Immense kudde graast pop Festival was groot en Cola zijn profeet Eén procent werd behandeld voor drugs ALS WE WERKELIJK „FREE" EN „LUDIEK" WAREN DE HAVENLOODS - DONDERDAG 2 JULI 1970 Waar bijna iedereen de afgelopen dagen zo positief over heeft ge daan, het optreden van de Rot terdamse politie tijdens het pop festival in het Kralingse Bos dreigt in de komende weken te worden tot een griezelige bedrei ging van talloze jongeren, die de stellige indruk hadden dat tijdens de drie feestdagen in het bos het gebruik van soft drugs was toege staan. Wat is het gevai? Politie mannen, zich nauwelijks onder scheidend van de deelnemers, hebben drie dagen lang lopen fotograferen. En het is te naièf te veronderstellen dat de honderden kiekjes die de heren bij elkaar geschoten hebben, terecht ko men in familiealbums, die trots getoond worden om te laten zien hoe interessant een werkkring bij de politie wel is. Temeer, omdat bij navraag bij de afdeling voor lichting van de politie waarom er is gefotografeerd het antwoord categorisch wordt geweigerd. „Wij praten niet over het optre den van de politie tijdens het popfestival. U heeft niemand in uniform kunnen zien. Bijna ie dereen Hep met een fototoestel op z'n buik". Een merkwaardig antwoord, dat de vrees doet groeien dat inder daad binnenkort of op langere termijn opgetreden wordt tegen hen die in hun (blote) onschuld als high fotomodel dienden van politiële fotografen. Mensen van de stichting Release, die zich hebben bezig gehouden met „geflipte" druggebruikers tij dens het festival, hadden en heb ben goede hoop dat „Kralingen" een beslissende stap is op weg naar de legalisering van soft drugs.. Een optimisme waarvoor vooralsnog geen enkele reden is, omdat niemand, buiten de orga nisatoren, het festival heeft ge zien als een experimenteerplaats voor druggebruikers. De autori teiten hebben wat dit betreft een zeer halfslachtige houding aange nomen: men heeft begrepen het druggebruik in Kralingen niet te gen te kunnen gaan, gezien de wet echter die men moet handha ven, had men in alle duidelijk heid moeten stellen het gebruik van drugs niet te kunnen toe staan. Omdat dat achterwege is gelaten werd een klimaat gescha pen waarin de festivalgangers de vrijheid vonden open en bloot hun stuf te gebruiken en te ver kopen, de politiële adder onder het tolerante gras werd niet ge zien. „De swingende vogels met losse stropdassen", zoals de politie mannen op het terrein werden gekenschetst, zullen hun werk goed hebben gedaan. Honderden jonge mensen zijn nu op „com promitterende" foto's opgebor gen in politie—archieven. Een griezelige gedachte. Zeker, zolang de politie weigert te vertellen wat ze van plan is met het foto—ma teriaal te gaan doen. Zelfs wei gert toe te geven, dat ze op het festival heeft gefotografeerd. Zolang de politie niet verplicht zal worden de op het festival gemaakte foto's te vernietigen, zal „Kralingen" naast alles wat het ook is, een val zijn, waar menig drug—gebruiker in is ge trapt. Het is allemaal al weer lang voorbij. Duizenden dachten dat het een enorme bende zouworden. Anderen spraken van Sodom en Gomorra. Het kwam er allemaal niet van. Het enige wat maandagmorgen overbleef, was de trieste aanblik van duizenden lege cola—tinnetjes, plastic bordjes, kartonnen bekers enzovoort. Zestig- tot tachtigdui zend jonge mensen, die zelfs in de stromende regen niet van wijken wisten en tot diep in de nacht bleven luisteren, zijn weer uitgewaaierd naar alle windrichtingen. Door de steun van een bedrijf als Coca Cola kon dit festival tot stand komen. Ook bij een volgend festival zal zo'n steun en/of gemeentelijke subsidie noodzakelijk zijn. En dan het festival zelf. Wat viel er ondanks regen en kou toch veel te genieten.'Donderdag kwamen de eerste bezoekers al binnendruppelen en 'S avonds was er al èen gezellige menig- moeten zijn dat de voedselprijzen te hoog waren: 35 cent voor één plak kaas is wel wat te gortig. Bij een volgend festival zullen deze zaken be ter aangepakt worden. Woodstock sta ge—manager John Morris vond het onzin dit festival te vergelijken met Woodstock. De opzet was heel anders. .inkopen voor de kleine. te aanwezig. Die nacht kwamen er nog eens duizenden binnen (waar kwamen al die Amerikanen toch vandaan? en vrijdag kon Discjockey Jeff Dexter zich aan zijn zware taak zetten. Stampin' Ground schalde over het terrein: het was begonnen. De groepen die vrijdag speelden ston den niet op een hoog peil; de Ameri kaanse groep Canned Heat was eigen lijk de enige uitzondering. De hele middag was het erg warm geweest en menigeen had zijn kleren maar uitge trokken (wat anders te doen bij 28 graden). Men was in opperbeste stem ming en langzamerhand schoof ieder een wat dichter bij elkaar voor het avondprogramma, dat het betere werk bevatte. Eerst nog even door The Flock heenbijten en dan als voorproef je op de Airplane de formatie Hot Tuns. De muziek spetterde de kasten uit. De groep is opgericht door Jorma Kaukonen (solo) en Jack Cassady (bas) met de bedoeling nu eens lekkere instrumentale muziek te maken, iets waar ze bij de Airplane nauwelijks kans voor kregen. Maar Marty Balin kwam er bij zingen en zo werd hét dus een Jefferson Airplane II. Toch kwam de muziek er niet altijd uit. Er werd te rommelig gemusiceerd en de solo's van Kaukonen bleven vaak wat steken. Plastic menigte Veel beter was het felle optreden van de Jefferson Airplane zelf. Aangevuld met Paul Kantner en Grace Slick lever den de Hot Tuna jongens een staaltje klasse muziek af. Het was toen al half drie 's nachts geworden en velen had den de moed al opgegeven en zich te ruste gelegd, wat niet zo erg slim was, want de Plane deed erg zijn best. Er werd veel oud werk gespeeld als Somebody to Love. Jammer was het arrogante optreden van Grace Slick. Maar ja, als ze zo'n superwerkje als Volunteers afleveren (Kaukonen nu veel beter) ben je alles weer vergeten. Dat was dan de eerste dag. Doodver moeid zocht men tussen de stapels vuil, die zich al aardig begonnen op te hopen, een plaatsje om te slapen. Je kon de zon nog net zien opkomen. De zaterdag brak aan met het bekende massale wassen en eten kopen en vervolgens werd weer vlug een plaatsje gezocht. Tijdens het middagconcert begon het te regenen en een merkwaar dig schouwspel voltrok zich, dat later op de dag nog menigmaal werd her haald. Iedereen ging staan, pakte zijn stukken plastic en wikkelde zich erin. Anderen gooiden hun kleren uit. Me nigeen schuilde in het bos en kwam pas weer te voorschijn toen het droog was. Massale verschuivingen waren het gevolg. Men begon met colablikken te klepperen en „Stop the rain" te roe pen. Toch bleef de stemming er goed Byrds: enorm Langzamerhand naderde het tijdstip waarop de Byrds het toneel beklom men. Iedereen zal het wel weten: het was enorm. Wat een musici zijn dat. De leiding was weer in handen van Roger McGuinn, maar de rest (Skip Battin, bas, Clarence White, solo's, Gene Parsons, drums) doet toch weinig voor hem onder. Een bijna perfecte afstelling van de instrumenten en dan natuurlijk de stem van McGuinn. Be kende nummers vlogen de pan uit en het publiek kon er maar gem genoeg van krijgen en haalde de greep diverse malen terug. Vijf toegiften heeft de groep moeten spelen waaronder het massaal meegezongen Mr. Spaceman. Knap werk was het a capella gezongen Amazing Grace, wat het definitieve einde betekende van dit optreden. Het was de beurt aan Dr. John the Nighttripper. Geflankeerd door twee vette negerinnen bracht deze mystieke voodoo-medicijnman een fascineren de show. De muziek was bepaald niet van een hoog peil. Country Joe kwam op het toneel. Hij wist met zijn rustige stem en zijn simpel gitaarspel toch zó te boeien, dat ook hij teruggehaald werd. En daar begon het me toch te storten van de regen! Dat was niet leuk meer. The Family probeerde het toch, maar ze kregen nauwelijks respons van het kletsnatte publiek. Velen waren reeds gevlucht voor dit natuurgeweld. Tot slot de zondag. Het was gelukkig het grootste gedeelte van de dag droog. Die middag had als hoofdprogramma de Engelse groep Fotheringay. De af stelling van de instrumenten liet nogal wat te wensen over (meer groepen kampten met dit euvel), maar mooie muziek werd er gemaakt. Bij de toegift Memphis Tennessee was het weer op staan, klappen, gillen en dansen gebla zen. Het meeste applaus van het festi val was echter weggelegd voor de Engelse groep Mungo Jerry (hit: In the summertime). Eenvoudige jugbandmu- ziek die tot gevolg had dat onmiddelijk alle aanwezige plastic bordjes de lucht in vlogen, een prachtig schouwspel. 400.000 broodjes Al die dagen was het feest eigenlijk op het hele terrein bezig. Genoeg mensen konden het niet meer opbrengen hele maal naar het podium te lopen en bleven dan ook rustig bij hun tentje zitten onder het genot van een pijpje. Er waren op het terrein kraampjes waar stripboeken, platen enz. gekocht konden worden tegen schappelijke prijzen. Voor diegenen die toch met een stropdas waren gekomen bestond de mogelijkheid zich een complete hippie—outfit aan te meten (niet van echt te onderscheiden). Door de diver se voedsel- en dranktenten is er aardig wat omgezet. Tot zondag 6 uur waren er 200.000 tinnen cola, 400.000 broodjes, 50.000 warme maaltijden en enkele trailers melk en vruchtensap verbruikt. Daarbij komt dan nog de omzet van zondagavond. Een unieke zaak was het drugteam, dat vooral op zaterdagavond (regen) vrij veel flippers te verwerken kreeg. De prijzen van de drugs zijn op het festival vreselijk hoog geweest. Op zondagmid dag werd zelfs een prijs van 25 gulden voor één gram hasj gesignaleerd. Hulde voor het medisch team, (tien artsen en 30 man verplegend personeel) dat gra tis meewerkte. Tot. zondagavond wa ren er 628 ziektegevallen gemeld. Het feest ging ondertussen gewoon verder. Na wat onduidelijke jazzfigu- ren was het 's avonds de beurt een de uitstekende Fairport Convention. Sinds Sandy Denny uit de groep is overheerst violist Dave Swarbrick nu volledig. Eindelijk eens een lekkere sappige viool in plaats van dat experi mentele gedoe zoals bij The Flock. De groep kreeg helaas niet het applaus dat ze verdiende. Velen hadden zich rond een kampvuur geschaard om toch vooral niets te missen van de twee laatste reuzen Soft Machine en Pink Floyd, The piper at the gates of dawn. De poorten van de dageraad, jawel, het is half vijf en het wordt licht. De mensen verlaten het terrein of zoeken naar een slaapplaats. De laatste klan ken van de Floyd sterven weg. Het festival is over. FRED PIEK Drie dagen lang heb ik het popfestival in het tot alternatieve consumptie maatschappij veranderde Kralingse Bos meegemaakt. Drie dagen lang een feestvierende massa, die zelfs de regen als een zegen aannam onder het „dig the rain". Een uiterst vrije en vredelie vende groep, zoals de meeste kranten terecht vermeldden. Allemaal „beauti ful people", waaronder velen extra aangemoedigd door het „feel free". Een goeie organisatie en goeie popmu ziek. Een keurig optredende Rotter damse politie. Geen enkele wanklank dus. Nóg meer optimisme: de feest vreugde kon er zijn bij afwezigheid van sterke drank! Maar in een alternatieve maatschappij" zijn alternatieve middelen te vinden. Nu moeten de „poppers" niet bij mij aankomen met: er is een groot verschil tussen „alkohol" en „drugs". Dat weet ik ook, Echter, juist naar die éne kant, waar ik wat literatuur over zal citeren, is de uitwerking dezelfde: de werkelij ke greep op de maatschappij verslapt, waardoor de greep vanuit het establish ment op de alternatievelingen versterkt wordt. Had Julius Ceasar bijv. niet veel vertrouwen in Marcus Antonius, om dat hij welgedaan en levenslustig was en van feestvieren hield. Maar over Cassius zei Ceasar: hij denkt teveel, zulke mensen zijn gevaarlijk. In „Don Carlos" wantrouwt de inquisi teur Domingo de jonge prins op een zelfde wijze als Ceasar doet, omdat de jonge prins kuis en sober is. Domingo zegt. HIJ IS GEVAARLIJK, HIJ DENRT. Erasmus weet over het klooster waar hij zijn jeugd doorbracht te vertellen dat drinken er met een welgevallig oog werd bekeken. Maar het lezen van Grieks deed in het zelfde oog argwaan verschijnen. De geschiedenis leert dat in het Engeland van George III en George IV, waar revolutionaire ideeën broeiden, dronkenschap en losbandig heid stelselmatig werden aangemoe digd. Vervolgens is menigeen in Rus land naar Siberië verbannen om niets dan, aldus mijn zegsvrouwe Carry van Bruggen in haar „Prometheus", het prediken van geheelonthouding. En zelfs in eigen land werd de propaganda voor geheelonthouding onder de ma trozen van de marine stelselmatig van „hogerhand" tegengewerkt. Ondanks mijn instemming met menige „feel free"-uiting van de alternative maatschappij in hét Kralingse Bos, moet ik dus toch iets van mijn pessi- mismelaten horen, en dat vervat in het woord van een vriend: „Onder dezul ken zitten vele onderofficieren. Heus, ze zullen marcheren! Want waren wij, en bewust hanteer ik hier niet „ik", werkelijk de vertegen woordigers van die alternatieve maat schappij, dan hadden we het vertikt om 35 of 40 gulden te betalen, dan hadden we het verdomd om ons, mede in het kader van C'70 (immers, dit kijkt telkens om de hoek), in een ghetto omgeven met prikkeldraad te laten opsluiten. En nu geen smoesjes van „ik ben er voor niks in weten te komen", want van slinksheden zouden we afzien in de alternatieve maatschap pij. Wisten we dan niet dat het Kraling se Bos ALTIJD open is, voor ieder een? Waren we werkelijk een „free" en „ludiek" volkje, dan stonden daar vele dagen onze tenten, liepen en zwom men we naakt en maakten we zelf muziek. Inderdaad, dan zouden wetten overtreden worden, die we zeggen niet te erkennen, enzovoort. Maar we er kennen de wetten omdat het esta blishment toegeeflijk blijkt. In principe stimuleert het zelfs, en juist dat is de kracht ervan, maakt het establishment zelfs sterker in zijn strijd tegen onze ideeën. En in het laatste ligt een zeker faillisement opgesloten: wat zijn „ON ZE ideeën? THOM HOLTERMAN. .met volle teugen. de mierenhoop in het woud

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1970 | | pagina 11