„Er moet wat aan de hand zijn in het theater' n i A '~2~ J$d Patroontekenen met pantograaf Dimitri Frenkel Frank: mu\, gf 11 DE HAVENLOODS DONDERDAG 22 AUGUSTUS 19QB nu... beduidend goedkoper „Innig smeek ik dat er in liet nieuwe (toneel)-seizoen een paar voorstellingen zullen zijn die iets te maken hebben met ons, hier, nu, in dit land met de wezenlijke duigen die ons beroeren, liier, nu, in dit land. Ik heb niets tegen de vertoning van klassieke stukken als ze maar door een mentaliteitszeef gaan van hier, nu, in dit land. Ik heb niets tegen de vertoning van dolle kluch ten als we er maar om kunnen lachen als mensen van hier, nu, in dit land. Ik vraag niet om een politiek maken van het theater, hoewel dat geen kwaad zou kunnen. Ik pleit niet voor een theater van uitsluitend Nederlandse stukken, hoewel het er best meer zouden mogen zijn. Ik vraag om een actueel maken van het theater, wat iets anders is dan een stuk van Brecht op voeren en in het programmablad schrijven dat het oog nog voor nu geldtde achterdeur van de dramaturg. Ik smeek innig dat er een paar voorstellingen zullen zijn dit jaar waarvoor een propagandist zomaar wat mensen van de straat zou kun nen kidnappen en in de schouw burg zetten. met de zekerheid dat ze zouden zien, voelen, be grijpen dat de vertoning iets met hen te maken heeft, hier, nu, in dit land. Als het theater niet meer in staat is met herkenbare midde len de eigen werkelijkheid dwin gend te tekenen, dan is er iets mis. Dan ontwikkelt het theater zich tot een coterie-kunst, terwijl het altijd de kracht van het theater is geweest dat parket en schellinkje onder één dak bij el kaar waren. Shaw heeft gezegd: het probleem van de toneelschrij ver is, dat hij voor fauteuil d'or- chestre en galerij beide moet schrij ven. Ik smeek innig dat de toneel leiders beseffen dat het ook hun probleem is, hier, nu, in dit land". Smeekbeden, zoals ze zijn gefor muleerd door Dimitri Frenkel Frank in het maandblad ,,Avenu", „smeek beden voor het nieuwe toneelsei zoen". Eerste stuk bij NRT Op dit. ogenblik repeteert Dimitri Frenkel Frank dagelijks in het Pic colo-theater met Martine Crèfcoeur, Carol van Herwijnen en Aart Staart jes zijn nieuwste stuk „Een opge maakt bed". Het is zijd eerste stuk bij het Nieuw Rotterdams Toneel. Contact met de dramaturge van het Rotterdamse gezelschap, Anty Wes- beduidend goedkoper Zelf een kousenwinkeltje heb ben, nooit meer misgrijpen... altijd voldoende laddervrije kou sen in voorraad... een luxe die U nu kunt realiseren. Ragfijne naadloze nylons in plain met hiel - en teenver sterking en ladderstop in boord en teen. 6 Paar nylons - eerste keus - in modieuze tinten, voor nog géén drie gulden. Prachtige kousen, vergelijkbaar met de beste op kousengebied, 6 paar (als U met 1 paar begint houdt U nog altijd 10 nylons over voor ongelukjes), per paar voor nog geen twee kwartjes! 6 paar naadloze nylons plain teen en hiel versterk eerste keus Vrijdag en zaterdag verkopen wij deze kwaliteits nylons in modieuze kleuren en in de maten 8± t/m 11, alle 6 paar in dezelfde maat, per 6 paar, voor Vrijdagavond tot 9 uur open Ook maandagmorgen - geopend Géén tel. of aehrift. best. Balans lerling, had hij allang. Als drama turge van het vroegere „Theater" „o-ntdekte" zij Frenkel Frank als to neelschrijver. Met hem werkte ze aan zijn „Blaffen tegen de maan", dat het toneeldebuut was van een schrijver, die zich in het schrijven van een goede dialoog had getraind in tientallen hoorspelen. Gezien zijn ontboezemingen in „Avenu" is de vraag gewettigd waar om hij met het NRT in zee gaat. Acht hij het 'NRT in de Nederlandse toneelsituatie een uitzondering? Frenkel Frank: „Ach, een uitzon dering. Anty Westerling heeft een scherp gevoel om te weten hoever je kunt gaan met een modern repertoi re in dit land. zonder een publiek te verliezen". Daarvoor moeten dan .concessies worden gedaan. F.F. „Je doet dan inderdaad con cessies. Maar het. gaat erom welk uitgangspunt je hebt met je gezel schap. Het NRT is een plaatselijk ge zelschap. Het staat dus inderdaad voor de taak een zo breed mogelijk repertoire op te bouwen. Wat je eigenlijk in een stad nodig hebt is een standaardgezelschap, een gezelschap voor liet moderne reper toire, en boulevard-theater/ ëen avant-garde-theater en een nog meer avant-garde-theater. Dan heeft elk theater zijn eigen publiek. De gezel schappen zeggen nu: het experiment laten we aan Studio over. Daar zit iets in. De gezelschappen moeten eigenlijk redeneren als de omroep verenigingen. Men moet natuurlijk een theaterpubliek maken, anders heeft een gezelschap geen functié. De vraag is: hoe zorg je voor vol doende publiek, terwijl je zo dicht mogelijk speelt tegen de top van het bereikbare niveau. Welke neem je Met deze gedachtengang heb ik wel vrede. Waar ik niet altijd vrede mee heb is de manier waarop ze dit willen bereiken. Ik zou ook zeggen: drie blijspelen per seizoen. Het gaat er om: wélke neem je. Zeker is dat het NRT in Rotterdam in het Picco lo-theater iets aparts kan doen". Wat is „een opgemaakt bed" voor een stuk? F. F. „Je kunt het een tragi-kome- die noemen. Of een tragi-farce, als dat zou bestaan". Is het van nu, hier, in dit land? F.F. „O ja, niets anders. Het be handelt een studentenhuwelijk dat wordt verstoord door een nozem-ach- tige arbeidersjongen. Het is een stuk over onvolwassenheid, geestelijke en emotionele onvolwassenheid". Waarom regisseert u het zelf? F.F. „Omdat Johan Greter het niet kan doen. Dat had ik graag gewild. Ik heb erg veel bewondering voor hem. Greter is ongetwijfeld een van de grote regie-talenten met een stijl die mij na aan het hart ligt. Hij heeft een ironische afstand tot zijn stof; hij houdt niet van gevoels-to- neelspelerij of een nadrukkelijke na turalistische aanpak. Het meest in Greter trekt me zijn enorme helder heid. Die ironische afstand moet je vandaag wel hebben, zeker in het theater". Waarom? F.F. „Als het theater zijn tijd moet weerspiegelen is ironische afstand de houding die je aan moet nemen. Niet tot je eigen genoegen, maar er zit gewoon niets anders op." Nu u uw stuk zelf regisseert, slaagt u erin die afstand tot u eigen stof te vinden? hoeft minder diep in jezelf te knie- Dimitri Frenkel Frank len". Als journalist schreef u indertijd voor „De Telegraaf". Later was u redacteur in het team* dat „Zo is het toevallig ook nog eens een keer" op de beeldbuis bracht, dat „De 'Tele graaf' hard en scherp aanviel. Wel ke verandering heeft u daarvoor moeten ondergaan? F.F. „Toen ik voor „De Telegraaf" schreef wist ik niets van politiek. Ik had die krant nooit gelezen zelfs. Toen ik „Zo is het" ging doen, wist ik nog niets van politiek. Bij de VARA hadden ze me het Engelse programma laten zien. Ik vond het gewoon lekker oin te doen. Ik ben een dwarsligger. Omdat de andere le den van het team het zo verschrik kelijk serieus deden heb ik me op de politiek moeten werpen. Of laat ik zeggen: ik moest me gaan bezig houden met de bronnen van onvrede. Ik werd geconfronteerd met allerlei feiten. „Zo is het" was voor mij een soort stoomcursus". Terug naar het toneel. Krijgen de Nederlandse toneelschrijvers voldoen de kansen? GEWELD III „Zijn onze geschiedenisboekjes niet altijd oorlogsboekjes geweest? En zijn we niet opgevoed bij de grote daden van onze helden?" Deze kennelijk retorisch bedoelde vragen stelt ds. G. W. Rijksen in „De Havenloods" van 8 augustus. Mij dunkt dat dominee bij deze passage in zijn beschouwing twee za ken verontachtzaamt: 1. In zijn jeugd bestond behalve het onderwijs van zijn „zuil" (ik be doel dit nu niet onvriendelijk) ook bijv. openbaar onderwijs; de onder wijzeres en leraren bij deze tak van onderwijs zullen er allicht ook toen- dertijd een andere oorlogs- en hel denbeschouwing op na hebben gehou den dan de aanhangers van de on verbrekelijke eenheid van „God, Ne derland en Oranje", woorden door dominee zelf gebezigd, in afkeurende zin overigens. Als dominee mij nu tegenwerpt dat hfj zich richtte tot zijn gereformeer de kudde (zijn kerkeblad heet im mers „Pro Rege" en daar stond het artikel eerder in) dan wijs ik hem op de volgende zinsnede: „Zo hebben wij de geschiedenis geleerd en met ons alle volken van onze „bescha ving". Over generaliseren gespro ken! En bovendien: 2. Dominee moet eens de moeite nemen enkele thans ook in zijn krin gen gebruikte geschiedenisboekjes in te zien. (Ik doel hierop leergangen ten gebruike van wat ik gemaks halve maar even zal noemen het middelbaar onderwijs. Of men bij het lager- c.q. basisonderwijs vaster in de leer ls, is mij niet bekend). Hij zal ontdekken dat bij het huidige ge schiedenisonderwijs aan andere as pecten \»n het verleden dan het al dan niet vaderlandse heldendom rui me aandacht wordt geschonken. Dat helden en oorlogen overigens hun sporen hebben nagelaten is natuur lijk buiten, kijf. Ook hier weet die merkwaardige neiging voetstoots aan te nemen dat Geen drift F.F. „Dat is inderdaad het groot ste probleem. Ik heb wel aan mezelf gemerkt zeker in het begin mijn stuk zwaarder te nemen dan het is. De balans tussen de ernst van het stuk en de afstand die je moet ne men, is moeilijk te vinden." Waar plaatst u uw stuk in het ge heel van uw werk? F.F. „Het is wel een klein stuk. maar wel het beste wat ik tot nu toe gemaakt heb". U uit zich veelzijdig: televisie, to neel, reclame, een roman, journalis tiek. Waaraan voelt u zich het meest verwant? F.F. „Aan het toneelschrijven. To neel is de vorm waarin ik me hét best kan uiten. Het regisseren van het stuk is eigenlijk veel plezieriger. Regisseren is toch herscheppen: Jl F.F. „Het is nu al zo dat de gezel schappen het leuk vinden een Neder lands stuk te spelen. Daar zijn ze trots op. Enige jaren geleden was dat wel anders. Maar ze willen wel dat het redelijk goed is. Ze hebben er niet zo'n drift toe. En waar zou die ook vandaan moeten komen? De theaterdirecteuren zeggen dat er een internationale theatercultuur is. Ze willen zich niet vastprikken op per se Nederlandse schrijvers." Bij welk gezelschap ziet u een wer kelijk eigentijdse aanpak, zoals u die bedoelt in uw kolom in Avenu"? F.F. „Studio heeft het zeker. Maar Studio heeft het ook betrekkelijk ge makkelijk. Het stelt zich een smalle taak, en er is thans voldoende reper toire. Voor de grotere gezelschappen is het veel moeilijker. Een eigentijd se aanpak vraagt een bepaalde in stelling, die niet iedereen heeft. Het is een mentaliteitskwestie. En er zijn er maar weinig bij het toneel die die mentaliteit hebben. Dat is ook niet zo'n wonder, want wie in Ne derland heeft al wel die mentaliteit? Het huidige „Theater" heeft het od papier. Maar in de praktijk valt hel te schools uit". Zoudt u weten hoe wel een reper toire samen te stellen, waarin die an dere mentaliteit tot uitdrukking komt. F.F. „Ik wil niet te veel pretende ren. Ik geloof dat ik voorzichtig te werk zou gaan. Dat wil zeggen ik zou uitgaan van een listige strate gie. Bijvoorbeeld stukken waarvan je weet dat ze veel mensen zullen trek ken extreem brengen. Een gek voor beeld: waarom zou je een stuk van Strindberg, waarin de sexen tegen elkaar opbotsen niet spelen in een boksring. Er moet wat aan de hand zijn in de schouwburg. De propagan disten willen dat de mensen geregeld naar de schouwburg gaan. Waarom? Waarom zou iemand naar dat ge bouw gaan? Om aan cultuur te doen? Onzin natuurlijk. Iemand wil naar een stuk, omdat, als hij niet gaat, hij iets heeft gemist". JAN HEIN DE GROOT Op het ogenblik is in Rotterdam de Duitse mode-adviseur Henry Baumeister van de fa. Guétav Frohe uit Lippe. Iedere middag en iedere avond geeft hij demonstra- tielessen met zijn pantograaf. Na successen in Limburg en in Den Haag krijgen nu ook de Rotter damse huisvrouwen de kans kennis te maken met deze bijzondere uit vinding. nu... beduidend goedkoper Terlenka, het probleemloze materiaal van onze tijd, plooi- houdend, sterk en makkelijk wasbaar, is wel de meest ideale stof voor deze rokken. Terlenka rokjes, in slank af- kledend, glad model, geheel ge voerd, een chique rokje met loopplooi achter. Moderne Terlenka rokken, In prachtige kleuren, guldens voordeliger voor nog géén elf gulden. geheel gevoerd Vrijdag en zaterdag kiest U Uw rokjes uit, In modieuze kleuren als: grijs, marine, zwart, camel en bruin, t maten 38 t/m 50 i voor A Géén tel. of aehrift. but. r meulen Wat is precies een pantograaf? Het is een soort passer waarmee het mo gelijk is binnen enkele minuten een patroon pasklaar te tekenen. Een sy steem dus voor het zelf-tekenen van maatpatronen, waaraan geen maan denlange cursus vooraf gaat en waar voor geen speciaal talent nodig is. Er komen geen gecompliceerde bereke ningen aan te pas, nee het is alle maal heel eenvoudig. Een,van de be langrijkste dingen bij dit systeem is het op de juiste wijze maat nemen. De pantograaf wordt ingesteld en be rekent automatisch de juiste verhou ding van het patroon. Het is zo dat zelfs kinderen overweg kunnen met het apparaat. De heer Baumeister vertelt erover; „De mogelijkheden die dit apparaat biedt zijn vele. In de allereerste plaats is hij natuurlijk ontworpen voor het patroontekenen, maar er zijn veel en veel meer mogelijkheden. Zo is het mogelijk om tekeningen te vergroten en te verkleinen. Het appa raat wordt zelfs gebruikt op techni sche scholen, huishoudscholen, insti tuten voor minder validen, kloosters en noem maar op. Ja, ik heb toch hier op mijn lessen vaders gehad, die na de demonstratie niet alleen patro nen voor hun vrouw gingen tekenen maar de pantograaf ook voor andere dingen gingen gebruiken." De pantograaf werd in 1929 uitge vonden door ingenieur Frohne. Hij werd later aangepast door vakmen sen. Jarenlang heeft de heer Bau meister ze verkocht in Duitsland tot in de jaren 50 de verkoop ook in Ne derland van start ging. „Het is eigen lijk wel grappig te vertellen hoe ik in Nederland terecht kwam, zegt de heer Baumeister." „Ik reed eens op de autobaan toen ik toevallig het ein de hoorde van een kniples via de ra- dio. Er werd Iets gezegd zo van volgen de week gaan we weer vérder met het kraagje. Ik dacht bij mezelf, vol gende week verder. Dat kan met ons systeem veel vlugger. Dan is het binnen een paar minuten voor elkaar. Het is wel gebleken dat er in Neder land ook belangstelling voor bestaat. Op het ogenblik werken de mensen van Frohne in verschillende landen in Europa. Importeur voor Neder land is C.V. Ipternational'e „Pas- Klaar" Methode in Arnhem. De heer Baumeister, die vloeiend Nederlands spreekt, werkt met veel plezier in Nederland. Ik heb hier heel wat familie, mijn moeder woont in Deventer, is Nederlandse van ge boorte en broers van mij werken in Amsterdam. Ik woon zelf in Legden- Westfalen ongeveer 30 km van En- Schede. Voorlopig blijf ik nog een aantal weken in Rotterdam. Iedere middag dus (behalve maan dag) om twee uur en iedere avond om acht uur kunt u voor slechts f 0,50 terecht bij de heer Baumeister die u dan graag zijn pantograaf toont en tevens een groot aantal deskundige ad viezen geeft in één van de zalen van café-restaurant Engels, inj van het Groothandel Mogen wij dit een heel bijzon dere aanbieding noemen voor hen, die eisen stellen aan hun onderjurken. Een grote partij beeldige Ny lon onderjurken, rijk met kant gegarneerd aan zoom en boven zijde, met ingezette bustevorm, onderjurken uit de normale series tot 7 gulden, nu voor nog géén twee gulden. nylon onderjurk Vrijdag en zaterdag verkopen wij deze grote partij nylon dames-onderjurken, In diverse kleuren en in de maten 38 t/m 48. voor Vrijdagavond tot 9 uur open Ook maandagmorgen geopend Géén tel. of aehrift. best. irken, het onderwijs sedert de eigen jeugd generlei ontwikkeling heeft doorge maakt. Dominee hanteert toch ook niet geheel ongewijzigd de theologi sche en andere inzichten van zijh studiejaren? Nu geef ik terstond toe dat het onderwijs helaas niet vooropgaat in het zich aanpassen aan nieuwe inzichten en verhoudingen, maar zonder enige dynamiek is zelfs het onderwijs niet! TH. M. PUTMAN, Wij zijn van mening, dat ds. R. minder gegeneraliseerd heeft dan u doet voorkomen. In alle onderwijs kringen kwam en komt genoemd eu vel voor, bij elk onder zijn eigen kre ten. De verandering is verheugend, maar voltrekt zich in de praktijk vooralsnog zeer langzaam. Red. DE GELE GIDS Met verbazing lazen wij in „De Ha venjoods" van 8 augustus een ingezon den stuk van de heer Rutz, waarin hij commentaar geeft op uw artikel over beroepstelefoongidsen. De schrijver van dit commentaar gaat zich hierin te buiten aan stellingen en meningen, waarvoor hij geen enkel bewijs levert. Hij beweert een gids te gaan uit geven met „verantwoorde en betaal bare" prijzen. Wat betekent dit? Dat de prijzen van de „Gele Gids" niet verantwoord zouden zijn? Zowel de hoofddirectie van PTT als het mini sterie van economische zaken zijn van mening dat onze prijzen verant woord zijn. Men zie de antwoorden, die de ministers van economische za ken alsmede van verkeer en water staat (waaronder PTT ressorteert) hebben gegeven op vragen, die hier over in de Tweede Kamer werden ge steld. Dat de antwoorden öp deze vra gen door ministers eerst gegeven wer den ha grondige studie, behoeft wel geen nader betoog. En wat is een be taalbare prijs voor advertenties? Dat hangt toch zeker mede af van het te verwachten resultaat! Blijkbaar wordt het resultaat van adverteren in de „Gele Gids" heel wat hoger aan geslagen dan de heer Rutz dit doet ten aanzien van zijn uitgaven. Blijkbaar weet hij ook niet wat PTT verstaat onder een foutloze gids. Op ontoelaatbare wijze haalt hij voorts het maken van fouten en het verwer ken van mutaties door elkaar. De „Gele Gids", die contractueel (tegen hoge betaling) alle mutaties van PTT ontvangt, is volledig „bij" tot met het drukken wordt begonnen. Wij we ten zeker, dat alleen de „Gele Gids" alle .mutaties van PTT ontvangt. Het geen de heer Ritz op dit punt be weert, is apert onwaar. Inderdaad is de „Gele Gids" enigs zins anders ingedeeld dan de vroege re Beroepengidsen van PTT. Kenne lijk is de schrijver van het commen taar van mening, dat het nog uit de tijd van voor de oorlog stammen de PTT-systeém tot in alle eeuwig heid moet worden nagebootst. Dat men aan het moderne systeem van de „Ge le Gids" even moet wennen, spreekt vanzelf. Dit systeem voldoet echter in ternationaal zodanig, dat aan het suc ces in Nederland niet kan worden ge twijfeld. De „Gele Gids" wordt uitgegeven door een Nederlands bedrijf, nl. de Handelstelefoongidsen Maatschappij N.V., zoals in het artikel in „De Ha venloods" van 1 augustus duidelijk naar voren komt. De bewering dat met hoge prijzen grote winsten worden gemaakt, is uiteraard nonsens. De kosten immers zijn bepalend voor de winst. En de „Gele Gids" legt heel wat ten koste om het publiek 'n uitmuntend produkt te leveren. Gelukkig is de Nederlan der over het algemeen een nuchter mens en bezit hij voldoende gezond verstand om te begrijpen, dat alle problemen door de verscherpte bepa ling ondervinden. Handelstelefoongidsea ''-'iutfj AUS-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1968 | | pagina 11