Nol] even en dan
m
hou ik er
mee op"
Kees Korevaar verdeelt tijd
tussen klompen en muziek
Museum is
voor amateur-kunstenaar
mi
Opofferingen
Amateur hlïjven
autoservice
willemse
Vlotten
Onderscheiding
na»««010
nylon»
micro
Vrijdagavond tot 9 uur open.
nu... beduidend
goedkoper
Ik heb nog vijf of zes uilgen in het water liggen. Als ik daar
mee klaar benleg ik het bijltje er bij neer. Maar dat kan nog
wel twee jaar duren. Misschien zelfs nog wel langerwant ik
krijg óók wel hout van boeren om daarvan voor hen klompen
te maken. En ik werk echt niet zo hard meer. Ik heb nog wat
oude klanten en die moet ik bijhouden. Voor de rest doe ik het
alleen, omdat ik fit wil blijvenDe 71-jarige Cornelis (Kees)
Korevaar uit Berkenwoude, een van de weinige „echte" klom
penmakers in ons land, die het oude handwerk nog beoefenen
het aantal kan men op de vingers van één hand tellen
maakt zich niet druk meer. Over vijf of zes wilgen een paar
honderd paar klompen vindt hij het welletjes. Dan legt hij
het gereedschap, dat nu al historische waarde heeft, opzij en
dan gaat hij verder genieten van de rust, die hij na een leven
van hard werken wel heeft verdiend.
Hoeveel klompen de heer Korevaar
in de zestig jaar. die nu achter hem
liggen, gemaakt heeft weet hij niet.
Wel weet hij. dat het een leven is
geweest van hard. vaak zelfs Jieel
hard werken. Tot-zijn elfde jaar be
zocht Kees Korevaar de lagere
school. ..Toen stond hier mijn bankje
gereed", zegt hij. „Zo ging dat vroe
ger. Nu is het heel anders. Ik heb
zelf ook een zoon. maar die voelde
niets voor dit vak. Hij heeft het wel
eens geprobeerd, maar hij maakte
de dingen kapot en toen is hij er
maar mee opgehouden
Het is overvloedig bekend, dat ge
durende de afgelopen zestig jaar de
omstandigheden drastisch zijn ver
anderd. Toen Kees Korevaar op zijn
elfde jaar bij zijn vader in de klom
penmakerij ging werken, werd hij
niet gespaard, al hield zijn vader er
wel rekening mee, dat de kleine jon
genshanden nog niet zo snel konden
werken als de handen van een erva
ren klompenmaker.
„We werkten toen van vijf uur des
ochtends tot acht uur 's avonds", ver
telt de heer Korevaar rustig. „Dat
heb ik ook wel 'ns aan studenten ver
teld, die hier kwamen kijken, maar
tegenwoordig geloven ze dat niet
meer. En als we dan in een week tijd
tien gulden hadden verdiend. was
mijn vader bijzonder in zijn schik.
In die tijd maakte ik een paar of vijf
klompen per dag. En een paar klom
pen kostte toen drie kwartjes. Ja,
wat kosten ze nu. Dat is moeilijk te
zeggen. Ik vraag er niet zo veel voor.
Een gulden of vier. vijf. Daarom
maakt het toch niets meer uit of ik
nou nog een paar paren per week
maak. Ik doe het alleen nog maar
als ik er zin in heb en op bestelling."
Het vak van klompenmaker is niet
het enige, waarin Kees Korevaar
zich heeft vastgebeten. Ook voor het
muziekleven van Berkenwoude en
Stolwijk is hij een steunpilaar. Hoe
lang al? Dat interesseert hem zelf
maar matig. ..Toen koningin Juliana
in 1909 werd geboren, was ik al lid
van de muziekvereniging", zegt hij.
„En ik ben nu al zo'n veertig jaar di
recteur van de muziekvereniging in
Berkenwoude. En met nieuwjaar
was het, geloof ik. ongeveer negenT
tien jaar geleden, dat ik dirigent in
Stolwijk werd. Dat houd ik allemaal
niet meer zo bij."
Voor deze hobby, die zo zeer met
het leven van deze klompenmaker
verweven is. heeft hij zich veel opof
feringen moeten getroosten. Als klei
ne jongen trok hij elke zondag naar
Gouda, waar hij dan van 9 tot 10 uur
les kreeg in muziektheorie van de
Goudse muziekleraar Fabriaan. In de
week had hij daar geen tijd voor.
Maar als hij 's avonds klaar was in
de klompenmakerij. ging hij zitten
studeren. Soms tot twaalf of 1 uur
's nachts toe. .^Nee. zegt -hijs ,iOp za
terdag had ie daar toen ook geen tijd
voor. Een vrije zaterdag was er niet
bij. want op die daa moestan we de
SLAAPBANKEN
slaapmeubels, slaapkamers, bedden
moderne en klassieke bankstellen,
wandmeubels. salonkas
vloerbedekking, enz. ei
klompen afleveren." Dat ging met
een kruiwagen en aangezien ze hun
klanten tot ver in de omtrek hadden,
kwamen ze ook van die rondreis pas
laat thuis, zodat er dan ook heel wei
nig tijd overbleef vost de muziekhob-
by.
„Ik speelde in die tijd bugel", zegt
de heer Korevaar, „maar ik heb alle
blaasinstrumenten leren spelen. En
dirigeren leer je ook wel vanzelf. Te
genwoordig speel ik ook nog wel
eens. Als een jongen moeite heeft
met zijn partituur. Dan help ik hem
wat. Vooral vlak voor de concours.
We hebben bij ons in de voorkamer,
die toch echt niet zo groot is, eens
met 22 man bij elkaar gezeten om
vlak voor een concours te repeteren.
Want dan moet er flink aangepakt
worden."
Kees Korevaar heeft zijn leven ver
deeld tussen de klompen en de mu
ziek. Als hij het allemaal nog eens
over zou mogen doen. zou hij in ieder
geval weer met de muziek meegaan.
Klompenmaker zou hij niet meer
worden. Over het waarom daarvan
laat hij zich' verder niet uit. Maar
de mechanisatie. die ook in het
klompenmakersvak is doorgedron- -
gén. zal daar ongetwijfeld wel een
woordje in meespreken. De muziek
zou dan echter in hem wel weer een
verwoed beoefenaar krijgen.
„Maar ik zou geen beroepsdirigent
worden", zegt hij beslist. „Toen ik
twee jaar lang les had van de heer
Fabriaan, wilde die. dat ik naar Den
Haag zou gaan om verder te stude
ren. Maar ik wilde amateur blijven.
En waar zou bovendien mijn vrouw
dan van moeten leven? Het is juist
zo fijn om in een plattelandsplaatsje
wat te presteren."
De heer Korevaar woont samen
met zijn vrouw van afkomst een
Lekkerkerkse in een ruime wo
ning in het rustige Berkenwoude.
Zijn ouders hebben daar ook ge
woond. „Mijn vader heeft het vak
van klompenmaker ook geleerd van
zijn vader", vertelt hij. „Ik weet
echt niet hoe lang dat teruggaat."
En dan vertelt hij het verhaal van
een van zijn voorouders die afkom
stig was uit Duitsland en klompen
maker wilde worden. Hij wist wel
hoe de buitenvorm moest worden,
maar de binnenvorm leverde wat
moeilijkheden op. Hij haalde toen
een téil met klei uit de Hollandse
IJssel en zette er zijn voet in. Op
die manier kreeg hij een afdruk voor
het binnenwerk van een klomp.
„Ik maak nu de klompen uitslui
tend op maat", zegt Kees Korevaar.
..De meeste maten ken ik zo lang
zamerhand uit mijn hoofd. Ik hoef er
nog maar een enkele op te schrijven.
Soms maak ik ook speciale klompen,
bijvoorbeeld met een steunzool,
maar dat komt niet zo vaak meer
Het hout voor de klompen haalt
de heer Korevaar uit wilgestammen,
die al een jaar of zes achter zijn
huis in het water hebben gelegen.
De stammen worden in blokken ge
zaagd en daarna gekloven. Dan hakt
hij er met een kleine bijl de ruwe
vorm in, waarna de klomp verder
wordt afgewerkt met een lang mes,
dat aan weerszijden kan worden
vastgehouden. De fijnere afwerking
van de buitenkant geschiedt met
glas. De binnenkant wordt uitgehold
met messen, die wel wat weg hebben
van lange lepels. „Soms gebeurt het
wel eens. dat je de buitenkant voor
niets hebt gemaakt", zegt hij. „Dan
[OadgËI
DE. HAVENLOODS DONDERDAG 28 MAART 1968
In het gemeentemuseum te Maas
sluis is vrijdagavond een tentoonstel
ling geopend van de 'meest uiteenlo
pende kunststukken vervaardigd door
plaatselijke amateurs. Zowel de kwa
liteit van de inzendingen als de wij
ze waarop deze zijn opgesteld geven
deze tentoonstelling een verrassend
levendige en vooral sfeervolle aan
blik.
„Van beroep huisvrouw, fabrikant,
scholier, vertegenwoordiger, onderwij
zer, middenstander, wethouder, huis
schilder, bedrijfsleider enzovoort,
maar tijdens het weekend of des
avonds, als het dagelijks werk is ge
daan en als er maar even tijd, zin
en inspiratie zijn, schilderen, tekenen
boetseren, het vervaardigen van ap-
plicatiewerk, houtsnijwerk en siera
den, dat alles uit een soort levensbe
hoefte". Zo vatte de heer A. Vos, amb
tenaar van Culturele Zaken deze ex
positie samen in zijn vlotte openings
woord voor een gehoor van ruim 100
aanwezigen.
Over de deelnemers van deze ten
toonstelling zei hij o.a.: „Zij zijn
nauwgezette chroniqueurs van hun da
gelijkse omgeving: van het stadstafe-
reel (Maassluis), de haven met zijn
schepen, het landschap, de poppen
wagen, het kind en de mens. Zij ma
ken in hun kunstwerken denkbeeldige
reizen naar verre, vreemde landen,
die zij waarschijnlijk nooit zullen
zien".
Ook zei de heer Vos: „Oprecht be
treur ik het feit, dat de Westerse
mens, de Nederlander, de Maassluizer
anno 1968 zo bezeten is van en ver
slaafd is geraakt aan zijn arbeid. Als
ik zie hoe hij zijn geestvermogens,
zijn energie en creativiteit verbruikt
in een race naar materieel bezit, sta
tus, promotie en comfort en geen of
nauwelijks acht slaat op waarlijke
dingen. Alsof het leven bestaat uit rou
tine en automatische handelingen ge
lijk het doornemen van de beursbe
richten.
„Hoe begenadigd en uitverkoren is
degene, die men bij gebrek aan be
ter, de creatieve mens noemt; de
kunstenaar, de amateurkunstenaar,
de mens die bewust probeert te leven,
te spelen, want hij of zij speelt!
Hij of zij rotzooit zoals Karei Ap
pel het zelf zei - maar wat aan. Het
gaat hem of haar om het plezier van
het spelend scheppen. Elk spelend
mens is op deze manier kunstenaar.
Om deze levenskunstenaar regelma
tig te ontmoeten of kennis te nemen
van zijn creatie, hebben wij in Maas
sluis ons museum. Uit het nu bijna
één jaar gevoerde museumbeleid mo
ge blijken, dat de spelende mens over
een ongekend groot speelterrein be
schikt".
Terecht sprak de heer Vos de hoop
uit, dat velen in Maassluis kennis zul
len nemen van deze expositie en even
tueel dé prikkel zullen krijgen om
zelf ook eens iets te gaan doen". Te
spelen, kunstenaar te zijh, levenskun
stenaar op een immens groot speel
terrein."
En als men dan toch in het mu
seum is, mogelijk voor de eerste
keer, dan is het ook zeer de moeite
waard om eens naar de zolder te
klimmen en de plaatjes, sieraden en
gebruiksvoorwerpen eens aandachtig
te bekijken. Als er in deze tentoon
stelling iets spreekt dan zijn het toch
wel de „verplichte" gedragsregels van
toen en nu.
Het is altijd een prettige ge
dachten als U nog een paar extra
Nylons in voorraad heeft. Nu
komt U In de gelegenheid om
Uw voorraad uit te breiden tot
maar liefst 6 paar.
En als U nu denkt dat U daar
voor kapitalen neer moet leg
gen, dan heeft U 't mis.
6 Paar prachtige Micro nylons,
naadloze koasen, die zo prettig
elastisch zijn en glad zitten, 6
paar tegelijk voor nog géén drie
en een halve gulden.
Reportage Jan Dijkstra
Foto's Cock Tholens
blijkt, dat de binnenkant niet deugt,
bijvoorbeeld, omdat er een flinke
knoest in zit. Of het hout splijt. Maar
je krijgt er natuurlijk wel kijk op,
zodat het ie niet zo vaak overkomt."
Sommige boeren brengen hun
eigen hout naar de heer Korevaar om
er klompen van te laten maken. Hij
haalt ze niet zelf meer. Vroeger was
dat anders. Toen moesten de stam
men van ver. soms helemaal onder
Schoonhoven, gehaald worden. „We
maakten van die stammen dan vlot
ten. die gemakkelijk door de sluis
jes konden. Want de Krimnener-
waard bestaat uit een heel stel bol
ders. die allemaal een ander Water
peil hebben. Het hout werd in de
herfst gekocht en de boer hakte in de
winter de boom om voor de takken
en spanen, die hij zelf hield. In
maart en april haalden we het hout
dan naar huis. Soms hadden we dan
wel zo'n twintig tot dertig vloties
achter elkaar. Als het slecht weer
was, hadden we het dan niet zo best.
maar bii mooi weer was het ülezie-
rig. De rest van het jaar zaten we
biina altijd binnen, dus het was heer
lijk om er eens uit te zijn."
De klompenmakerij van de heer
Korevaar zoals gezegd een van de
weinige in ons land waar de klom
pen nog met de hand worden ge
maakt is wijd en zijd bekend.
De werkplaats in Bergambacht is
dan ook vaak het doelwit geweest
van gezelschappen, zoals vrouwen
verenigingen scholen en toeristen,
die er een kijkje kwamen nemen.
Maar dat begint langzamerhand af
te nemen.
„Het gebeurde soms wel, dat je
zo'n 400 vrouwen op een dag kreeg",
zegt Kees Korevaar, rustig lachend.
Ziin vrouw die genoeglijk in de huis
kamer zit te luisteren en thee drinkt,
reageert met: ..Maar dat vond je
toch wel leuk. hé. al die vrouwen".
Korevaar maakt een afwerend ge-
Sociale Dienst draait
film „De drie heren"
in zaal Irene
Uitgaande van de gemeentelijke
dienst Sociale Zaken te Schiedam
wordt dinsdag 2 april in de zaal Irene
de film „De drie heren" gedraaid.
Deze film speelt in een Franse stad,
waar drie heren, bewoners van een
moderne stadswijk, merken hoe veel
de medemens in de omgeving tekort
komt en besluiten door samenwerking
daarin verbetering te brengen. De
film toont duidelijk aan welke moei
lijkheden het maatschappelijk werk te
overwinnen heeft. De film zal worden
ingeleid door ir. E. Tonkens, staffunc
tionaris van het Directoraat-Generaal.
Er zal gelegenheid worden gegeven
tot stellen van vragen.
Nieuwe deken
bepleit instelling
werkcommissie
In pastoor J. J. Oudshoorn hebben
de r.k. parochies van Schiedam een
nieuwe deken gekregen als opvolger
van deken Boelrijk. Tijdens een ont
moetingsbijeenkomst in de aula van
de r.k. technische school zijn verte
genwoordigers van het kerkelijk le
ven uit Schiedam, Vlaardingen en
Maassluis hun opwachting komen ma
ken.
In een toespraak wees pastoor dr.
E. Robben op het uitzonderlijke van
de bijeenkomst die niet in een kerk,
doch in een school werd gehouden om
daarmee aan te tonen, dat de kerk
in de wereld wil staan en nauw wil
samenwerken met iedereen. Hij deel
de- mede, dat de keuze een moeilijke
taak is geweest. Daaromtrent deelde
de heer J. Martens uit Vlaardingen
mee, dat de kerk als instituut wordt
afgebroken maar als beweging toch
weer opgebouwd. Naarmate men
dienstbaar wil zijn, wordt men
een deel van dé kerk. In deze zich
vernieuwende gemeenschap is het
moeilijk om leiding te geven doch spr.
had de overtuiging dat pastoor Ouds
hoorn, die reeds 22 jaar in Schiedam
werkzaam is, zijn taak zal weten te
vervullen.
Deken Oudshoorn ging vervolgens
nog in op de taak, welke wacht en
bepleitte instelling van een werkcom
missie, die de werkzaamheden in
Schiedam, Vlaardingen en Maassluis
kan regelen. Hierin moeten leken en
priesters samenwerken, want van de
kerk van vandaqg is veel te verwach
ten.
Hierna sprak burgemeester Roelf-
s-ema woorden van welkom. Ook pas
toor H. Smit van de oud-katholieken
vroeg aandacht voor de samenwer
king, die een stimulans voor de ker
ken in Schiedam betekent.
Azzie maar lol heb
Na een fuifavondje reed een Volks
wagenbusje met jeugdige feestgangers
via de Hoogstraat de Grote Markt op.
Waarschijnlijk doordat de bestuurder,
de 19-jarige melkhandelaar W. G. uit
Vlaardingen de bocht met te grote
snelheid nam, sloeg het busje om.
Met vereende krachten werd het voer
tuig overeind gezet, doch de ridder
lijkheid ging niet zo ver, dat de jon
gelieden erop acht sloegen dat een
17-jarig meisje, Ria S. uit Schiedam
achterbleef. Ze had nl. verwondingen
en een hersenschudding opgelopen.
De politie en de GGD werden door
voorbijgangers gewaarschuwd, waar
na het meisje naar het ziekenhuis
werd vervoerd. Intussen had de poli
tie een alarm gegeven en werd het
busje op weg naar Vlaardingen aan
gehouden. Het is voor onderzoek in
beslag genomen.
baar. ..Dat was niets voor mij",
zegt hij dan. „Je moet steeds maar
dezelfde vragen beantwoorden. Hoe
veel verdiende je er vroeger mee?
Hoe lang doe je het al? Wat kostte
vroeger een klomn? Je weet het alle
maal van tevoren. De laatste tijd wil
ik het eigenlijk niet meer. Ik heb een
aantal bezoeken afgewimpeld en dan
blijven ze vanzelf allemaal wel weg."
Hij drinkt zijn kopje thee leeg. een
rustige man. die er veel jonger uit
ziet dan hij werkelijk is. Een man
voor wie het allemaal niet meer
hoeft.
Dan vertelt hij, dat hij een ver
zoek heeft gehad om in Gouda te la
ten zien hoe een klompenmaker
werkt. „Maar daar begin ik niet
aan", zegt hij. „Ik ga toch niet op
de markt staan werken. Daar voel ik
niets voor."
Hij staat op en haalt uit een kast
een klein doosje, dat hij met enige
trots laat zien. In het doosje ligt een
Koninklijke onderscheiding in zilver.
Ontvangen toen hij veertig jaar diri
gent was. „Maar ik draag hem bij
na nooit", zegt hij. „Ik heb een heel
klein piepertje gekocht en dat draag
ik op mijn uniform."
Hij laat ons ook een piston zien,
die hij eens van de „jongens" van
de muziekverenging heeft gekregen.
„Dat is een duur ding", vertelt hij
vol trots. „Die hebben ze me gege
ven. omdat ik de jongens zo vaak
hielp. Ik heb boven nog meer liggen.
Ach ja, ook als je hier veel bezoek
krijgt, dan krijg je veel van die
rommel."
Hij haalt zijn schouders op en gaat
weer zitten. „We nemen het leven
gemakkelijk op", zegt zijn vrouw te
vreden. Af en toe rijdt er een auto
langs hun woning. Een groepje
schoolkinderen rijdt druk pratend
voorbij. Twee katten liggen tevreden
te spinnen in de behaaglijke warm
te van de woonkamer. Voor Kees
Korevaar hebben de klompen bijna
afgedaan. Maar voor de muziek leeft
hij nog. Hij zal de „jongens" blijven
helpen, zo lang hij dat kan.
Micro nylons, 6 paar tegelijk In
de maat 8Jj t/m 10j allemaal
dezelfde kleur,
6 paar nylons
In de zo veel gevraagde "antiek-
leer" stijl brengen wij nu deze
modieuze skai koffertassen
- die 't einde zijn op 't gebied
van leuke en practlsche tassen:
In lichte of donkere uitvoering,
met 2 makkelijke hengsels en
stevige rits en met binnenvak,
een tas, die U veel gaat gebrui
ken - voor nog géén zes
gulden..
Makkelijke tassen voor naar 't
werk - voor winkelen (er gaan
met gemak een paar pakjes in),
keurig afgewerkt en met vlotte
gesp-garnering.
Vrijdag en zaterdag verkopen
wij deze moderne en vlotte
koffertasjes in "antiek-leer" stijl,
in licht- en ag*/lZl
donkerbruin
Vrijdagavond tot 9 uur open.
Géén tel, of schrift. best.
jHMmHHHHg