Waar we met Gij terecht komen weten MMTOEKW Frans Liszt noemde Rotterdams muziekfeest grootse manifestatie Twee grote Franse instrumentalisten concerteren zaterdag in Laurenskerk Duitsers brengen Strauss' Elektra voor voetlicht HUUR PIANO'S I HUUR REINIER VAN DEN BERG RUIMT OP DE HAVENLOODS DONDERDAG 13 JANUARI 1966 AI jaren zijn er velen, die beroepshal ve, maar tandenknarsend, het Amster damse drama volgen. Weg ermee, is hun conclusie. En zodra zij dit in woord of geschrift kenbaar hebben gemaakt, staat het andere kamp. die zich in gesloten for matie achter Gysbrecht opstelt, op züd achterste benen. Het is grappig te constateren, dat uit beide kampen de jeugd in het geding wordt gebracht, Terwille van haar moet met de traditie gebroken worden Nee. terwille van haar moet de traditie in stand worden gehouden. De tegenstanders menen, dat jonge mensen onherstelbaar zielelctsel wordt toegebracht door verto ning van Vondels onmogelijke drama Ze zijn voor het leven voor het toneel ver loren. De anderen meneu dat juist de ge ïnteresseerde jonge mensen In de schiuw- burg moeten kenni smaken met de poë- van de prins der Nederlandse dichters. Wie de Gysbrecht niet heeft gezien, zal nooit over toneel kunnen meepraten. Gysbrecht i WURLlTZER met recht van koop zondereerste storting Demonstraties van de modellen 1966 te Rotterdam dag. van 10 tot 4 uur door één van onze Wurlitzer- organisten Bij aanschaffing van een orgel 3 MAANDEN GRATIS ONDERRICHT. Enorme rottering - a Prijzen vanaf 675.- zondereerste storting I Let welt i hoge inruilwaarde voor Uw oude PIANO of ORGEL vraag folders en inlichtingen over de nieuwe serie 1806 bit de Wurlitzer-lmporteur: zeep gebracht. Als dat zo Is, moet dat worden geaccepteerd. Daar helpt geen deuis-ex-machina aan. Straks gaan we dus naar een nieuwe Gysbrecht kijken. Een Gysbrecht in een andere aanpak. Misschien dat juist deze voorstelling leidt tot het gevolggeven aan de dringende wensen van hen. die m.i. terecht, pleiten Vondel in de „oude luis ter" te herstellen. Hierover kan vanaf heden het conflict losbreken. Want ook deze nieuwe Gys brecht is door de een al magistraal en door de ander saai en vervelend genoemd. Vormt u dinsdag een eigen oordeel. Want zolang een dergelijke discussie mogelijk is, blijft het de moeitè waard het drama te gaan zien. Jan Hein de Groot. Pianiste Carla Blay in jazzsociëteit „B-14" Het eerste, door de Rotterdamse Jazz sociëteit „B-14" georganiseerde, jazz concert in het nieuwe jaar is meteen raak! Aanstaande zaterdag presenteert deze jazzclub het quintet van de Ame rikaanse pianiste Carla Blay. Eldo Ro- mano aan de drums, Steve Lacy-so- prkan-sax, Mike Mantler-trompet en Ken Carter-bas. Aanvang 20.00 uur in ge bouw De Heuvel, St. Laurensplaats 5, toegangsprijs 3,50. Dat dit unieke optreden in B-14 kan plaats hebben, vindt zijn oorzaak in het feit, dat deze groep enkele dagen in Nederland verblijft in verband met een plaatopname voor Phonogram. Ook voor Vara's Jazzmagazine zullen deze week opnamen worden gemaakt. fantastische aanbiedingen 69 50 GOUDEN HANGER van 48.50, nu voor GOUDEN DAMESRING van 54.-,-, nu voor HERENHORLOGE 17-steens, anker GOUDEN DAMESHORLOGE met gouden band van 575.nu voor i GOUDEN DAMESHORLOGE van 129.—, nu voor GOUDEN ARMBAND vraene4498-m,n\. voor 295 VELE GESCHENKARTIKELEN IN ECHT KRISTAL ZIE VOORAL ONZE ETALAGES WEST-KRUISKADE 51—55 TELEFOON 1256 08 1950 29 50 44 3450 IETS MIS "IAE ervaring leert dat veel jonge men- sen inderdaad in de schouwburg zijn als de Amsterdammers komen tonen wat er in een ver verleden met hun stad is gebeurd. Maar evenzo leert de ervaring in Rotterdam, dat al die jongelui zich stierlijk zitten te vervelen, terwijl juist van een climax in aan dacht zou moeten wor den gesproken. Inderdaad lijkt er iets mis met de Gys brecht. Ik geloof niet, dat het ontkend kan worden. Want slechts de erkenning dat de i andere opvoering nodig heeft, dan we de laatste jaren te zien hebben gekregen, kan tot de gewenste andere aanpak leiden. Enkele jaren geleden heeft Han Bentz van den Berg een „nieuwe" Gysbrecht gepresenteerd. Stijl en statig, van pro testantse soberheid. Een mooie voorstel ling voor de geïnteresseerde die bij voor baat gewonnen is voor Vondels taal. waarop duidelijk de nadruk kwam te lig gen. Anderen noemden deze versie gort droog en als los zand in elkaar zittend. En dat was niet ver bezijden de waarheid. Daarom was het verheugend te horen dat dit jaar naar een andere aanpak zou wor den uitgezien. Maar de schrik sloeg ons al om het hart toen hoofdrolspeler Hans Boswinkel in een vraaggesprek verklaar de Gysbrecht als een soort provo te zien. OUDE LUISTER "TiAT mag op zichzelf wel een aardige kreet zijn, ergens op slaan doet het niet. Het is wat al te gemakkelijk hem op deze manier in een pakje te steken, waarin hjj niet past. Noch de man. de aanvoerder Gysbrecht, noch het stuk zijn op deze wijze te interpreteren. De onder titel van het stuk. „de ondergang van d'aloude stad", werkt hier misschien wat misleidend. Men zou namelijk kunnen denken dat het daar om ging. Als dat zo is. is de Gysbrecht een nogal irriterend verhaal over een aanvoerder, die elk mo ment komt. vertellen in de striid te zijn. maar die er voortdurend zonder kleer scheuren afkomt, terwijl op hetzelfde moment honderden van zijn stadgenoten door woeste Haarlemmers over de kling worden gejaagd. Vondel heeft met zijn Gysbrecht een getuigenis willen afleggen van zijn rooms geloof. Het geloof staat centraal in het drama en pal daarnaast het gezin en de familie. In het jongste nummer van „De Gids" doet David Koning een beroep op de re gisseur Vondel in zijn eer van barok-kun- herstellen. Dat wil zeggen een Gysbrecht op de plan ken te brengen, die in vormgeving ep. in in- tententie zo dicht mo gelijk de bedoelingen van Vondel benadert. Wat dan het resultaat zal zijn, mag Joost we ten. Misschien is dan de handhaving van de traditie voorgoed om Nog een voorstelling ..Dagboek van een gek" De Toneelgroep Studio zal op zater dag 15 januari m de Lantaren aan de Gouvernestraat nog een voorstelling ge ven van Gogolj's „Dagboek vèn een gek" met de wonderbaarlijke rol van Henk va nUlsen. Het stuk staat onder regie van Kees van Iersel. Het Rotterdams muziekfestival in 1854. Voor dit doel was een houten gebouw opgetrokken; het latere Maasstation. Behalve over de Doelen en de Offi- génmaal is Rotterdam gedurende cierensociëteit in het Park, had enkele dagen het' absolute mid- men voor deze bijzondere mani- delpunt van het Europese muziek leven geweest. Dat was in de zomer van 1854, toen de Maat schappij tot Bevordering der Toon kunst vijfentwintig jaar bestond en dat jubileum vierde met een bijzonder luisterrijk muziekfeest. te bij uitnemendheid, ls open en gede cideerd in het beantwoorden van de vra gen die haar worden gesteld in de sfeer vol ingerichte werkkamer van haar ap partement in l'Etang la Ville, een voor stad van Parijs. Marie-Claire, die 10 augustus 1926 in St.-Germain-en-Laye werd geboren „waarom moet een vrouw haar leeftijd altijd camoufleren?" stamt uit een geslacht van musici en organisten, waar van zij wel de meest reprsentatieve is. Haar vader, organist In zijn woonplaats, bouwde als hobby een drie-manuaalsor gel. Haar broer Jehan, begaafd en veel belovend musicus en componist hij sneuvelde in 1940 aan het front bij Saumur heeft o.a. 24 orgelcomposities nagelaten en ook haar broer Olivier, di recteur van het Conservatoire te St.- Germain-en-Laye en van de Ecole César Franck te Parijs, dient tot de grote Fran se organisten te worden gerekend. Het behoeft dan ook niet te verwonde ren dat de jonge Marie-Claire het orgel als haar instrument voor de toekomst kiest. Reeds tijdens haar lyceumstudie werd zij met het klavier- en orgelspel vertrouwd gemaakt. Op 18-jarige leeftijd ving zij haar studies aan op het Conser vatoire te Parijs, waar haar muzikaal talent en doorzettingsvermogen de aan dacht trokken van haar leraren Duruflé (harmonie en contrapunt), Dupré (orgel en improvisatie) en Caussade (muziek- pedagogie). In zes jaar tijds wist zij vier eerste prijzen voor harmonieleer, contrapunt, orgel en muziekpedagogie te veroveren, waarmede zij haar conservatorium-stu die in 1952 afsloot. Zij frappeerde haar leraren bovendien met het behalen van de eerste prijs voor orgelspel op het in ternationale orgelconcours te Geneve (1950) en een jaar later van de Bach- prijs van „Les Amis de l'orgue" te Pa- (Toch zijn al deze successen deze char mante Francaise niet naar het hoofd ge stegen integendeel: zij blijft hard wer ken aan de vervolmaking van haar tech niek en muzikale interpretatie, ook al heeft zij het gehele oeuvre van Bach, als mede de 12 orgelconcerten van Handel en van 15-tal populaire Franse Kerstlie deren op de plaat vastgelegd. Met een bijna kinderlijke blijdschap u.treden met nemen: monsieur Rampal heeft eerst om 11 uur pauze. Daarvoor kan hij niet ge stoord wörden. Ik zette mij in een ge makkelijke fauteuil neer. Vanuit de ver te drongen klankflarden van een repete rend blaasensemble tot mij door: einde loze herhalingen van solo- en ensemble passages. Het viel mij op hoe nobel en voornaam die instrumenten klonken: een klank, waarvan blijkbaar alleen de Fran, se blazers het geheim bezitten. Terwijl ik hierover zat na te peinzen stond Rampal, fluitist en leider van het „Quintette a vent francais", opeens voor mij, een Marseillais-van-even-veertig, nog wat geënerveerd door zwaar en ver moeiend repeteren. Maar met de leven dige geest van de zuidelijke Fransman wist hij zich snel te herstellen, schoof een fauteuil naderbij en vóór dat ik van deze overrompelende ontmoeting wat be komen was, kwam ik te weten dat hij in januari 1922 in Marseille geboren is. zijn eerste muzieklessen ontving op het Conservatorium van zijn geboortestad en zich daarna liet inschrijven op het Conservatorium in Parijs, waar Gaston Crunelle zijn fluitlerpar werd. Het concert, dat de Franse instru- 'f mentalisten Marie-Claire Alain orgel, en Jean Pierre Rampal, fluit. zaterdagavond 15 januari, in de Laurenskerk zullen geven, is aanleiding geworden van beide beroemde kunstenaars enkele bij- zonderheden te publiceren. 'j festatie de beschikking over enorm feestgebouw, dat speciaal daarvoor was gebouwd. In dit houten gebouw dat later het Maasstation werd was plaats voor niet minder dan vierduizend toehoorders in de zaal, terwijl op het podium ruimte was voor een koor van 500 personen en een 175 orkestleden Het grote feest was mogelijk, doordat het hoofdbestuur van Toonkunst er een bedrag van achttienduizend gulden voor beschikbaar had gesteld. Voor die tijd was het een hele som.... Verder had de gemeente er nog een subsidie van f 5.000. aan toegevoegd, terwijl ook enkele re ders zich niet onbetuigd hadden gelaten. Leiders van het feest waren de heren Hutschenruyter en Verhulst. Uit Duits land, Engeland en Frankrijk waren de beste solisten van die tijd overgekomen. Dagbladen en tijdschriften uit een groot aantal landen zonden hun recensenten. Zelfs van de zijde der muziekuitgevers in het buitenland bestond de grootste be langstelling. De belangrijkste eregast bij dit grote feest was niemand minder dan Franz Liszt. Toen hij per Rijn-stoomboot aan de Oosterkade arriveerde, stond een ont vangstcomité gereed om hem te verwel komen. Aan notaris Van der Hoop, cle voorzitter van het comité viel de grote ie compoi jn huis. a: had hij twee kamers ten inrichten, 's Avonds werd ten huize van de notaris een receptie gehouden, waarvoor talrijke Rotterdammers en hun echtgenoten waren uitgenodigd. Liszt verscheen echter eerst tegen het einde van de avond, omdat hij aangeze ten had aan een te zijner ere gegeven diner in het Koninklijk Paleis in Den Haag. ..Er waren nu eenmaal in die tijd nog geen auto'sHij was echter nog wel juist op tijd om bij wijze van finale zijn 'Etude" en „Les Patineurs' te kunnen spelen, zodat de gasten van de notaris nog wel een beetje aan hun trekken kwa- In een brief aan een vriend schreef Liszt, dat het bézoek aan Prins Hendrik in Den Haag bijzonder plezierig was geweest. Er was over allerlei onder werpen gesproken en de Prins had zijn 'schilderijencollectie getoond. Van een Franz Liszt omstreeks 1850. rijtoer, die Liszt door Den Haag had ge maakt, zei hij, dat hij het veelbewon- derde standbeeld van Willem De Zwij ger tegenover het paleis Noordeinde, ook zeer mooi had gevonden. Minder bewon dering had hij echter voor het beeld van Koning Willem II. Hij vond het afschu welijk; het deed hem aan de heer Hul- chenruijter denken Liszt behoorde niet tot de uitvoeren de deelnemers aan het Muziekfeest.: met Rubinstein zat hij op de eerste rij, toen op donderdag 13 juli in het feest gebouw „Handels .oratorium „Israël in Aegypten" uitgevoerd werd. De volgen de dag was „Die Jahreszeiten" van Haydn aan de beurt. Op de derde dag werd het feest besloten met de 145e psalm van Verhulst en de Negende Symphonie van Beethoven, met slotkoor. Ook Liszt was van mening, dat het feest wel een grandioze manifestatie geworden wasUit de correspondentie met zijn vriendin vorstin Carolyne zu Sayn-Witt- genstein blijkt, dat hij zich in Rotter dam talloze vrienden wist te maken, met name een familie Van der Hoeven. Gro te belangstelling legde de componist aan de dag voor de schilderijen van Ary Scheffer, waarvan hij er een aantal zag in Den Haag. verheugt zij zich op haar optrec zijn ORGELCONCERTEN Op zaterdag 15 jan. om kwart over acht zal de organist Feike Asma in de Wilhelminakerk aan de Oranjeboom- «traat in Rotterdam een concert geven. Op zaterdag 15 januari is er een con cert in de Laurenskerk. Aanvang kwart over acht. Medewerkenden: Marie Clai re Alain, organiste te Parijs en Jean Pierre Rampal, fluit. noog oewuuucii. ""'"f"» gouden fluit weet te toveren is opmerke lijk, zegt ze met bewondering in haar St? En Rotterdam mag zich verheugen in het optreden van twee Franse instrumen talisten, die tot de groten in de wereld der muziek mogen worden gerekend was mijn welgemeend compliment bij het afscheid nemen van deze bescheiden en toch zo grote orgelkunstenares. ]ean-Pierre Rampal UEN REPETITIE ten huize van Jean- L Pierre Rampal. De concierge ver- zocht mij hoffelijk in de hal plaats te tist werd aangesteld aan het orkest v Marie-Claire Alain. Dat hij solo-fluitist is geweest in het kleine orkest, dat de blijspel-acteur Xa- vier Courville en zijn vrouw Pianova (geb. Casadesus) begeleidde in hun thea ter „Chariot d'Arlequin", waar kleine kameropera's van Grétry, Monteverdi, Purcell Bach Ibert, Offenbach e.a. on der de'aankondiging „Van Bach tot Of fenbach" werden uitgevoerd, interesseer de hem al even weinig als het feit dat hij jaar later in 1949 als solo-flui- Petit de oprichter en artistiek leider was. Jean-Pierre Rampal heeft geen belang stelling voor de biografiek van zijn nog jong kunstenaarsbestaan. Zijn idool is: de muziek. En zo zitten we al spoedig in de werkpraktijk van zijn muzikanten- bestaan. Ja, muzikant is Rampal in haft en nieren. Niet, omdat hij in 1955 solo fluitist werd van de Grand Opéra te Pa rijs om daarna een uitnodiging te aan vaarden als solo-fluitist bij de „Associa tion des instruments a vent" deze niet te onderschatten werkzaamheden waren nuttig en nodig voor zijn alzijdige vor ming als instrumentalist maar omdat deze veelzijdige werkpraktijk de stevige grondslag legde voor zijn later solistisch musiceren en kamermuziekspel. Zoals zovele Franse blazers, zocht ook Rampal naar de perfectionering van zijn toon „techniek kan iedere instrumen talist ontwikkelen" zocht hij naar de edelste vorm van de klank, die de fluit in haar materiële begrenzing kan voortbrengen met behulp van de mense lijke adem. De vraag brandde mij op de lippen: „Monsieur Rampal, moet deze opvatting als het geheim worden gezien van de uit zonderlijke toonvorming, die de Franse blazers zo hemelsbreed doet verschillen van de blazers uit andere delen van de wereld?" „Misschien. De Franse blazer wordt door een ondefinieerbaar gevoel, dat nauw verwant schijnt te zijn aan zijn la- tijnse afkomst, gedreven vóór alles in de klank de muziek te willen herkennen, d.w.z. de klank te onderwerpen aan de muzikale expressie. Wij, Fransen, zoeken het niet op de allereerste plaats In de kracht waarmede wordt geblazen, maar eerder in de nuanceringen der sterktegra den en kwaliteit van de toon, waardoor muziek „muziek" blijft. We vinden dit zelf terug bij de Franse paukenist, die zijn pauken allereerst als muziekinstru ment, op de tweede plaats als slag- en ritme-instrument wil zien, waardoor de klank een minder agressief karakter klïtampal leeft in zijn stof, die de grond slag is van zijn groot kunstenaarsschap. Want dat Rampal tot de allergrootste fluitisten in de wereld moet worden ge rekend, bewijst zijn optreden als solist bij alle vooraanstaande orkesten ter we reld. Niet zonder reden zijn z'n gram mofoonplaten tot viermaal toe met een grand Prix du Disque bekroond. Hiermee zet hij de grote traditie van de Franse fluitschool voort. IDO EYL uit het Meininger Symfonie Orkest, waarvan de destijds 21-jarige Richard Strauss dirigent was, diens aversie tegen Wagner hebben omgebogen tot een tijde lijke waardering, noch in zijn orkestwer ken, noch in zijn muziekdrama's is Wag ner's invloed van enige betekenis ge weest. Dit mag pleiten voor de persoon lijkheid van Richard Strauss, waar com ponisten als Mahler, Debussy, Schönberg e.a. in hun jeugd zich aan de greep van deze magiër niet hebben kunnen onttrek- 'ken. Was de jonge Strauss nog romanticus, de latere Strauss noemde zich bij voor baat realist, voor wie natuur en mens alleen aanleiding tot een virtuoos spel moeten vormen, thema's en timbre's, die hij met een briljante virtuositeit in zijn symfonisohe gedichten wist te ver wezenlijken. Dit geldt ook voor zijn mu- muziekdramas, vooral in de eerste ds opera: samenwerking van de vocaal- dramatische elementen met de instru mentale, over boord gooide. In Strauss' muziekdrama's, vooral in het eerste twee: Salomé (1905) en Elektra (1908) is het orkestrale primair, waarin het voca le a:h.w. als een zanginstrument is opge nomen, dus in de instrumentale partij verwezenlijkt. Zo geven de keerpunten in Elektra aan Strauss alle aanleiding tot uitvoerige or kestrale tussenspelen, zoals bij het op graven van de bijl, die Elektra verbor gen heeft voor de wraakneming op haar moeder Klytemnestra; de herkennings scène met haar doodgewaande broeder Orestes en Elektra's triomfdans, wan neer haar moeder Klytemnestra en stief vader Aigisthos in de worgende greep van Orestes' handen gedood zijn. Elek tra is het eerste resultaat van Strauss' samenwerking met de dichter Hugo von Hofmannstfhal. Door vrienden geatten deerd op Hofmansthal's tragedie Elek tra bezocht hij een opvoering van dit toneelstuk. Strauss besloot hierop muziek te componeren. Met de voltooiing van dit muziekdrama schiep hij een partituur, welker orkestratie die van alle destijds bestaande opera-orkesten verre overtrof. De pathologische kenmerken van de be handeling de Griekse drama's kijken niet op een moordje meer of minder weet Strauss in een naturalistische klank taal uit te drukken, waardoor deze mu ziek, ondanks haar obsederende kracht en teutonisch geweld, vaak sterk weet te boelen. Elektra's wraak De handeling heeft als motief de wraak van koning Agamemnon's dochter Elek tra op haar moeder Klytemnestra en haar stiefvader Aigisthos, die haar va der hebben vermoord. Die wraakgedach- te leeft als een obsessie in haar geest voort. Zij heeft de bijl, waarmede haar vader is vermoord, begraven, wachtend op de dag dat haar broeder Orestes hier mede haar vader zal wreken. Boodschappers meldden de dood van Orestes, die als kind door Klytemnestra aan de zorgen van anderen is toever trouwd. Elektra zal nu zelf het vonnis aan haar moeder voltrekken. Wanneer zij de bijl opgraaft, staat plotseling een vreemdeling voor haar. Beiden herken nen elkaar als broeder en zuster (de be roemde herkennimgsscène: „Orestes, O- restes, es rührt eich niemand", waarin de vreugde over de komende wraakne ming in een duet wordt geuit). Orestes betreedt het paleis. In doodse stilte wacht Elektra de voltrekking van het vonnis af. Wanneer Klytemnestra door Orestes is gedood en ook Aigisthos onder de wur gende greep van zijn handen is gevallen, danst Elektra een triomfdans tot'zij dood neerstort. Elektra wordt maandag 17 januari door de Stadtische Bühneo Münster in de Rotterdamse Schouwburg opgevoerd. I.E. Bert Korster's All Jazzgroup in Clatertje Bhier In de Jazzclub Clatertje Bhier, Heem raadssingel 191, treedt zaterdag 15 janua ri voor de tweede maal Bert Koster's AU Jazzgroup op, met als speciale gast de bekende gitarist Hans van Leeu wen. Kaarten zijn vanaf 2 uur 's mid dags aan de zaal verkrijgbaar- Aanvang 8 uur.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1966 | | pagina 6