'I'
t
i
s
y
~T~
v
4»
f.
4
A-
yY
4"
V
Y-
»4
Y-
4-
4-
1
1
1 s
r
!v
s
r
r
r
1
1
s
V
s
s
Js-
s
Js
vL
r
s
s
s
Y-
s
r
s
s
-y
r
r7-
r
s
s
'j
L
r
r'
-Y
r
r b
r
s
-TJ
-s;
r
"7
V
V
r\
_7
/-
L.
L\
r
r
-Y
r
J
s
-
r
r
r
V
K
7
1
-V,
-Y
r
A1
rz-
7
Y
7
s
1
r
J
s
s
s
s
I
s
s
s
s
J
7^
s
k
f—
K
1
s
y4
s
s
s
s
y4
s
s
s
s
s
V
s
y
s
s
s
s
Puzzel-reus
los op tussen
bol en flap
l^*2*&soep...de zon op uw tafel!
DE HAVENLOODS DONDERDAG 28 DECEMBER 1967
l 3
5 k
s
8 9
r
Y
A
1 12
II 14
F,s
T8
u
19 20
21 22
tl 24
25 26
r
12
r4*
2»
30
31 32
r
.2
A»
4 li
35- 36
P
"'37 33
41 k
43 44
k_
HS Hi
S*
•0 k
IS SO
k_
51 Si
53 5S 55
f
h p
-y 57
f
rprp
59
tl ii
4
S65
64 k
66 67
k_
68 69
70 71 72
r
~A
73
2
F"
W
f
1
r
f
A
- y
f
k«J
k
y
3
_2
r
Y
6
k
1
4
2
P
y
r
k
k_
y\
r
1
1
r
Y
2
r
2
3
E
A
k
V
P
w
w
L
A
P
y\
f
Y
2
k
Y
2
S
k
7
r
-Jk
P
y
f
4
k
f
r1
2
k
1
V
Y
4
—A
F
Y
A
1
1
ijl
S
V
4
k
sz
S
k
k
3
p
y
r
.2
3 r
N
k_
Y
r
r
r
2
r
Y
A
k
1
WK
k
P
w~
f
r
2
Y
2
k
_3
k
k_
r
i
4
1
3
i
lt>
k
p
V
f
r
2
r
7^
2
1
k
S
k
>1
k
11
7
Y
A
A
~~Y
k-
tl
1
kZ
A
r
r4
r
3
Y
A
k
k
k_
r
Y
i
i
A
A
t
1
20
k
k
k
k
r
r
r4
3
f y
f
f
Y
i
A
4
21
21.
b
k
rf
S
k
r
m4
2
-4
f
k_
k
k_
12
Y
3
y
"i"
A
23
k
k
k
F
k
r
A
1
V
f
N
1
k
r
Y
2
r
i
A
4
4
T"
j'
w
k|
1
r
I
F
l 7
8 9
1
r
Y
4
A_
f
1
A
^4
1
r
II 12
1
f
3
28
29
r
f
rj
V
-j'
k
P
y
r
TL 24
a
25 26
19 20
27 28
21 fl
29 30
n
1
1
30
31 I
7
r
f
A
A
A
i
p
~w~
f
32
33 34
45 46
TS" 36
47 48
37 3»
49 50
39 40
i 4i q
1 53 5'
rsr -
3
J
L
1
3
i
^i~
f
f
V
M
SI
S? 54
59 60
61 62
63 3
1 65 Si
i
H
k
i
k
i
i
k
61 68
69 70
- m 82
71 72
S3' 84
73 74
85 86
75 76
- 87 86
77 78
1 89 9C
TT
4
- ~r
2
i
4
35
36
k
b
k
k
i
k
k
k
i
i
f
k
91 92
E
93 94
lil 101
-J5 96
97 38
99
2
4
1
3
aL
r
A
4
t
4
4
k
b
k
bk
k
k
k
J
J
k
A
b
4
k
Pk
10? 10!
1 109 110
114 115
A
4
2
t
k
1
2
4
i
4
4
i
F
90 J
■f-
f
y
f
l
k
k
k
1
k
J
4
1
k
k
117 118
119 120
A
A
1
3
Ik
Jk_
A
4
4
4
1
42
P
f
r
k
1
A
k
r
r
r4
4
k
b
k
|k
b
k
M
4
4
4
t
t
f
r*
2
Y
3
Jk
2
4
4
4
11
A_
Hi
44
f
V
V
bh
r
Y
A
k
3
b
J 1
k A
4
1
Y
l
r*
A
A
4
11
1
<5 P
y
r
7
r
r
4
k
k
3
k_
r
A
4
k
k_
f
4
A
Y
2
k
k_
i
3
I
A
A
T
f
r4
A
k
h
k
_3
k
3
k_
^k
k
f
A
A
f
A
A
f
A
4
3
1
jk
1
1
^r
r
r4
4t
A
k
bk
k
k
5
tr
f
A
■ir
A
y
Y
A
4
4
4
k
k
3
k
k
A
so
k
k„
k
r
Y
A
r
A
r
A
i
4
k
k_
r
A
f
4
4
k.
_3
i
f
fA
A
4
A
4
sT"
654
ik,
b
k
k
A
r
Y
f
fA
4
F
Y
A
i
k
-.ik.
k
k
k.
2 k
k_
f
,-A
Y*
A
2
A
i
Si
k_
a
S
k
k_
4
4
A
S~
3T k,
r
A
r
4
S
k
V
Y*
J
4
1
k
kl
r
r
2
k
4
4
4
Ik
k
^1
f
A
k
"3
A
r
A
57
3
r
r
4
A
i4
1
k
1
k
bk
4
A
4
1
k
kl
r4
k
\Y
59
r
-A
4
bk
bk
k
4
4
4
t
k
b
k
k
4
4
A
i
f
Y
k
4
k
4
4
4
S
Y
Ir
4
k
1
k
kl
k
A
4
1
k
k
1
k
bk
4
A
Y
A
i
A
1
ki
4
Y
^3
r
S3
1
bk
4
4
t
1
Ik 2
i
f
f
y4
k
4
A
f
yA
"3
Als deze reus onder de puzzels
geen fijne kluif is overeenkomstig
de beste Havenloods-tradities dan
weten wij het niet meer. Er liggen
ondanks alle oliebollen, boerejongens
en terugblikken toch nog heel wat
onbestemde uurtjes voor u in 't ver
schiet, dus probeert u tussen twee
appelflappen door deze mammoet
maar eens te vellen.
Voor twintig goede oplossers ligt
er een tientje te wachten. Het enige
wat men daarvoor hoeft te doen is
de gevonden ontboezeming over Oud
en Nieuw in het dikomlijnde midden
stuk op een briefkaart te schrijven
en te zenden aan: Puzzelredactie
„De Havenloods", Westblaak 25, Rot
terdam.
De oplossingen moeten uiterlijk 12
januari in ons bezit zijn. In ons blad
blad van 18 januari volgt dan de be
kendmaking van de prijswinnaars.
De oinschryvingen van de in te
vullen woorden in deze reuze
kruiswoordpuzzel worden per ge
hele regel gegeven. Van 121 in te
vullen woorden moet de eerste
letter nog eens worden geplaatst in
het dik omlijnde middenstuk. Voor
beeld: zou de omschrijving luiden
„vader of moeder 86", dan moest
worden ingevuld „ouder", waarvan
de eerste letter, de o dus, tevens
moest worden geplaatst in vakje
86 van het dik omlijnde midden
stuk. Bij juiste oplossing vormen de
121 letters uit het dik omlijnde
middenstuk een uitspraak van een
Franse schrijver (maar dan in het
Nederlands vertaald).
1. beroep; telwoord; aardewerk; verze
keringspapierberoep; deel van ei;
voortgaan; oevergewas; bemorsen.
2. deel van breuk; lectuur; dof; water
werk; graveernaald; afsluiting; vogel;
navigatiemiddel; hoofdtooi; voorzetsel;
onwel; eten geven.
3. lengtemaat (afk.); ontwerp; vaar
tuig; tuin; zoon van Rembrandt; schip
vastleggen; klein vertrek 92; brij; gek;
oude munt: wit; bouwstijl; gezellig;
schildersgerei; godsdienst (afk.).
4. visingewand 7; eten; steensoort;
voorzetsel; baan voor balspel; platte
grond; wereldhavenstad; atoomgroep;
klerenhanger; naam geven; biet.
5. Arabische staat 117; eetgerei; soort
muziek; plezier; medicijn; vis: deel van
huis; verenbont; plaats in Limburg;
hoofddeksel 36; rijstbrandewijn; kans
spel bedrijven; boterton.
6. kweker; kledij; vreemde munt; zoog
dier 62; knellen: kledingstuk; poel; stop
op fles: kraan; jongensnaam (afk.); be
richt; kader; gewicht; hoofddeksel.
7. mout"drogen 84; huldebetoon; gevat;
speelkaart 19; bekeuring; maand; oor
logstuig; moed; veerkracht; Belgische
stad; zich inhouden van toorn; fijn bak
sel.
8. inhoudsmaat (afk.) kleverig pro-
dukt 27; lichaamsdeel: vochtig 99; ste
kelige plant: muiter; hard studeren;
dadelijk; joodse godsdienstleraar; be
heerser der onderwereld 45; metalen
staafje; operafiguur; wijnsoort; lid
woord.
9. trouwhartig 96; geneeskundig (afk.);
opdracht; zeilen inplooien; beroep; doop-
attribuut 42; zieden; ladder: traag; stad
op Sumatra: snoer; kwab; schelpdier.
10. mogelijkheid; opening 50; herstellen;
vlas bewerken; windstreek 100; huis
dier; uniform versiering; zij die leest;
plan; hoofddeksel; kuip.
11. stekelig; kleingeestige kritiek; plaats
in Drente: vogel; lawaai: tak; lomp;
Noach's zoon; Duitse rivier; klepper;
peulvrucht; enthousiasme; voorspoed;
gemeen.
12. pose 2; verpanden; metalen staaf;
klein plaatsje 73: schrijfgerei; alge;
ontaarden; foedraal 21; voorzetsel;
lichaamsdeel; vlek mokken; plaag.
13. bijwoord 11; deel van boom; sier-
steen; merk: opzwellen van uier; buis;
bep. aank. v.n.woord; aanstoot nemen
115: insekt: bestuurder; kost 95; drie
(voorvoegsel): jongensnaam; getij.
14. vis; drinkgerei; delicaat; geleedpo-
tig dier; strik: foto; Europeaan; onder
nemingsvorm (afk.): buigzaam: deel
van dak 56; diplomatiek stuk; stad in
N.-Afrika 4: schreeuw; in elkaar.
15. boom; denkbeeldige streep; wijzi
ging; stap: zeer; oude vrouw; eenmaal;
boom; zeehond; Clubgenoot; pret; bind
middel
16. Europ. hoofdstad; titel (afk.)ple
zier; dik touw; pers. v.n.woord; flink;
tafeldrank; boom; schaal; getroffen;
zoogdier; ernstig; drinkgerei; achting;
induw
17. toegang; voegwoord; luizeëi; voor
zetsel; soort lijst; stok; ineens; vóór;
soort kus; klip; moerassig; wit; leids-
18.alAmphion's gade; Engelse titel; hoe
veelheid papier; operettecomponist; go
din der tweedracht; vogel; wildhande-
laar; handvat 86; voertuig; Aziatisch
schiereiland; patroon; graansoort; godin
van de vrede.
19. bijwoord; schaakstuk; aanduiding;
wedstrijdvaartuig: sap; kleur; melk
spijs; voorzetsel: soort hamer; drank;
groot bedrag; voor 50 pet.; Europeaan;
dierelijk; voorzetsel.
20. meevaller; duivel; vooraanstaand;
vogel; gauw: soort hamer; heks; on
beduidend: gereedmaking; uitgestotene;
roodachtig.
21. scheepstouw; wapen; oorlogsterm;
zoogdier; deel van hoofd; nut; flauw;
kriebelen; slijtplek; vleeswaar; bont
soort; te voet gaan; orgaan.
22. alleen 15: Ethiopische titel; Europ.
organisatie (afk.); kledij; Frans lid
woord; scherp; boeketje; benul; Euro
peaan; loot; voorzetsel; bedrijver; huis
dier; kennen; teil.
23. grappig; uitzoekster: vaststellen;
voegwoord; zangstuk; insekt; eierpro-
duktie: ontkenning (Duits); leep; hijsen;
rustig worden; oppervlakte.
24. houding; vogelbek; Indiase staat;
scharnier; kameel; zet in schaakspel;
afvaardigen; knieën buigen; toegestaan
zijn; waterkering; soort boek; soort on
derwijs; telwoord.
25. spil; Lea's vader; tocht; scheur; or
de: pachter; bijwoord; vaste regel; oud
vaartuig; doen; midden: adviesinstelling
(afk.); schande; zangnoot.
26. verdovingsmiddel; soort vernis;
wenk; steen; voorzetsel; gemeen;
bloem; bedrukt; dwalen; eega; kleding
stuk; fijnproever.
27. kerkelijk zangstuk: meisjesnaam
(afk.); speelgoed; opstandeling; gelooi
de huid; hoofddeksel; deel van mond;
flauw-grappig; vrouwenverblijf; lor;
noodsein; aanduiding.
28. landbouwgodinbijl; tuin; brandstof;
koudbloedig dier; levervocht; dagaan
duiding; wapen: andere naam voor
Noach; weldoorvoed; ex-koning van
Roemenië; ex-eiland; onb. v.n.woord;
ontelbaar.
29. gast aan maaltijd; zangstem: wig;
vis; hachelijk; graan; kleurling; liefko
zen; naam van boek; vogel; pausen-
30. opschudding; plas; boom; familie
lid; snijwerktuig; koord: vrucht; plaag;
kansbriefje; bouwvakterm; jongens
naam (afk.); soort school (afk.).
31. bijwoord: voertuig; organisatie;
oogmerk: vaas; maatsch. klasse; nade
ren; Engels bier; treurspel zaadje; lijst
van schepelingenheilige (afk.).
32. vaartuig; tussen twee of meer plaat
sen; voedsel; heen en terug (afk.); con
trabande; ook.
33. bijbeldeel (afk.); groot land (afk.):
scheepsouw(en); verraderlijke kus; tel
woord; verzamelen; altaar; deel van
gelaat; adviseur; roofdier; vlaktemaat;
iets zachter (muz. afk.).
34. fatsoenlijk; telwoord; openbaar
ambt; bijeenhorend stel; koor; soort
jongeling: vreugde; breed; jong zoog
dier; zenuwachtig maken; aanw. v.n.
35. als voren; bijwoord; staat; ziekte;
rangtelwoord; achteruit; soort weefsel;
bijbelboek; wijd; laag; gezet; plaats 1n
schouwburg.
36. uitbouw; modegek; koeiemaag; soort
verf; streep; gewicht; onderwijzen;
aanstonds; erg; visgerei; kleur; tafel;
blank; armoedig.
37. bloem; beu; Europeaan; dwingen;
kaartspel; oosterse titel; schenker;
kerstversiering; dagblad; deel van
hoofd; deksel; aanduiding voor sche-
38. voorzetsel; nat: mal; uitspansel;
paard; wal; zoogdier; fris; muziekterm;
zeer; dierenverblijf; (af)scheiden.
39. lengtemaat (afk.): grond; kleverig
produkt; begin; metalen oogje: deel
van dag; bres; mand; gedeeltelijk; lie
felijk; deel van breuk; bosgod: half
bloed; waaronder (afk.).
40. onb. v.n.woord; jongensnaam; gene
zen; open plek in bos; zakken; hoofd
van regering; soort lopen; inwoner van
Hellas; snuit; vers; met grote handen;
geneeskundig (afk.); bijwoord.
41. tuingerei; lijdzaam; kwebbelen;
landbouwer; bloem: soort grond: prul;
keur; kleur; schetsen; deel van Afri
ka; bericht.
42. neerslag; oude taal; afdeling solda
ten (afk.); mislukken; voertuig; vreem
de munt; als voren; Italiaanse rivier;
weddenschap; voedster; voorzetsel; ont
kiemen: veilingterm; vlaskam; peil-
stift.
43. achten; bedvulling; parlementsva-
kantie; boom: plantgoed; arbeidzaam;
deel van hoofd: groep reizigers op ka
melen: verkeerd; pluis; afgemat; om
laag; onbegroeid.
44. race; diepe afkeer hebben van;
voortbrengen; niet veel; gebouw in Am
sterdam (afk.); inentstoffen; hoek; vrij
plaats: voorzetsel; wacht houden;
bloembed; mist; tentoonstellingsge
bouw.
45. voegwoord; dichterbij; vogel; hijs
werktuig; tam; toegang; soort benzine;
strafwerktuig; nummer; vaartuig; in
houdsmaat; liedje (Engels); kleur;
grond ;dyne (afk.).
46. schenken; vermeerderd met; erken
telijkheid; reizigersverblijf; metalen
pennetje; lengtemaat; soort hond; blut;
soort dak; bouwspecie; plaats in Betu
we; automerk; naast,
47. toespraak; kroon: sector; vis: be
trekkelijk; watering; bosgod; grasland;
soort kletteren; klap; grap; boos, slecht;
koraaleiland.
48. aanw. v.n.woord; deel van huis;
meelmengsel; geducht: Europeaan;
pantoffel; meskant; voertuig; wee; gie
rigaard; soort; muziekinstrument; edi
tie; insekt; paradijs.
49. vrucht; stallen op straat; greep;
tennisterm; brompot; honingdrank;
soort paal; kriebeling; boom; op welke
tijd; vrachtwagen: een der muzen.
50. opschrift; deel van breuk; deel van
auto; bijbelse naam voor rusthuis; ver
doofd; deel van trap; kade; onheilsgo
din: vaartuig; schenkgerei; manier; ui
ting van droefheid; gedeeltelijk; luste-
51. vluchtig 40; snedig; web; vogel; op
gewekt; fns; opbouw; immers; vrucht;
benauwd; rivier in Limburg; speelkaart;
overheid; inhoudsmaat (afk.).
52. bedrag; toegedaan; manspersoon;
naam; lichaamsdeel; ambtsgewaad;
tegenspreken; opdracht; droogvallend
land; pret; insekt; naam geven: dicht.
53. ambtsgewaad; pakken; windstreek;
laten; in huis; japonsluiting; kippen
loop; vreemde munt; Nederl. rivier:
houtsoort; onb. v.n.woord; stap; eetke
tel; uiting van liefde.
54. streven; koor; versie: telwoord;
haarstrik; hemellichaam; hemelli
chaam; aanhalen; afdingen; zaadje; ver
dienste.
55. hoog zetelen; vrouwspersoon (afk.);
geweidragend dier; rijtuig; drinkgerei;
Europees land; zoutig vocht; uitgebak
ken stukje vet; afgiftebewijs; soort riet;
geven (om); meisjesnaam (afk.); pijn
lijk voelbaar.
56. rustend (afk.); prooi zoeken; beheer
ser der onderwereld; groot land (afk.);
raam; ernst met luim; Europ. land;
edelsteen; vakorganisatie; stad op Su
matra; oude maat; Engelse stad; vó-
gel; voorzetsel.
57. vloerbedekking; horizontaalmeetap
paraat; schreeuwen; vis; koeiemaag;
derhalve: graanproduktverkeerd; ak
ker; geliefde van Jupiter; afzijdig;
kerkdienaar.
58. smeren; voorzetsel; verdoving; me
nigte; rang; grond; voertuig; schaak
stuk; onderwereld; overtrek; Europ.
staatshoofd; lichaamsdeel; muil; schoof.
59. ontkenning; hersens; dienstbode;
doopfiguur; afwezigheid; boom; als gast
verblijven; aanw. v.n.woord; bromme
rig; Ierse eiland; plaatsaanduiding;
melding; zwarte stof.
60. boom; kletsnat; deel van atoomkern;
bezitt. v.n.woord; decimaal; Abessijn-
se titel; toestel dat tempo aangeeft; eier-
produktie: fatsoenlijk; oosters bouw
werk; honingdrank.
61. vreemde munt (afk.): geld (pop.);
vertrekken; onderwijzen; vreemd;
eens; strik; vocht; vaas; drinkgerei;
dwalen; vreemde taal; familielid ;dorp
in Friesland; maanstand (afk.).
62. broekophouder; advies; bestem
ming; omlaag; damp; stok; vogelknip;
dichterbij; door elkaar; tennisterm;
knaagdier, gappen.
63. natellen; kleur; meubileren en stof
feren; gamboebeer; in vaste toestand
overgaan; kerkelijk zangstuk; verha
len; onverschillig; voetstuk.
VERTICAAL
2. zedelijk: put; slaapplaats; soort ka
chel; doopfiguur; wasbenzine; zaniken;
elasticiteit; metaal; oosterse taal.
bureau
introduceert
nieuwe
zegels
De nieuwe K.E.S.zegel.
De vertrouwde K.E.S.-zegel is in een
nieuw jasje gestoken en heeft e
ander waardig uiterlijk gekregen. De
spaarwaardeblijft uiteraard dezelfde.
De nieuwe premie-zegel.
De premiezegel heeft dezelfde waar
de als de K.E.S.-zegel en u kunt deze
normaal in het boekje plakken. U kunt
de premie-zegel echter ook apart
houden om deel te nr
akties.
:n aan K.E.S.-
1 PUBUKATIE BUREAU K'E'S PANNEKOEKSTRAAT 7«i •TEL 010-13
