R
De honden lusten er
geen
brood meer van
•J?
Een "derde" mogelijkheid voor
onze wereld-voorstelling
Belastin gstrijd in
De grote vragen (V):
opruiming
6
DE HAVENLOODS DONDERDAG 13 JULI 1967
Blousei... voor rokken, voor
shorts, voor pantalons... blouses
heeft U heel de zomer nodig...
en vooral met de vacantie... en
U zoekt ze uit in onze blouse
afdeling voor nog géén vier
gulden.
Damesblouses in tientallen
dessins, met revers of ronde
hals, of met het modieuze Ber
muda kraagje,... met bloemetjes,
nopjes, ruitjes hi talloze kleuren,
voor een ongekend lage prijs.
Vrijdag en zaterdag verkopen
wij deze damesblouses, in vele
modellen, dessins en kleuren,
in de maten 38 t/m 46 en twee
modellen met revers in de
per st
Cién tof tchrlft. te
AAD's
OERSELEN
]")e raad van Nieuwerkerk heeft vrijdagavond een bezwaarschrift van
de heer Poot verworpen. De landbouwer is van oordeel dat hjj voor
zfjn hond géén eerste klas belastingtarief behoeft te betalen, omdat het
dier voor hem geen luxe is, maar op zjjn bedrijf een functie vervult.
De hond vangt veel ongedierte. Goed, er zyn in de raad enkele vragen
over gesteld, maar het beroep is niet gegrond verklaard. Het college
van B. en W. hanteert, aldus is ook de raad duidelijk gemaakt, artikel
286 van de gemeentewet.
Het heeft er alle schijn van gehad
dat het raadsvoorstel tot aanleg van
een havencomplex tussen Hoek van
Holland en Maassluis het niet zou ha
len. De heer Laan (PvdA) analyseer
de namelijk het raadstuk met betrek-
k.ng tot net voorstel. En, zoals dat
in goed Nederlands heet, hij liet er
geen spaan van heel.
De heer Laan had groot gelijk met
zijn scherpe kritiek op de onvoldoen
de redactie van het stuk. Het lijkt
in Rotterdam een merkwaardige tra
ditie te worden om belangrijke voor
stellen als deze met een minimum
aan ïnlormaue aan te bieden. Nu
was het nodig dat burgemeester Tho
massen uitputtend uitvoerig op de
zaak in moest gaan om de aames en
heren duidelijk te maken wat er al
lemaal niet in net stuK stond.
Hij deed dat meesterlijk. De heer
Laan, onbetwist een autoriteit op net
terrein van de haven en het vervoer,
moet de eerste zijn geweest, die toe
gaf met welk gemak de burgemees
ter zich door de moeilijke materie
sloeg.
En niet slechts met gemak. Als
Thomassen over de haven of over
Rotterdam spreekt krijgt hij iets van
de vroegere AJC-er, die hij is ge
weest, die met vuur en hartstocht de
goede zaak \an het socialisme verde
digt.
Altijd valt het weer op hoe enorm in
gewerkt Thomassen ;s op het ingewik
kelde terrein van de havenproblema-
tiek. Hij spuit cijfers en feiten, waar
niemand omheen kan.
En dan de manier waarop!
Als een zeer geduldige, heel lieve
huisvader spreekt hij de raadsleden
toe als waren het zijn kinderen met
wie hij om de tafel zat. Pientere kin
deren, die het hem met lastige vra
gen moeilijk proberen te mak< n, hem
uitdagen alle zeilen bij te zetten om
uit de problemen te komen.
En net als ze kneuterig in hun han
den wrijven omdat het hun gelukt is
Thomassen klem te zetten, krijgen ze
allercharmantst en allervriendelijkst
een veeg uit de pan.
We hebben het verleden week weer
kunnen beleven tijdens het „.ïavende-
bat". Laan hield inderdaad een knap
betoog. Van Leeuwen (VVD) deed
ook een goede duit in het zakje en
Struik (KVP) schaarde zich na een
glasheldere rede achter Laan.
Het was niet zozeer dat de raad
tegen het voorstel van het college
was gekant. Het zat hem ergens an
ders. Laai zei hel: „U laai de raad
op deze wijze een beslissing nemen
op grond van een stuk dat onvoldoen-
de redactie heeft en waarvan we de
draagwijdte niet overzien".
Bovendien waren r-r ernstige bezwa
ren tegen het feit dat een zo belang
rijke beslissing moest worden geno
men, terwijl in de vakantietijd zoveel
raadsleden verstek moesten laten
gaan.
Verleden jaar was dat ook al ge
beurd. Toen moest men in augustus
stemmen over De Geul".
Maar wat heb je nog te antw0°r-
den als Thomassen dan uitlegt dat
de eerste spade voor de nieuwe haven
net zoveel weken later de grond in
gaat als de raad zijn beslissing op
schort. Dat is natuurlijk een schop
tegen het dynamische been van Kot-
teLdaan's:ei iets zeer zinnigs. Hij zou
graag een debat hebben over de
structuurveranderingen in de haven
in de eerstkomende tien jaar. Thomas
sen was het daar volledig mee eens.
Alleen, het onderhavige stuk liet geen
ruimte voor dit debat. Het lijkt niet
onmogelijk dat tijdens de behande
ling van de beleidsnota, over enkele
maanden, dit onderwerp aan de orde
komt. En dat is een goede zaak.
BIJEENKOMSTEN VOOR BEJAARDEN
Iedere donderdagmiddag van twee tot vier
uur bejaardensociëteit in da Mathenessar-
■MK. Van cittersstraat S3,
In dat artikel staat: „Op honden,
uitsluitend gehouden ten dienste van
de landbouw of enig ander bedrijf
van nijverheid, of ter bewaking van
gebouwen of erven, wordt gene of ene
mindere belasting, dan op andere
honden, gelegd". Men zou zeggen dat
is duidelijk. Een boer die een hond
heeft die ratten en mollen vangt
(vooral ratten zijn een gevaar voor
de volksgezondheid) komt in aanmer
king voor vrijstelling van belasting of
althans voor verlaging.
Een hond die dergelijke aktiviteiten
vervult valt onder de categorie twee
de klasse. Zo heeft de heer Poot al
thans geredeneerd en met hem veel
andere boeren in Nieuwerkerk. Maar
de burgerlijke overheid blijkt daar
anders over te denken. Wij hebben
tientallen boeren bezocht die een
hond bezitten en hen gevraagd onder
welke categorie hun dier wordt gere
kend.
Noodzaak
Bijna allen vertellen dat zij hun
hond opgeven voor de categorie
tweede klas omdat, zoals zij nadruk
kelijk stellen, hun dieren op de boer
derij noodzakelijk zijn om paal en
perk te stellen aan de kolonies ratten
en de vele mollen. Dat het in Nieu
werkerk van ratten wemelt staat wel
vast. Zelfs in Dorrestein zijn ze rijk
vertegenwoordigd. Zo konden buspas
sagiers enkele weken geleden met
eigen ogen zien hoe enkele pas gebo
ren eendjes zonder pardon door rat
ten werden afgemaakt.
De honden vervullen dus een be
langrijke functie en we hebben dat
deze week bij verschillende boeren
kunnen vaststellen. Duidelijk is ook
geworden dat in Nieuwerkerk bij de
vaststelling van de te betalen hon
denbelasting met dit belangrijke ele
ment weinig rekening wordt gehou
den. De boeren spraken er hun ver
wondering over uit dat zij een biljet
moesten invullen waarop vermeld
moest worden tot welke categorie
hun dieren behoorden. De meesten
gaan er vanuit dat dit tweede klas
is. De aanslagbiljetten leren dat de
plaatselijke overheid daar anders
over denkt en toch voor een eerste
klas hond moet worden betaald.
Uitzonderingen
Maar er zijn een paar opvallende
uitzonderingen. In Nieuwerkerk wo
nen ook boeren die er twee honden
op na houden. Honden, die allebei op
het bedrijf hetzelfde doen: Ratten en
mollen vangen. Er moet dan voor
het ene dier f 12,- worden betaald
(tweede klas) en voor het andere dier
f 15,- (eerste klas). Maar, zo vertel
de een veehouder aan de Groenendijk,
de beesten hebben hetzelfde werk.
Dat is op zijn minst genomen merk
waardig te noemen.
Goed, we kunnen ons voorstellen
dat de gemeente zegt: Als een boer
twee honden heeft dan gaan we er
vanuit dat één van deze dieren een
bedrijfsfunctie heeft. De andere be
schouwen we echter als een luxe hond.
Twee tarieven dus. Maar komt een
boer met één hond, die alleen maar
een bedrijfsfunctie vervult dan niet in
aanmerking voor het lage tarief? Dat
lijkt wel het meest logisch.
Daarnaar gevraagd op het raadhuis
te Nieuwerkerk vertelde een voorko
mend ambtenaar, dat hij uiteraard
niets mocht zeggen over een bepaald
geval. Wel wees hij er op dat er in
zake de toepassing van de hondenbe
lasting vele uitspraken zijn van de
Hoge Raad over de al of niet juiste
toepassing van deze heffing op hon
den. Hij verzekerde nadrukkelijk dat
verschillende gevallen onderzocht
worden. In beginsel wordt elk geval
zelfs afzonderlijk bekeken, zo stelde
hij.
Opvallend is echter dat wij geen
enkele boer hebben kunnen vinden
waar «en dergelijk onderzoek wel
Ook hij denkt
aan zijn toekomst
Dat de meeste boeren er niets van
begrijpen is wel duidelijk geworden.
Daarom is het wellicht goed dat een
dergelijke zaak eens voor het voet
licht komt. En dat heeft dan niets te
maken met gezagsondermijning, zo
als vorige week van overheidswege
werd gezegd naar aanleiding van het
verhaal van de heer Poot.
RE T-jubilarissen
Vorige week woensdag zijn door
drs. C. G. van Leeuwen, directeur
van de RET op het hoofdkantoor 2
jubilarissen ontvangen, die in juni 25
jaar aan het bedrijf waren verbon
den. Het waren de wagenbestuurders:
W. den Hertog en A. Monster. Beide
heren ontvingen reeds op de dag van
hun jubileum de bronzen draagpen-
ning en het getuigschrift van de Maat
schappij van Nijverheid en handel.
De dirigent van de mondaccor-
oeonvereniging „Modulatie", de
heer W. Geurtz, is op een concours,
dat van 23 tot 25 juni in Karlsruhe
werd gehouden, voor de vijfde maal
wereldkampioen geworden, de Fin
Kaarlo Reinikainen werd tweede.
De heer J. C. Hoogheid is met ingang
van I september benoemd tot buitengewoon
lector voor de bedrijtshuishoudkunde en in
het bijzonder de toepassing daarvan in de
faculteit der economische wetenschappen
ONDER DESKUN.
DIGE LEIDING
DE BOUWPUT
SLUIZENCOMPLEX
DELTAWERKEN
HARINGVLIET
VANUIT
ROTTERDAM EN
HEL LEVOETSLUIS
REGELMATIGE AFVAARTEN
INLICHTINGEN
SPIDO
ROTTERDAM
POSTBUS 815 - TEL 135400
eens is ingesteld. Zelfs niet bij hen
die twee honden hadden en verschil
lende tarieven moeten betalen.
Zelden bezwaren
Wel is het zo, dat er zelden bij de
gemeente bezwaren tegen de opgeleg
de aanslag wordt aangetekend. Een
bewijs dus dat de boeren het er mee
eens zijn? Zeer zeker niet. De boe
ren trekken de schouders op en zeggen
dat ze het toch verliezen van de over
heid. „Daar zijn we niet tegen op
gewassen", is het antwoord van de
meesten.
Krijgen mensen die een hond opge
ven in de categorie tweede klasse en
toch voor de eerste worden aangesla
gen nog een uiteenzetting waarom de
burgerlijke overheid hun opgaven als
onjuist beschouwt? Volgens de desbe
treffende ambtenaar niet. Wel kunnen
de mensen vragen waarom ze toch
het eerste klas tarief moeten betalen.
Ook een dergelijke handelwijze
lijkt ons vreemd. De overheid stelt
wél vast dat de boeren hun biljet ver
keerd invullen. Veranderen het dan
zondermeer naar eigen inzicht, maar
geven verder geen motivering meer.
Misschien is het probleem van de
hondenbelasting, waar de heer Poot
nu eens tegen protesteerde, terug te
brengen tot dit punt: Een onduidelijke
toepassing van regels. Misschien is
het mogelijk nu eens helder te om
schrijven wie er wel of niet valt on
der de categorie eerste of tweede klas.
EDDY STEINE g
Diepenbrockstraat 72
Kethel (Schiedam)
Eddy Steine heeft na één jaar mulo-op
leiding de Wilton-Fijenoord Bedrijfs-
school gekozen om via het Voorberei
dend Leerjaar te worden opgeleid tot
Bemetel - gediplomeerd Pijpenbewer-
ker. Hij gaat na de vier weken zomer-
vacantie over naarhettweede leerjaar
en verdient dan circa vijftig gulden per
week.
Heeft ook Uw zoon meer
aanleg voor techniek
Kom dan met hem eens praten met de
chef van de W. F.-Bedrijfsschool, Ad
miraal de Ruyterstraat 14, Schiedam,
of bel om inlichtingen over de cursus,
die eind augustus begint. Telefoon (010)
In het vorige artikel (6 juni) z(jn een aantal regels onge
corrigeerd gebleven, waardoor storende fouten zijn blijven
staan. Onze excuses daarvoor.
/~Tok al kunnen wij in de bijbel dimensies aanwijzen die
ver boven het menselijke uitreiken, dan stuiten wij in
onze tijd nog op talrijke andere problemen die het geloof
in de betrouwbaarheid van de bijbel als Godsopenbaring
in de weg staan. Al is de inhoud van dit boek aktueel voor
alle tijden, de verhalen en voorstellingen stammen toch uit
een ver verleden en veel hiervan kunnen wij in onze mo
derne tijd van hoog ontwikkelde wetenschap en techniek,
niet meer „thuisbrengen".
Wat moeten wij aan met de scheppingsverhalen van Ge
nesis? Hoe kunnen we als „mondige" 20e-eeuwers oprecht
geloven dat God „van aangezicht tot aangezicht" met
Mozes sprak en dat hij als een „gewoon Mens" met Abra
ham meeat en „een eindje met hem omliep?" Hoe kunnen
wij de wonderverhalen nog als „echt gebeurd" beschou
wen? Wat te denken van de maagdelijke geboorte van
Jezus, de opstanding van doden en de verandering van
levenden tot een onverderfelijke lichamelijkheid, de weder
komst van Christus etc.?
"yoor talloze mensen zijn dit al geen vragen meer. Zij zeg
gen hier met zeer oude volksverhalen en mythologieën
te doen te hebben, die voor een deel ook bij andere volken
dan Israël gevonden worden. De Israëlitische priesters
zouden deze verhalen en mythologieën dan gebruikt hebben
om er hun godsgeloof mee te illustreren. Een toenemend
aantal theologen aanvaardt de consequenties van deze
theorie. Zij willen daarbij de bijbelse voorstellingen niet
loslaten, maar beschouwen ze niet meer als „echt ge
beurd", doch als voor de moderne mens bruikbare „manie
ren van zeggen dat God bemoeienis met de mens heeft".
Deze zgn. „éecUla'ristische" of wereldlijke" theologie wil
de oude voorstellingen van de bijbel „ont-mythologiseren",
d.w.z. van mythologische voorstellingen ontdoen, of als
symbolen van geloof en religieuze gevoelens beschouwen.
Op deze wijze worden de bijbelse voorstellingen a.h.w.
„aangepast" aan modern levensgevoel en wereldbeschou
wing. Deze secularistische theologie lijkt voor steeds meer
mensen die nog een christelijk godsbesef hebben, maar die
niet langer de bijbel als Godsopenbaring kunnen aanvaar
den, een oplossing. Vooral sinds deze theologie, ingeleid
door Bultmann, Tillich en Bonhoeffer, populair werd door
de bestseller van de anglicaanse bisschop Robinson, „Eer
lijk voor God" is er overal beweging gaande om het chris
tendom los te maken van de traditionele voorstellingen van
de bijbel.
Waar de bijbelse voorstellingswereld niet meer als voor
stelling van objectieve werkelijkheid beschouwd wordt,
vervalt vanzelfsprekend ook het geloof dat God zich in een
bestanddeel van de werkelijkheid heeft geopenbaard. Wij
herinneren hier aan ons uitgangspunt dat God zich in de
menselijke werkelijkheid bekend moet maken om gekend
te worden. In het secularisme wordt aan deze voorwaarde
niet voldaan: daarin kan iéder wel een godsbesef hebben
of een religieus gevoel, maar van kennis, gebaseerd op
Godsopenbaring is dan geen sprake meer.
Een van de consequenties is dan ook dat God in het secu
larisme geen eeuwige God boven en buiten de wereld meer
is, maar dat hij uitsluitend als „iets in ons zelf" beschouwd
wordt. Deze godsvoorstelling bestaat slechts bij de gratie
van de meris en consequent doorgedacht kan deze god er,
vóór de mens op aarde verscheen, nooit geweest zijn en zal
hij er, als de mensheid eens mocht uitsterven, ook niet
meer zijn. In feite verschilt deze god als „diepste grond
van ons bestaan" niet zoveel van de goden die de mens
zelf uitdenkt omdat bü ze nodig heeft.
lVu heeft reeds bij talrijke mensen de gedachte post gevat
dat de onwerkelijkheid van de bijbelse voorstellingen
zo duidelijk is, dat zij inderdaad slechts kunnen gelden als
geloofssymbolen voor hen die nog per se aan het christen
dom willen vasthouden. Een nog groter aantal mensen
wendt zich geheel van het christendom af, nu er zelfs van
theologische zijde getornd wordt aan de waarheid en de
werkelijkheid van de voorstellingen die altijd als de ken-
gronden van het christelijk geloof hebben gegolden.
Ieder zou genoegen met deze stand van zaken nemen als
onomstotelijk vast stond dat de bijbelse voorstellingen
alleen nog maar als symbolen van godsbesef en geloof
kunnen géiden.' Hét ffeit; dat dit voor miljoenen mensen een
uitgemaakte zaak is, bewijst natuurlijk nog niet dat het
gelijk aan hun.kant .is..In.eep Qbjectief onderzoek moeten
wij er niet voor terugdeinzen een onderwerp op een totaal
andere manier te benaderen en te beschouwen als gewoon
lijk wordt gedaan. Al te vanzelfsprekend wordt aangeno
men dat voorstellingen die zo ver buiten onze ervaring en
onze wetenschappelijke kennis schijnen te liggen, fantasie
en verbeelding, moeten, zijn. Er is wel degelijk ernstige
kritiek op de secularisatie te leveren, niet omdat zij uitgaat
van een wetenschappelijk wereldbeeld, maar omdat zij dit
wereldbeeld als maatstaf hahteert bij de beoordeling van
de bijbelse voorstellingen.
Moeten wij dan in het oude vaarwater terugkeren waarin
de bijbelse voorstellingen als „bovennatuurlijk" worden
beschouwd en verheven boven alle menselijke wetenschap
en kennis? Dat is nog altijd de weg die de orthodoxie be
wandelt. maar de secularisatie bewijst dat de vlucht in een
bovennatuurlijke wereld niet langer aanvaard wordt.
Tn de felle strijd die thans gaande is tussen secularisten
en de supernaturalisten (degenen die alles wat niet met
onze wereld in overeenstemming is als bovennatuurlijk wil
len zien) wordt geheel en al over het hoofd gezien dat er
een derde mogelijkheid is: die van het u 11 r a-r e a 1 i s-
m e. Het ultra-realisme is een nog niet ingevoerd begrip
dat in deze serie artikelen zal worden geïntroduceerd en
Wij gaan er van uit dat de „totale werkelijkheid" talrijke
onbekende werkelijkheden omvat die slechts „bovennatuur
lijk" s c h ij n e n, omdat onze kennis van het n a-
tuurlijke niet toereikend is. Dan is het niet zó, dat bijv.
de bijbelse voorstellingen in strijd zijn met de natuurlijke
werkelijkheid, maar dan veronderstellen wij dat onze ken
nis (nog) tekort schiet om deze voorstellingen te kunnen
begrijpen.
Nu zou dit terecht een dooddoener genoemd kunnen wor
den, want in principe kunnen wij van het onbegrepene
altijd zeggen dat het werkelijkheid is, zolang het tegendeel
niet blijkt. Vanzelfsprekend moet onze veronderstelling
dat bijbelse voorstellingen onbekende realiteiten tot uit
drukking brengen, gestaafd worden met zinnige en aan
vaardbare argumenten. Als wij kritiek uitoefenen op de
uitgangsstellingen van het securalisme dat populair uit
gedrukt vele in de bijbel vertelde gebeurtenissen niet
historisch acht, is deze kritiek vooral gericht op de ver
onderstelling dat ons „moderne wereldbeeld" de waarheid
en de werkelijkheid is en de zoveel oudere en „primitie
vere" bijbelse voorstellingen d s als onwetenschappelijk
en onwerkelijk beschouwd moeten worden.
Hoe vreemd dit sommigen ook in de oren moge klinken,
er zijn heel wat argumenten tegen deze als vanzelfspre
kend juist beschouwde opvatting in te brengen:
1. bij de zeer snelle ontwikkeling van de moderne weten
schap „veroudert" ons wereldbeeld ook snel.
2. De massa der mensen hanteert als „modern wereld
beeld" een complex van reeds lang overwonnen voor
stellingen uit de klassieke natuurkunde en andere na
tuurwetenschappen, met name die van het grove mate
rialisme uit de 18e en 19e eeuw en gepopulariseerde
voorstellingen van de evolutietheorie.
3. Werkelijke wetenschap kent alleen theorieën over de
wereld, die weliswaar op een bepaald vlak van toepas
selijkheid bruikbaar en zeer nuttig zijn (bijv. de tech
nologische toepassingen van elektriciteit) maar die niet
meer dan voorlopige voorstellingen over de wereld kun
nen zijn.
4. De moderne natuurkunde heeft ontdekt dat een juist en
volledig wereldbeeld met de haar ter beschikking staan
de middelen onmogelijk is!
5. Het onderzoek van energie en materie heeft juist in de
laatste vijftig jaar tot de conclusie geleid dat er „ach
ter" de zintuigelijk waarneembare wereld, een werke
lijkheid van onzichtbare krachten schuilt, waarvan wij
wel sommige „sporen" kunnen ontdekken, maar die in
zichzelf ontoegankelijk zijn voor menselijk kennen.
6. Wis- en natuurkunde verkennen thans gebieden van
de werkelijkheid, waarin zelfs de regels van de onwrik
baar geachte logica niet meer opgaan en bij wijze van
spreken 2x2 geen 4 meer is.
7. Wijsgerig gezien kan men stellen dat wij ons slechts
bepaalde tijdelijke en voorlopige voorstellingen van de
werkelijkheid kunnen maken en zelfs moet worden
vastgesteld dat iedere werkelijkheid op zichzelf weer
een voorstelling van een andere werkelijkheid is.
8. Het menselijk kenvermogen is niet in staat de „volle
dige werkelijkheid" te omvatten; er blijven altijd grote
onbekende gebieden en zelfs „anderssoortige" reali
teiten.
9. De verworven kennis is zo onvolledig dat voorstellingen
van het onbekende in principe altijd serieus genomen
moeten worden en op hun eigenlijke bedoelingen beho
ren worden onderzocht.
T ichten wij heel beknopt een en ander van deze overwe-
L gingen toe, dan zien wij bijv. dat in de klassieke natuur
kunde (tot omstreeks 1900) de wereld nog als een feilloos
uurwerk werd beschouwd, waarin willekeur en „toeval"
geen plaats konden hebben. De gehele natuur gedroeg zich
volgens deze opvattingen volgens strenge wetten als een
mechanisme waarin beweging van het ene noodzakelijk
moest volgen uit de impuls van het andere.
Op de schaal van de grote stoffelijke lichamen gaat deze
voorstelling ook op, maar zij geldt niet in de wereld van
golven en straling, van licht en energie en die van de „bin
nenzijde" van de stoffelijke wereld, atomen en nog veel
spookachtiger „deeltjes". Daar was men gedwongen het
denkbeeld van een alles omvattend en verklarend wereld
beeld op te geven voor een natuurkunde die in de veel
onzekerder termen van „waarschijnlijkheid, toeval, wille
keur etc. moet spreken. Het beeld van een uurwerk
moest wijken voor dat van de roulette, waarin niet voor
speld kan worden „hoe het balletje rolt".
Een verbijsterende ontdekking was o.a. dat de oude
tegenstelling tussen Huygens en Newton (de een leerde
lichtgolven en de ander lichtdeeltjes) helemaal geen tegen
stelling was! Later werd vastgesteld dat een ononder
broken lichtgolf even waar is als een onderbro
ken reeks lichtdeeltjes! Op deze wijze werd een der fun
damenteelste regels van de logica gebroken, nl. het prin
cipe dat iets „hier is óf daar", dat iets „ja" óf „neen"
is etc.
Hoe betrekkelijk onze voorstellingen zijn leert ons de
opbouw van de materie. Een voorwerp dat op het gewone
vlak van ervaring en waarneming een vaste massa schijnt
is op atomair .niveau een heelal van ontzaglijk snel bewe
gende deeltjes op onderling zeer grote afstanden. Op sub
atomair niveau kunnen we zelfs niet meer van „deeltjes"
spreken. Daar kan men nog slechts denken in termen van
krachten, golven en onstoffelijke „aanvangen" of potenties.
De grote natuurkundige Heisenberg noemde atomen niet
ten onrechte „schaduwen van getallen" en een andere
geleerde sprak zelfs van „een gat in een gat". Zó verwaast
onze stoffelijke wereld in onstoffelijke beginselen, die wij
„energie" noemen, maar waarvan wij nog maar heel wei
nig weten.
Een volwassen menselijk lichdam zou, wanneer wij het
op cellulair niveau zouden kunnen waarnemen, een onover-
zienlijk en onbegrijpelijk complex van 65.000 miljard cellen
zijn, die bovendien voor een groot deel afsterven en weer
worden aangemaakt. Zouden wij nog dieper afdalen in de
lichaamsdelen van de mens, dan zouden wij helemaal geen
deeltjes meer zien, maar één groot veld van onstoffelijke
krachten of een „knoop" van energieën in het ene, univer
sele weefsel van energetische straling. Hier kan niets
meer worden gevangen in ons voorstellingsvermogen en
moeten wij van ieder wereldbeeld eenvoudig afzien!
TJit een en ander blijkt wel dat wij bijzonder voorzichtig
moeten zijn met onze wereldbeelden, waar de weten
schap vooraan gaat in de erkenning van hun betrekkelijk
heid en onvolledigheid. Wij moeten veel meer openheid
krijgen voor voorstellingen die ons vreemd zijn en die fan
tastisch aandoen. De Engelse experimentele fysicus Wil
kinson heeft eens gezegd dat gezond verstand alleen te ma
ken heeft met de dagelijkse ervaring". Hij wilde er in het
spoor van Bacon o.m. op wijzen dat het „gezond verstand
wel toereikend is in het dagelijks leven, maar dat men, om
door te dringen in het onbekende en vreemde, op een ..an
dere manier" moet gaan denken. Geldt dat ook de bijbelse
voorstellingen?
M H. VERWEIJ