-
trekkingen en van den vrede. Het blad gaat de redenen
na waarom het Fransche smaldeel zich voor Gaeta
vartoond heeft en billijkt die ten deele. Thans echter
kan zoodanige staat van zaken niet langer gebillijkt
worden. De ondersteuning aan Koning Frans II
kan niet onbepaald verleend worden ten koste van
de rust in Italie. Immers onder de schaduw der be-
scherming van Frankrijk wordt door de reaction-
naire partij een opstandde burgeroorlog beproefd.
Gunstigen uitslag hebben die pogingen niet gehad. De
antipathie tegen de Bourbons en de eenheid en
Victor Emanuel blijven de algemeene kreet en wensch
der Napolitanen en Sicilianen. Wat staat tegen dat
ontzettend heir, 'twelk de vaan dier eenheid voert en
verdedigt, over? Geene bataljons; de troepen, in
Gaeta opgesloten verdienen dien naain niet. Het zijn
steenen muren. Deze kunnen niet aan een geheel volk
weerstand bieden, noch eene verloren zaak herstellen.
Door aldus de bescherming voort te zettenzegt
le Nordhandelt het Kabinet der Tuilerien ten na-
deele der belangen van Frankrijk en van Italie,
alwaar de invloed door de wapenen en het geld van
Frankrijk verkregen, tot Engeland overgaat. Het doet
nog meer, het bedreigt de internationale betrekkingen
met eenelievige breuk, en bij gevolg de handhaving van
den vrede wiens behoud doorgouvernementenen volken
verlangd wordt. Waarom zou dus de Fransche vloot
voor Gaeta blijven Reeds hoort men van neven-
bedoelingen,van heerschzuehtige en dynastieke inzigten
spreken zoo onverklaarbaar scliijnt de tegenwoordige
liouding. De tegenwoordigheid dier vloot is thans eene
bepaalde schending van het beginsel van non-interven-
tiehet is eene stellige intrekking der Keizerlijke
woorden: Italie aan de Italianen"; het is meer dan
dathet is eene direete tusschepkomsthet is eene
ijverige medewerking tegen Italie.
Dit (aldus eiudigt het blad zijn artikel) doet ons
hopen, dat zij niet lang zal durenen de heerLe Barbier
de Tinan, wat men ook. moge zeggen of doendezer
dagen bevel zal ontvangende wateren van Gaeta te
verlaten.
Het is overigens billijk ook te zeggen dat zoo de
vloot teruggeroepen wordt, hare tegenwoordigheid nog-
tlians de zaak van het Schiereiland zal gediend hebben
in dien zin vooral, dat zij evenzeer belet heeft de
buitensporighedenwelke het gevolg zouden ge-
weest zijn van eene al te gemakkelijke overwinning,
als dat eene opgewonde en verblinde vaderlands-
liefde het hoof'd stootte tegen den vierlioekalwaar
met haar de Italiaansche zaak zeer waarschijnlijk
zou bezweken zijn. Maar zoo zij tegen onze vor-
wachting, blijft, zal de Keizerlijke staatkunde alle
geloof in den geest der volkeren verloren hebben
en groote rampen zouden daarvan het gevolg kunnen
zijn.
Men zal zich herinneren dat er in den laatsten tijd
tijd nog al van gesproken is, dat Frankrijk, met goed-
keuring van Engelandde vloot voor Gaeta hield
alleen uit vrees datzoo deze vertrokRusland een
smaldeel ter ondersteuning van Koning Frans II zou
zenden. En als men nu nagaat, onder wiens invloed
de Nord gezegd wordt geschreven te zijn, dan ver-
dient gemeld artikel bijzondere opmerking. Dit is te
eer waar, wanneer men daarmede vergelijkt een
artikel van het bekende ministeriele Russische
dagbladde Noordsche Bij, waarvan de hoofdstrek-
kingr is te doen uitkomen, dat do eenige invloed
welke thans in Italie kan worden uitgeoefenddio
van Italie zelf is onder bescherming van de non-inter-
ventie. Dit is althans de zin en de slotsom van het
volgende artikel van dat blad
De gebeurtenissenwaarvan Italie het tooneel
is geweest, hebben drie tijdperken doorloopen het
waren in den aanvang de handelingeu van Oosten-
rijk, sedert die van Frankrijk, en eindelijk die van
Italie zelf. In 1859 werd de invloed van Oostenrijk
door Frankrijk vernietigd en met voeten getreden
thans handelt Italie zelf. Aan welke zijde zal de over-
winning blijven Aan wien zal het laatste woord zijn?
De meest verschillende beoordeelingen ontbrekeu
in Europa niet. Van de eene zijde zou men wel
willendat Oostenrijk de zending of magtiging mogt
hebben, alle zijne krachten aan te wenden om alle
faits accomplis in Italie ongedaan te makeii. Dezen
schijnen te vergeten, dat tusschen Piemont en Oosten
rijk lang -voor 1859 eene verklaarde vijandschap
bestond.
Te vooronderstellen, dat Oostenrijk op nieuw den
voet op Italiaanschen bodem zou kunnen zetten, zou
voor Frankrijk zijn een schandelijkenafstand doen van
zijne jongste overwinningen het herstel der bladzijden
van het WeOner-traktaat van 1815te Magenta en
Solferino verscheurd liet zou zijn aan Oostenrijk al zijn
invloed teruggevenwelken het heeft we ten te bezigen
doch tevens hatelijk te makenhet zou zijnin Italie het
brandpunt van wanorde en onrust ontsteken, en ein
delijk het op nieuw doen uitbarsten van een oorlog
tusschen Piemont en Oostenrijk, met al de rampzalige
gevolgen van dien.
Overal waar een regtvaardig denkbeeld met het
geweld in strijd is, kan het gebouren dat het laatste
zegeviertmaar zoodange zege is nimmer duurzaam,
Nimmer kan men een regtvaardig en waarachtig denk
beeld vernietigen nimmer kan men langen tijd strijden
tegen hetgeen regtvaardig en billijk is. Daarom is elke
handeling van Oostenrijk jegens Italie voortaan on-
mogelijk.
Volgens onsbegaan zijdie den Franschen
invloed in Frankrijk vreezen eene groote dwaling,
en zien zij den wezenlijken toestand der zaken niet in.
Wat kan Frankrijk inderdaad thans doen of middelen
van geweld bezigen, om de bepalingeil van het ver-
drag van Zurich ten uitvoer te leggen of de Ita
liaansche beweging beschermen welke zich met zoo
groote kracht ontwikkeld heeft en zich steeds meer
en meer ontwikkelt.
In het eerste gevalzou Frankrijk zijne wapenen
bezigenom zijn eigon werk te verzwakken en te
bedcrvenom de gebeurtenissen te verminken welke
het in het leven geroepen heeft.
Men kan evenmin vooronderstellendat Frankrijk
besluiten zalnevens Piemont te gaan en gemeen-
schappelijk de Italiaansche bewegingmet al hare
gevolgente ondersteunenwant Frankrijk is door
verdragen gebonden welke het zelfonderteekend heeft.
Frankrijk'twelk in geen geval de hand aan
Oostenrijk zal reiken, om gemeenschappelijk in Italie
te handelen, kan dus evenmin de hand aan Piemont
reiken in den zin der Italiaansche beweging.
Frankrijk heeft, volgens ons zijn pligt gedaan
en zijn werk voltooid het heeft een einde gemaakt
aan de Oost'enrijksche heerschappij in Italie en dit land
met het schild der non-interventie gedekt, waarvan
het groote nut, ondanks de aanvallen van liedendoor
eigenbelang geleid, bewezen is gewprden. Op die wijze
laat Frankrijk Italie aan zich zelf, aan zijne eigene
inspiration over. Do be3te staatkunde in Italie is die,
welke de Italianen zelven zullen volgen laten zij zelven
hunnen toestand wettigen laat hen voor hunne eigeno
belangen waken. Waarom zouden de Italianen hetzelfde
regt niet hebben meester ten liunnent te zijnals
de Belgen in Belgiede Spanjaarden in Spanje, de
Engelschen in Engeland, de Franschen in Frankrijk?
Op de vraag welke invloed in Italie moet worden ge-
bezigd, om de Italiaansche beweging tot een goed einde
te brengen, antwoorden wij zonder eenige aarzeling;
de Italiaansche invloed, als de eenig mogelijkede
eenig bepaalde de eenig wettige.
Zoodanige staatkunde vloeitvolgens ons voort
uit het beginsel zelf van non-interventie, door Frank-
rijk en Engeland geproclameerden door de andere
Mogendhedenal ware het slechts stilzwijgend er-
kend.
Aan do Koln. Zeit. wordt, van een gemeenlijk goed
onderrigte zijde, uit Turin geschreven: De zaken
schijnen eene voor onze Regering gunstigen keer te