iSSpSH de zeven marken houdt
Drentse veen is gelukkig
niet meer wat 't was
VEENTIJD IN GEDACHTEN
Miljonair
in een
plaggenhut
Nieuwe cursussen
in boetiek Ninka
DE HAVENLOODS DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1969
1»
nu... beduidend
goedkoper
nu... beduidend
goedkoper
Oplettende lezers van onze ad
vertenties weten nog wel dat
wij dit schoentje voor f 11.95
verkochtennu als speciale
na-seizoenaanbieding betaalt U.
bijna de helft van de prijs.
Modieus damesschoentje met
Italiaanse leest (carré neus en
blokhak), sierfranje, ketting-
garnering en open hiel met
verstelbaar riempje.
Een schoen, die prima is afge
werkt en waarop U lang en
prettig zult lopen....:koopt U
op onze Schoenen-afdeling
voor nog géén zes gulden.
Bij een klompenmaker keek Aaldert
Huizing de kunst af en uit het hoofd
ging hij ook dit houten schoeisel ma
ken. Hij verkocht zijn 13 bunder land
(„Ik had de beste melkkoeien van de
streek) en het duurde niet lang tot hij
30 man in zijn klompenmakerij aan
het werk had. Over die tijd, toen het
hem göed ging, heeft hij over het
arme Drenthe een verhaal:
„Ik verhuurde mijn boerderij aan
iemand uit Oostwold, maar die man
keek vaak te diep in het glaasje. Op
een dag kwam hij bij me en vroeg of
ik met hem naar huis wilde gaan.
Toen we daar zaten zei hij„Ik heb
wat voor je te koop". Hij wilde f 2000
hebben voor zeven koeien, een paard,
zijn vrouw en twee kinderen. Ik heb
het niet gedaan, want ik wilde nog
geen vrouw", zegt Huizing.
In de tweede wereldoorlog leefde
Huizing, die inmiddels was getrouwd,
van de opbrengst van broches, die hij
van zilveren munten maakte. Na de
bevrijding moest hij opnieuw begin
nen. Hij kwam in aanraking met ie
mand, die voor niet al te veel geld een
galvanisch bedrijf in Amsterdam te
koop wist. Hoewel Huizing niet eens
wist wat een galvanisch bedrijf was,
werd hij de nieuwe eigenaar. Hij ver
kocht zijn fabriek echter al direct
weer, met f 4000 winst op het
handje.
Fietssturen
In Nieuw-Roden zette hij vervolgens
zelf een galvanisch bedrijf op, dat
langzaam maar zeker de markt voor
fietssturen en frames binnendrong.
Hij maakt nu fietssturen in 124 ver
schillende uitvoeringen, kassa's en
accessoires. De directeur werkt mee,
houdt de loonboeken bij en betaalt ei
genhandig a&n het eind van de week
zijn mensen uit.
Maar waarom die plaggenhut, als hij
zich makkelijk een duur buitenhuis
met alle snufjes en comfort kan ver-
Vanaf vrijdagmorgen 9 uur ver
kopen wij deze ijzersterke mo
dieuze damesschoenen, met
een uiterst moderne leest, in
de kleuren rood, bruin; beige,
en groen en de
maten 38 t/m 42
m
Elke vrijdagavond tot 9 uur open
m Ook maandagmorgen open
Cttn tel. of schrift, best.
oorloven? Huizing: „Ik kon eens een
lading kienhout kopen, waarvan ik
een schommelstoel wilde maken.
Maar mijn vrouw wilde dat hout niet
in huis hebben. Toen bouwde ik er
maar een plaggenhut van. Tenslotte
hebben mijn pabbe en moeke daar
ook nog in gewoond."
Zijn „buitenhuis" staat in de Zuurse
duinen bij Roden; het is onmogelijk
er rechtop in te staan. Huizing grin
nikt: „Vroeger moesten de mensen zó
lang en zó hard werken, dat ze toch
niet rechtop konden staan als ze thuis
kwamen. De meesten groeiden ge
woon krom en als ze thuis kwamen
gingen ze meteen zitten om niet meer
overeind te komen".
platenkoffeps
voor
40
Vanaf vrijdagmorgen 9 uur ver
kopen wij deze fraai uitge
voerde platenkoffers, om Uw
platen veilig in op te bergen
en te vervoeren, overtrokken
met ledervinyl in effen of ruit,
met slot en handvat, keuze uit
3 maten.
Elke vrijdagavond tot 9 uur open
Ook maandagmorgen open
Géén tel. of schrift best
Beschouwt U een platenkoffer
als een vrij kostbare aange
legenheid, een luxe eigenlijk....
dan moet U morgen eens in
onze disco-hoek komen kijken.
Want daar koopt U voor een
spotprijs prachtige koffers, de
beste bescherming voor Uw
kostbare platenkollektie.
Stevige platenkoffers overtrok
ken met ledervinyl in effen of
ruitdessin, met slot en handvat.
Aaldert Huizing (67) loopt op
klompen, draagt onder zijn ver
schoten stofjas afgedragen kleding
en woont, om bij te komen van zijn
dagelijkse beslommeringen, bij tijd
en wijle als een armzalige veenar
beider die in vroeger dagen zijn
uitzichtsloze .bestaan sleet in de
Drentse turfgaten en die misschien
een schaap had lopen op de grote
stille heide bij zijn stulpje in
een plaggenhut. Neen, Aaldert
Huizing heeft zijn schaapjes op
het droge: hij is miljonair.
Als wij ons bij deze Huizing in zijn
hout- en metaaiwarenfabriek in het
Drentse Nieuw-Roden laten aandienen
verzoekt een kantoorbediende mij in
de armetierige hal van het bedrijf te
wachten. Wij verwachten daar een
feeërieke secretaresse om ons in het
directionele kantoor binnen te leiden,
maar de enige die verschijnt is een
schraal mannetje. Hij zet zijn gele
klompen op de mat, veegt zijn werk
handen aan zijn stofjas af en blijkt
Aaldert Huizing himself te zijn.
Hij spreekt een Drent-Gronings dia
lect met een nogal wantrouwende on
dertoon en schijnt niet helemaal over
tuigd van onze goede bedoelingen.
Zijn argwaan verdwijnt echter als hij
over zijn leven begint te vertellen en
'naarmate het gesprek voortgaat
maakt zijn aanvankelijke stugheid
plaats voor gulle mededeelzaamheid.
Zijn goed gevulde bankrekening, dat
is wel duidelijk, heeft hij te danken
aan niet-aflatende werklust.
Aaldert Huizing („Nee, ik wil be
slist niet op de foto") is boerenzoon,
maar zoals in zovele keuterijtjes in
Drenthe rond de eeuwwisseling was
thuis schraalhans keukenmeester. Hij
moest al vroeg meewerken, maar
toen hij 17 was, zag hij er al geen toe
komst meer in: „Ik zag aankomen,
dat het minder in het boerenbedrijf
zou worden. Iets anders koh ik eigen
lijk niet, want ik was op school een
slechte leerling geweest. Ik vond de
meester te streng en gaf hem klap
pen."
Klompen
der en zijn gezin maandenlang wer
den uitgebuit en de rest van het jaar
aan hun trieste lot werden overgela
ten. Een arbeider in Drenthe's laatste
veengebied ten zuidoosten van Em-
men zegt: „Je werkte met vrouw
en kinderen voor zó weinig geld, dat
je er niet van kon leven: en dat van
vóór zonsopgang tot na zonsonder
gang. 's Winters moest je maar zien
hoe je je redde en dan was er gebrek
in de huizen en hutten".
Ellende
De ergste ellende heeft zich in de
Drentse en Groningse venen afge
speeld tussen 120 en 70 jaar geleden,
nadat de grote ontginningen op gang
waren gekomen, maar plaggenhutbe
woners zijn er steeds sporadischer
tot de 2e wereldoorlog geweest.
Vrij incidenteel waren die vervenin
gen al eeuwen aan de gang, maar
verder dan wat randontginningen een
turfstekerijen voor plaatselijk gebruik
was men tot de definitieve ontsluitin
gen niet gekomen. Dat moment brak
aah na de aanleg van de grote kana
len, zoals het Stadskanaal op de grens
van Groningen en Drenthe en het
Oranjekanaal in Drenthe.
In de veengebieden leefde een zeer
gemengde bevolking, voor een deel
van Hannoverse afkomst, die arm en
sober bestond en arbeidzaam maar
ruw, gevreesd tot in verre omtrek,
was. Een pastoor, die onder de zwijg
zame en vaak drankzuchtige bevol
king zijn werk wilde doen, kwam van
een koude kermis thuis. Bekend is
zijn uitspraak, dat het geen Nederlan
ders en geen Duitsers waren, maar
„wilden", die slechts een zeer primi
tieve huisvesting hadden en die met
het allerkarigste moesten rondkomen.
Een Drentse turfstekers-nederzet
ting uit die nauwelijks vervlogen tijd:
heide, afgewisseld met stoffige zand
paden, een boerderij-café-kruideniers-
winkel, plaggenhutten met een stenen
of houten onderbouw of in het geheel
geen onderbouw, enkele open plaggen
schuren voor het opbergen van ge
reedschap, een weiwaterput en in de
nabijheid een veenderij. Er liepen een
paar schapen als enkele „rijkeren"
zich die konden veroorloven; later
kwam er een éénlokalig schooltje en
werden er paar kalkovens bij zo'n ne
derzetting gebouwd.
Halfslaven
In deze sfeer speelde zich het uit
zichtloze bestaan van de veenarbeider
en zijn gezin af. 's Winters was de
drankfles er koning en liet de rijker
wordende Vervener zijn halfslaven
hun schulden van de zomer afdoen
met bezems binden. En 's zomers
werd er in een niet-aflatend ritme turf
gestoken. Met een eveneens niet-afla
tende regelmaat werden de gezinnen
groter: vrouwen baarden hun kinde
ren tussen de bedrijven door achter
een turfhoop om direct met het werk
voort te gaan.
Ondanks de vaak diepe ellende en de
ruwe drankzucht kende het gilde van
de turfgravers eigen wetten, die altijd
werden gerespecteerd. Zo was het bij
voorbeeld aan jonggehuwden, die
vaak niet meer bezaten dan hun eigen
luizen, toegestaan op grond van een
ander hun schamele plaggenhut te
bouwen. Dit moest heimelijk gebeu
ren, maar zodra de schoorsteen rook
te, mocht de eigenaar van de grond
de indringers niet meer verjagen.
Vaak was zo'n woning niet meer dan
een dak op een kuil, waarin eveneens
een schaap of geit een plaats vonden.
Na de eeuwwisseling zijn deze men
sonterende toestanden langzamer
hand verdwenen, hoewel de veenar
beider zijn zware en armelijke be
staan voortzette. Turf als brandstof is
echter niet meer in trek en de venen
produceren nu nog vrijwel alleen voor
industriële verwerking. In Nederlands
laatste grote veengebied in zuidoost-
Drenthe vindt de turf zijn weg naar
de n.v. Purit Maatschappij in Klazie-
naveen, waar men er de tabletjes (te
gen „kater" en maag- en darmstoor-
nissen) „hagelslag" (voor b.v. lucht
zuivering) en poederkool (o.m. voor
de Rotterdamse waterfiltratie) van
maakt.
Omschakeling
Aan de Purit leveren de enige ver-
veenders in de buurt en uit het nabij
gelegen Duitsland. Direct aan de an
dere kant van de grens draait nog 'n
elektriciteitscentrale op turf, maar
deze verkeert in het stadium van om
schakeling. Uitgerekend is dat over
ongeveer 25 tot 30 jaar Nederlands
laatste veengebied zal zijn uitgeput.
De n.v. Purit Maatschappij heeft dan
volgens technisch directeur W. L.
Nieuwenhoven alle tijd gehad om z'n
produkten uit andere grondstoffen te
vervaardigen, bij voocrbeéld uit de
schaal van cocosnoten
Tot zolang blijft echter in het veen
waakzaamheid geboden, want zolang
de bruine laag in de grond zit kunnen
er verschrikkelijke veenbranden ont
staan. Nog steeds gaan er verhalen
over de enorme veenbrand van 1917,
toen het onder de oppervlakte voort
woekerende vuur over vele kilometers
have en goed verwoestte en waarbij
zelfs mensen omkwamen. Sommigen
verdronken in de kanalen, waarin zij
in doodsangst waren gevlucht, terwijl
de brandweer uit Den Haag vruchte
loos streed. Koningin Wilhelmina be
zocht weken later, toen het vuur ein
delijk was gestikt, het geblakerde
rampgebied.
Om dergelijke rampen, die nu al
leen nog op zeer kleine schaal zouden
kunnen voorkomen, vóór te zijn. is
een ingenieus wacht- en paraatheidsy
steem ontworpen. Op wachttorens
wordt dag en nacht gewaakt voor de
veiligheid envoor de bron van eni
ge welvaart.
Het Drentse veen is niet meer wat het geweest is, gelukkig. Waar vroe
ger de oude turfgravers, de halfslaven, nog slechts via de drankfles een
tijdelijke uitweg uit hun ellendige bestaan vonden en waar de schrij
nende en hemeltergende armoede gestalte kreeg in dierlijk woon„genot"
de plaggenhutten roken nu de fabrieksschoorstenen en stofferen
frisse nieuwbouwhuisjes het landschap. Veen is er nog, dat wel, maar
de zegswijze „De Drent is gewrocht uit turf, achterdocht en jenever
gaat voor de hedendaagse werkers in deze bruine substantie met
meer op.
gen. De weinigen, die nog in de turfin-
dustrie werkn, zijn nu het hele jaar
„onderdak": van mei tot oktober zit
ten zij in de veenderijen en de rest
van het jaar reviseren en onderhou
den zij het machinepark.
Niemand in Drenthe (èn in de voor
malige veengebieden van Gronigen
en Friesland) praat graag over de
tijd van vroeger, toen de veenarbei-
Er is méér veranderd in het veen.
Turfstekers met hun langwerpige,
smalle spaden ziet men er niet meer:
hun plaats is ingenomen door ingewik
kelde machinerieën zoals de „zelf-
bagger" en apparatuur, die de tur
ven op hoopjes legt (opstoekt) of
keert (omstoekt). Maar veel belang
rijker is nog, dat de vroegere schrij
nende werkloosheid is teruggedron-
De toegang tot ,,De Zeven Mar-
ken": een origineel tolhuisje, dat
naar hier is overgebracht.
In het expositiegebouw Eur-O-Ra-
ma op West-Rozenburg wordt sinds
kort een kleurenfilm vertoond van de
werken aan de nieuwe havenmond
en de Maasvlakte (Europoort). De
vertoning van deze 20 minuten duren
de film, vervaardigd door Mundofilm,
is begrepen in de verlaagde entree
prijs tot de expositie. Het bezoekers
centrum Eur-O-Rama. gebouwd op
een 16 meter hoge terp, bevat een ex
positieruimte en een restaurant van
waar uitzicht wordt geboden op het
gehele Europoort-Maasvlakte-gebied.
In de expositieruimte is door de voor
lichtingsdiensten van het Ministerie
van Verkeer en Waterstaat en de Ge
meente Rotterdam een tentoonstelling
ingericht, die de groei van de haven
en de bouw van de nieuwe havenmond
in beeld brengt.
Het centrum is over de weg te be
reiken vanuit Rotterdam-Zuid door de
borden van de door de ANWB uitge
zette Rotterdamse havenroute te vol
gen. Tevens kan men Eur-O-Rama
per R.E.T. rondritbus en Spido-
rondvaartboot vanuit Rotterdam en
Hoek van Holland bereiken. De toe
gangsprijs is thans f 2,50 per gezin, f 1
voor individuele volwassenen en f 0,50
per persoon voor kinderen en groepen
boven de 10 personen. Eur-O-Rama is
tot en met september iedere dag, ook
in de weekends open van 10.00 tot
18.00 uur.
In „De Zeven Marden" gelegen op
een uitgestrekt, typisch Drents ter
rein, met een vennetje, stoffige
zandpaden, berken en kleine duin-
tjes is een aantal typen van plag
genhutten gereconstrueerd. Er is
ook een „holwoning" te zien, een
voorbeeld van de armste vorm van
wonen: een kuil met een dak erop
waarin zowel mensen als dieren
leefden
Op het terrein is verder nog een klein
veenderijtje ingericht, terwijl een
van de medewerkers van het mu
seum de holwoning van de reuzen
Ellert en Brammert heeft „nage-
»--èouwd' .-Aan-EU»rt en Brammert,
bekende figuren tn ovetfeVÊringen
(zij zouden een waar schrikbewind
hebben uitgeoefend) herinneren nog
het Ellertsveld en de Brammerts-
hoopt (een hoogte) in de buürt van
Schoonoord.
De toegang tot „De Zeven Marken"
wordt gevormd door een oud tol
huis, een origineel exemplaar van
hét type, dat vroeger langs de
meeste stoffige Drentse zandwegen
stond.
De plaggenhut van miljonair Aal
dert Huizing.
Volgende week vindt de inschrijving
plaats voor de nieuwe cursussen han
denarbeid die mej. Muntz half sep
tember zal starten. Evenals vorig sei
zoen vinden ook nu de cursussen
plaats in de Boetiek Ninka, Bergse
Dorpsstraat 57. Ze worden zowel 's a-
vonds als overdag gegeven aan ieder
die maar wil, uitgezonderd kinderen
onder de tien jaar. Inlichtingen in de
boetiek of telefonisch onder nummer
224135.
Verlaagde entreeprijs
van Eur-O-Rama
Nederlands meest armoedige en mis
troostige museum vindt u in het
Drentse dorpje Schoonoord. Het is
het openluchtmuseum „De Zeven
Marken", waar een unieke collectie
plaggenhutten de herinnering le
vend houdt aan de Drentse „veen-
tijd". Het museum is enige jaren
geleden gesticht als herinnering aan
de honderd jaar geleden begonnen
ontsluiting van dit gebied door het
Oranjèkanaal.