Al vijf jaar staat in Rotterdam van Amerikaans vakmanschap
bekwaam dirigent aan de kant
«•M» piet Kakelbonte filmstaalkaart
m
dei
vm dÉZe
Voortreffelijke uitvoering
Rotterdams Opera Koor
I
9 °t
CITROEN
LETON
Toegewijde zang
in Laurenskerk
Deze week in
de bioscopen
HET
MOTORPALEIS
DE HAVENLOODS - DONDERDAG 13 MEI 1965
Gisteren, 12 mei, was het vijf
jaar geleden dat de gemeenteraad
van Rotterdam, met de twee stem
men der communisten tegen, het
voorstel van B. en W. aannam om
de door het bestuur van het Rot
terdams Kamer Orkest ingediende
subsidie-aanvrage van f 227.700,
af te wijzen. Dit raadsbesluit be
tekende de definitieve opheffing
van dit. orkest.
Het heeft geen zin de gehele ge
schiedenis, die aan dit besluit
vooraf is gegaan, nog eens te me
moreren. Mac er moet toch wel
aan herinnerd worden dat deze
ongelukkige ontwikkeling vooral
voor de betrokken dirigent, de
heer Piet Ketting, ernstige gevol
gen voor zijn carrière heeft gehad.
Met dit besluit is een talentvol di
rigent op dood spobr gezet, die
door v*rschillendé omstandigheden
er tot heden niet in is geslaagd
zich als musicus en dirigent maat
schappelijk te herstellen.
Zo groot mijn bewondering ia voor de
taaie, onverzettelijke wilskracht waarmee
Eduard Flipse aan de opbouw en conso
lidatie van het Rotterdams Fhilharmo-
nisch Orkest heeft gewerkt, zo groot is
ook mijn bewondering voor Piet Ketting.
Met stijgende bewondering nam ik des
tijds waar hoe het hem was gelukt met
«en kamerorkest,''waarin het aantal her-
scholingskrachten en leerlingen van het
Rotterdams Conservatorium domineer
de, een Mozart-cultuur in 't leven te
roepen die honderden muziekliefhebbers
vele uren van ongekend muziekgenot ge
schonken heeft. Een orkest dat voor onze
stad uniek mocht worden genoemd, ge
zien ook de beperkte geldelijke midde
len, waarmede gewerkt moest worden.
Een man, die hiertoe in staat was, moet
wel tot de prominente dirigenten worden
gerekend.
Talentvol
YT/ELNU, Piet Ketting heeft in zijn
lange loopbaan van scheppend en
herscheppend 'kunstenaar bewezen tot de
talentvolle musici in Nederland te be
horen. Hü heeft ook bewezen een be
kwaam dirigent te zijn, die recht heeft
op een dirigentenplaats in zijn geboorte
land. Naast bekwaam pianist is hij ook
representatief componist uit de belang
rijke periode vam WiUem Pijper, van wie
hij leerling was. Ook muziekpedagogisch
en publicistisch heeft Ketting zijn sporen
verdiend. Denken we hierbij aan de door
hem ontworpen en geleide dirigenten-
cursussen, de enige, waarover de stad
Rotterdam toen beschikte. Verder zijn
hoofdleraarschap aan het Toonkunst Con
servatorium te Rotterdam, zijn directeur
schap aan het Muzieklyceum te Amster
dam, zijn artikelen en recensies in ver
schillende dagbladen en vaktijdschriften,
alsmede zijn monografie van Debussy.
Maar ook als uitvoerend kunstenaar
heeft Piet Ketting naam gemaakt door
zijn concerten met de fluitist Johan Feit
kamp en later met het Trio Feitkamp—
KettingStotijn. Zijn grote veelzijdigheid
drukte zich o.a. ook uit in zijn diepgaande
studies van de vocaliteit, die geleid heb
ben tot het doorwerken van de vocaal-
technische- en pedagogische literatuur.
Om deze studie af te .ronden heeft Ket
ting zanglessen genomen en bestudeerde
hij koordirectie. Vam 1947 tot I960 wijdde
hij zich geheel aan de orkestdirectie en
is hij erin geslaagd met zijn Rotterdam»
Kamer Orkest duizenden liefhebbers van
het kamerorkestrepertoire gedurende vele
jaren aan zich te binden. Uit de rijke
schatkamer van de barokke en klassieke
kamerorkestmuziek heeft hij een keur
van weinig of niet bekende muziekwer
ken opgediept. Ook besteedde Ketting
grote aandacht aan de kamerorkestwer
ken van moderne en eigentijdse compo
nisten, waardoor het hem gelukt is met
zijn kamerorkest, maast het Rotterdams
Philharmonisch, een waardevol cultuur
centrum te scheppen, dat bovendien in
een grote behoefte in het muziekculturele
leven van onze stad voorzag.
Mogelijkheden
terdam weten van Piet Ketting niet veel
meer dan dat hij dirigent was van het
Rotterdams Kamer Orkest Dat hij tot
één der meest veelzijdige toonkunstenaars
in hët Nederlandse muziekleven moet
worden gerekend, schijnt in de Rotter
damse muziekgemeenschap onvoldoende
te zijn doorgedrongen. Meer dan 20 jaar
is Ketting reeds in onze stad werkzaam.
Geen musicus verdient op grond van deze
status dan ook méér deel te hebben aan
het Rotterdamse muziekleven als juist
deze door de opheffing van het R.K.O. zo
zwaar getroffen dirigent, die door zijn
veelzijdige talenten onze stad op muzi
kaal gebied nog vele nuttige diensten kan
bewijzen.
Ik denk hierbij aan de volgende twee
mogelijkheden: de gemeenteraad realisere
de suggestie, die de Commissie voor het
Kunstbeleid in haar Rapport van 1957,
uitgebracht aan het college van B. en W.,
heeft gepubliceerd, n.l. dat de gemeente
niet eerder zal overgaan tot heroprich
ting van een kamerorkest dan wanneer
„de behoeften vam het Rotterdams Phil
harmonisch Orkest volledig zijn gedekt."
Als streefdatum noemde de commissie
1962; als jaarlijkse uitgave voor de in-
standhouding van een kamerorkest
f 250.000.
Inmiddels is de streefdatum met 3 Jaar
overschreden, zodat de raad nu 5 jaar
gelegenheid heeft gehad zijn medewer
king te verlenen aan de volledige dek
king der behoeften van het R.Ph.O. en tot
imitiatiefneming van een nieuw kamer
orkest. Ligt hier de weg niet open om
rondom de capabele Ketting een kamer
orkest van 25 k 30 musici te formeren,
dat zich tevens dienstbaar kan maken
met begeleidingen van koren?
Want schreef de Commissie voor het
Kunstbeleid niet in haar rapport dat:
„Wil men het Rotterdams Philharmonisoh
Orkest op een hoog niveau brengen, ge
broken moet worden met het Instituut
der begeleidingen bij kooruitvoeringen
e.d. omdat dit over het algemeen een
funeste uitwerking heeft 'op het spel
peil?"
Tweede man
MOCHT desondanks de raad van oor
deel zijn dat het tijdstip voor de
heroprichting van een kamerorkest nog
niet is aangebroken, dan kan door in
schakeling van Piet Ketting als tweede
dirigent van het R.Ph. O. een tweede pro
bleem, dat door de commissie in haar
Rapport-1957 werd gesteld, worden opge
lost. In dit rapport schrijft de commissie:
„Een probleem dat ons met zorg vervult
is de overbelasting van de huidige diri
gent van het R.Ph.O. (met name de heer
Eduard Flipse Red). Ons inziens zal
daarom door deskundigen naarstig die
nen te worden gezocht naar jonge talen
ten in binnen- en buitenland."
Met de aanstelling van Franz-PaUl
Decker is dit probleem in genen dele op
gelost. De aanstelling van een tweede
dirigent blijft acuut en zou derhalve het
engageren van Ketting als tweede diri
gent een oplossing kunnen betekenen.
Bijna alle buitenlandse symfonie-orkesten
passen dit principe van eerste en tweede
dirigent sedert vele tientallen jaren met
succes toe. Ook hel Concertgebouworkest
kent dit principe al meer dan 50 jaar.
Verdient het dan geen aanbeveling om
ook in het R.Ph.O. de al te zware taak
van de dirigent te verlichten door naast
hem een tweede dirigent te benoemen?
Dit principe van krachtenbesparing ten
behoeve van de artistieke resultaten is in
het R.Ph.O. bij de blazersgroep met haar
dubbele bezetting reeds met succes toe
gepast. Waarom dit principe dan ook niet
verwezenlijkt voor de dirigent, van wiens
fysieke, psychische en geestelijke in
spanning de artistieke resultaten van het
gehele ertsen afhankelijk aljar
Hier ligt een taak voor de man, wiens
carrière door de opheffing van het R.K.O.
is vernietigd. Want wij mogen nimmer
vergeten dat deze liquidatie de verant
woordelijke autoriteiten een morele ver
plichting heeft opgelegd jegens Piet
Ketting, die elf van zijn beste jaren heeft
gegeven aan de opbouw en instandhou
ding van een kamerorkest, dat voor onze
stad tot een sieraad had kunnen worden
uitgebouwd.
Een herscheppend kunstenaar vraagt
niiet om geldelijke steun. Hij vraagt om
arbeid, om kansen, om een gelegenheid
zijn artistieke krachten te kunnen wijden
aan het kunstleven van zijn stad. Wan
neer Ketting na 5 jaren van gedwongen
non-actief in een functie van tweede
dirigent van het R.Ph.O. weer als vol
waardig musicus kan worden hersteld,
kan dit naar mijn vaste overtuiging Rot
terdams muziekculturele leven en ook
het Philharmonisch alleen maar ten goede
komen.
IDO EYL
1 nog steeds in de Verenigde Staten
worden beoefend met een bewonderens
waardig vakmanschap, dat ofschoon het
een schromelijk tekort aan originaliteit
vertoont toch vaak, gunstig afsteekt bij
mislukte probeersels van avantgardisii-
sche Europese cineasten, bewijzen de
filmpremières van deze week weer eens.
Zij vormen een bonte staalkaart van wat
er in de Hollywoodse gaarkeukens wordt
bekokstoofd en dat is voor ieder hi zijn
soort toch altijd nOg wel smakelijke kost.
Naast de broodnodige ontwikkeling van
de film als autonome kunstvorm, waar
aan de Amerikanen zo goed als geen deel
hebben, blijft er een even grote, z0 geen
voornamere behoefte bestaan aan de ge
middelde amusementsfilm, van klucht
tot thriller en tragedie. En daarvan
heeft Amerika een recept, dat In Euro
pa totdusver met weinig succes is nage-
Zie daar nu eens zo n musical ais
„The Unsinkable Molly Brown" in
Lumière, waar de vonken bijna letterlijk
van afspringen. Dat is van begin tot eind
meeslepend vakwerk, uitgekiend tot in
de liedjesteksten toe. met een razend-
knappe choreografie en een ontwapende
intrige. Die Molly Brown is al sinds het
begin van deze eeuw een begrip in de
Ver. Staten voor het onstuimige-energie-
ke meisje, dat als prototype geldt voor
de „self-made-girl", die hogerop wil. Een
maal in de „high society" beland via een
armoedige gouddelver, die plots een rijke
ader aanboort en prompt miljonair wordt,
slaagt zij er niet in zich aan te passen.
Voor haar is geen próf. Higgens om een
„fair lady" te worden, maar bovendien
is er haar simpele echtgenoot, die liever
optrekt met zijn oude mijnwerkersvrien
den. Tijdens een verblijf in Europa, om
wat „beschaving" op te doen, omringen
zij zich met tal van leden van de oude
Europese adel, die hun spontaniteit weet
te appreciëren, maar terug in Denver
loopt alles weer spaak. Er dreigt een
scheiding, Molly gaat alleen naar Parijs,
maar bedenkt zich en boekt passage op
de Titanic voor de terugtocht. Tijdens
de ondergang van het schip redt zij talrij
ke passagiers door haar heldhaftige ge
drag in de sloepen en eenmaal in Denver
blijkt door iedereen alles vergeven en
vergeten. Een door Charles Walters (van
.Easter Parade" en High Society") met
enorme vaart geregisseerde film. waarin
Debbie Reynolds een verrukkelijke „on
verwoestbare" Molly is en Harve Pres-
nell haar „ongeschaafde" man.
De Amerikanen houden, hun bestsel
lers zo in ere, dat het leeuwendeel
ervan ook verfilmd wordt. Dat lot is ook
het boek „Sex and the single girl" van
Helen Gurley Brown besehoren en in
Cineac-Beurs kan men deze week zien,
wat daarvan is terecht gekomen, nu deze
naar Amerikaanse begrippen bijzondere
openhartige en vrijmoedige gids voor on
gehuwde meisjes op het glibberige pad
van sexualiteit en liefde door Richard
Quine (de regisseur van „The solid gold
Cadillac" en „Paris when it sizz.les") is
verfilmd. Volgens de regels van de Hol-
lywood-fatsoenscode is de filru natuur
lijk netjes gehouden met een zatonjldige
hantering van toespeling op sexeri ero-
ken, die wijze adviezen heeft vastgelegd
in een boek over de sexualiteit van het
alleenstaande meisje. Tony Curtis is de
redacteur van een schendblaadje, die
twijfelt aan haar ervarenheid in dit soort
zaken en zich daarom onder valse voor
zijn buurman, een kousenfabrikant (Hen
ry Fonda), wiens moeilijkheden hij uit
buit om zich als patiënt bij haar aan te
dienen. Met als natuurlijk gevolg, dat hij
verliefd op haar wordt en tenslotte liever
met haar trouwt, dan haar in' zijn blad
belachelijk te maken.
Behalve musicals en romans komen
ook toneelstukken, die op Broadway
Dat de concertuitvoeringen van het
Rotterdams Opera Koor voor de tal
rijke minnaars van opera-muziek nog
steeds een evenement zijn, bewees ook
nu weer het concert dat het R.O.K. in de
Rivièrahal heeft gegeven. Ook ditmaal
heeft het koor getoond wat het vermag
tot stand te brengen onder leiding van
zajm muzikale en tegelijk deskundige di
rigent Piet Struijk.
Moest het R.O.K. zich met het
openingskoor „La dolce aurora" uit de
opera Mosè van Rossini nog wat inzin
gen, een hoge technische en muzikale
prestatie leverde het koor met de ver
toltóng vatn „Qul la selva" uit Bellini'
La Somnambule. Dit koirwerk werd ge
articuleerd en met oovallend fraaie dyna
mische accentueringen gezongen, een
prestatie, waarmede het koor zijn reeds
bereikte muzikale status opnieuw beves
tigde. Ook de beide koren uit de opera
„Willem Tell" van Rossini, alsmede het
openingskoor en het beroemde slaven
koor uit Verdi's Nabucco werden klank
vol en muzikaal gezongen.
In het solisten-ensemble verving de te
nor Chris Scheffer de plotseling ziek ge
worden Karei MacLean. Chris Scheffer
is de geboren operazanger, die zijn aria's
ook ln de concertuitvoering de opera-
plastiek meegeeft Zeer gevoelig zong hij
de aria uit La Bohème van Puccilni „Che
gelida manina" evenals de aria uit Von
Flotow's Martha „Ach so fromm". Daar
entegen werd de aria „Dies Bildnis" ui*
Die Zauberflöte van Mozart door Schef
fer wat al te gevoelig en vrij van voor
dracht gezongen, waarmede hij aan Mo
zart's stijl wel enigszins afbreuk deed.
Albert van Haasteren, bariton, be
schikt over een volumineuze stem, die
bovendien een fraai timbre bezit- Zijn
voordracht is levendig en genuanceerd
terwijl zijn stem een natuurlijke aanleg
verraadt Zowel in zijn aria uit Rigolei-
to van Verdl als die uit Undine van
Lortzing tooflde de zanger uit het goede
bout te zijn gesneden. De baritonsolo uit
chers" en The Alamo'
greep uit de bijna honderd films, die
hij sinds 1917 maakte, te doen, heeft hij
met „Cheyenne Autumn' een Wild West
epos vervaardigd, dat men zijn filmisch
testament zou kunnen noemen. Drie uur
lang is deze groots opgezette kleuren
film, die nu op het enorme scherm van
Cinerama wordt vertoond, en daarin zijn
Debbie Reynolds als „onverwoest
bare" Molly met Harve Presnell als
haar man in „The Unsinkable Molly
Brown" van Charles Walters (in
Lumière).
succes boeken regelmatig voor verfil
ming in aanmerking. „Signpost to Mur
der", een geraffineerde theater-thriller,
die destijds hier door het Rotterdams To
neel is opgevoerd met Pim Dikkers en
Lia Dorana ln de hoofdrollen, is nu als
film (van George Englund) in Centraal
te zien onder de titel „Het Rad des
Doods". De woning, waarin de raadsel
achtige gebeurtenissen zich afspelen is
namelijk vroeger een watermolen ge
weest.
Een uit 'n psychiatrische inrichting ont
snapt man, geestelijk ontwricht, doordat
hij ten onrechte beschuldigd is van
moord op zijn vrouw, zoekt hier onder
dak, omdat hij weet, dat wanneer hij
erin slaagt veertien dagen op vrije voe
ten te blijven, hij recht heeft op een nieu
we behandeling van zijn proces. De
vluchteling (Stuart Whitman) dwingt de
bewoonster (Joanne Woodward) met een
geweer hem tijdelijk op te nemen en als
de politie huiszoeking komt doen, ver
bergt zij hem. Dan wordt in de buurt
van het huis haar echtgenoot met afge
sneden keel gevonden en natuurlijk be
schuldigt zij de voortvluchtige „misda
diger" van moord. Ook voor de politie
lijkt er weinig twijfel over de dader te
bestaan, maar een verrassende wending
doet de ware schuldige door de mand
vallen.
DE Western komt nergens beter tot
zijn recht, ondanks allerlei recente
oogingen tot imitatie, dan in Amerikaan-
ak/vè ktiertn/lAr Hip URn nG
re horen, dat Ford zo aan het hart ligt.
Het verhaal speelt zich af in 1878, toen
de laatste Indianen, overgebleven uit de
gruwelijke oorlogen met de blanken, wa
ren samengebracht in een reservaat er
gens in Oklahoma. Dit was zo arm aan
flora en fauna, dat de gelederen snel
dunden en het waren slechts 288 mannen,
vrouwen en kinderen, die in een donkere
nacht heimelijk wegtrokken naar het
land van hun voorvaderen, 1500 mijl ver
der, ergens in Montana. Een blank meis
je, Quaker-onderwijzeres (Carroll Baker
in een heel wat ingetogener rol dan in
„The Carpetbaggers!") vergezelt hen
omdat zij haar Indiaanse leerlingetjes
niet in de steek wil laten; haar verloof
de, kapitein Thomas Archer (Richard
Widmark) behoort echter tot het deta
chement ruiters, dat opdracht heeft de
vluchtelingen te achterhalen. John Ford
deze tragische Odyssee, een aaneen
schakeling van achtervolgingen hinderla
gen, onderlinge ruzies en gevechten, tot
dat deze Cheyenne Indianen, tot een
handjevol gedecimeerd, door bemidde
ling van de minister van binnenlandse
zaken (Edward G. Robinson) toestem
ming krijgen de vruchtbare Yellowstone-
vallei binnen te trekken en zich daar te
vestigen. Onder de vele bekende mede
spelenden bevinden zich ook James Ste
wart, Karl Maden, Dolores del Rk>, Gil
bert Roland en Sal Mineo.
Richard Widmark is ook aanwezig in
de film „Flight from Ashiya" („Vlie
gende Duivels") van Michael („The
Dambusters") Anderson in Arena, ais
één van de drie leden van een Ameri
kaanse luchtreddingsbrigade (de andere
twee zijn Yul Brynner en George Chaki-
ris),'die in vredes- en oorlogstijd ieder
een, ongeacht nationaliteit of huidskleur,
uit de nood helpen: Amerikaanse helden
verering in sentimentele vorm.
Ten slotte in Prinses de Engelse film
„Bitter Harvest" („Meisjes in verkeerde
Handen") van Peter Graham Scott over
een meisje (Janet Munro) dat genoeg
heeft van het sieurleventje in Wales en
in Londen op het call-girl-pad raakt met
fatale gevolgen. Voor de jeugd in Prin
ses de getekende humor van het Flint-
stone-duo in „Yogi de Beer".
Beethoven's Fidelio, die hij
koor zong, viel echter buiten zijn
gaande goede prestaties. De voordracht
miste hier nl. teveel overtuiging en ook
de zuiverheid was wat llaibiel.
Stralend van klank was de hoge so
praan van de Italiaanse operazangeres
Silvana Bazzoni. De hoge en lage tonen
liggen haar gemakkelijk en zij weet haar
schitterend vocale middelen indrukwek
kend te gebruiken. Na een sterke en im
ponerende vertolking van twee aria's uit
Puccini's Marion Lescaut en Verdi's La
Forza del Destino hoorden we uit Manon
Lescaut opnieuw eem aria en wel „Sola
perduto", die Silvana Bazzoni in zulk een
grote operastijl heeft gezongen dat zij
hierdoor gelijk te stellen is met opera
sterren als Victoria de los Angeles, Ma
ria Calles e.a. wereldvermaarde zange-
Bram Boelee en Kees Steimroth waren
koor en solisten met hun voortreffelijke
begeleiding op de vleugel wederom tot
grote steun.
IDO EYL
.Euphonia' concerteert ten bate
van ,Het vergeten kind'
De Hillegersbergse Orkestvereniging
„Euphonia" zal op woensdag 19 mei a.s.
concerteren in de „Goede Herderkerk",
Kastanjeplein 1, Schiebroek. Uitgevoerd
zullen worden werken van Haydn, Schu
bert, Saint-Saëns, Pijper en Hendrik An-
driessen. Solist zal zijn de solo-cellist
van het residentie-Orkest Victor Bougue-
non. Dirigent is de heer Johan van Gooi.
De baten van dit concert zijn be
stemd voor de Stichting „Het vergeten
kind" te Rotterdam in het kader van
haar actie voor de bouw van het dag
verblijf „Myosotis", voor ernstig gehan
dicapte kinderen. Toegangskaarten voor
dit concert kosten f5,- tot f2,60.
waterfilters
geen bijsmaak meer
duizenden liters helder
water met één vulling.
Vraagt Uw drogist r
een LETON-
filter
Op het maandagavondcoucert in de
Laurenskerk werdcin uitsluitend werken
van Jan Pietersz. SweelincK (1562—1621)
ten gehore gebracht, hetgeen Dij voor
baat qua composities een hoog Deil ga
randeerde. Uitvoerenden waren George
Stam (meit de orgelsoli Psalm 140—„O
Dieu dunne moi délivrance", Fantasia
Chromatica, Liedvariaties „More pala-
tino" en Balletto del Granduca) en het
Rotterdams Sweelinck Ensemble onder
leiding van Jan Zwart Jr. De heer
Zwart hield een korte inleiding ter her
denking van de 10e mei 1940 en vertelde
iets over de muziek van Sweelinck.
Het koor van 14 leden bestaat niet uit
beroepszangers, doch maakt wel die in
druk. Er worden niet alleen koorrepeti
ties gehouden, de leden volgen allen ooit
lessen in solozang, en dit >s goed merk
baar. Het ensemble heeft jeugdig, goed
stemmenmateriaal. Er werd beschaafd,
geschoold en toegewijd gezongen, zui
ver geïntoneerd en de contrapuntische
en andere moeilijikheden van de lang
niet gemakkelijke zettingen werden, zon.
der steun van enige begeleiding, moeite
loos overwonnen, hetgeen ongetwijfelc
ook aan de bekwame leiding te danken
is. De plaatsing vóór het koperen hek
deed de samenklank fraai uitkomen. Ge
zongen werden op Franse tekst een cou
plet van Psalm 20, Psalm 90, 138 en
122 en 5 coupletten van psalm 24; tevens
2- lofliederen op Latijnse tekst.
Het is moeilijk te zeggen, welk van
deze werken het meest oekoorde. Wei
waren er soms vlakke of matte passa
ges te beluisteren »n kwam man aan
een eigenlijke voordracht niet toe. Het
slot van psalm 24 kreeg echter een cli
max van inspiratie. De orgelsoli werdeu
wei eens te weinig genuanceerd, maar
overigens doorzichtig geregistreerd en
op kundige wijze gespeeld.
Het geheel schonk de vrij talrijke
toehoorders een avond van waar mu
ziekgenot
Carroll Baker als Deborah Wright
et Richard Widmark als kapitein
Thom. Archer in John Ford's
HCheyenne Autumn" (in
it CINEAC-Beurs: Sex and the single
Gin, 18 j. ooo J
it CINERAMA: Cheyenne Autumn, 14 J.l
COLOSSEUM: vanavond: Koningin- y
nen van de Nacht, 18 j. OO
f vr. t/m wo.Ontsnapping uit de
Oriënt, 18 j. OOO
volgende do.: De Smokkelpoort van
Azië, 14 j. OO f
za- en zo.-mi.: Het Mysterie van de
Slangenhuid, a l. Oó y
CORSO CINEMA: My fair Lady (prol.)
t a.L OOOO
y GRAND: Irma la Douce (prol.) 183 y
ooo
HARMONIE: do. t/m zo.: De Zoon)
van Frankenstein, 18 J. OO
ma- t/m wo.: Invasie op Guam, 14
Lee Amants (prol.) 18 J.
(JmiERE De onverwoestbare Molly y
1 ooo
METROSalvo's ln het Hooggebergte, f
14 OO y
MONOPOLE: do. Vm zo, dl., wo,:
y Eddte schiet met scherp, 14 j. OO
Nechte, lokt de liefde
it L^MIEl
Sextet in „Claterije Bhier"
Voor de Rotterdamse Jazz-sociëteit
„Clatertje Bhier" zal zaterdag 15 mei
optreden het sextet Frans van Straten
uit Gouda. Het sextet zal een uitvoe
ring geven, die om acht uur begint en
ongeveer anderhalf uur zal durein-
Daarna zal er gelegenheid zijn tot dan
sen. De kaartverkoop begint 's middags
aan de zaal (tussen 2 en 5 uur). De
zaal is aan de Heemraadasinfel ltL
18 J OO y
y zo.- en wo-mi.; De Wurger van Black-
J moor, 14 j. O f
PASSAGE: Liever geen bloemen, 183-
it PRINSESMelsles ln verkeerde hsn-
la Trein 18.80, 14 J.
OOO C
-sV za-nacht en zo.-mi-: Yofi, de Beer,
wo.:^altijd lokt de vrouw, 18 J. 't
RE^ vsnsvOndLokvogels van de 1
Nacht, 18 3- OO
vr- t/m wo.: Kissln' Cousins, a l OO
f volgende do.: Poker niet om liefde,
18 3- OO
•j STUDIO 82: De Trein (prol.) 18 J-
C OOO y
THALIA: Goldflnger (prol) 18 J. OOO
j 't VENSTERBeckett prol.18 jOOO 1
VICTORIA: vanavond: La Fran«alse y
et l'Amour, 18 3 OOO
'i vr. t/m wo.: Alta Infidelta. 18 3 OOO
volgende do.: Mamma Roma, 18 3 OOO
za-, zo., en wo-mi.: Vrijbuiters van;
'f het Woud, a.l. OO
t it première
OOOO - zeer goed
OOO goed
OO - middelmatig i
O - matig tot slecht
de
BESTE BROMFIETS
van uw leven
natuurlijk naar
Mariniersweg 2
Rotterdam, Tel. 11 7460