-
HET PLAN
UITVOERING
DE TOEKOMST
Profetie
Vervulling
De kentekenen
van God
HAVENLOODS DONDERDAG 22 DECEMBEi
42, 7.
DE tijdgeest is doordrenkt van ongeloof.
De moderne mens is mondig ver
klaard; hij acht zich zó volwassen, dat
hij meent ook te kunnen afrekenen
met de „oude mythen" over een per
soonlijk God die het lot van de mens
heid in handen houdt en de mens naar
een door hem bepaald doel leidt.
Vooral na de tweede wereldoorlog, na de
concentratiekampen en Hiroshima,
achten tallozen de God van de Bijbel
een „dode god", die ons niets meer te
zeggen heeft. Natuurwetenschap en
godsdienstwetenschap gaan hand in
hand om te bewijzen dat de bijbelse
voorstellingen primitief en boven
natuurlijk zijn. Wie tóch nog met een
geloof wil leven en aan zijn gods
dienstige gevoelens wil voldoen, moet
volgens moderne theologen niet meer
denken aan een almachtig God, die de
wereld geschapen heeft, die levens
wetten heeft gegeven en die de ge
schiedenis volgens een bepaald Plan
naar hem toeleidt. De moderne „god
kan volgens velen nog slechts in de
mens zelf schuilen. De bijbelse God
is dood zo beweert men en nu
moet de mens het voortaan maar zelf
klaren'.
Maar laat onze tijd enerzijds een gewel
dige opgang van wetenschap en
niek zien en staan wij zelfs gereed om
de wereldruimte te veroveren, nooit
was er een tijd waarin de onzekerheid
en de wanhoop, de wetteloosheid en
het vernietigingsgevaar zo groot was.
Dit alles heeft direct te maken met het
ongeloof dat, gegrond op een vermeen- u. 17.
de geestelijke volwassenheid, de God -
afwijst die zich met vele ken-tekenen
en in Jezus Christus aan de mensen
kenbaar heeft gemaakt.
De bewering dat Jezus Christus géén
ken-teken van God en Zijn bestaan
kan zijn, omdat hij een mens was,
wiens bovenmenselijke daden verzin
sels van zijn volgelingen zijn, wordt
door tallozen klakkeloos als weten
schappelijke waarheid aanvaard.
Kerstfeest 1966 is een goede gelegenheid
nu eens niet alle nadruk te leggen op
de geboorte van Christus en nog
minder op de 25e december maar
veel meer dan tot nu toe het geval
was. in het licht te stellen, dat de
bovenmenselijkheid van Jezus voor
ieder mens, of hij gelooft of niet ge
looft, aantoonbaar is!
Dat is van de grootste betekenis, omdat
Jezus Christus het hoogtepunt is in een
Plan dat God met de mensheid heeft. jes,
In een tijd waarin het Godsbestaan ±n
ontkend wordt, of in ieder geval nog Ps»m
slechts van een „onbekende, verborgen J(s
God" wordt gesproken, is het van het Jts
grootste belang te weten dat het in de Psa
Bijbel ontwikkelde Godsplan waarheid Pss
is omdat het niet door mensen kan met
zijn uitgedacht. Hoe kunnen wij dit meri
weten?
Wij kunnen dit weten, door acht te slaan
op het feit, dat het Godsplan zoals dit
in de Bijbel is geschetst, in de werke
lijkheid van de geschiedenis wordt
uitgevoerd. Als wij zien dat een be
paald plan tot uitvoering komt, weten
wij ook dat degene die het plan ge
maakt heeft en tot uitvoering brengt,
Dddrom is het zo belangrijk juist in
ónze tijd van ongeloof en twijfel alle
nadruk te leggen op het feit, dat God
zich wel degelijk kenbaar heeft ge
maakt, n.l. in de geschiedenis van een
bepaald volk en in de gestalte van
Jezus Christus.
Plan en uitvoering, profetie en vervul
ling, verschaffen een in onzekerheid
verkommerende mensheid de absolute
zekerheid dat wij met een levende God
te doen hebben, die waarmaakt wal
Hij door zijn profeten heeft voorzegd.
Niet alle profetieën uit de Bijbel zijn
vervuld, maar wij hebben de zekerheid
dat zij alle werkelijkheid zullen wor
den, omdat wij een garantie hebben in
een God die tot uitvoering brengt wat
hij gezegd heeft. Het grote kenteken is
Jezus Christus, die niet als een „toe
vallige" godsdienststichter uit de ge
schiedenis is opgedoken.' Het bijzon
dere van Jezus is, dat zijn komst ver
voor zijn geboorte is voorzegd door
mensen die elkaar niet kenden, in ver
schillende tijden en plaatsen. Nóg
tekenender is dat ook allerlei bijzon
derheden uit Jezus' leven en lijdens
weg eeuwen tevoren werden voorzegd,
opdat men zou kunnen weten WIE
JEZUS IS!
Ten slofte is ook de geschiedenis van het
volk Israël één en al kenteken van de
levende God, want juist in en. door
het volk Israël heeft God willen aan
tonen dat hij géén bedachte godheid
uit de Oudheid is en géén mytholo
gische afgod.
Op deze pagina hebben wij ter gelegen
heid van Kerstfeest 1966 als ant
woord op het ongeloof getracht iets
te laten zien van de bovenmenselijke,
wonderbare samenhang tussen Gods
plan en Uitvoering. Uitsluitend vanuit
de zekerheid dat het Godsplan wordt
vime.voerd. kunnen wij weer nieuwe
zekerheden verwerven en vooral' een
geweldig uitzicht op een door God
bepaalde toekomst!
verg. Gen. 22, 17-
1S: Gen. 28, 13-14:
Gen. 35, 10-12.
Ik zal u (Abraham, Isaak en Jacob) tot een GROOT VOLK maken.
Met u zullen alle geslachten der aarde gezegend worden.
Weet voor zeker, dat uw nakomelingen VREEMDELINGEN zullen zijn in een
LAND DAT HET HUNNE NIET IS en dat zij hen DIENEN zullen, en dat die hen
zullen VERDRUKKEN. VIERHONDERD jaar.
Maar het volk dat zij zullen dienen zal Ik richten en daarna zullen zy met grote
have Uittrekken.
Jakob, de kleinzoon van ABRAHAM heeft twaalf zonen. Tengevolge van
hongersnood vestigt. Jakob (de latere ISRAëL) zich in het voedselrijke Egypte
Tijdens het verblijf in Egypte groeien de gezinnen van Israels 12 zonen uit tot
12 stammen. De farao, beducht voor een sterke minderheid binnen zijn grenzen,
brengt Israël in SLAVERNIJ. Na V1ERHONDERDPERTIG jaar in Egypte te
hebben gewoond, wordt Israël bevrijd en volgt de UITTOCHT.
Gen. 12, 5-7: Gen.
13. 14-15: Gen. 15,
18-21: Gen. 17, 8:
Gen. 26 2-3: Gen. 28,
Uw nageslacht zal ik het land KANAaN voor altijd geven.
Door de woestijnen van het Sinaïtisch schiereiland wordt het volk naar he
iand KANAaN geleid (Palestina). Na zware gevechten verovert het volk het
land Kanaan en maakt de Kanaanieten aan zich ondergeschikt.
JUDA zal over zijn broeders HEERSEN, voor hem zullen de stammen van
Israël buigen.
Terwiil de door het VOLK gekozen koning Saul uit de stam Benjamin nog
regeert, wordt door de profeet Samuel^ uit de stam JUDA David als koning
aangewezen. Dit is de door God gewilde koning.
Ik zal voor zeker het Koninkrijk van u AFSCHEUREN, en het uw KNECHTgeven^
Uit de hand van uw ZOON zal ik het afscheuren. Jerobeam, een OVERSTE van
koning Salomo, ontmoette de profeet Ahia. Deze scheuMe zijn «antó m ^WAAL^
stukken: hij zei tot Jerobeam: neem voor u TIEN stukken.Ik ga het koninkrijk
van Salomo afscheuren, en ik geef u de TIEN stammen.
Indien u andere goden dient dan zult ge zeker te gronde gaan. NIET LANG ZULT
GE LEVEN IN HET LAND (Kanaan).
Onder David en zyn zoon Salomo komt het volk Israël tot grote bloei, maar
mede tengevolge van voortdurende' ontruw aan God en de aan Israel gegeven
wetten, valt het rijk na Salomo's dood, onder de regering van Salomo s zoon
REHABEAM in twee delen uiteen; het rijkje van JUDA en het TIEN-stammen-
rijk Israël. JUDA wordt geregeerd door REHABEAM en het tienstammenrijk
door Salomo's vroegere overste JEROBEAM.
De Heer zal u onder de NATIëN VERSTROOIEN
getal overblijven onder de volken.
n ge zult met een klein
De wetteloosheid neemt hand over hand toe in Israël en beide rijken komen
tot verval. Het verzwakte 10-stammenrijk ISRAëL wordt in het jaar 720 door
de Assyriërs onder Tiglat-Pileser veroverd en de stammen worden onder de
volken verstrooid.
Geheel JUDA/zal ik overgeven in de macht van de koning v
Als voor Bal/el ZEVENTIG jaren voorbij zullen zijn, dan zal Ik naar u omzien.
Zie Ik wek tegen hen (Babel) de Meden (Perzen) op. Babel zal worden als Sodom.
KORES (Koning der Meden) zal volken voor hem neerwerpen.
In het jaar 587 verovert Nebukadnezar, de koning van Babel, het rijkje JUf»
De bevolking van Juda (de Joden) wordt in BALLINGSCH/ir -ar< Babel ge
voerd. Na ZEVENTIG jaren, als Babel door de Perzische heerser KORES (Ljrus)
is onderworpen, laat KORES de Joden naar hun land terugkeren.
De troon van DAVID blijft echter onbezet en Juda blijft onderworpen, achter
eenvolgens aan o.m. Perzië, Alexander de Grote en de Romeinen.
1 Effratha, al zijt gij klein onder de geslachten van JUDA. uit
üzaTMij voortkomen, die een herder zal zijn over Israël en wiens oorsprong is
van de dagen der eeuwigheid.
Tijdens de regering van de Romeinse keizer Augstus wordt in BETHLEHEM,
de stad van DAVID, uit de stam JUDA en het geslacht van DAVID, het kind
JEZUS geboren.
700
Onze ziekten heeft hij op zich genomen. Dan zullen de ogen der blmden geopend
en de oren der doven ontsloten worden; dan zal de lamme springen als een hert
g van de stomme zal jubelen.
Op dertigjarige leeftijd trekt Jezus met een aantal volgelingen door het land,
geneest zieken, lammen, blinden, stommen en doven.
Zaeharla 11. 12-13.
Toen woawi zii mijn LOON af, DERTIG ZILVERSTUKKEN; werp dat de POTTEN
BAKKER toe; een heerlijke PRIJS waarop ik hunnerzijds geschat ben. (30 zilver
stukken was de prijs voor een slaaf. Ex. 21, 32).
Jezus heeft aanvankelijk grote aanhang, maar de godsdienstige leiders van
het volk zien in hem een groot gevaar en ten slotte wordt Jezus door zijn
volgeling Judas Iskariot voor DERTIG ZILVERSTUKKEN aan de farizeeën en
overpriesters verraden. Als Judas berouw krijgt van zijn verraad brengt hij
het geld naar de priesters terug, die het-geld besteden aan de aankoop van een
begraafplaats voor vreemdelingen. De grond wordt gekocht van een POTTEN
BAKKER.
heeft mij omsingeld, die mijn HANDEN EN VOETEN
Mijn rug heb ik gegeven aan wie SLOEGEN.mijn wangen heb ik niet verborgen
Allen TifSfzf^lESTOTTEN mij. Zij SCHUDDEN het^HOOFD.
Een bende boo
DOORBOREN
om onze overtredingen werd hij I
Hii werd onder de MISDADIGERS geteld.
Zij verdelen mijn KLEREN onder elkaar en WERPEN HET LOT oven mijn GEWAAD.
zii lieten mij in mijn dorst AZIJN drinken
Hü behoedt al mijn BEENDEREN; niet één daarvan wordt GEBROKEN. (Geen been
van het Pascha, het OFFERLAM zal gebroken mogen worden).
Als Jezus gevangengenomen is wordt hij MISHANDELD, BESPUWD en
HOOFDSCHUDDEND bespot
Met DOORBOORDE HANDEN EN VOETEN wordt Jezus gekruisigd tussen twee
MISDADIGERS.
Soldaten aan de voet van het kruis werpen het LOT (verdobbelen) over Jezus
kleren.
Als Jezus klaagt over dorst wordt hem edik aangereikt, een soort AZIJN. Door
het breken van de benen van gekruisigden werd de dood verhaast. Ofschoon
de benen van de met Jezus gekruisigde misdadigers gebroken werden, werden
Jezus benen NIET GEBROKEN, daar hij reeds gestorven bleek.
/er. S
15-16. Mlcha 5, 1
8, 5-4.
Je». 16, 4-5, ver*.
Jer. 30, 3-9; Ez. 34,
13. 23; Host» 3, 5.
De n'og on-ve^vuhle^rt^etie is^feen afstel, en ook geen uitstel. Dit kan ons duidelijk worden als wij iets van het Plan voor de toekomst weten.
n rechtvaardige Nakomeling verwekken, die zal als Koning
gerechtigheid doen.Juda zal behouden worden en Israël
Ik zal aan David
regerenrecht i
veilig wonen.
Een Kind is ons geboren» een Zoon ons gegeven en de heerschappij rust op zijn
schouders. Men noemt hem.Vredevorst. Groot zal de heerschappij zyn en
eindeloos de vrede op de troon van David.
Wanneer het gedaan is met de verdrukker.de verwoeeters verdwenen zijn, dan
zal een troon worden gevestigd en daarop zal in Davids tent zetelen een, die richt
en die het recht zoekt.
De gelovige joden geloofden dat God een MESSIAS zou zenden, een REDDER
of BEVRIJDER, die in ie eerste plaats Israël zou verlossen van zyn vijanden.
Je troon van David zou herstellen en bevestigen en Israël tot nog veel groter
aanzien zou brengen dan in de tijd van David en Salomo.
P». 2; Je». 9, 5-6.
Jes. 11, 1-10. Jes 16,
5. Jes- 61, 1-2. Jer.
23, 5-8. Ez. 37, 24.
Miin Zoon zijt gijvraag Mij en Ik zal u volken geven tot erfdeel, de aarde tot
uw bezit. Hij zal richten tussen vele volken en rechtspreken over machtige natiën
tot in verre landen. Dan zullen zij hun zwaarden tot ploegscharen smeden en hun
speren tot snoeimessen, geen volk zal de oorlog meer leren. De vorsten zullen
heersen naar recht.
De Heer zal voor alle volken een feestmaal aanrichten. Hij zal de sluier ver
nietigen die alle naties omsluiert. Hij zal voor eeuwig de dood vernietigen en de
tranen van alle aangezichten afwissen.
Deze messiasverwachting was echter slechts een deel van een Veel wij^erstrek-
kender messiasprofetie: de komst van een goddelijke WERELDREDDER, een
God-mens, die eindelijk het Godsrijk op aarde zou stichten
Deze messias zou al het kwaad op de wereld uitroeien en hij zou over alle
volkeren heersen en VREDE en GERECHTIGHEID op aarde brengen.
je». 42, 1-4. Zie mijn knecht die het geknakte riet niet zal breken.hij zal niet schreeuwen,
noch zijn stem verheffen.
Je». 50, 6. Mijn rug heb ik gegeven aan wie mij sloegen.
Je». 53, 2. Hij had gestalte noch luister noch gedaante, dat we hem zouden hebben begeerd
je». 53, 3, 5. Hij was veracht, een man van smarten. Om onze overtredingen werd hij doorboord.
je». 53 6, 7. De straf die ONS de VREDE aanbrengt, was op HEM. De Heer heeft ons aller onge
rechtigheid op hem doen neerdalen. Als een lam is hij ter slachting geleid.
De ioden uit Jezus tijd herkennen Jezus niet als hun messias, (en de
wereld buiten de gelovige christenen ook nü nog niet!) omdat zy met inzagen
dat de beloofde messias eerst in de gestalte van een z™ Iwmem
Een PRIESTER die zichzelf volkomen zou wegcyferen en OFFEREN om, als
PLAATSVERVANGER van de mens, de verbroken gemeenschap met God te
herstellen.
Door hun (Israels) VAL is het HEIL tot de heidenen (de niet-joden) gekomen
Een gedeeltelijke verharding is over Israël gekomen totdat de volheid der heidenen
binnengaat (waarschijnlijk de voltooiing van de gemeenschap der gelovigen in
Christus).
Israël heeft t.a.v. Jezus uit ONKUNDE gehandeld; Christus MÓEST lijden. EERST
moet Israël Christus als Messias aannemen, dan komen er tijden van verademing
en zal Jezus gezonden worden om ALLE DINGEN WEER OP TE RICHTEN.
De VERACHTE KNECHT, wiens verschijning zelfs niet meer menselijk was. zal
TEN HOOGSTE VERHEVEN zijn. De ONHERKENBARE KNECHT - MESSIAS
zal eens „de volken doen opspringen van verbazing en de heersers zullen ver
stommen van verwondering".
Juist omdat Israël Jezus als messias verwierp kon Jezus z«n J£°teJDffer
voor de mensheid brengen. Eerst al Jezus deze dienst - als de onherkenbare
en verachte KNECHT aan de mensheid verricht heeft, en eerst als het getal
van hen die dit offer aannemen „vol" is de christengelovigen) zal Jezus
als WERELDMESSIAS, de RECHTER en KONING van a 11 e volken op aarde
DaTza^ook de troon van David eeuwig door de nakomeling van David,
d.i. Jezus Messias Christus), bezet zijn en zullen eeuwige vrede en gerechtig-
ïn'de^LIJDENDE KNECHT hebben Israël en de niet-gelovigen hun Messias
niet herkend maar wanneer Christus met grote kracht voor alle volken zal
verschijnen, zulten zij in de eens verworpen KNECHT-MESSIAS tot hun stomme
verbazing de KONING-MESSIAS herkennen.
Wat voor de christen de WEDERKOMST van Christus is, is gelyk aan wat
voor Israël en de VOLKEN de KOMST VAN DE MESSIAS is.